DROPS Tynn Cotton Chenille
DROPS Tynn Cotton Chenille
90% katoen, 10% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24

Natural Living

DROPS Trui met strepen en gehaakte vierkanten van "Tynn Cotton Chenille" en schouderwarmer met capuchon van "Pelliza". Maat S/M - XL.

DROPS 66-22
TRUI
Maat: S/M - M/L
Materiaal: DROPS Tynn Cotton Chenille van Garnstudio,
150-150 gr kleur nr. 909, olijfgroen
100-150 gr kleur nr. 910, bruin
100-100 gr kleur nr. 905, petrol
100-100 gr kleur nr. 923, okergeel

Of gebruik:
DROPS Karisma van Garnstudio
200-200 gr kleur nr. 45, licht olijfgroen
150-200 gr kleur nr. 04, chocoladebruin
150-150 gr kleur nr. 73, petrol
150-150 gr kleur nr. 11, oranje

DROPS Breinaalden 3 mm, of de breinaalden die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.

DROPS Haaknaald 4, of de haaknaald die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.

DROPS Knoop kokos, nr. 516: 1 stk (voor de sluiting in de nek).

SCHOUDERWARMER MET CAPUCHON
Maat: S/M - M/L - XL
Materiaal: DROPS Pelliza van Garnstudio,
300-300-350 gr nr. 07, roest

DROPS Rondbreinaald en korte rondbreinaald 3 mm en 3,5 mm, of de breinaalden die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Tynn Cotton Chenille
DROPS Tynn Cotton Chenille
90% katoen, 10% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

TRUI:

Steekverhouding breien:
19 st x 30 nld op breinld 3 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Gebruik indien nodig dikkere of dunnere naalden. Brei altijd een proeflapje!

Patroon:
Zie teltekening M.1 tot M.3. De teltekening geeft het motief weer aan de goede kant.

Steekverhouding haken:
1 vierkant = ca 10 x 10 cm. Gebruik indien nodig een dikkere of dunnere haaknaald. Haak altijd een proeflapje!

Haak 4 verschillende soorten vierkanten: A, B, C en D.
Vierkant A: 1e toer: okergeel, 2e toer: olijf, 3e .toer + 4e toer: petrol.
Vierkant B: 1e toer: olijf, 2e toer: petrol, 3e toer + 4e toer: bruin.
Vierkant C: 1e toer: bruin, 2e toer: petrol, 3e toer + 4e toer: olijf.
Vierkant D: 1e toer: petrol, 2e toer: bruin, 3e toer + 4e toer: okergeel.
Vierkant: Haak de vierkanten in verschillende kleuren, zie de beschrijving hierboven.

Haak 6 l met kleur 1, sluit deze tot een ring met 1 hv.
1e toer: Kleur 1: 3 l, 2 st in de ring, 3 l, * 3 st, 3 l *, herhaal steeds *-* in totaal 3 keer. Eindig met 1 hv in de 3e l van het begin van de toer. Keer het werk.
2e toer: Kleur 2: 3 l, 2 st in de boog, 3 l, 3 st in dezelfde boog, * 1 l, 3 st in de volgende boog, 3 l, 3 st in dezelfde boog *, herhaal steeds *-* in totaal 3 keer. Eindig met 1 l en daarna 1 hv in de 3e l van het begin van de toer. Keer het werk.
3e toer: Kleur 3: 3 l, 2 st in de boog, 1 l, * 3 st in de volgende boog, 3 l, 3 st in dezelfde boog, 1 l, 3 st in de volgende boog, 1 l *, herhaal steeds *-* in totaal 3 keer, 3 st in de volgende boog, 3 l, 3 st in dezelfde boog, 1 l, eindig met 1 hv in de 3e l van het begin van de toer. Keer het werk.
4e toer: Kleur 4: 3 l, 2 st in de boog, 1 l, * 3 st in de volgende boog, 3 l, 3 st in dezelfde boog, 1 l, 3 st in de volgende boog, 1 l, 3 st in de volgende boog, 1 l *, herhaal steeds *-* in totaal 3 keer, 3 st in de volgende boog, 3 l, 3 st in dezelfde boog, 1 l, 3 st in de volgende boog, 1 l, eindig met 1 hv in de 3e l van het begin van de toer.

Trui:
Brei het voor- en achterpand apart. Haak de gehaakte vierkanten aan de onderkant van de trui vast na het in elkaar zetten van de panden.

Gehaakte rand:
Haak 5-5 vierkanten van type A en type C, en 4-5 vierkanten van type B en type D. Haak de vierkanten aan elkaar met donker bruin - zie fig.1 voor de volgorde en de steken. M.F. = middenvoor.
Haak eerst 2 rijen van 9-10 vierkanten - zie de dunne streepjes in de figuur 1. Haak daarna de 2 rijen aan elkaar - zie de dikke streepjes in fig.1.

