DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS Paris yarn
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 0.91 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.92€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425
Markeer maat:
DROPS 137-17

#emiliasweater

DROPS design: Model nr. W-424
Garengroep C
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS PARIS van Garnstudio
Kleur nr. 17, naturel:
500-550-600-650-700-750 gr
Kleur nr. 38, koraal:
50-50-50-100-100-100 gr
Kleur nr. 30, denimblauw:
50-50-50-100-100-100 gr

DROPS RONDBREINLD 5 mm (80 cm) - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 st x 22 nld in tricotst met Paris = 10 x 10 cm.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 0.91 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.92€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (in de rondte op de rondbreinld):
* brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*.

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

PATROON:
Zie telpatroon M.1 – het telpatroon wordt in tricotst gebreid. Het telpatroon geeft de goede kant van het werk weer. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 st aan iedere kant als volgt: 1 kant st in ribbelst, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh, brei tot er 3 st over zijn, brei de volgende 2 st r samen, 1 kant st in ribbelst.

KOKER BREIEN:
* 1 st r, breng de draad naar de voorkant van het werk (naar u toe), 1 st av afh, breng de draad naar de achterkant van het werk (van u af) *, herhaal van *-* op alle nld.
--------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld. Zet 164-172-188-204-224-244 st op met rondbreinld 5 mm en naturel. Brei 5 cm in ribbelst - Lees uitleg boven, brei dan 1 cm in tricotst. Brei dan telpatroon M.1. Plaats een markeerder aan het begin van de nld (= linker zijkant) en een markeerder na 82-86-94-102-112-122 st (= rechter zijkant), neem de markeerders gaandeweg mee naar boven. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Minder als telpatroon M.1 40-40-40-46-46-46 nld gebreid is (het werk meet ongeveer 24-24-24-27-27-27 cm) 1 st aan iedere kant van iedere markeerder = 4 st geminderd per nld. Herhaal dit minderen als telpatroon M.1 60-60-60-66-66-66 nld gebreid is (het werk meet ongeveer 33-33-33-36-36-36 cm) en als telpatroon M.1 76-76-76-82-82-82 nld gebreid is (het werk meet ongeveer 41-41-41-43-43-43 cm) = 152-160-176-192-212-232 st.

Ga verder in telpatroon M.1 tot het werk 43-44-46-47-49-50 cm meet. Brei de volgende nld als volgt: Brei 34-36-40-44-49-54 st r, brei de volgende 8 st av (= begin van de halssplit middenvoor), brei de rest van de nld in tricotst. Splits in de volgende nld het werk voor de halssplit middenvoor en brei verder heen en weer als volgt: 38-40-44-48-53-58 st r (= linker voorpand), keer het werk. Brei 1 nld aan de verkeerde kant over alle st op de nld - maar brei de eerste 4 st en de laatste 4 st steeds in ribbelst - lees uitleg boven (= halssplit middenvoor). Brei verder heen en weer in telpatroon M.1 met 4 st in ribbelst aan iedere kant.

Kant bij een hoogte van 49-50-51-52-53-54 cm af voor de armsgaten in de volgende nld aan de goede kant als volgt: Brei 37-39-42-45-49-54 st (= rechter voorpand), kant de volgende 2-2-4-6-8-8 st af (= 1-1-2-3-4-4 st aan iedere kant van de markeerder), brei 74-78-84-90-98-108 st (= achterpand), kant de volgende 2-2-4-6-8-8 st af (= 1-1-2-3-4-4 st aan iedere kant van de markeerder), brei de overgebleven 37-39-42-45-49-54 st (= linker voorpand). Brei nu ieder deel apart verder.

