Sheila Hadfiled schreef:
Canary jacket - yoke instructions - after 1st row states there should be 117 sets on needle for sizes small mediumlarge, but I get 121 stitches. I have checked several times and the pattern fits this number - the stitches for on the diagram including the increases add up to this. Am I wrong? If so where am I going wrong?
25.02.2019 - 00:32DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Hadfiled, you work over 109 sts and increase a total of 8 sts for raglan = 117 sts, but you will also make a yarn over in each A.3 (for the small cable), so that you will have 4 sts more due to these yarn overs = 121 sts, but A.3 is here worked and counted over 16 sts even if you will have sometimes 17 due to this YO. Happy knitting!
25.02.2019 - 11:31
Helen Zinhagel schreef:
Hallo, Ik wil draag het vest 195-15 gaan breien. Als ik 97 steken opzet, moet ik er dan 10 bij doen voor de voorbies. Bij de hals staat dat in naald 5 in A.1 dat er 2 steken overblijven. Ik hou er maar 1 over. Kunt u mij schrijven wat ik fout doe. Alvast bedankt. Helen.
15.12.2018 - 13:14DROPS Design antwoorde:
Dag Helen,
De 97 steken zijn inclusief de steken van de voorbies, dus je hoeft er niet nog 10 bij te doen. Met de instructie voor de 5e naald wordt bedoelt dat je door breit totdat je er nog 2 steken op de naald staan en die laatste 2 steken brei je recht (ipv A.1 te breien)
18.12.2018 - 10:56
Flopée schreef:
Merveilleux cardigan.\r\nMon fils attendait avec impatience les explications.\r\nMille mercis.
30.08.2018 - 15:29
Dagmar schreef:
Daisy
27.07.2018 - 13:47
Mida schreef:
Me encanta!! Alegre y juvenil
28.06.2018 - 09:49
Canari Jacket#canarijacket |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||||||||
Gebreid vest met raglan in DROPS Karisma. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met kantpatroon. Maten S - XXXL.
DROPS 195-15 |
|||||||||||||||||||||||||
UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): 1 ribbel = 2 naalden recht. RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid): 1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.8. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.2, A.4, A.5, A.6A en A.8C). De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 97 steken) minus de biezen (dus 10 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken meerderingen (dus 12) = 7.25. In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer elke 7e steek. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Meerder niet over de biezen. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de zijkanten van het lijf): Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt! Begin 2 steken voor de markeerdraad, 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 4 steken), 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de gemeerderde steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouw): Begin 3 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). KNOOPSGATEN (van boven naar beneden): Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). 1 knoopsgat = Brei zoals hiervoor aan de goede kant tot er 3 steken over zijn op de naald, maak 1 omslag, 2 recht samen en 1 recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. LET OP: De eerste knoop wordt vastgemaakt door een gaatje in A.1 op de hals, en de volgende 5-5-6-6-7-7 knoopsgaten worden gebreid zoals beschreven hierboven met ongeveer 9-9-8-8-7½.-7½ cm tussen elk. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De hals, de pas en het lijf worden heen en weer gebreid met rondbreinaald vanaf midden voor en van boven naar beneden. De mouwen worden gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden. Wees u er bewust van dat alle opgegeven aantal steken op de pas en het lijf aangegeven worden met A.3 = 16 steken, maar A.3 varieert tussen de 16 en 17 steken. Als u net naalden 1, 2, 5 of 6 in A.3 gebreid heeft, wanneer het aantal steken wordt opgegeven, heeft u 4 steken meer op de naald. HALS: Zet 97-97-101-105-113-113 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant richting midden voor) met rondbreinaald 3.5 mm en Karisma. Brei A.1 over alle steken op de naald, maar op naald 5 in A.1 breit u tot er 2 steken over zijn op de naald en eindigt u met 2 recht. Als A.1 klaar is, breit u 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 12-12-8-24-16-16 steken verdeeld op de naald meerdert - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 109-109-109-129-129-129 steken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant met 5 voorbiessteken in RIBBELSTEEK aan elke kant – lees beschrijving hierboven. Brei dan de pas zoals beschreven hieronder. PAS: De eerste naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, brei A.2 (= 3-3-3-8-8-8 steken), A.3 (= 16 steken), maak 1 omslag, brei 12 steken in tricotsteek (= mouw), 1 omslag, brei A.3 (= 16 steken), A.4 (= 5-5-5-15-15-15 steken), A.3 (= 16 steken), 1 omslag, brei 12 steken in tricotsteek (= mouw), 1 omslag, A.3 (= 16 steken), A.5 (= 3-3-3-8-8-8 steken) en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Er zijn nu 117-117-117-137-137-137 steken op de naald. Ga verder met dit patroon in de hoogte; dus u meerdert op de voor- en achterpanden aan elke kant zoals te zien is in A.2, A.4 