DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
DROPS Vivaldi
DROPS Vivaldi
56% mohair, 30% polyamide, 14% wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
DROPS Super Sale

DROPS 95-18

DROPS lange vest met ajourmotief en ceintuurtje van ”Muskat” en ”Vivaldi”. Maat S t/m XXL.

DROPS 95-18
Maat: S - M - L - XL - XXL
Materialen: DROPS Muskat van Garnstudio
550-600-650-750-800 gr nr. 09, lichtbruin
en gebruik: DROPS Vivaldi Special van Garnstudio
200-200-250-250-300 gr nr. 28, roest mix
en gebruik: DROPS Snow van Garnstudio
50 gr voor alle maten van nr. 23, donkerbeige (voor de rand)

DROPS Breinld nr. 7 - Of de breinld die u nodig heeft voor deze stekenverhouding: 14 st x 17 nld tricotst met 1 draad Muskat + 1 draad Vivaldi = 10 x 10 cm.
DROPS Haaknld nr. 8 (voor de rand).

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
DROPS Vivaldi
DROPS Vivaldi
56% mohair, 30% polyamide, 14% wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g

Instructies voor het patroon

Ribbels: alle nld recht breien

Motief: zie teltekening M.1 en M.2. De teltekening geeft de goede kant van het werk weer. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

Tips minderen (geldt voor de halslijn):
Direct na de ribbels st langs de voorkant/kraag minderen
Het minderen wordt altijd op de heeng nld gedaan.
Voor de ribbelst minderen op deze manier: haal 1 st r af , brei 1 r en haal de afgeh st daarover.
Na de ribbelst minderen op deze manier: 2 st r sam.br.

Tips meten: de voorkanten van ribbels zijn wat strakker dan de delen van tricotst. Rek dus de voorkanten een beetje uit bij het meten. Of meet anders meer naar het midden van het werk.

Rugpand: zet met 1 draad Muskat + 1 draad Vivaldi 73-79-87-93-101 st op (incl. 1 kantst aan beide kanten) op 2 breinld nr. 7 (dit is bedoeld om de rand elastisch te maken). Trek de ene nld uit het werk en brei 4 nld ribbels (1e nld = heeng nld).
Brei de volgende heeng nld als volgt: 1 kantst, 0-3-0-3-0 tricotst, M.1A (= 3 st), M.1B op de volgende 56-56-70-70-84 st, M.1C (= 12 st), 0-3-0-3-0 tricotst en 1 kantst. Brei door op deze manier, totdat de teltekening M.1 één keer volledig is gebreid. Brei verder in tricotst en tegelijkertijd in de 1e nld het aantal st naar een totaal van 74-80-88-94-102 st aanpassen. Kant vanaf een hoogte van 17 cm 1 st af aan beide kanten op elke 9.-9.-9.-10.-10. cm in totaal 5 keer = 64-70-78-84-92 st. Kant bij een hoogte van 63-64-65-66-67 cm af voor de armsgaten aan beide kanten in elke 2e nld: 1-1-1-2-2 x 3 st , 1-2-3-3-4 x 2 st en 2-2-3-2-3 x 1 st = 50-52-54-56-58 st. Kant bij een hoogte van 80-82-84-86-88 cm de middelste 14-14-14-16-16 st af voor de hals. Kant daarna in de volgende nld 1 st af aan de halszijden = 17-18-19-19-20 st voor elke schouder. Beide schouders afz verder breien. Kant alle st af bij een hoogte van 82-84-86-88-90 cm.

Rechter voorpand: zet met 1 draad Muskat + 1 draad Vivaldi 43-46-49-57-57 st op (incl. 1 kantst aan de zijkant en 12 st langs het middenvoorpand) op 2 breinld nr. 7. Trek de ene nld uit het werk en brei 4 nld ribbels (1e nld = heeng nld).
Brei de volgende heeng nld als volgt: 12 st langs de voorkant in ribbels, 1 tricotst, M.1A (= 3 st), M.1B over de volgende 14-14-14-28-28 st, M.1C (= 12 st), 0-3-6-0-0 tricotst en 1 kantst. Brei door op deze manier – de voorkant in ribbels breien langs het hele voorpand. Brei als teltekening M.1 één keer volledig is gebreid de volgende heeng nld als volgt: 12 voorkantst, 1 tricotst, M.1D (= 3 st), M.1E (= 12 st) en tricotst op de overige 15-18-21-29-29 st. Brei door op deze manier – en tegelijkertijd in de 2e nld na M.1 het aantal st naar een totaal van 45-48-52-55-59 st aanpassen (niet tussen de eerste 28 st van het midden minderen/meerderen).
Lees a.u.b. het volgende stukje voordat u doorgaat met breien!

