DROPS Children 49 · Veel nieuwe ontwerpen voor kinderen!
Product image DROPS Brushed Alpaca Silk yarn
DROPS Brushed Alpaca Silk
77% Alpaca, 23% Zijde
vanaf 2.97 € /25g
Product image DROPS Alpaca yarn
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 35.32€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425

Skyfall Road Cardigan

Gebreid vest in DROPS Brushed Alpaca Silk en DROPS Alpaca. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan, kabels, rollende halslijn en PUNNIKRAND. Maten S - XXXL.

Markeer maat:
DROPS 254-9

#skyfallroadcardigan

DROPS Design: Patroon as-191
Garengroep C + A of D
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

GAREN:
DROPS BRUSHED ALPACA SILK van garnstudio (behoort tot garengroep C)
150-175-175-200-225-250 g kleur 28, pacific blue
En gebruik:
DROPS ALPACA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
250-300-300-350-350-400 g kleur 6205, lichtblauw

KNOPEN:
DROPS KNOPEN NR 511: 5-5-6-6-7-7 stuks.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 4.5 MM: Lengte 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5.5 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4.5 MM.
DROPS KABELNAALD.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
15 steken in de breedte en 20 naalden in de hoogte, met tricotsteek en 1 draad van elke kwaliteit op naald 5.5 mm = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Brushed Alpaca Silk
DROPS Brushed Alpaca Silk
77% Alpaca, 23% Zijde
vanaf 2.97 € /25g
Product image DROPS Alpaca yarn
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 35.32€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon


-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant.
1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3. Kies het telpatroon voor uw maat. De telpatronen tonen het patroon aan de goede kant.

BIEZEN MET PUNNIKRAND
BEGIN VAN DE NAALD:
Haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht, brei 5 ribbelsteken.
EINDE VAN DE NAALD:
Brei tot er 7 steken over zijn op de naald, brei 5 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht.
Brei zo aan zowel de goede als de verkeerde kant.

RAGLAN:
MEERDER EEN STEEK RICHTING RECHTS VOOR DE MARKEERDRAAD:
Maak 1 omslag op de rechter naald door de draad vanaf de achterkant naar de voorkant van de naald te brengen. Brei op de volgende naald averecht in de voorste lus van de omslag. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek.
MEERDER EEN STEEK RICHTING LINKS NA DE MARKEERDRAAD:
Maak 1 omslag op de rechter naald door de draad vanaf de voorkant naar de achterkant van de naald brengen. Brei op de volgende naald averecht in de achterste lus van de omslag. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt:
Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd).

AFKANTEN IN PUNNIKRAND-1 (na de boordsteek op het lijf):
Zet 2 steken op, op de rechter naald, zet dan deze steken op de linker naald met de breidraad aan de binnenkant van de 2 steken (tijdens het breien trekt de draad het werk aan, zodat er een kleine tube ontstaat).
NAALD 1 (goede kant):
1 recht, brei 2 steken gedraaid recht samen.
NAALD 2 (goede kant):
Zet de 2 steken van de rechter naald op de linker naald, 1 recht, brei 2 steken gedraaid recht samen.
Herhaal NAALD 2 tot er 2 steken over zijn op de rechter naald. Zet deze 2 steken van de rechter naald op de linker naald. Kant af.
Naai een kleine steek om het begin en einde van de PUNNIKRAND aan het kledingstuk vast te maken aan elke kant.

AFKANTEN IN PUNNIKRAND-2 (na DE boordsteek op de mouwen):
Nadat de laatste steek is gebreid op de laatste naald:
Zet 3 steken op aan de goede kant op de rechter naald.
Zet dan deze steken op de linker naald met de breidraad aan de binnenkant van de 3 steken (tijdens het breien trekt de draad het werk aan, zodat er een kleine tube ontstaat).
NAALD 1 (goede kant):
2 recht, brei 2 steken gedraaid recht samen.
NAALD 2 (goede kant):
Zet de 3 steken van de rechter naald terug op de linker naald, 2 recht, brei 2 steken gedraaid recht samen.
Herhaal NAALD 2 tot er 3 steken over zijn op de rechter naald. Zet deze 3 steken van de rechter naald op de linker naald. Kant af.
Naai een kleine steek om het begin en einde van de PUNNIKRAND vast te maken.

