Gismonde MOIZAN schreef:
Bonsoir, j'en suis à l'empiècement mais je ne comprends pas bien combien il faut faire de M2 sur les 342 m et combien de fois il faut faire M3 sur l'empiècement ? Je ne comprend pas car d'habitude vos explications sont bien plus claires !!! Merci pour vos informations
11.03.2025 - 20:31DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Moizan, procédez ainsi, vu sur l'endroit: 16 m de bordure comme avant, puis tricotez 17 fois les 18 mailes de M.2 (sur les 17x18=306 mailles suivantes), tricotez ensuite les 4 mailles de M.3 et terminez par les 16 mailles de bordure devant comme avant. Vous avez ainsi bien: 16+306+4+16=342 mailles. Bon tricot!
12.03.2025 - 09:44
Essi schreef:
Hei! En ymmärrä tuota kohtaa, että neulo kummassakin reunassa 4 ainaoikeaa s ja 2 oikeaa s (oikealta puolelta katsottuna).
26.04.2021 - 16:40DROPS Design antwoorde:
Hei, oikean puolen kerroksella neulotaan 4 silmukkaa ainaoikeaa ja 2 oikeaa silmukkaa, nurjalta puolelta neulotaan reunasta alkaen 2 nurjaa silmukkaa ja 4 silmukkaa ainaoikeaa.
05.05.2021 - 17:09
DROPS / Lena schreef:
No wonder - this sentence was a total mess. Thank you so much for letting us know. I've now been able to correct it! Please try again, and let me know if you have further problems.
25.10.2007 - 00:11
Carmela schreef:
I don't quite understand what this means in the pattern: When the piece measures 48-50-52-51-53 cm dec 1 st in each purl rib (as seen from the right side – &&¬ over sts on buttonbands) as follows: dec a total of 6 times:dec by att knit alternately the 2 first am purl tills and the 2 last am vridna reverse stockinette st tills (de 2 sts over every fläta continues i slätst).
24.10.2007 - 22:47
DROPS 92-19 |
||||||||||||||||
|
||||||||||||||||
DROPS Vest met ronde pas en kabeltjes met kralen knopen van “Karisma”. Maat S t/m XXL. DROPS Pluizige boasjaal van "Snow", "Puddel" en "Vivaldi".
DROPS 92-19 |
||||||||||||||||
VEST: Steekverhouding: 21 st x 28 nld met breinld 4 mm in tricotst = 10 x 10 cm. Ribbelst (heen en weer op de nld): Alle naalden recht breien. Boordst-1: *2 r, 4 av*, herhaal steeds *-*. Boordst -2: *2 r, 5 av*, herhaal steeds *-*. Motief: Zie de teltekeningen M.1 tot M.3. De teltekening geeft de goede kant van het werk weer. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. Knoopgaten: Kant af voor de knoopsgaten in de rechter voorbies. Maak het knoopsgat als volgt (op de goede kant): 4 ribbelst, 1 omsl, 2 st verdraait r sam breien. Brei in de volgende nld de omsl av. Kant af voor de knoopsgaten bij een hoogte van: Maat S: 2, 10, 17, 24, 31, 38, 45, 52 en 58 cm Maat M: 2, 10, 17, 25, 32, 40,47, 54 en 60 cm Maat L: 2, 10, 18, 25, 33, 41, 49, 55 en 62 cm Maat XL: 2, 10, 18, 26, 34, 42, 50, 57 en 64 cm Maat XXL: 2, 10, 18, 26, 34, 42, 51, 59 en 66 cm NB: het laatste knoopgat moet ca 2 cm onder de bovenrand komen. Achter- en voorpanden: Dit vest wordt heen en weer gebreid van middenvoor naar middenvoor op de rondbreinld. U zou ook rechte naalden kunnen gebruiken. Zet 178-190-208-232-250 st op (incl. 16 voorbiesst aan weerskanten) met rondbreinld 3,5 mm en Karisma. Brei 1 nld av (1e nld = verkeerde kant). Brei vervolgens boordst-1 met 4 ribbelst en 2 r aan weerskanten (als gezien op de goede kant). Vergeet niet de knoopsgaten in de rechter voorbies – lees de instructie hierboven. Wissel bij een hoogte van 7 cm naar rondbreinld 4 mm en brei door in tricotst, maar brei steeds de 16 voorbiesst aan weerskanten zoals eerst. Dwz; 4 ribbelst, 2 r, 4 av, 2 r en 4 av, tot de vereiste afmetingen. Let op de steekverhouding. Plaats 1 merkdraad 48-51-55-61-66 st vanaf het middenvoor aan beide kanten = 82-88-98-110-118 st tussen de draden voor het achterpand. Meerder vanaf een hoogte van 10 cm 4 x 1 st aan weerskanten van beide merkdraden op elke 6 cm = 194-206-224-248-266 st. Kant bij een hoogte van 36-37-38-39-40 cm 5-5-5-6-6 st af aan weerskanten van beide merkdraden voor de armsgaten (dwz, totaal 10-10-10-12-12 st voor elk armsgat) = 80-86-96-106-114 st voor het achterpand en 47-50-54-59-64 st voor elk voorpand. Leg het werk terzijde en brei de mouwen. Mouwen: De mouwen worden in het rond gebreid op de sokkenbreinld. Zet 63-63-63-70-70 st op met sokkenbreinld 3,5 mm en Karisma. Brei 1 nld r. Brei vervolgens boordst-2. Minder na 4 nld boordst elke 5 av naar 4 av = 54-54-54-60-60 st. Brei zo door met 2 r/4 av. Wissel bij een hoogte van 14 cm naar sokkenbreinld 4 mm en brei door in tricotst. Meerder vanaf een hoogte van 17-17-17-18-20 cm 9-11-13-12-14 x 2 st in het midden van de ondermouw op elke 3-2½-2-2-1½ cm = 72-76-80-84-88 st. Kant bij een hoogte van 45-45-45-44-44 cm 10-10-10-12-12 st af in het midden van de ondermouw = 62-66-70-72-76 st. Leg het werk terzijde en brei nog een mouw op dezelfde manier. Pas: Lees a.u.b. het stukje zorgvuldig door voordat u gaat breien! Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld als de panden boven de afgekante st = totaal 298-318-344-368-394 st op de breinld. Brei de volgende nld op de goede kant. Brei volgens teltekening M.1 (de 16 voorbiesst aan weerskanten breien zoals eerst) – en minder tegelijkertijd gelijkmatig 10-12-2-8-16 st in de 3e nld van de teltekening (minder niet tussen de voorbiesst) = 288-306-342-360-378 st. Brei de volgende nld als volgt (goede kant): 16 voorbiesst, teltekening M.2 over de volgende 252-270-306-324-342 st, teltekening M.3 (= 4 st) en eindig met 16 voorbiesst. Brei zo door en minder tegelijkertijd zoals beschreven in teltekening M.2. Als de teltekening M.2 één keer is gebreid, staan er 204-216-240-252-264 st op de breinld. Minder in de volgende nld (= goede kant) 2 st boven elke kabel als volgt: 2 st r sam breien, haal 1 st r van de breinld af, 1 r, en haal de afgeh st daarover (de overige st breien zoals eerst) = 174-184-204-214-224 st. Brei nu door met r boven r en av boven av. Minder bij een hoogte van 48-50-52-51-53 cm herhaling van av-st als volgt (dit geldt allen de av-st van teltekening M.2, niet de voorbiezen): 6 x 1 st in elke 4e nld op maat S + M + L, en 6 x 1 st in elke 6e nld op maat XL + XXL. NB: brei eerst de eerste 2 av samen en vervolgens de laatste 2 av enz (de 2 st boven elke kabel in tricotst breien). Als alle minderingen voltooid zijn, staan er 90-94-102-106-110 st op de nld. Brei bij een hoogte van 59-61-63-65-67 cm 4 nld tricotst over alle st (nu ook boven de voorbiezen). Kant vervolgens losjes af (omdat de rand niet te strak mag zijn, maak dan tegelijkertijd met het afkanten 1 omsl na elke 5 st (kant ook de omsl af)). Afwerken: Sluit de naden onder de mouwen. Naai de knopen aan het vest. BOASJAAL: Boasjaal: Teken een «U» op stevig papier met de juiste afmetingen en knip deze uit – zie tegn. 1. Markeer het midden met een lijntje. Een prik een gaatje waar het eerste lusje moet komen. Maak 1 lusje van Vienna en bevestig dit door het gaatje in de kam zodat het lusje naar beneden wijst aan de voorkant van de kam en de draad van de bol aan de achterkant zit - zie tegn. 2. Houd met de linkerduim het Vienna-lusje en de draadeinden van 1 draad Puddel + 1 draad Snow + 1 draad Vienna vast (haal de draad Vienna uit het binnenste van de bol, dan hoeft u maar 1 bolletje te gebruiken voor zowel de lussen als de wikkelingen). Voer de draden van Puddel + Snow + Vienna naar rechts, rond en achter de rechtertand van de kam, naar voren, rond en achter de linkertand van de U, en vervolgens naar voren en naar beneden en laat de draden weer samen komen boven het lusje - zie tegn. 3 (u heeft nu een 8-tal met Puddel + Snow + Vienna rondom de kam gemaakt). Haal het Vienna-lusje en haak met uw vingers 1 l om de plek waar de Puddel + Snow + Vienna-draden elkaar kruisen (= in het midden van de U) als volgt: Steek de duim en wijsvinger van uw rechterhand door het lusje. Pak de draad Vienna en haal deze door het lusje. Het lusje wijst nu naar boven en er is 1 l gemaakt om de kruising van de draden - zie tegn. 4. Maak en nieuw 8-tal met Puddel + Snow + Vienna door draden op dezelfde manier te wikkelen: rondom de rechtertand van de U, naar voren, rondom en achter de linkertand van de U, naar voren en naar beneden. NB! Als de Puddel + Snow + Vienna-draden achter de U langs worden gewikkeld is het belangrijk dat het Vienna-lusje naar u toe wijst, en dat de draad van het Vienna-bolletje achter de U ligt. Haal verder het lusje op en haak nog een l op de plek waar de Puddel + Snow + Vienna-draden elkaar kruisen. Ga door op deze manier. Als de U helemaal vol is, haalt u het werk eraf en legt het voor de U, maar u zet het laatste lusje van beide kanten terug op de U en dan gaat door met wikkelen en lossen haken. Werk zo door aan de boa totdat hij ca 150 cm lang is. NB: De lusjes zitten heel los tussen elke l, en het gevaar bestaat dat u ergens achter blijft haken en dat de lusjes los gaan. Om dit te voorkomen moet u met een stiksteek door de hele rij lossen naaien – zie tegn.5 met Vienna zodat de lusjes vast komen te zitten. Het is belangrijk om goed door alle de draden te naaien. |
||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||
|
||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 22 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 92-19
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.