Afkanten aan de zijkant: kant bij een hoogte van 17 cm af aan de zijkant zoals voor het rugpand = 40-43-47-50-54 st.

Kraag: vanaf een hoogte van 56-57-59-60-62 cm – lees Tips meten – st meerderen voor de kraag direct na de eerste ribbelst langs het midden van het voorpand. 15 x 1 st meerderen in elke 2e nld– maak 1 omsl op de nld en brei deze op de volgende nld verdraaid r, zodat er geen gaatje ontstaat.

Hals: tegelijkertijd vanaf een hoogte van 58-59-61-62-64 cm st minderen voor de hals – zie Tips minderen: minder in elke 4e nld 8-8-8-9-9 x 1 st.

Armsgat: kant tegelijkertijd bij een hoogte van 63-64-65-66-67 cm af voor het armsgat aan de zijkant zoals voor het rugpand - tegelijkertijd teltekening M.1afronden - na een volledige herhaling van het ajourmotief enbrei verder in tricotst over deze st (de voorkant in ribbels breien blijven breien).

Voorkant/kraag: brei tegelijkertijd na de laatste herhaling van M.1 het stukje van ribbelst breder voor de voorkant/kraag, dus 1 extra ribbelst breien in elke 4e nld totaal 6-6-6-6-7 keer – LET OP: er worden geen st gemeerderd, maar vervang een tricotst van het voorpand door een ribbelst.
Als het meerderen en minderen zijn voltooid, staan er 40-41-42-42-43 st op de nld (dus 33-33-33-33-34 ribbelst en 7-8-9-9-9 tricotst).
Kant bij een hoogte van 82-84-86-88-90 cm de eerste 17-18-19-19-20 st vanaf de schouder af = 23 ribbelst op de nld.

Kraag: brei door in ribbels over deze 23 st als volgt: * 2 nld ribbels op alle st, 2 nld ribbels op de eerste 15 st vanaf het midden breien *, herhaal steeds *-* tot de kraag een binnenhoogte van ca 5,5-5,5-5,5-6,5-6,5 cm heeft (hij is dan ca 11-11-11-13-13 cm aan de buitenkant). Zet de st op 1 draad.

Linker voorpand: als het rechter voorpand breien, maar in spiegelbeeld.

Mouwen: zet met 1 draad Muskat + 1 draad Vivaldi 35-35-37-39-41 st op (incl. 1 kantst aan beide kanten) over 2 breinld nr. 7. Trek de ene breinld uit het werk en brei 4 nld ribbels (1e nld = heeng nld).
Brei de volgende heeng nld als volgt: 10-10-11-12-13 tricotst, M.2 (= 15 st) en 10-10-11-12-13 tricotst. Brei door op deze manier – LET OP: teltekening M.2 afronden als het afkanten voor de mouwkop begint – dwz na een volledige herhaling op de laatste nld van de teltekening na. Brei door in tricotst over alle st op de rest van de mouw.
Tegelijkertijd vanaf een hoogte van 15 cm 7-9-9-10-11 x 1 st meerderen aan beide kanten op elke 5.-3,5.-3,5.-3.-2,5. cm = 49-53-55-59-63 st – de nieuwe st in tricotst breien. Kant bij een hoogte van 48-47-46-44-43 cm af voor de mouwkop aan beide kanten in elke 2e nld: 1 x 3 st, 2-2-2-3-3 x 2 st en 1-2-3-4-5 x 1 st. Kant hierna 2 st af aan beide kanten tot een hoogte van 55-56-56-56-56 cm, kant daarna 1 x 3 st af aan beide kanten. Kant de overige st af. De mouw heeft een totale hoogte van ca 56-57-57-57-57 cm.

