Mindy schreef:
It states in the title to use 1 strand of Polaris or 2 strands of Snow. However, for the yarn amounts for size XS (example) it states to use approx 1100g for Polaris and 800g for Snow. Would I need to order 800g x2 (for the two strands) = 1600g of Snow for the size XS?
24.11.2025 - 23:01DROPS Design antwoorde:
Hi Mindy, No, the yarn amounts given for Polaris are enough to work the garment with 2 strands. Regards, Drops team.
25.11.2025 - 06:44
Lilia schreef:
Chiedo scusa ma ho un problema di comprensione. Io sto facendo la taglia L e quando comincio ho 44 maglie, ma poi per dividere si fa: 7 + 13 + 7 + 13 = 40 infatti a me nella parte dietro della schiena rimangono 4 punti in più, non riesco proprio a capire se magari è stato un errore di calcolo. Perché sulle taglie che cominciano con 40 maglie il conteggio resta di 40, ma tutte le altre con più di 40 maglie hanno un avanzo di 4 maglie nella parte dietro. Aspetto ulteriori spiegazioni grazie.
01.11.2025 - 23:07DROPS Design antwoorde:
Buonasera Lilia, ha contato anche le 4 maglie in cui vanno inseriti i segnapunti? I segnapunti devono essere inseriti NELLE le maglie come indicato, non TRA le maglie. Buon lavoro!
02.11.2025 - 17:31
Quiet Hours Sweater#quiethourssweater |
|
![]() |
![]() |
Gebreide trui in 1 draad DROPS Polaris of 2 draden DROPS Snow. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan. Maat XS – XXXL.
DROPS 264-26 |
|
|
---------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ---------------------------------------------------------- RAGLAN: VOOR DE MARKEERDRAAD: Brei tot er 2 steken over zijn tot markeerdraad. Zet 1 steek afhalen op een kabelnaald en houd deze achter het werk, maak 1 omslag, 1 recht en 1 recht van de kabelnaald (= 1 steek gemeerderd). Brei de omslagen gedraaid recht op de volgende naald. NA DE MARKEERDRAAD: zet 1 steek op een kabelnaald en houd deze voor het werk, maak 1 omslag, 1 recht en 1 recht van de kabelnaald (= 1 steek gemeerderd). Brei de omslagen gedraaid recht op de volgende naald. MOUWTIP: Als u steken opneemt onder de mouw, kan er een klein gaatje ontstaan in de overgang tussen de steken op het lijf en de mouw. Dit gaatje kan gesloten worden door de draad tussen 2 steken op te nemen en deze gedraaid samen te breien met de eerste steek tussen het lijf en de mouw. TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). Als u 1 steek mindert, minder dan afwisselend voor en na de markeerdraad. ---------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ---------------------------------------------------------- TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: In dit patroon worden naalden van verschillende lengtes gebruikt, begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel wanneer nodig. Brei de halsrand en de pas in de rondte op breinaalden zonder knop/rondbreinaald vanaf de rechterschouder achter en brei van boven naar beneden. Als de pas klaar is, verdeel dan het werk voor het lijf en de mouwen. Brei het lijf naar beneden in de rondte op de rondbreinaald terwijl u de mouwen laat wachten. Brei dan de mouwen naar beneden in de rondte op de naald. Vouw de halsrand dubbel naar de verkeerde kant en hecht vast. Als er een 0 staat in uw maat, sla dan de informatie over en ga verder met de volgende informatie. HALSRAND: Zet 40-40-44-44-48-48-52 steken op breinaalden zonder knop maat 7 mm met 1 draad DROPS Polaris of 2 draden DROPS Snow – u kunt Italiaans opzetten gebruiken. Brei boordsteek in de rondte (= 1 recht/1 averecht) voor 4-4-4-5-5-5-5 cm. Het begin van de naald is op de rechterschouder achter. Voeg 1 markeerdraad in na de eerste 13-13-15-15-16-16-18 steken op de naald (= ongeveer midden voor), meet het werk vanaf deze markeerdraad. PAS: Voeg 4 markeerdraden in werk zonder de steken te breien, voeg de markeerdraden in een steek, deze steken worden raglansteken genoemd en het meerderen voor de raglan wordt aan elke kant van de raglansteken gedaan. Voeg de 1e markeerdraad in de eerste steek, tel 5-5-7-7-7-7-9 steken (= mouw), voeg de 2e markeerdraad in de volgende steek, tel 13-13-13-13-15-15-15 steken (= voorpand), voeg de 3e markeerdraad in de volgende steek, tel 5-5-7-7-7-7-9 steken (= mouw), voeg de 4e markeerdraad in de volgende steek, er zijn 13-13-13-13-15-15-15 steken over na de laatste markeerdraad (= achterpand). Brei de eerste naald als volgt, begin vanaf de rechterschouder op het achterpand: NAALD 1: Brei tricotsteek terwijl u TEGELIJKERTIJD 0-2-2-2-2-4-4 steken verdeeld meerdert over het voorpand en 0-2-2-2-2-4-4 steken verdeeld meerdert over het achterpand (meerder door een omslag te maken) = 40-44-48-48-52-56-60 