Annemie Peeters schreef:
In de beschrijving is sprake van kabels. Geen kabels zichtbaar op foto. Misschien achterkant van het model? Kan ik dit model breien met een lichter (langere garen per bol) garen? Welk garen suggereert u dan?
25.09.2025 - 10:12
Elizabeth schreef:
Would like this pattern
24.09.2025 - 16:52
Gray Feather Cardigan#grayfeathercardigan |
||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Nepal of DROPS Big Merino. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid in tricotsteek met raglan, kabels en PUNNIKRAND. Maten XS - XXXL.
DROPS 263-22 |
||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.4. De telpatronen tonen het patroon aan de goede kant. Denk erom dat de telpatronen van links naar rechts worden gelezen als u aan de verkeerde kant breit. RAGLAN: Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, welke als volgt gebreid wordt op de volgende naald: VOOR DE MARKEERDER: Brei averecht door de achterste lus om een gaatje te voorkomen. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. NA DE MARKEERDER: Haal de omslag van de linker naald en zet hem omgekeerd terug op de linker naald (voeg de linker naald in aan de achterkant als u hem terug zet). Brei averecht door de voorste lus om een gaatje te voorkomen. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant. 1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht. BIEZEN MET PUNNIKRAND: BEGIN VAN DE NAALD: Brei de voorbies als volgt: Haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht, brei 5 ribbelsteken. EINDE VAN DE NAALD: Brei de voorbies als volgt: Brei tot er 7 steken over zijn op de naald, brei 5 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. Brei zo aan zowel de goede als de verkeerde kant. MOUWTIP: Als u steken opneemt onder de mouw, kan er een klein gaatje ontstaan in de overgang tussen de steken op het lijf en de mouw. Dit gaatje kan gesloten worden door de draad tussen 2 steken op te nemen en deze gedraaid samen te breien met de eerste steek tussen het lijf en de mouw. TIP VOOR HET MINDEREN: Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). KNOOPSGATEN: Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt) aan de goede kant, als er 5 steken over zijn op de naald als volgt: NAALD 1 (goede kant): Maak 1 omslag, 2 recht samen, 1 recht, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. NAALD 2 (verkeerde kant): Brei de voorbies zoals hiervoor, brei de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt aan de goede kant gebreid, 7½-8-8-8½-8½-7½-8 cm vanaf de halslijn. Brei dan de andere 4-4-4-4-4-5-5 knoopsgaten met 7½-8-8-8½-8½-7½-8 cm tussen elk. Pas aan zodat het onderste knoopsgat in de overgang tussen de tricotsteek en boordsteek wordt gebreid. LET OP: Het laatste knoopsgat wordt op de hals gebreid. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK. Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel wanneer nodig. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid. Er worden steken opgezet voor de halslijn en heen en weer gebreid, meerder aan elke kant tot de halslijn klaar is. Als de pas klaar is, wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid, terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden in de rondte gebreid, van boven naar beneden. Er worden steken opgenomen rondom de halslijn en de hals wordt op het einde gebreid. Als er een «0» in uw maat staat, sla dan de informatie over en ga gelijk verder met de volgende instructie. HALSLIJN: Zet 58-60-62-66-70-72-74 steken op met rondbreinaald 5 mm en DROPS Nepal of DROPS Big Merino. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant. Voeg 4 markeerders in zonder de steken te breien, elke markeerder wordt ingevoegd tussen 2 steken. Deze worden gebruikt voor het patroon en voor het meerderen voor de raglan. Tel 4 steken, voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek (= linker voorpand), tel 10-10-10-12-14-14-14 steken, voeg 1 markeerder in voor de volgende steek (= mouw), tel 30-32-34-34-34-36-38 steken (= achterpand), voeg 1 markeerder in voor de volgende steek (= achterpand), tel 10-10-10-12-14-14-14 steken, voeg 1 markeerder in voor de volgende steek (= mouw), er zijn 4 steken over zijn na de laatste markeerder. INFORMATIE VOORDAT U VERDER GAAT: U breit heen en weer en meerdert voor de halslijn terwijl u in PATROON breit en meerdert voor de RAGLAN – lees uitleg hierboven. In het patroon staan de meerderingen op de voor- en achterpanden en daarnaast zijn er aparte meerderingen voor de raglan op de mouwen. Denk om de stekenverhouding! BREI EN MEERDER ALS VOLGT: NAALD 1 (goede kant): Brei A.1 (4 steken), verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, 10-10-10-12-14-14-14 (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.2 (4 steken), 22-24-26-26-26-28-30 recht (= achterpand), brei A.1, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, 10-10-10-12-14-14-14 recht (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.2, zet 1 steek op voor de halslijn aan het einde van de naald (9 gemeerderde steken) = 67-69-71-75-79-81-83 steken. NAALD 2 (verkeerde kant): Brei averecht (denk erom dat u de omslagen gedraaid breit zoals beschreven voor de RAGLAN en in de uitleg bij de symbolen), zet 1 steek op voor de halslijn aan het einde van de naald (1 gemeerderde steek) = 68-70-72-76-80-82-84 steken. NAALD 3 (goede kant): 1 recht, brei A.1, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder op de rechter naald, brei A.2, brei recht tot er 5 steken over zijn voor de volgende markeerder, brei A.1, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder op de rechter naald, brei A.2, 1 recht, zet 1 steek op voor de halslijn aan het einde van de naald (9 gemeerderde steken) = 77-79-81-85-89-91-93 steken. NAALD 4 (verkeerde kant): Brei averecht, zet 1 steek op voor de halslijn aan het einde van de naald (1 gemeerderde steek) = 78-80-82-86-90-92-94 steken. NAALD 5 (goede kant): Brei recht tot er 6 steken over zijn voor de eerste markeerder, brei A.1 (= kabel met meerdering), verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.2 (= kabel met meerdering), brei recht tot er 6 steken over zijn voor de volgende markeerder, brei A.1, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.2, brei recht tot het EINDE VAN DE NAALD, zet dan 2 steken op voor de halslijn (10 gemeerderde steken) = 88-90-92-96-100-102-104 steken. NAALD 6 (verkeerde kant): Brei averecht, zet dan 2 steken op voor de halslijn aan het einde van de naald (2 gemeerderde steken) = 90-92-94-98-102-104-106 steken. NAALD 7 (goede kant): Brei recht tot er 7 steken over zijn voor de eerste markeerder, brei A.1, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.2, brei recht tot er 7 steken over zijn voor de volgende markeerdraad, brei A.1, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.2, brei recht tot het EINDE VAN DE NAALD, zet dan 2 steken op voor de halslijn (10 gemeerderde steken) = 100-102-104-108-112-114-116 steken. NAALD 8 (verkeerde kant): Brei averecht, zet dan 2 steken op voor de halslijn aan het einde van de naald (2 gemeerderde steken) = 102-104-106-110-114-116-118 steken. NAALD 9 (goede kant): Brei recht tot er 8 steken over zijn voor de eerste markeerder, brei A.1, verplaats de markeerder op de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.2, brei recht tot er 8 steken over zijn voor de volgende markeerder, brei A.1, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.2, brei recht tot EINDE VAN DE NAALD zet dan 11-12-13-13-13-14-15 steken op voor de halslijn (19-20-21-21-21-22-23 gemeerderde steken) = 121-124-127-131-135-138-141 steken. NAALD 10 (verkeerde kant): Brei 7 steken volgens BIEZEN MET PUNNIKRAND – lees uitleg hierboven, brei averecht tot het EINDE VAN DE NAALD, zet dan 11-12-13-13-13-14-15 steken op voor de halslijn aan het einde van de naald = 132-136-140-144-148-152-156 steken. De halslijn is nu klaar en u heeft 5 keer gemeerderd voor de raglan aan elke kant van de 4 markeerdraden (inclusief