Voorpand:
Zet 97-107 st (inclusief 1 kantst aan weerszijden) op met breinld 3 mm en bruin. Brei 2 nld ribbelst. Brei daarna volgens teltekening M.1 – begin bij de pijl, dwz in de 7e nld van de teltekening. Brei daarna volgens teltekening M.2 en dan volgens teltekening M.3 tot de gewenste afmetingen. Let op de steekverhouding, het is erg belangrijk niet te los te breien met deze garenkwaliteit. Kant vanaf een hoogte van 12-14 cm af voor het armsgat aan weerszijden in iedere 2e nld: 1-2 keer 3 st, 3-3 keer 2 st en 3-4 keer 1 st= 73-75 st. Kant bij een hoogte van 27-30 cm de 19-21 st middenvoor af voor de hals. Kant daarna af aan beide halszijden in iedere 2e nld: 2-2 keer 2 st en 3-3 keer 1 st = 20-20 st over voor iedere schouder. Kant bij een totale hoogte van 33-36 cm de resterende st af.

Achterpand:
Zet op en brei zoals het voorpand. Kant voor het armsgat af als bij het voorpand = 73-75 st. Brei verder tot een hoogte van 26-29 cm. Kant nu de middelste st af voor het split (zo is de trui makkelijk aan te doen) = 36-37 st aan weerszijden. Brei ieder deel apart verder. Kant bij een hoogte van 31-34 cm de 14-15 st naast het split af voor de hals. Kant in de volgende nld aan beide halszijden nog 2 st af = 20-20 st over voor iedere schouder. Kant alle st af bij een totale hoogte van 33-36 cm – zodanig dat het Patroon van voorpand en achterpand gelijk zijn.

Mouwen:
Zet 46-48 st (inclusief 1 kantst aan weerszijden) op met breinld 3 mm en bruin. Brei 4 nld ribbelst. Brei dan: 1 keer M.1 , 3 keer M.2 en daarna M.3 tot de gewenste afmetingen. Meerder vanaf een hoogte van 8-8 cm 14-15 keer 1 st aan weerszijden in:
Maat S/M: Om en om iedere 8e en 9e nld.
Maat M/L: Om en om iedere 7e en 8e nld.
= 74-78 st. Kant, als de mouw een hoogte heeft van 48-47 cm, af voor de mouwkop aan weerszijden in iedere 2e nld: 1-1 keer 3 st, 2-2 keer 2 st, 9-12 keer 1 st, 2-2 keer 2 st en 1-1 keer 3 st. Kant de resterende st af. De totale hoogte is nu ca 58-59 cm.

Afwerken:
Sluit de schoudernaden. Neem, vanaf middenachter, ca 78 tot 84 st op rond de hals met breinld 3 mm en olijf. Brei 4 nld ribbelst, kant daarna alle st losjes af. Haak met haaknaald 4 mm en olijf een knoopsgat bovenaan de linkerkant van het split als volgt: 1 v, 3 l, maak vast met 1 v 1 cm lager, haak daarna v rond het hele split. Naai de knoop aan. Naai de mouwen in de trui. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer met de kantsteek als naadtoeslag. Haak de "vierkantrijen" vast aan de onderkant van de panden binnen 1 ribbelst als volgt: Haak met haaknaald 4 mm en bruin: * 1 v in het Pand, 2 l, 1 v om de lossenboog van de gehaakte vierkanten, * 2 l, 1 v in het Pand, 2 l, 1 v in de volgende lossenboog van de gehaakte vierkanten *, herhaal steeds *-*.




SCHOUDERWARMER:

Steekverhouding:
23 st x 30 nld met Pelliza op breinld 3,5 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm.
Gebruik indien nodig dikkere of dunnere naalden. Brei altijd een proeflapje!

Ribbelst (heen en weer breien):
Alle naalden recht breien.

Boordsteek:
* 1 r, 1 av *, herhaal steeds *-*.

Tip breien: (geldt voor de minderingen in de capuchon):
Alle minderingen gebeuren aan de goede kant van het werk.
Kant af als volgt voor de 8 kantsteken: 2 r sm
Kant af als volgt na de 8 kantsteken: Haal 1 st r af, brei 1 st r, haal de afgehaalde st over de gebreide st.