KNOOPSGATEN:
Brei de knoopsgaten aan de goede kant, als er 5 steken over zijn op de naald.
NAALD 1 (goede kant): Maak 1 omslag, 2 recht samen, 1 recht, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht.
NAALD 2 (verkeerde kant): Brei de voorbies zoals hiervoor, brei de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat.
Het eerste knoopsgat wordt gebreid op de eerste naald aan de goede kant nadat de hals klaar is. Brei dan de andere 4-4-5-5-6-6 knoopsgaten met 11½-12-10-10-9-9½ cm tussen elk. Het onderste knoopsgat wordt gebreid in de overgang tussen de tricotsteek en boordsteek.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK.
Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig.
De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald, vanaf midden voor en van boven naar beneden. Als de pas klaar is, het wordt het werk verdeeld voor het lijf en mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid met de rondbreinaald, terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden in de rondte gebreid.
Als er een «0» in uw gekozen maat staat, sla dan de informatie over en ga gelijk verder met de volgende instructie.

HALS:
Zet 88-88-96-96-100-100 steken op met rondbreinaald 5.5 mm, 1 draad DROPS Brushed Alpaca Silk en 1 draad DROPS Alpaca (2 draden). Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm.
NAALD 1 (verkeerde kant): Brei 7 steken volgens BIEZEN MET PUNNIKRAND – lees beschrijving hierboven, averecht tot er 7 steken over zijn, 7 steken volgens biezen met PUNNIKRAND.
NAALD 2 (goede kant): Brei 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND, brei recht tot er 7 steken over zijn, 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND.
NAALD 3 (verkeerde kant): Brei 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND, brei averecht tot er 7 steken over zijn, 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND.
NAALD 4 (goede kant): Brei 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND, brei A.1, boordsteek (2 recht, 2 averecht) tot er 13-13-13-13-15-15 steken over zijn, brei A.1 en 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND.
NAALDEN 5-7: Ga verder met de biezen, A.1 en boordsteek tot A.1 in de hoogte herhaald is = 96-96-104-104-108-108 steken.
NAALD 8 (goede kant): Brei 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND, brei A.2 over de steken in A.1, ga verder met de boordsteek tot er 17-17-17-17-19-19 steken over zijn, brei A.3 over A.1, 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND.

Ga verder met de biezen, A.2/A.3 en boordsteek tot A.2/A.3 klaar zijn in de hoogte – de hals meet ongeveer 6-6-6-6-7-7 cm en de volgende naald is aan de goede kant.
Voeg 1 markeerdraad in aan de binnenkant van een voorbies; de pas wordt vanaf hier gemeten.

PAS:
Ga verder met rondbreinaald 5.5 mm. Voeg 4 markeerdraden in zonder de steken te breien, elke markeerdraad wordt tussen 2 steken ingevoegd - deze 2 steken worden de raglansteken genoemd en worden in tricotsteek gebreid (u meerdert voor de raglan aan elke kant van deze 2 raglansteken).
Tel 22-22-22-22-24-24 steken (= linker voorpand), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek, tel 16-16-20-20-16-16 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek, tel 20-20-20-20-28-28 steken (= achterpand), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek, tel 16-16-20-20-16-16 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek, er zijn 22-22-22-22-24-24 steken over na de laatste markeerdraad (= rechter voorpand).