de meerderingen in de patronen), er zijn 26-27-28-28-28-29-30 steken op elk voorpand, 40-42-44-44-44-46-48 steken op het achterpand en 20-20-20-22-24-24-24 steken op elke mouw. Ga nu verder met de pas als volgt: PAS: NAALD 1 (goede kant): Brei 7 voorbiessteken volgens biezen met PUNNIKRAND, brei recht tot er 6 steken over zijn voor de eerste markeerder, brei A.3, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.4, brei recht tot er 6 steken over zijn voor de volgende markeerder, brei A.3, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.4, brei recht tot er 7 steken over zijn, brei 7 voorbiessteken volgens biezen met punnikrand (= 8 gemeerderde steken). NAALD 2 (verkeerde kant): Brei averecht en brei de biezen zoals hiervoor (denk erom dat u de omslagen gedraaid breit zoals beschreven in de symbool uitleg). Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 12-13-14-13-12-11-10 keer (24-26-28-26-24-22-20 naalden gebreid); in totaal 17-18-19-18-17-16-15 meerderingen in de hoogte voor de raglan (A.3 en A.4 worden in de hoogte herhaald), 34-36-38-36-34-32-30 naalden gebreid. Er zijn 38-40-42-41-40-40-40 steken op de voorpanden, 64-68-72-70-68-68-68 steken op het achterpand en 44-46-48-48-48-46-44 steken op elke mouw = 228-240-252-248-244-240-236 steken. Ga verder met meerderen als volgt: NAALD 1 (goede kant): Brei 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND, brei recht tot er 6 steken over zijn voor de eerste markeerder, brei A.3, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.4, brei recht tot er 6 steken over zijn voor de volgende markeerder, brei A.3, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek voor de raglan, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.4, brei recht tot er 7 steken over zijn, brei 7 voorbiessteken met punnikrand (= 8 gemeerderde steken). NAALD 2 (verkeerde kant): Brei averecht en brei de biezen zoals hiervoor (denk erom dat u de omslagen gedraaid breit zoals beschreven in de symbool uitleg). NAALD 3 (goede kant): Brei de voorbies zoals hiervoor, brei recht tot er 6 steken over zijn voor de eerste markeerder, brei A.3, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.4, brei recht tot er 6 steken over zijn voor de volgende markeerder, brei A.3, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei recht tot de volgende markeerder (= mouw), verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei A.4, recht tot er 7 steken over zijn, brei de voorbies zoals hiervoor (= 4 gemeerderde steken, dus meerder alleen op de voor- en achterpanden, niet op de mouwen). NAALD 4 (verkeerde kant): Brei averecht en brei de biezen zoals hiervoor. Brei NAALDEN 1 tot 4 in totaal 2-3-3-4-6-8-10 keer (8-12-12-16-24-32-40 naalden gebreid). Er zijn in totaal 2-3-3-4-6-8-10 meerderingen in de hoogte op de mouwen en 4-6-6-8-12-16-20 meerderingen in de hoogte op de voor- en achterpanden. Alle meerderingen zijn nu klaar; er zijn in totaal 21-24-25-26-29-32-35 meerderingen in de hoogte op de voor- en achterpand en 19-21-22-22-23-24-25 meerderingen in de hoogte op de mouwen (42-46-48-49-52-56-60 op elk voorpand, 72-80-84-86-92-100-108 steken op het achterpand en 48-52-54-56-60-62-64 steken op elke mouw) = 252-276-288-296-316-336-356 steken. Ga zo verder met de meerderingen of kabels tot de pas 21-22-24-24-26-29-32 cm meet vanaf de opzetrand midden achter. Het werk meet ongeveer 24-25-27-28-30-33-36 cm vanaf de schouder met het werk plat neergelegd. Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Brei de voorbies zoals hiervoor, brei 35-39-41-42-45-49-53 tricotsteken (voorpand), plaats de volgende 48-52-54-56-60-62-64 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-12-16-18-20 steken op (midden onder de mouw), brei 72-80-84-86-92-100-108 tricotsteken (= achterpand), plaats de volgende 48-52-54-56-60-62-64 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-12-16-18-20 steken op (midden onder de mouw), brei 35-39-41-42-45-49-53 tricotsteken en 7 voorbiessteken zoals hiervoor (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. LIJF: = 168-184-196-208-228-248-268 steken. Ga verder met tricotsteek en de biezen zoals hiervoor tot het werk 37-39-40-42-43-44-46 cm meet vanaf de halslijn aan de binnenkant van de voorbies (ongeveer 45-47-48-50-52-53-55 cm vanaf de schouder). Begin op de volgende naald met de boordsteek, meerder tegelijkertijd 29-33-33-37-41-41-45 steken verdeeld over de tricotsteken (niet over de biezen) = 197-217-229-245-269-289-313 steken, brei als volgt: Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm, brei de voorbies zoals hiervoor, boordsteek (1 recht, 1 averecht – denk om het meerderen) tot er 8 steken over zijn, 1 recht en brei de voorbies zoals hiervoor. Als de boordsteek 5-5-6-6-6-7-7 cm meet, kant dan af met Italiaans afkanten, of ietwat losjes met recht boven recht en averecht boven averecht. Het vest meet ongeveer 42-44-46-48-49-51-53 cm vanaf de halslijn midden voor en 50-52-54-56-58-60-62 cm vanaf de bovenkant van de schouder. MOUWEN: Plaats de 48-52-54-56-60-62-64 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 5 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-6-8-12-16-18-20 opgezette steken onder de mouw – lees MOUWTIP = 54-58-62-68-76-80-84 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-12-16-18-20 steken onder de mouw- de naald begint bij de markeerdraad. Brei in tricotsteek in de rondte. TEGELIJKERTIJD, als de mouw 1 cm meet vanaf de scheiding, minder dan midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN als volgt: Minder 1-1-1-2-2-2-2 keer 2 steken iedere 2e naald, minder dan 2 steken iedere 8-7-5-4½-3-2-1½ cm in totaal 3-4-5-6-10-11-12 keer = 46-48-50-52-52-54-56 steken. Brei verder tot de mouw 35-34-31-32-31-26-23 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) Meerder tegelijkertijd 18-18-20-20-22-22-24 steken verdeeld op de eerste naald = 64-66-70-72-74-76-80 steken. Als de boordsteek 10-10-12-12-12-14-14 cm meet, kant dan af met Italiaans afkanten, of ietwat losjes met boordsteek. De mouw meet ongeveer 45-44-43-44-43-40-37 cm vanaf de scheiding. HALS: Gebruik rondbreinaald 3.5 mm, begin aan de goede kant midden voor en neem steken op als volgt: 1 steek in elke PUNNIKRAND-steek (het is belangrijk om deze steek op te nemen zodat de PUNNIKRAND goed doorloopt), dan 1 steek in elk van de 5 ribbelsteken (7 voorbiessteken), neem ongeveer 91-95-99-103-107-113-115 steken op tot de tweede voorbies – het aantal steken moet deelbaar zijn door 2 + 1, zorg ervoor dat u steken opneemt in een strakke lijn aan de binnenkant van de opzetrand zodat de hals een mooie curve heeft, neem 1 steek op in elk van de 5 ribbelsteken en 1 steek in elk van de PUNNIKRAND-steken = ongeveer 105-109-113-117-121-127-129 steken. Brei boordsteek als volgt: NAALD 1 (verkeerde kant): Brei de 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND zoals hiervoor, boordsteek (1 averecht, 1 recht) tot er 8 steken over zijn, 1 averecht, brei 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND zoals hiervoor. NAALD 2 (goede kant): Brei de 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND zoals hiervoor, boordsteek (1 recht, 1 averecht) tot er 8 steken over zijn, 1 recht, 7 voorbiessteken met PUNNIKRAND zoals hiervoor. Herhaal NAALDEN 1 en 2, maar na ongeveer 1½-2 cm breit u 1 knoopsgat in lijn met de andere knoopsgaten op de rechter voorbies. Brei tot de boordsteek 5-5-5-6-6-7-7 cm meet. Kant af met Italiaans afkanten, of ietwat losjes met recht boven recht en averecht boven averecht – LET OP: Als u Italiaans afkant, kant dan alle voorbiessteken af met recht aan de goede kant. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. |
||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||
|
||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #grayfeathercardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 35 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 263-22
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.