ACHTERPAND:
= 74-78-84-90-98-108 st.
Plaats een markeerder aan het begin en einde van de nld (waar later st opgenomen worden voor de mouwen). Ga verder heen en weer in telpatroon M.1 tot het werk 62-64-66-68-70-72 cm meet. Kant in de volgende nld aan de goede kant de middelste 24-26-26-28-28-30 st af voor de hals en eindig iedere schouder apart. Kant 1 st af in de volgende nld langs de hals = 24-25-28-30-34-38 st over op de schouder. Kant losjes alle st af bij een hoogte van 64-66-68-70-72-74 cm.

RECHTER VOORPAND:
= 37-39-42-45-49-54 st.
Plaats een markeerder aan het begin en einde van de nld (waar later st opgenomen worden voor de mouwen). Ga verder heen en weer in telpatroon M.1 en met 4 st in ribbelst middenvoor tot het werk 54-56-57-59-60-62 cm meet. Kant dan af voor de hals aan het begin van iedere nld aan de goede kant als volgt: 1 keer 6-6-7-7-8-8 st, 2 keer 2 st en 1 keer 1 st. Kant dan af aan het begin van de nld aan de goede kant als volgt: 2-3-2-3-2-3 keer 1 st = 24-25-28-30-34-38 st over op de schouder. Kant losjes alle st af bij een hoogte van 64-66-68-70-72-74 cm.

LINKER VOORPAND:
Brei als het rechter voorpand maar in spiegelbeeld.

AFWERKING:
Maas de schoudernaden samen aan de goede kant.

MOUW:
Wordt heen en weer gebreid op de nld. Neem met naturel aan de goede kant ongeveer 50 tot 70 st op tussen de markeerders langs een armsgat (LET OP: Neem geen st op in de afgekante st van de armsgaten). Brei de volgende nld av - en pas TEGELIJKERTIJD het aantal st aan naar 52-54-58-62-66-68.
Brei 2-2-2-3-3-3 cm in tricotst, brei dan nld 1 tot en met 4 van telpatroon M.1. Minder in de 5e nld in telpatroon M.1, 1 st aan iedere kant - Lees TIP VOOR HET MINDEREN boven. Herhaal dit minderen iedere 7-7-6-5-4-3½ cm in totaal 6-6-7-8-9-10 keer = 40-42-44-46-48-48 st. Ga verder in telpatroon M.1 tot het werk ongeveer 46-46-45-45-43-41 cm meet (minder cm voor de grootste maten voor een grotere mouwkop en bredere schouders), brei dan 2 cm in ribbelst. Kant losjes alle st af, het werk meet nu 48-48-47-47-45-43 cm. Brei nog een mouw.

AFWERKING:
Naai de mouw- en zijnaden samen naast de kant st.

HALSRAND:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld. Begin op het rechter voorpand middenvoor, neem aan de goede kant ongeveer 80 tot 90 st op langs de hele halsrand. Brei de volgende nld recht aan de verkeerde kant – pas TEGELIJKERTIJD het aantal st aan naar 74-76-80-82-84-86. Brei in ribbelst tot de rand 2 cm meet, kant dan losjes alle st af.

STRIKBANDEN:
Zet 2 st op met breinld zonder knop 5 mm. Brei KOKER BREIEN - Lees uitleg boven. Kant af als het bandje ongeveer 36 cm meet. Brei nog een bandje. Naai een uiteinde van ieder bandje aan de bovenkanten van de halssplit (zie foto).


Telpatroon

naturel<br />
= naturel
koraal<br />
= koraal
denimblauw<br />
= denimblauw
Diagram for DROPS 137-17
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 137-17

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (85)

country flag Caroline schreef:

Klasse Pulli-ber nun hänge ich fest. Bin am Halsausschnitt angekommen: 1 Reihe rechts mit 8 M links vorn in der Mitte. Nächste Re diese 8 in der Mitte teilen und nach den ca 40 M wieder umdrehen? Heißt das, das Rückenteil liegt dann erstmal still? Und wenn die Vorderteile geteilt sind, wie dann über eine komplette Reihe Stricken? Sind am Kragen in der Mitte wirklich 4 cm keine Maschen abzunehmen? Auf dem Foto sieht es ja schon ab Anfang wie Dekolleté aus...ahhhh! Help please!