Afwerken: sluit de schoudernaden. Naai het midden van de kraag op de achterkant aan elkaar met kleine onzichtbare steken. Naai de kraag aan het rugpand. Zet de mouwen in. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer vlak langs de 1 kantst.

Gehaakte rand: haak met haaknld nr. 8 en Snow een rand langs beide voorkanten en langs de hals als volgt: 1 v in de eerste st, * 1 l, ca 2 cm overslaan, 1 v in de volgende st *, herhaal steeds *-*. LET OP: de rand moet goed passend om de mantel zitten zodat de mantel niet gaat uitrekken.

Ceintuurtje: zet met breinld nr. 7 met 1 draad Muskat + 1 draad Vivaldi 10 st op. Brei de heeng nld als volgt: 2 ribbelst, 2 r, 2 av, 2 r en 2 ribbelst. Kant bij een hoogte van ca 120 tot 150 cm af.

Telpatroon

symbols = recht op de goede kant, averecht op de verkeerde kant
symbols = averecht op de goede kant, recht op de verkeerde kant
symbols = 1 omslag
symbols = 2 st r samenbreien
symbols = haal 1 st r van de nld af, 1 r, haal de afgeh st daarover
symbols = haal 1 st r van de nld af, 2 st r samenbreien, haal de afgeh st daarover
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 95-18

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (11)

country flag Isa wrote:

Buenas tardes, mi duda es si en el delantero,después de la fila LD q viene especificada, cómo debo seguir,? En las indicaciones dice q seguir de la misma manera,a qué se refiere exactamente?? Sigo con el patrón M1???muchas gracias,un saludo

06.10.2022 - 17:58

DROPS Design answered:

Hola Isa, sí, tienes que seguir con el patrón M.1, siguiendo la división de puntos especificado en la primera fila (donde se reparte M.1 y punto jersey).

07.10.2022 - 00:17

country flag Pietsie wrote:

Nice fall lool

30.07.2019 - 06:58

Rhonda wrote:

Is there a size chart for this pattern?

14.12.2015 - 16:08

DROPS Design answered:

Dear Rhonda, you will find a measurement chart at the bottom of the pattern, compare the measurement with a similar garment you have and like the size to find out the matching size. Read more about this here. Happy knitting!

15.12.2015 - 08:40

country flag Laura Pulkkinen wrote:

Kuvassa näyttää, että neule on tehty langasta joka vaihtaa väriä matkalla. Vivaldi-langoista ei kuitenkaan löydy sellaista lankaa. Mitä lankaa mallissa on käytetty ja mistä sitä saa. Tahtoisin ihan justiinsa tuollaisen...

24.09.2015 - 15:27

DROPS Design answered:

Neuleeseen on käytetty Vivaldi Special lankaa, joka valitettavasti ei enää kuulu valikoimaan. Voit yrittää etsiä kyseistä lankaa esim. huutonetistä.

12.10.2015 - 16:10

country flag Biou Françoise wrote:

Merci pour ces renseignements. Si j'ai bien compris dans le dos il n'y a qu'une bande de dessin dans le bas et le reste est tout en jersey.

19.08.2015 - 11:19

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Biou, c'est exact. Bon tricot!

19.08.2015 - 14:18

country flag Biou Françoise wrote:

Je pense qu'il y a des erreurs dans les explications de ce modèle de veste 95-18. Pour le dos je ne vois pas les diminutions sur les côtés. On dit de continuer en jersey endroit, ou et à quel moment? Il faut rajouter une maille à quel moment ? Le diagramme M1E, je ne vois pas dans les explications où on l'utilise. Merci de me répondre avec de meilleur explication

18.08.2015 - 16:33

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Biou, effectivement, différentes informations manquaient, après vérification, tout devrait être correct maintenant. Merci, bon tricot!

18.08.2015 - 18:57

wrote:

dejligt med trøjer der ikke er så korte

11.01.2006 - 16:50

country flag Britt Nyman wrote:

Jättesnygg. Fint mönster också.

04.01.2006 - 16:06

wrote:

SKØNT :D

22.12.2005 - 18:45

Mailinglisten wrote:

mmmysig!

13.12.2005 - 09:57