DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS Air yarn
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 24.95€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425

Tidal Treasures

Gebreide trui in DROPS Air. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met golfpatroon en ronde pas. Maat: S - XXXL

Markeer maat:
DROPS 239-8

#tidaltreasuressweater

DROPS design: Patroon ai-430
Garengroep C of A + A
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

GAREN:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
250-300-300-350-350-400 g kleur 18, ochtendmist

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5 mm: Lengte 40 en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 4 mm: Lengte 40 en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5 mm
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 mm
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 22 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.
LET OP! De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 24.95€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

----------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = brei 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3.

TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad en brei 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei de dubbele halsrand en pas in de rondte op de rondbreinaald vanaf midden achter, van boven naar beneden. Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen. Brei het lijf in de rondte op de rondbreinaald. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald.

DUBBELE HALSRAND:
Zet 88-92-94-100-104-110 steken op met DROPS Air op een korte rondbreinaald 5 mm en een korte rondbreinaald 4 mm samen gehouden.
Haal de rondbreinaald 5 mm eruit en houd de steken op rondbreinaald 4 mm (op deze manier opzetten zorgt voor een elastische opzetrand).
Brei 1 naald recht. Brei dan boordsteek (= 1 recht/1 averecht) voor 4 cm. Brei 1 naald averecht over alle steken, brei dan boordsteek zoals hiervoor tot het werk 8 cm meet.
Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de naald. Brei de pas zoals uitgelegd hieronder. Meet de pas vanaf deze markeerdraad.

PAS:
Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Brei 1 naald recht en meerder 3-6-11-19-22-23 steken verdeeld = 91-98-105-119-126-133 steken. Brei 1 naald averecht. Brei A.1 13-14-15-17-18-19 keer in totaal in de rondte op het lijf. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, brei dan A.2 0-0-1-1-2-2 keer in totaal in de hoogte, brei dan A.3. Als A.3 een keer in de hoogte is gebreid, zijn er 247-266-285-323-342-361 steken op de naald. Brei 1 naald recht en meerder 7-8-5-3-0-1 steken verdeeld = 254-274-290-326-342-362 steken. Brei in tricotsteek tot het werk 20-22-24-26-28-30 cm meet vanaf de markeerdraad. Op de volgende naald verdeelt u het werk voor het lijf en de mouwen als volgt:

VERDEEL HET WERK VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN ALS VOLGT:
Brei 37-41-43-48-52-56 steken zoals hiervoor (helft van het achterpand), zet de volgende 52-54-58-66-66-68 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw), brei 75-83-87-97-105-113 steken in tricotsteek (voorpand), zet de volgende 52-54-58-66-66-68 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw) en brei de laatste 38-42-44-49-53-57 steken zoals hiervoor (helft van het achterpand). Brei het lijf en de mouwen apart verder. Meet nu het werk vanaf hier!

LIJF:
= 162-178-190-210-230-250 steken. Voeg een markeerdraad in aan elke kant, in het midden van de 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken (wordt gebruikt voor het verdelen van het werk voor de splitten). Begin de naald op een van de markeerdraden en brei tricotsteek tot het werk 22 cm meet vanaf de scheiding.
Verdeel nu het werk voor de splitten aan elke kant. Houd de eerste 81-89-95-105-115-125 steken op de naald. Zet de overgebleven steken op een hulpdraad.

ACHTERPAND:
= 81-89-95-105-115-125 steken. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder 18-18-20-22-24-26 steken verdeeld = 99-107-115-127-139-151 steken.
Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei boordsteek als volgt (brei de eerste naald op de verkeerde kant):
NAALD 1 (= verkeerde kant): Brei 2 steken in RIBBELSTEEK - lees uitleg hierboven, * 1 averecht, 1 recht *, brei van *-* tot er 3 steken over zijn, 1 averecht en 2 steken in ribbelsteek. Brei zo boordsteek voor 8 cm.
De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden. Kant dan losjes af.

VOORPAND:
Zet de 81-89-95-105-115-125 steken van de hulpdraad op rondbreinaald 5 mm. Brei zoals op het achterpand.

