Freshwater Bay Cardigan#freshwaterbaycardigan |
|||||||
![]() |
![]() |
||||||
Gebreid vest in DROPS Air. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan en ruches. Maten XS - XXL.
DROPS 259-30 |
|||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- PATROON: Zie telpatroon A.1. BIEZEN MET PUNNIKRAND BEGIN VAN DE NAALD: Haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht, brei 4 ribbelsteken. EINDE VAN DE NAALD: Brei tot er 6 steken over zijn op de naald, brei 4 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. Brei op dezelfde manier aan zowel de goede als de verkeerde kant. TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus, 179 steken) minus de biezen (dus, 12 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken meerderingen (dus, 30) = 5.6. In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend elke 5e en 6e steek. Meerder niet over de biezen. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. KNOOPSGATEN: Brei de knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Minder aan de goede kant als er 5 steken over zijn op de naald. NAALD 1 (goede kant): Maak 1 omslag, 2 recht samen, 1 recht, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. NAALD 2 (verkeerde kant): Brei de voorbies zoals hiervoor, brei de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt op de eerste naald aan de goede kant gebreid nadat de halslijn klaar is. Brei dan de andere 5-5-5-6-6-6 knoopsgaten met 8½-9-9½-8½-8½-9 cm tussen elk. Het onderste knoopsgat wordt in de overgang tussen de tricotsteek en boordsteek gebreid. RAGLAN: Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, welke als volgt wordt gebreid op de volgende naald om een gaatje te voorkomen: VOOR DE MARKEERDRAAD: Brei averecht in de achterste lus van de omslag. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. NA DE MARKEERDRAAD: Haal de omslag van de linker naald af en zet hem omgekeerd terug op de linker naald (voeg de linker naald in bij de achterste lus als u hem terug zet). Brei averecht in de voorste lus. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. MOUWTIP: Als u steken opneemt onder de mouwen kunnen er kleine gaatjes ontstaan in de overgang tussen het lijf en de mouwen. Deze kunnen gesloten worden door de draad tussen 2 steken op te nemen en deze gedraaid samen te breien met de volgende steek. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK. Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald, vanaf midden voor en van boven naar beneden. Als de pas klaar is, wordt het werk verdeeld voor het lijf en mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid, terwijl de mouwen wachten. Het lijf wordt verdeeld voor een split aan elke kant en de voor- en achterpanden worden apart verder gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid, van boven naar beneden. Als er een «0» in uw maat staat, sla dan de informatie over en ga gelijk verder met de volgende instructie. HALS: Zet 101-103-109-111-117-119 steken op met rondbreinaald 3.5 mm en DROPS Air. Brei de eerste naald als volgt aan de goede kant: 6 steken volgens BIEZEN MET PUNNIKRAND – lees beschrijving hierboven, brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) tot er 7 steken over zijn op de naald, 1 recht en brei 6 steken volgens biezen met PUNNIKRAND. Ga verder met deze boordsteek heen en weer gebreid voor 3-3-3-3½-3½-3½ cm – met de laatste naald aan de goede kant. Voeg 1 markeerdraad in aan de binnenkant van 1 voorbies; het werk wordt nu vanaf hier gemeten. PAS: Voeg nog 4 markeerdraden in als volgt, zonder de steken te breien en elke markeerdraad wordt in een steek gevoegd (raglansteek) welke in tricotsteek wordt gebreid. Tel 20-20-22-22-24-24 steken (= linker voorpand), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek, tel 15 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek, tel 27-29-31-33-35-37 steken (= achterpand), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek, tel 15 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek. Er zijn 20-20-22-22-24-24 steken over na de laatste markeerdraad (= rechter voorpand). Ga verder met rondbreinaald 5 mm en brei dan als volgt aan de verkeerde kant: 6 voorbiessteken zoals hiervoor, 14-14-16-16-18-18 averecht. Meerder tegelijkertijd 0-0-0-1-3-3 steken verdeeld over deze steken – lees TIP VOOR HET MEERDEREN, brei de raglansteek averecht (= rechter voorpand), 15 averecht (= mouw), brei de raglansteek averecht, 27-29-31-33-35-37 averecht. Meerder tegelijkertijd 0-0-0-2-6-6 