steken op de naald. NAALD 2: Brei in tricotsteek, brei de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 12 mm, brei in tricotsteek in de rondte en meerder voor de RAGLAN aan elke kant van de raglansteken - lees uitleg hierboven voor de meerdermethode. NAALD 1: Brei in tricotsteek en meerder voor de raglan aan elke kant van de raglansteken (= 8 steken gemeerderd). LET OP! Op het begin van de naald meerdert u na de steek met de 1e markeerdraad en aan het einde van de naald meerdert u voor de steek met de 1e markeerdraad. NAALD 2: Brei in tricotsteek. Brei de 1e en 2e NAALD 8-8-8-10-10-10-8 keer (= 16-16-16-20-20-20-16 naalden zijn gebreid) = 104-108-112-128-132-136-124 steken op de naald. Denk om de stekenverhouding! Brei dan en meerder als volgt: NAALD 1: Brei in tricotsteek en meerder voor de raglan aan elke kant van de raglansteken (= 8 steken gemeerderd). NAALD 2: Brei in tricotsteek. NAALD 3: Brei in tricotsteek en meerder voor de raglan op het voorpand en achterpand, dus meerder na de 2e en 4e markeerdraad en voor de 3e en 1e markeerdraad - meerder geen steken op de mouwen (= 4 steken gemeerderd). NAALD 4: Brei in tricotsteek. Brei de 1e tot 4e NAALD 2-2-2-2-2-2-4 keer (= 8-8-8-8-8-8-16 naalden gebreid = 2-2-2-2-2-2-4 meerderingen op de mouwen en 4-4-4-4-4-4-8 meerderingen op het voorpand/achterpand) = 128-132-136-152-156-160-172 steken op de naald. Alle meerderingen voor de raglan zijn nu klaar, er zijn 12-12-12-14-14-14-16 meerderingen in totaal op het voorpand/achterpand en 10-10-10-12-12-12-12 meerderingen op de mouwen. Brei in tricotsteek zonder te meerderen tot het werk 22-23-23-25-26-27-29 cm meet vanaf de markeerdraad midden voor. Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: TEGELIJKERTIJD als de volgende naald wordt gebreid verdeelt u de pas voor het lijf en de mouwen als volgt: Brei 1-1-1-1-1-1-1 steken in tricotsteek (horen bij het achterpand), zet de volgende 25-25-27-31-31-31-33 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 2-2-6-6-8-10-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant midden onder de mouw), brei 39-41-41-45-47-49-53 steken in tricotsteek (= voorpand), zet de volgende 25-25-27-31-31-31-33 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 2-2-6-6-8-10-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant midden onder de mouw) en brei de laatste 38-40-40-44-46-48-52 steken in tricotsteek (= rest van achterpand). Brei het lijf en de mouwen apart verder. LIJF: = 82-86-94-102-110-118-126 steken. Brei in de rondte met tricotsteek tot het werk 44-47-47-48-50-52-52 cm meet vanaf de markeerdraad midden voor. Brei verder met rondbreinaald maat 7 mm, brei boordsteek (= 1 recht/1 averecht) terwijl u TEGELIJKERTIJD 20-22-24-26-28-30-32 steken verdeeld meerdert op de 1e naald = 102-108-118-128-134-148-158 steken. Als de boordsteek 4-4-4-5-5-5-6 cm meet, kant dan ietwat losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. De trui meet 48-51-52-54-56-58-58 cm vanaf de markeerdraad midden voor en ongeveer 51-54-56-58-60-62-64 cm vanaf de bovenkant van de schouder. MOUWEN: Zet de 25-25-27-31-31-31-33 mouwsteken van een hulpdraad op breinaalden zonder knop/rondbreinaald 12 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 2-2-6-6-8-10-10 opgezette steken onder de mouw - lees MOUWTIP = 27-27-33-37-39-41-43 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 2-2-6-6-8-10-10 nieuwe steken onder de mouw – de naald begint op de markeerdraad. Brei in tricotsteek in de rondte op de naald - TEGELIJKERTIJD als de mouw 1-1-1-1-1-1-1 cm meet vanaf de scheiding, minder dan midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN en minder als volgt: Minder 2 steken 0-0-1-2-2-3-3 keer in iedere tweede naald, minder dan 1 steek afwisselend voor en na de markeerdraad iedere 14-15-7-4-3½-4½-3 cm 3-3-5-7-8-6-8 keer in totaal = 24-24-26-26-27-29-29 steken op de naald. Brei tot de mouw 38-39-40-38-37-37-35 cm meet vanaf de scheiding. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 7 mm en brei boordsteek (= 1 recht/1 averecht) terwijl u TEGELIJKERTIJD 6-5-6-6-7-7-7 steken verdeeld meerdert op de 1e naald = 30-30-32-32-34-36-36 steken. Als de boordsteek 4-4-4-5-5-5-6 cm meet, kant dan ietwat losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. De mouw meet ongeveer 42-43-44-43-42-42-41 cm vanaf de scheiding. |
|
![]() |
|
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #quiethourssweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 28 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
|
Laat een opmerking achter voor DROPS 264-26
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.