MOUWEN:
Zet de 52-54-58-66-66-68 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op breinaalden zonder knop of een korte rondbreinaald 5 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 6-6-8-8-10-12 nieuw opgezette steken onder de mouw = 58-60-66-74-76-80 steken.
Voeg 1 markeerdraad in het midden onder de mouw – in het midden van de 6-6-8-8-10-12 steken die opgezet zijn onder de mouw. Begin de naald op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte.
Minder bij een hoogte van 3-3-3-2-2-2 cm, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 4-4-2½-2-2-1½ cm 4-4-6-9-9-10 keer in totaal = 50-52-54-56-58-60 steken.
Brei tot de mouw 36-34-33-31-29-28 cm meet vanaf de scheiding. Er is 8 cm over tot de gewenste afmetingen. Pas de trui en brei tot de gewenste lengte voor de boordsteek.
Brei 1 naald recht en meerder 10-10-10-12-12-12 steken verdeeld = 60-62-64-68-70-72 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei boordsteek (1 recht/1 averecht) voor 8 cm. Kant ietwat losjes af met recht. De mouw meet ongeveer 44-42-41-39-37-36 cm. Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

AFWERKING:
Vouw de hals naar beneden naar de binnenkant van het kledingstuk en hecht af met 1 steek aan elke kant van de hals richting de schouders.

Telpatroon

recht = recht
averecht = averecht
maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag recht om een gaatje te maken = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag recht om een gaatje te maken
2 recht samen = 2 recht samen
Diagram for DROPS 239-8
Diagram for DROPS 239-8

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 239-8

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (49)

country flag Agnieszka schreef:

Hello! I'm just starting to knit this pattern and I noticed that this sweater doesn't include any neck shaping. The sweater seems to sit quite close to the neck. Do you recommend to modify the pattern a bit and add neck shaping for better fit or leave it as it is? Do you have any resources/videos on adding neck shaping? Thanks!

01.06.2025 - 10:28

DROPS Design antwoorde:

Dear Agnieszka, this pattern has a neck shaping; its's a round, more closed neck. If you prefer a different neck you would need to modify the pattern yourself, we don't do custom patterns. You can look at other patterns in our Women - Jumpers section, by filtering by the type of neck preferred and choosing the pattern with your desired neck shaping. Take into account that the yoke patterns is quite close to the neck, so you can't add a V-neck to this yoke pattern; otherwise it would get interrupted. Happy knitting!

01.06.2025 - 22:46

country flag Matilde schreef:

La ripetizione del diagramma A1 e A3 in orizzontale : le due maglie prese insieme nello schema sono sempre in direzione / anche la successiva sempre da sinistra a destra o al contrario accavvallata da ds a Sn. - - grazie

05.05.2025 - 15:01

DROPS Design antwoorde:

Buongiorno Matilde, deve lavorare sempre 2 maglie insieme a diritto. Buon lavoro!

01.06.2025 - 16:08

country flag Carla schreef:

Hello, it is my first time knitting a piece from top to bottom. One of the recommended lessons for this pattern is the raglan. Do I have to make the raglan increases while following the A1 pattern? Or are the increases I do with the A1 Diagram enough to make the yolk? Thank you!

12.04.2025 - 02:20

DROPS Design antwoorde:

Dear Carla, the recommended lessons are for guidance only and may not fully reflect what's necessary in this specific pattern. All necessary increases and decreases will be detailed either in the written text or the diagrams. In this case, the increases for the raglan are in the A.1 chart, so you simply work the chart as indicated; you don't need to work any extra increases. Happy knitting!

13.04.2025 - 23:17

country flag Carla schreef:

Hello, it is my first time knitting a piece from top to bottom. One of the recommended lessons for this pattern is the raglan. Do I have to make the raglan increases while following the A1 pattern? Or are the increases I do with the A1 Diagram enough to make the yolk? Thank you!

12.04.2025 - 02:17

DROPS Design antwoorde:

Dear Carla, the lesson shows a raglan but here you will have to increase as explained in the pattern, ie as shown in the diagram A.1 to create the round yoke. The lesson might still help you when dividing stitches for body and sleeve. Happy knitting!