Brei nu in patroon en meerder voor de RAGLAN – lees beschrijving hierboven, als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei 7 voorbiessteken, A.2, 4 recht en meerder 0-0-1-2-1-2 steken verdeeld over deze steken (4-4-5-6-5-6 gebreide steken), meerder voor de RAGLAN aan elke kant van de raglansteken – (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 14-14-18-18-14-14 recht (mouw), meerder voor de raglan aan elke kant van de raglansteken, 18-18-18-18-26-26 recht en meerder 2-2-4-6-0-2 steken verdeeld over deze steken (= 20-20-22-24-26-28 gebreide steken), meerder voor de raglan aan elke kant van de raglansteken, 14-14-18-18-14-14 recht (mouw), meerder voor de raglan aan elke kant van de raglansteken, 4 recht en meerder 0-0-1-2-1-2 steken verdeeld over deze steken (= 4-4-5-6-5-6 gebreid steken), brei A.3 en 7 voorbiessteken– denk om de knoopsgaten – lees beschrijving hierboven = 106-106-118-122-118-122 steken.
NAALD 2 (verkeerde kant): 7 voorbiessteken, A.3, averecht tot er 17-17-17-17-19-19 steken over zijn (denk om de omslagen zoals beschreven onder RAGLAN), brei A.2 en 7 voorbiessteken.
NAALD 3 (goede kant): Brei de biezen, A.2/A.3 en tricotsteek en meerder voor de raglan aan elke kant van de raglansteken (= 8 gemeerderde steken).
Brei NAALDEN 2 en 3 in totaal 6-6-5-7-9-8 keer (12-12-10-14-18-16 gebreide naalden) = 154-154-158-178-190-186 steken. Denk om de stekenverhouding.

Brei verder en meerder als volgt:
NAALD 1 (verkeerde kant): 7 voorbiessteken, A.3, averecht tot er 17-17-17-17-19-19 steken over zijn (denk om de omslagen zoals beschreven onder raglan), brei A.2 en 7 voorbiessteken.
NAALD 2 (goede kant): Brei de biezen, A.2/A.3 en tricotsteek en meerder voor raglan aan elke kant van de raglansteken (= 8 gemeerderd steken).
NAALD 3 (verkeerde kant): 7 voorbiessteken, A.3, averecht tot er 17-17-17-17-19-19 steken over zijn (denk om de omslagen zoals beschreven onder raglan), brei A.2 en 7 voorbiessteken.
NAALD 4 (goede kant): Brei de biezen, A.2/A.3 en tricotsteek en meerder voor de raglan VOOR markeerdraden 1 en 3 en NA markeerdraden 2 en 4 (4 gemeerderde steken).
Brei NAALDEN 1 tot 4 in totaal 7-8-9-9-9-11 keer (28-32-36-36-36-44 gebreid naalden).
Brei dan NAALD 1 een keer.
Alle meerderingen voor de raglan zijn klaar (in totaal 21-23-24-26-28-31 keer op de voor- en achterpanden en 14-15-15-17-19-20 keer op de mouwen) = 238-250-266-286-298-318 steken. De pas meet ongeveer 21-23-24-26-28-31 cm vanaf de markeerdraad midden voor. Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen.

VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN:
Brei 44-46-48-51-54-58 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 42-44-48-52-52-54 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-10-12-14-16 steken op (in de zijkant midden onder de mouw), brei 66-70-74-80-86-94 tricotsteken (= achterpand), plaats de volgende 42-44-48-52-52-54 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-10-12-14-16 steken op (in de zijkant midden onder de mouw), brei de laatste 44-46-48-51-54-58 steken zoals hiervoor (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid.

LIJF:
= 166-178-190-206-222-242 steken. Ga verder met de biezen, A.2/A.3 en tricotsteek tot het werk 47-49-50-52-55-57 cm meet vanaf de markeerdraad midden voor – zorg ervoor dat u minstens 3 naalden heeft gebreid na de laatste kabel.
Brei op de volgende naald aan de goede kant, boordsteek en meerder tegelijkertijd 18-22-22-22-26-30 steken verdeeld op de eerste naald (meerder niet over de biezen) = 184-200-212-228-248-272 steken, als volgt:
Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm. Brei de voorbiessteken, boordsteek (2 recht, 2 averecht – denk om het meerderen) tot er 9 steken over zijn, 2 recht en brei de voorbiessteken.
Als de boordsteek 2 cm meet, brei dan AFKANTEN IN PUNNIKRAND-1 – lees beschrijving hierboven. Het vest meet ongeveer 49-51-52-54-57-59 cm vanaf de markeerdraad en 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder.