en A.5. Op de mouwen meerdert u aan elke kant van de steken in tricotsteek. Meerder zo iedere 2e naald (dus op elke naald aan de goede kant). Op de volgende naald (verkeerde kant) worden de omslagen in de telpatronen averecht gebreid (zodat er gaatjes ontstaan), en de gemeerderde steken worden in patroon gebreid zoals te zien is in A.2, A.4 en A.5, terwijl de omslagen op de mouwen gedraaid averecht worden gebreid (om gaatjes te voorkomen), en de gemeerde steken worden in tricotsteek gebreid. DENK OM DE STEKENVERHOUDING en denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Als A.2, A.4 en A.5 1 keer in de hoogte zijn gebreid, zijn er 261-261-261-281-281-281 steken op de naald. Ga verder met dit patroon, dus de patroonherhalingen op zichzelf zoals te zien is in A.2, A.4 en A.5. Elke keer dat u 20 naalden in de hoogte heeft gebreid er is ruimte voor nog 1 herhaling van het kantpatroon in de breedte op elk voorpand en nog 2 herhalingen in de breedte op het achterpand. Als u in totaal 24-29-34-34-39-44 keer op elke kant van A.3 heeft gemeerderd, zijn er 301-341-381-401-441-481 steken op de naald en meet het werk ongeveer 19-22-26-26-30-33 cm vanaf de opzetrand en naar beneden midden voor. De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de verkeerde kant: Brei 48-53-58-63-68-73 steken zoals hiervoor (= rechter voorpand), plaats de volgende 60-70-80-80-90-100 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-6-8-8-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei de volgende 85-95-105-115-125-135 steken zoals hiervoor (= achterpand), plaats de volgende 60-70-80-80-90-100 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-6-8-8-10 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw) en brei de laatste 48-53-58-63-68-73 steken zoals hiervoor (= linker voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! LIJF: = 193-213-233-257-277-301 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant, in het midden van de 6-6-6-8-8-10 opgezette steken onder elke mouw. Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden later gebruikt bij het meerderen. De eerste naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, A.6A (= 8-13-8-13-8-13 steken), brei A.6B over de volgende 10-10-20-20-30-30 steken (= 1-1-2-2-3-3 herhalingen van 10 steken), brei A.6C (= 9 steken), ga verder met A.3 over de volgende 16 steken, brei 6-6-6-8-8-10 steken in tricotsteek (de markeerdraad zit in het midden van deze 6-6-6-8-8-10 steken), ga verder met A.3 over de volgende 16 steken, brei A.7A (= 9 steken), A.7B over de volgende 30-40-50-60-70-80 steken (= 3-4-5-6-7-8 herhalingen van 10 steken), A.7C (= 14 steken), ga verder met A.3 over de volgende 16 steken, brei 6-6-6-8-8-10 steken in tricotsteek (de markeerdraad zit in het midden van deze 6-6-6-8-8-10 steken), ga verder met A.3 over de volgende 16 steken, brei A.8A (= 9 steken), A.8B over de volgende 10-10-20-20-30-30 steken (= 1-1-2-2-3-3 herhalingen van 10 steken), brei A.8C (= 8-13-8-13-8-13 steken) en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon. Als het werk 4 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 = 4 steken gemeerderd. Meerder zo iedere 6-6-5-6-5-5 cm in totaal 5 keer = 213-233-253-277-297-321 steken. Brei verder tot het werk ongeveer 35-34-32-34-32-31 cm meet vanaf de scheiding, of tot de gewenste lengte, maar zorg ervoor dat u eindig na een hele herhaling van het kantpatroon in de hoogte. Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm. Brei 2 ribbels heen en weer over alle steken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Kant af met recht aan de goede kant, maar zorg ervoor dat de afkantrand niet strak is. Het vest meet ongeveer 58-60-62-64-66-68 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Plaats de 60-70-80-80-90-100 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-6-6-8-8-10 nieuwe opgezette steken aan de zijkant onder de mouw = 66-76-86-88-98-110 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-6-6-8-8-10 nieuwe steken in de zijkant onder de mouw en neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt later gebruikt bij het minderen midden onder de mouw. Begin de naald bij de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als het werk 2-1-1-1-1-1 cm meet, minder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2e naald in totaal 1-2-3-3-4-7 keer = 64-72-80-82-90-96 steken. Minder dan iedere 3½-2½-2-2-1½-1 cm in totaal 12-15-18-18-21-23 keer = 40-42-44-46-48-50 steken over op de naalden. Ga verder tot het werk 46-44-40-40-37-35 cm meet vanaf de scheiding of tot de gewenste lengte (kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een langere pas). Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en brei 2 RIBBELS in de rondte - lees beschrijving hierboven. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Kant af met recht. Zorg ervoor dat de afkantrand niet te strak wordt! De mouw meet ongeveer 47-45-41-41-38-36 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. |
|||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #canarijacket of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 27 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 195-15
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.