DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS Wish yarn
DROPS Wish
50% Alpaca, 33% Katoen, 17% Wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS AW2425

North Gate

Gebreid vest in DROPS Wish. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met ronde pas, veelkleurig patroon en hoge col. Maat: S - XXXL

Markeer maat:
DROPS 228-13

#northgatejacket

DROPS design: Patroon wi-012
Garengroep E of C + C
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS WISH van garnstudio (behoort tot garengroep E)
400-400-450-500-550-600 g kleur nr 09, denimblauw
50-50-50-100-100-100 g kleur 01, naturel
50-50-50-100-100-100 g kleur nr 05, beige

DROPS KNOOP, Marmer NR 630: 6-7-7-7-7-7 stuks

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 8 mm: Lengte 40 en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 7 mm: Lengte: 80 cm
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 8 mm
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 7 mm
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
11 steken in de breedte en 15 naalden in de hoogte in tricotsteek en patroon = 10 x 10 cm.
LET OP! De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Wish
DROPS Wish
50% Alpaca, 33% Katoen, 17% Wol
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

----------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = brei 2 naalden recht.

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert mindert, gebruik het totaal aantal steken waarover meerderingen/minderingen gemaakt moeten worden (dus 54 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen/minderingen (dus 5) = 10.8.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer iedere 11e steek. Meerder niet over de kantsteken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Om te minderen in dit voorbeeld breit u iedere 10e en 11e steek samen.

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Brei het hele patroon in tricotsteek.

TIP VOOR HET BREIEN:
Om te voorkomen dat het kledingstuk haar elasticiteit verliest wanneer u in patroon breit, is het belangrijk om de draden niet te strak aan te trekken op de achterkant van het werk. Ga verder met een naald in een grotere maat wanneer u in patroon breit en het wordt wat te strak.

TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 steken recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd).

KNOOPSGATEN:
Minder voor 6-7-7-7-7-7 knoopsgaten op de rechter voorbies.
1 knoopsgat = brei 2 steken samen, maak 1 omslag – LET OP: Het minderen voor de knoopsgaten ziet er beter uit wanneer u 2 steken averecht samen breit in een deel met 2 averechte steken (gezien aan de goede kant). Brei de volgende naald de omslag recht om gaatje te maken. Het onderste knoopsgat moet op ongeveer 4-6 cm vanaf de onderrand gemaakt worden en het bovenste knoopsgat ongeveer 1 cm vanaf de halsrand. Verdeel de overgebleven 4-5-5-5-5-5 tussen het bovenste en onderste knoopsgat.

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om een strakke afkantrand te voorkomen bij het afkanten, kunt u een naald in een grotere maat gebruiken. Als het nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer iedere 6e steek terwijl u afkant (kant de omslagen af als normale steken).

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

VEST - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei de halsrand en de pas heen en weer op de rondbreinaald vanaf midden voor, brei van boven naar beneden. Kant steken af voor de voorbies en brei de rest van de pas heen en weer met 1 kantsteek aan elke kant richting midden voor. Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen. Brei het lijf heen en weer op de rondbreinaald vanaf midden voor, brei van boven naar beneden. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald, van boven naar beneden. Neem dan steken op voor de biezen op de voorpanden.

HALSRAND:
Zet 60-64-64-68-68-72 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant richting midden voor) op rondbreinaald 7 mm met denimblauw in DROPS Wish. Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant).
Brei de volgende naald als volgt aan de goede kant: 1 kantsteek in RIBBELSTEEK – lees uitleg hierboven - * 2 gedraaid recht, 2 averecht *, brei van *-* tot er 3 steken over zijn, 2 gedraaid recht, en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek.

Brei op de verkeerde kant als volgt:
1 kantsteek in ribbelsteek, * 2 gedraaid averecht, 2 recht *, herhaal van *-* tot er 3 steken over zijn op de naald, 2 gedraaid averecht en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek.

Ga zo verder in boordsteek voor 10 cm.
Als de boordsteek klaar is, brei dan de volgende naald als volgt aan de goede kant:
Kant de eerste 5 steken af (hecht de voorbies hier later aan), brei de volgende 50-54-54-58-58-62 steken recht en meerder tegelijkertijd 1-1-5-5-13-13 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN, brei boordsteek zoals hiervoor over de volgende 4 steken en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met rondbreinaald 8 mm. Keer het werk, kant de eerste 5 steken af, brei averecht tot er 1 steek over is op de naald (brei de omslagen gedraaid averecht) en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek = 51-55-59-63-71-75 steken op de naald.
Voeg 1 markeerdraad in na de kantsteek op het begin van de naald midden voor, meet de pas vanaf deze markeerdraad!