01.03.2020 - 17:48

DROPS Design antwoorde:

Liebe Caroline, die Arbeit wird in der Mitte dieser 8 Maschen geteilt, und von dieser Runde ab stricken Sie in Reihen, dh in Hin und Rückreihen (mit 4 Maschen kraus rechts (= die 8 Maschen) beidseitig). Viel Spaß beim stricken!

02.03.2020 - 10:50

country flag Ursula schreef:

Ich bin jetzt kurz hinter der Teilung vorn über den 8 Maschen. Wenn ich jetzt weiterhin an der Seite den Reihenwechsel habe, weiß ich nicht, wie ich auf beiden Seiten auf 11 Reihen bis zum nächsten Musterstreifen kommen soll. Außerdem: werden die krausen 4 Maschen immer weiß gestrickt?

18.12.2019 - 23:28

DROPS Design antwoorde:

Liebe Ursula, nach der Teilung müssen Sie den Faden abschneiden, und neu ansetzen, so stricken Sie weiter in Hin- und Rückreihen. Beim Modell wurden die 4 Maschen immer naturweiss gestrickt, aber Sie können auch diesen 4 Maschen mit der Farben der Streifen stricken. Viel Spaß beim stricken!

19.12.2019 - 08:07

country flag Elaine Rinaldo Sjøholt schreef:

Hei Jeg føler at det er noe feil med å ta opp masker til ermene her uten i tillegg å legge på 6 masker over de 6 maskene som ble felt under armen. Jeg har strikket armen att og fram som oppskrifta sier, men det blir fryktelig trang arm og et hull under som ikke blir pent når du syr sammen. Hva betyr forresten MONTERING: Sy side- og ermesømmene i ett innenfor 1 kantm.? Hvilke sidesømmer? Ermene sine? Takk for svar :) Mvh Elaine R. Sjøholt

15.02.2019 - 10:31

DROPS Design antwoorde:

Hei Elaine. Du vil sy den ytterste delen i hver side til maskene som ble lagt opp under ermet på bolen. Etter at maskeantallet er justert vil omkretsen på ermet være ca 30-32-34-36-38-40 cm. Om du ser på målskissen nederst på siden stemmer dette overens med ermhullsåpningen. Det er ikke noe i evien for at du strikker ermet i en større størrelse hvis du ønsker det. Ja, sidesøm referer her til ermet. God fornøyelse

20.02.2019 - 14:28

country flag Andrea Tapken schreef:

Hallo, ich stricke diesen tollen Pullover mit der empfohlenen Drops Paris Wolle. Leider zieht das gestrickte schräg zur seite weg. Woran kann das liegen. Ich stricke seit 35 Jahren, aber so etwas hatte ich noch nicht. Viele Grüße

07.02.2017 - 14:20

DROPS Design antwoorde:

Liebe Frau Tapken, schauen Sie Ihrem DROPS Laden Ihren Strickprojekt (eventuel Fotos per mail schicken), so können Sie persönnliche Hilfe bekommen. Viel Spaß beim stricken!

07.02.2017 - 14:44

country flag Inga Tiepermann schreef:

Hallo liebes Drops Team, Ich hätte eine Frage zu dem Rückenteil: wenn ich die mittleren 26M für den Nacken abgekettet habe habe ich zwei "streifen" mit je ca. 25M richtig? Nun soll ich innerhalb 2cm bis zum endgültigen abketten auf beiden Seiten jeweils wie viele M abketten?

06.11.2016 - 20:11

DROPS Design antwoorde:

Liebe Frau Tiepermann, nachdem Sie die 26 M für den Hals abgekettet haben, sind jetzt 26 Maschen übrig auf beiden Seiten für die Shulter, jede Schulter wird jetzt separat gestrickt. Dann sollen Sie 1 M gegen den Hals abketten, 25 M bleiben, dann bis 66 cm (insg. 2 cm nach den Hals) stricken und die Maschen der Schulter abketten.