23.04.2025 - 10:40

country flag Zoé Roux-dessarps schreef:

Bonjour, je suis bloqué au moment où il faut faire la division de l'ouvrage. Je ne comprends pas à partir de quel moment il faut compter les premières mailles pour faire la division. Je n'ai aucun repère donc je ne peux pas continuer. Merci pour votre aide. Bonne journée ! Zoé

10.03.2025 - 11:21

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Zoé, pendant l'empiècement, les tours commencent au milieu dos (mais comme c'est un empiècement arrondi, on n'a pas non plus clairement de dos, devant, manches de définies), et la division se fait donc à partir du milieu dos, autrement dit à partir du début du tour suivant. Bon tricot!

10.03.2025 - 13:17

country flag Stella schreef:

Ciao, dove e come consigliate di inserire l'alzata lavorata con german short rows per sollevare il collo dietro? Grazie mille!

21.01.2025 - 15:34

DROPS Design antwoorde:

Buonasera Stella, per un'assistenza così personalizzata può rivolgersi al suo rivenditore DROPS di fiducia. Buon lavoro!

21.01.2025 - 22:52

country flag Emma schreef:

Hej, jag har delat in mitt arbete i fyra delar och ska på börja instruktionerna under FRAM- OCH BAKSTYCKE men kan inte riktigt förstå om jag ska första mitt arbete för att börja på nytt vid mitt markören under en arm? Sen tycker jag även att det är otydligt om jag ska ha bak- och framstycke på samma rundsticka eller två olika? Kan inte se det framför mig hur jag går vidare...

16.11.2024 - 09:51

DROPS Design antwoorde:

Hej Emma. Du ska ha maskorna på 1 rundsticka och fortsätter att sticka runt, men nu börjar varvet vid markören under ärmen. Jag tror att denna video kan hjälpa dig att få en översikt över hur du går vidare. Mvh DROPS Design

21.11.2024 - 07:51

country flag Moot schreef:

Thank you for answering my previous question regarding the Tidal Treasures sweater. Please could you help me with one last question?... On the chart A.1 the first line of yarn overs do I read it as K2tog x1, Yo x4, K2tog x1 And on the second lot of yarn overs on A.1 do I read that line as K2tog x1, k1, Yo x4 , k1, k2tog x1 ...Is this correct? .... Thank you so much for your help, kind regards.

25.10.2024 - 09:12

DROPS Design antwoorde:

Dear Mrs Moot, on the first row with yarn overs in A.1 (3rd row in diagram), work: K2 tog, (YO, K1) x3, YO, K2 tog (9 sts); and on the 9th row work: K2 tog, (K1,YO) x 4, K1, K2 tog (11 sts). Happy knitting!

25.10.2024 - 12:59

country flag Moot schreef:

I am making Tidal treasures sweater in the medium size. Pattern tells me to do 1 set of A.1 then one set of A.3 Then continue with another set of A.1 x13 .. If I was to do this then the Pattern would be right down to my knees! ... Please can you explain exactly what A.1 is and how many rows it should consist of. I have already looked at your section on how to read patterns but unfortunately it's not clear to me. Many thanks for your help Best wishes .

23.10.2024 - 21:26

DROPS Design antwoorde:

Dear Mrs Moot, you first work A.1 (=37 rows) one time in height - depending on your number of sts you will have to repeat the 7 sts on first row a total of 13 times in first size; but you work all rows in A.1 only one time in height (the 13 times are worked in the round = in width). After the 37 rows are worked, you will work A.3 (still 13 times in the round) which is 6 rounds so that you will have worked a total of 37+6 rounds in height in pattern for yoke. Happy knitting!

24.10.2024 - 09:26

country flag Andrea schreef:

Ich habe ein Problem bei der Anzahl der Maschen in der Passe. Ich habe 98 Maschen auf der Nadel und habe von A1 14x das Muster gestrickt. Mit der Zunahme von je 2 Maschen pro Muster habe ich 28 Maschen zugenommen. Wenn ich das nun insgesamt 7 x mache habe ich 196 Maschen. Zusammen mit den 98 Maschen habe ich dann 294 Maschen auf der Nadel statt 266 Maschen. Habe ich einen Denkfehler? Wo ist er?

12.10.2024 - 20:02

DROPS Design antwoorde:

Liebe Andrea, nach A.1 sind es, 294Maschen, dann strickt man A.3 und gleichzeitig nimmt man 2 Maschen in jedem A.1, dh 2 m in je den 14 Rapporte = 28 Masche; so hat man 294-28= 266 Maschen übrig nach A.3. Viel Spaß beim Stricken!

14.10.2024 - 08:14