steken verdeeld over deze steken, brei de raglansteek averecht (= achterpand), 15 averecht (= mouw), brei de raglansteek averecht, 14-14-16-16-18-18 averecht. Meerder tegelijkertijd 0-0-0-1-3-3 steken verdeeld over deze steken, 6 voorbiessteken zoals hiervoor (= linker voorpand) = 101-103-109-115-129-131 steken. Ga verder met tricotsteek en de biezen en meerder voor de RAGLAN – lees beschrijving hierboven, als volgt – LET OP: denk om het eerste knoopsgat op de eerste naald – lees beschrijving hierboven: NAALD 1 (goede kant): Meerder voor de raglan aan elke kant van alle 4 raglansteken (= 8 steken gemeerderd). NAALD 2 (verkeerde kant): Brei tricotsteek en biezen zoals hiervoor. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 11-12-14-17-18-18 keer (= 22-24-28-34-36-36 naalden gebreid) = 189-199-221-251-273-275 steken. Denk om de stekenverhouding. Meerder nu voor de raglan als volgt: NAALD 1 (goede kant): Meerder aan elke kant van alle 4 raglansteken (= 8 steken gemeerderd). NAALD 2 (verkeerde kant): Brei tricotsteek en biezen zoals hiervoor. NAALD 3 (goede kant): Meerder voor de raglan op de voor- en achterpanden, dus alleen voor markeerdraden 1 en 3 en na markeerdraden 2 en 4 – meerder niet over de mouwen (= 4 steken gemeerderd). NAALD 4 (verkeerde kant): Brei tricotsteek en biezen zoals hiervoor. Brei NAALDEN 1 tot 4 in totaal 6-6-6-5-5-6 keer (24-24-24-20-20-24 naalden gebreid: u heeft 12-12-12-10-10-12 keer gemeerderd op de voor- en achterpanden en 6-6-6-5-5-6 keer op de mouwen) = 261-271-293-311-333-347 steken. De meerderingen voor de raglan zijn klaar (u heeft in totaal 23-24-26-27-28-30 keer op de voor- en achterpanden gemeerderd en 17-18-20-22-23-24 keer op de mouwen). Ga verder met tricotsteek en biezen tot de pas 21-22-24-25-26-28 cm meet vanaf de markeerdraad midden voor. Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Brei 44-45-49-51-56-58 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 49-51-55-59-61-63 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-10-12-14-16-18 steken op (onder de mouw), brei 75-79-85-91-99-105 steken (= achterpand), plaats de volgende 49-51-55-59-61-63 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-10-12-14-16-18 steken op (onder de mouw), brei de laatste 44-45-49-51-56-58 steken zoals hiervoor (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. LIJF: = 179-189-207-221-243-257 steken. Ga verder met tricotsteek en biezen tot het werk 44-46-48-50-51-53 cm meet vanaf de markeerdraad midden voor. Begin op de volgende naald aan de goede kant met de boordsteek, meerder 30-32-34-40-42-44 steken verdeeld op de eerste naald als volgt – meerder niet over de biezen en denk om TIP VOOR HET MEERDEREN = 209-221-241-261-285-301 steken: Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm, brei de voorbies zoals hiervoor, brei boordsteek (1 recht, 1 averecht – denk om het meerderen) tot er 7 steken over zijn, 1 recht en brei de voorbies zoals hiervoor. Als de boordsteek 4-4-4-4-5-5 cm meet, Kant dan ietwat losjes af. De top meet ongeveer 48-50-52-54-56-58 cm vanaf de markeerdraad en 52-54-56-58-60-62 cm van de bovenkant van de schouder. MOUWEN: Plaats de 49-51-55-59-61-63 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 5 mm en neem 1 steek op in elk van de 8-10-12-14-16-18 opgezette steken onder de mouw – lees MOUW TIP = 57-61-67-73-77-81 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 8-10-12-14-16-18 steken onder de mouw. Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 2 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3½-3½-2½-2-2-1½ cm in totaal 10-10-13-14-16-18 keer = 37-41-41-45-45-45 steken. Brei verder tot de mouw 37-37-35-34-34-32 cm meet vanaf de scheiding. Brei 1 naald recht en minder 5 steken verdeeld op de naald = 32-36-36-40-40-40 steken. Meerder nu voor de ruches als volgt: Brei A.1 8-9-9-10-10-10 keer op de naald. Als A.1 klaar is, zijn er 56-63-63-70-70-70 steken. Ga verder met tricotsteek tot de mouw meet 45-45-43-42-42-40 cm vanaf de scheiding – de ruches meten ongeveer 8 cm. Brei 1 naald boordsteek (1 recht, 1 averecht). Kant ietwat losjes af. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. |
|||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||
|
|||||||
![]() |
|||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #freshwaterbaycardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 35 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 259-30
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.