PAS:
Lees TIP VOOR HET BREIEN en brei dan de volgende naald als volgt aan de goede kant:
1 kantsteek in ribbelsteek, brei A.1 tot er 2 steken over zijn (= 12-13-14-15-17-18 herhalingen van 4 steken), brei de eerste steek in A.1 (zodat het patroon hetzelfde begint en eindigt aan elke kant richting midden voor - LET OP! Meerder niet volgens het telpatroon voor deze steek) en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek.
Ga zo verder in patroon. Brei de kantsteken in dezelfde kleur als de eerste/laatste steek in patroon.

Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, zijn er 147-159-171-183-207-219 steken op de naald. Brei dan het werk in tricotsteek met denimblauw. Pas op de volgende naald het aantal steken aan naar 146-158-178-186-206-222. Bij een hoogte van 25-25-25-27-29-31 cm, verdeelt u de pas voor het lijf en de mouwen, dus brei de volgende naald als volgt:
Brei 22-24-27-28-32-35 steken zoals hiervoor (= voorpand), zet de volgende 30-32-36-38-40-42 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-6-8-8-8 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei 42-46-52-54-62-68 steken zoals hiervoor (= achterpand), zet de volgende 30-32-36-38-40-42 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-6-8-8-8 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw) en brei de 22-24-27-28-32-35 steken zoals hiervoor (= voorpand). Brei het lijf en de mouwen apart verder. MEET NU HET WERK VANAF HIER!

LIJF:
= 98-106-118-126-142-154 steken.
Ga verder met denimblauw, brei in tricotsteek met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. Brei tot het werk 15-17-19-19-19-19 cm meet. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder TEGELIJKERTIJD 10-10-10-10-14-14 steken verdeeld = 108-116-128-136-156-168 steken. Meerder steken om te voorkomen dat de boord samen gaat trekken. Ga verder met rondbreinaald 7 mm. Brei de eerste naald als volgt op de verkeerde kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, * 2 gedraaid averecht, 2 recht *, herhaal van *-* tot er 3 steken over zijn op de naald, 2 gedraaid averecht, en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek.

Brei dan als volgt aan de goede kant:
1 kantsteek in ribbelsteek, * 2 gedraaid recht, 2 averecht *, herhaal van *-* tot er 3 steken over zijn op de naald, 2 gedraaid recht en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek.

Ga zo verder boordsteek voor 10 cm, kant af met ribbelsteek over ribbelsteek, recht over gedraaid recht en averecht over averecht - lees TIP VOOR HET AFKANTEN. Het vest meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder.

MOUWEN:
Zet de 30-32-36-38-40-42 steken van de hulpdraad aan de ene kant op een korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 8 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 6-6-6-8-8-8 opgezette steken in de zijkant onder de mouw met denimblauw = 36-38-42-46-48-50 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de nieuwe steken (= 3-3-3-4-4-4 nieuwe steken aan elke kant van de markeerdraad). Neem de markeerdraad mee in de hoogte tijdens het breien; het wordt gebruikt voor het minderen midden onder de mouw.
Begin op de markeerdraad, en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 4 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 1 steek aan elke kant van de markeerdraad - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo ongeveer iedere 11-10-7-6-4-4 cm 3-3-4-4-5-5 keer in totaal = 30-32-34-38-38-40 steken. Brei tot de mouw 27-26-28-26-25-23 cm meet vanaf de scheiding – of tot de gewenste lengte (er is ongeveer 10 cm over tot de gewenste afmetingen). Meerder nu 10-8-10-8-10-8 steken verdeeld = 40-40-44-44-48-48 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 7 mm. Brei 10 cm boordsteek (= 2 recht gedraaid/2 averecht). Kant af met recht over gedraaid recht en averecht over averecht – denk om TIP VOOR HET AFKANTEN. De mouw meet ongeveer 37-36-38-36-35-33 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

RECHTER VOORBIES:
Neem aan de goede kant langs het voorpand aan de binnenkant van de1 kantsteek in ribbelsteek ongeveer 68-80 steken op met rondbreinaald 7 mm en denimblauw (het aantal steken moet deelbaar zijn door 4). Brei de eerste naald als volgt op de verkeerde kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, * 2 gedraaid averecht, 2 recht *, herhaal van *-* tot er 3 steken over zijn op de naald, 2 gedraaid averecht, en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek.

Brei dan als volgt aan de goede kant:
1 kantsteek in ribbelsteek, * 2 gedraaid recht, 2 averecht *, herhaal van *-* tot er 3 steken over zijn op de naald, 2 gedraaid recht, en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek

Als het werk ongeveer 2 cm meet, minder dan voor de knoopsgaten - zie uitleg hierboven. Ga verder tot de boordsteek 4 cm meet, pas zo aan dat de voorbies dezelfde breedte heeft als de 5 steken afgekante steken op de halsrand. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht - denk om TIP VOOR HET AFKANTEN.