MOUWEN:
Plaats de 42-44-48-52-52-54 mouwsteken van de hulpdraad aan een kant van het werk op rondbreinaald 5.5 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-8-10-12-14-16 opgezette steken onder de mouw = 48-52-58-64-66-70 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-8-10-12-14-16 steken onder de mouw.
Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte.
Als de mouw 4-4-4-3-3-2 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 10-7-4-3-3-2½ cm in totaal 4-5-8-10-10-12 keer = 40-42-42-44-46-46 steken. Brei verder tot de mouw 43-42-42-41-38-36 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4.5 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht), meerder tegelijkertijd 4-6-6-4-6-6 steken verdeeld op de eerste naald = 44-48-48-48-52-52 steken. Als de boordsteek 2 cm meet, brei dan AFKANTEN IN PUNNIKRAND-2. De mouw meet ongeveer 45-44-44-43-40-38 cm.

AFWERKING:
Naai de knopen op de linker voorbies.

Telpatroon

recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
maak 1 omslag tussen 2 steken, welke gedraaid averecht wordt gebreid op de volgende naald om een gaatje te voorkomen = maak 1 omslag tussen 2 steken, welke gedraaid averecht wordt gebreid op de volgende naald om een gaatje te voorkomen
plaats 4 steken op een kabelnaald achter het werk, 4 recht, 4 recht van de kabelnaald = plaats 4 steken op een kabelnaald achter het werk, 4 recht, 4 recht van de kabelnaald
plaats 4 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 4 recht, 4 recht van de kabelnaald = plaats 4 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 4 recht, 4 recht van de kabelnaald
plaats 5 steken op een kabelnaald achter het werk, 5 recht, 5 recht van de kabelnaald = plaats 5 steken op een kabelnaald achter het werk, 5 recht, 5 recht van de kabelnaald
plaats 5 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 5 recht, 5 recht van de kabelnaald = plaats 5 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 5 recht, 5 recht van de kabelnaald
Diagram for DROPS 254-9
Diagram for DROPS 254-9

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #skyfallroadcardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 254-9

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (23)

country flag Aida schreef:

Non riesco a capire come il numero di maglie nel collo da 96 per la taglia L diventano 104 . Non leggo aumenti. Grazie

16.03.2025 - 01:36

DROPS Design antwoorde:

Buongiorno Aida, sul terzo ferro di A.1 ci sono 4 gettati, le ripetizioni di A.1 sono 2, per cui sono 8 aumenti. Buon lavoro!

16.03.2025 - 14:58

country flag Brigitte Chrestels schreef:

Zu vorheriger Frage: es könnten auch 22 cm sein, wenn ich etwas glatt streiche.

13.03.2025 - 19:48

country flag Brigitte Chrestels schreef:

Hallo, ich habe in Alpaka Silk die Jacke in Größe XL mit Raglanzunahmen nun fertig, habe die 286 Maschen aber nur 20 cm ab Markierer. Was kann ich machen um die Länge von 26 cm zu bekommen? Oder kann ich schon die Aufteilung für Rumpf und Ärmel vornehmen? Wird das obere Teil dann nicht zu kurz? Danke für eine RM, Grüße Brigitte

13.03.2025 - 19:37

DROPS Design antwoorde:

Liebe Brigitte, stimmt Ihre Maschenprobe in der Höhe? Mit 14 Reihen (bis 178 M) + 36 Reihen (bis 286 M), sind es ca 25 cm, so man muss nur noch 1 cm stricken; wenn Ihre Maschanzahl stimmt, dann stricken Sie einfach noch 6 weitere cm wie zuvor aber ohne weitere Zunahmen; beachten Sie nur, daß Sie vielleicht mehr Garn brauchen (wegen Maschenprobe in der Höhe). Viel Spaß beim Stricken!