Schouderwarmer:
Brei van de onderkant van de schouders naar de bovenkant van de capuchon. Brei rond.
Zet 264-288-312 st op met rondbreinld 3 mm en Pelliza. Brei 3 cm Boordsteek – zie de beschrijving hierboven. Wissel naar rondbreinld 3,5 mm. Brei verder in tricotsteek. Let op de steekverhouding! Zet bij een hoogte van 14-15-16 cm 6 markeerringen in het werk – er komen steeds 44-48-52 st tussen de markeerringen. Minder in de volgende nld 1 st aan weerszijden van alle markeerringen – minder 1 st door 2 r sm te breien = 252-276-300 st (dwz 12 st geminderd). Herhaal deze mindering 6-6-7 keer op iedere 2 cm, en daarna 4-5-5 keer op iedere cm = 132-144-156 st. Minder bij een hoogte van 31-33-35 cm gelijkmatig verdeeld in de nld: 32-36-40 st = 100-108-116 st. Wissel naar korte rondbreinld 3 mm en brei 8-8-8 cm Boordsteek . Wissel terug naar rondbreinld 3,5 mm en brei tricotsteek, meerder tegelijkertijd gelijkmatig verdeeld in de nld: 40-36-32 st = 140-144-148 st. Brei 4 cm tricotsteek. Brei in de volgende nld de 14-14-14 st middenvoor av ( gezien aan de goede kant), kant daarna de 6 middelste st af. Brei de capuchon verder heen en weer op de breinld. Zet 4 nieuwe st op aan weerszijden van de rand langs het gezicht = 148-152-156 st. Brei verder in tricotsteek, maar brei steeds de 8 buitenste st aan weerszijden langs het gezicht in ribbelst. Minder na de nld met de afgekante st aan weerszijden van het gezicht in iedere 2e nld - binnen 8 st ribbelst - zie Tip Breien: 6-6-6 keer 1 st = 130-134-138 st. Brei tricotsteek tot de capuchon een hoogte heeft van ca 31-32-33 cm (meet vanaf het punt waar de tricotsteek begint na de Boordsteek). Zet 1 markeerring middenachter, dwz na 65-67-69 st. Kant daarna 9-9-9 keer 2 st af aan weerszijden van de markeerring in iedere 2e nld - minder 2 st door 3 st samen te breien = 94-98-102 st. Zet de helft van de st op een hulpnld en de andere helft op een ander hulpnld. Leg de hulpnld tegen elkaar. Maas de st van de hulpnld aan elkaar, zodat de naad onzichtbaar wordt. Sla de 4 buitenste ribbelst rond het gezicht dubbel naar binnen en zoom dit vast.

Telpatroon

symbols = 1 v (vaste)
symbols = 1 l (losse)
symbols = bruin / chocoladebruin
symbols = petroleum / petrol
symbols = olijfgroen / licht olijfgroen
symbols = okergeel / oranje
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 66-22

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (4)

country flag Sandra wrote:

Hallo. Schade dass die Anleitung nur bis Größe L geht. Ist es irgendwie möglich die Anleitung auf xxl oder xxxl anzupassen. Habt ihr da vielleicht einen Tip für mich.... eure Anleitung gehen sonstja immer bis zu diesen Größen. Danke

22.03.2021 - 15:06

DROPS Design answered:

Liebe Sandra, vielleicht können Sie sich von einem Pullover mit 19 M = 10 cm inspirieren - oder mit einer anderen Maschenprobe neu kalkulieren - Ihr DROPS Laden wird Ihnen gerne damit weiterhelfen. Viel Spaß beim stricken!

22.03.2021 - 15:48

country flag Angela Barnes wrote:

I would really like to do this pattern but i can not understand some of your instructions please can you tell me what 2 stitches x 2-2, 1 stitch x 3-3 Means Thank you

31.05.2019 - 01:15

DROPS Design answered:

Hi Angela. You are supposed to decrease every other row as follows: 2 stitches 2 times in both sizes (2-2), and after that you are to decrease 1 stitch 3 times in both sizes (3-3). Happy knitting

31.05.2019 - 08:11

country flag Angela Barnes wrote:

This jumper looks really nice but i wish i could understand what size it would knit to. Please can you tell me and do you have a betterpicutre please? Thank you

31.05.2019 - 00:57

DROPS Design answered:

Hi Angela. There's a measurement sketch at the bottom of the page, next to the diagrams. This contains all the different measurements in both sizes. Our graphics department will look through our archives for a different photo, and if a better one is found it will be uploaded shortly. Happy crafting

31.05.2019 - 07:49

country flag Alberdina Berghuis wrote:

Ik vind het jammer dat er geen plaatje van de schouderwarmer en capuchon bijstaat. Ik kan me zo moeilijk een beeld vormen van hoe dit eruit gaat zien.

17.12.2018 - 10:04