LINKER VOORBIES:
Brei op dezelfde manier als de rechter voorbies maar minder niet voor de knoopsgaten.

AFWERKING:
Naai de halsrand netjes tegen de rand op de biezen met de naad naar de verkeerde kant.
Naai de knopen aan de linker voorbies.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 10.01.2023
MOUWEN:...De mouw meet ongeveer 37-36-38-36-35-33 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

Telpatroon

denimblauw = denimblauw
beige = beige
naturel = naturel
maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid om gaatjes te voorkomen = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid om gaatjes te voorkomen
Diagram for DROPS 228-13
Diagram for DROPS 228-13

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #northgatejacket of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 228-13

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (28)

country flag Annet Meijer schreef:

Kan dit patroon ook op 2 pennen gebreid worden?

19.12.2021 - 18:11

country flag Annette Hoffmann schreef:

Ich bin der Meinung, dass in dieser Anleitung die Maschenzahl zu wenig ist. Ich habe Größe M gestrickt. Nach der Passe habe ich festgestellt, dass es vielleicht einem Kind mit Gr. 152 passt. 158 Maschen für 2 Ärmel, Rückenteil und Vorderteil ist viel zu wenig. Ich stricke sehr viel Islandpullis, und weis von was ich spreche. Gruß

19.12.2021 - 09:23

DROPS Design antwoorde:

Liebe Frau Hoffmann, stimmt Ihre Maschenprobe? Mit 11 Maschen = 10 cm, sollen die 106 Maschen beim Rumpfteil ca 96 cm sein dh minus die Randmaschen ca 47 cm breit von der Seite bis auf der anderen Seite, genauso wie bei der Skizze. Hoffentlich kann das Ihnen helfen. Viel Spaß beim stricken!

20.12.2021 - 08:31

country flag Annette Hoffmann schreef:

Ich habe festgestellt, dass die Maschenzahl nicht korrekt ist. Nach der Rundpasse hat man 158 Maschen für Vorderteile, Rückenteil und Ärmel auf den Nadeln . Jetzt werden die Maschen verteilt. Je Ärmel legt man 32 Maschen still. Dann verbleiben für das Rückenteil und Vorderteile 94 Maschen. Diese Maschenzahl ist für Größe M viel zu wenig. Bitte um Überprüfung!!!!!

15.12.2021 - 15:32

DROPS Design antwoorde:

Liebe Frau Hoffmann, ich habe die Maschenanzahl richtig so: 24 M + 32 M + 46 M + 32 M + 24 M = 158 Maschen - misverstehe ich Ihre Frage?

15.12.2021 - 16:27

country flag Inge Soree schreef:

Ik ben met het vest in DROPS Wish 228-13 bezig, maar zie niet goed hoe ik na de boord kan vinden wat ik waar moet meerderen voor de pas. Er staat in de tekst "LET OP! Meerder niet volgens het telpatroon voor deze steek" dus waar kan ik dan wel vinden hoeveel ik waar moet meerderen? Alvast bedankt voor de hulp!

12.12.2021 - 15:03

DROPS Design antwoorde:

Dag Inge,

De meerderingen voor de pas zijn in het telpatroon opgenomen, dus als je het telpatroon gewoon volgt, meerder je automatisch voor de pas. De laatste steek op de naald brei je in A.1 en alleen voor deze ene steek in A.1 geldt dat je niet meerdert, dus niet de omslagen maakt zoals aangegeven in A.1

14.12.2021 - 10:46

country flag Sjan schreef:

Het patroon, is iedere toer 1 keer of moet de terug gaande toer het zelfde gebreid worden? Ik lees daar niks over en kan het niet goed zien

03.12.2021 - 00:25

DROPS Design antwoorde:

Dag Sjan,

In het telpatroon zijn alle naalden weergegeven, dus zowel de heengaande als de teruggaande naald. Als je naald 1 gebreid hebt, ga je op de volgende toer dus verder met naald 2, enzovoort. Bij de vaak gestelde vragen kun je ook meer informatie vinden over het lezen van telpatronen.

09.12.2021 - 11:09

country flag Lina schreef:

Buongiorno, ho realizzato il modello e, secondo le indicazioni, ho utilizzato il blu denim ma l'effetto è più scuro rispetto alla foto. Potrei sapere il colore del modello in foto? Forse il blu navy?

15.11.2021 - 08:14

DROPS Design antwoorde:

Buonasera Lina, il modello è realizzato con blu denim, ma la colorazione può variare a seconda della luce e anche dallo schermo. Buon lavoro!

16.11.2021 - 22:16

country flag Sjan Baardemans schreef:

Lekker dik vest denk ik. Hoop dat hij snel online is

10.08.2021 - 11:28

country flag Susanne schreef:

So schön!!

10.08.2021 - 10:10