14.03.2025 - 07:35

country flag Myriam schreef:

Si sigo el patrón tal y como indica, el ojal se me queda pegado a la trenza, no en medio del punto de musgo como se ve en la foto del patrón. Me podríais indicar como hacerlos? Gracias

13.03.2025 - 02:13

DROPS Design antwoorde:

Hola Myriam, tienes 7 puntos de la cenefa. Los 2 puntos más externos (en el borde) son para el i-cord y se trabajan según este. Así que te quedan 5 puntos para trabajar el ojal. Los dos primeros puntos de la cenefa también se han trabajado ya (las instrucciones para los ojales te indican que empiezas el ojal cuando queden 5 puntos, incluyendo los del i-cord). Así que el ojal se trabaja sobre los puntos centrales restantes de la cenefa, con 1 hebra, 2 puntos juntos de derecho y 1 derecho (y los dos de i-cord).

16.03.2025 - 18:20

country flag Kini schreef:

Fikk først til flettene da jeg bare tok av masker foran arbeidet! Det ser ihvertfall rett ut nå sånn som jeg gjorde det..

04.03.2025 - 11:01

country flag Sy schreef:

Bonjour , j’ai un problème avec les mesures que vous donnez. Avant la division dos/devant et manches l’ouvrage mesure 20 cm et non 26 cm depuis le marqueur. J’ai pourtant le bon nombre de mailles. Merci.

08.01.2025 - 22:48

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Sy, avez-vous aussi bien les 20 rangs = 10 cm de l'échantillon? Car en taille XL, on a tricoté 14+36 rangs=50 rangs au total, ce qui doit donner 25 cm de hauteur à partir du marqueur, si vous n'avez que 20 cm, continuez simplement à tricoter comme avant jusqu'à ce que l'ouvrage mesure 26 cm - notez que vous pourriez avoir besoin de davantage de laine pour terminer le gilet. Bon tricot!

09.01.2025 - 10:28

country flag Catherine schreef:

Bonjour! Auriez-vous une vidéo explicative pour rabattre avec bordure I-CORD-2 pour le bas des manches? Je vous remercie par avance.

25.11.2024 - 21:26

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Catherine, et tout à fait, retrouvez cette technique dans cette vidéo. Bon tricot!

26.11.2024 - 09:46

country flag Kim Liberty schreef:

What is the finished measurements for each size. Is the yardage the same if I use C+A or D?. Is this a bulky weight yarn?

09.11.2024 - 16:46

DROPS Design antwoorde:

Dear Kim, the finished measurements for each size are indicated cm in the size chart; you can see how to interpret this here: https://www.garnstudio.com/lesson.php?id=24&cid=19. Yardage varies from yarn to yarn but the amount of meters/yards in the piece remains the same. So you will need to calculate the amount of yarn needed each time you change the yarn; you can check this at the end of the following lesson: https://www.garnstudio.com/lesson.php?id=14&cid=19. C+A or D means that the thickness of 1 group D yarn is equal to the thickness of 1 group C yarn thread and 1 group A yarn thread worked together. Our only group D yarn is Melody, which is a chunky/12ply yarn. Happy knitting!

10.11.2024 - 19:56

country flag Marcela Hachuel schreef:

Hola, estoy haciendo el talle M . Pone que debo tener 250 puntos al final de los aumentos del ranglan. Según la muestra es una circunferencia de 1,66 cm pero en el diagrama del cárdigan pone que son 1,04 cm. Hay algún error? Me lo podría explicar? Muchas gracias ☺️

08.11.2024 - 20:00

DROPS Design antwoorde:

Hola Marcela, ten en cuenta que la tensión de la muestra es solo para el punto jersey. Las trenzas no siguen la misma tensión y además recogen la labor (por lo que los puntos de la trenza equivalen a menos cm que el punto jersey), pero están incluidas en las cuentas para los 250 puntos. Tienes que comprobar que tus propias medidas sean correctas y que tengas el ancho necesario en el raglán.

10.11.2024 - 18:49

country flag Gettemans schreef:

Merci . votre explication m'a bien aidée. Françoise

07.11.2024 - 16:12