07.11.2016 - 10:09

country flag Karin Schretzenmair schreef:

Hallo, kann ich den Pullover auch mit Drops Baby Merino stricken?

21.08.2016 - 18:28

DROPS Design antwoorde:

Liebe Karin, Sie können ein Garn der Garngruppe C (Paris) durchaus durch ein doppelfädig verstricktes Garn der Gruppe A ersetzen. Achten Sie auf eine korrekte Maschenprobe und beachten Sie, dass grosse Strickstücke aus Merino eine weniger gute Formbeständigkeit haben als Stücke aus Baumwolle.

25.08.2016 - 18:27

country flag Claudia schreef:

Hallo, ich nochmal. Habe die vorherige Frage/Antwort übersehen. Das einzige, was ich trotzdem nicht verstehe. Wenn ich in Hin- und Rückreihen stricke, dann habe ich beim Muster aber Probleme mit meinem Faden. Ich stricke von M1 die erste Reihe (rechts) in zwei Farben. Dann eine Rückreihe links in einer Farbe, dabei bleibt mein zweiter Faden ja am anderen Ende liegen??? Wenn ich dann wieder in einer Vorderreihe rechts stricke, habe ich doch nur den einen Faden???

31.03.2016 - 11:14

DROPS Design antwoorde:

Liebe Claudia, Sie müssen den Faden abschneiden und neu ansetzen. Es gibt ja lediglich 3 Musterstreifen im oberen Bereich.

01.04.2016 - 09:10

country flag Claudia schreef:

Jetzt komme ich einfach nicht mehr weiter:-(( Muss ich ab dem Teil, wo ich die 8 Maschen für den Halsausschnitt teile in Hin- und Rückreihen (also rechts/links) stricken?? Wenn das so ist, dann muss ich das Muster aus dem Diagramm M1 ja auch in rechten und linken Reihen stricken?? Vielen Dank schon mal für eine Antwort LG Claudia

31.03.2016 - 10:36

DROPS Design antwoorde:

Liebe Claudia, ja es kann nur bis zu dieser Teilung in Runden gestrickt werden. Und ab da wird auch M1 in Hin- und Rückreihen gestrickt.

01.04.2016 - 09:07

country flag Clawur schreef:

Hallo, ich schon wieder! Werden die Abnahmen am Vorderteil am Armloch oder am Ausschnitt gemacht? Danke!

25.02.2016 - 20:16

DROPS Design antwoorde:

Nach 49-50-51-52-53-54 cm werden die Maschen für das Armloch abgekettet, nach 54-56-57-59-60-62 cm Gesamtlänge wird für den Halsausschnitt abgekettet. Sie sehen das auf der Schnittzeichnung.

26.02.2016 - 15:58

country flag Clawur schreef:

Hallo! Ich bräuchte mal wieder Hilfe. Ich hänge gerade bei: bei der nächsten Reihe das Vorderteil in der Mitte diese 8M. teilen. Weiter 40 Maschen re (linkes Vorderteil), Arbeit drehen. Von der Rückseite.... Ich verstehe nicht wie das mit dem teilen und drehen gemeint ist! Danke im Voraus!

21.02.2016 - 01:19

DROPS Design antwoorde:

Das Teilen bezieht sich auf den Halsausschnitt. Sie stricken einfach wie folgt: 38-40-44-48-53-58 M stricken ab Rd-Beginn (d.h. bis zur Mitte der 8 li gestrickten M), dann wenden Sie und stricken über alle M zurück, d.h. wieder bis zur Mitte der 8 li gestrickten M. Sie stricken also nun in Hin- und Rück-R weiter, dabei stricken Sie beidseitig je 4 M kraus re (also die M über den 8 M li), das ist für die Ränder am Schlitz.

21.02.2016 - 15:01