DROPS Children 49 · Veel nieuwe ontwerpen voor kinderen!
Product image DROPS Alpaca yarn
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.90 € /50g
Product image DROPS Kid-Silk yarn
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 5.05 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 76.65€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425

Winter Sunrise

Gebreide oversized trui in DROPS Alpaca en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met Europeaanse/diagonale schouders, kleur-op-kleur strepen, Scandinavisch patroon en dubbele halsrand. Maten XS - XXL.

Markeer maat:
DROPS 255-16

#wintersunrisesweater

DROPS Design: Patroon z-1041
Garengroep A + A of C
-------------------------------------------------------

MATEN:
XS - S - M - L - XL - XXL

GAREN:
DROPS ALPACA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
100-100-150-150-150-150 g kleur 9020, zeer licht grijs
100-100-100-150-150-150 g kleur 100, naturel
100-100-100-100-100-150 g kleur 2020, licht noga
50-50-50-100-100-100 g kleur 4010, licht lavendel
50-50-50-50-100-100 g kleur 9035, bevroren lavendel
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
50-50-50-50-75-75 g kleur 40, parelroze
50-50-50-50-50-50 g kleur 01, naturel
25-50-50-50-50-50 g kleur 42, amandel
25-25-25-25-25-25 g kleur 12, beige
25-25-25-25-25-25 g kleur 41, poeder
25-25-25-25-25-25 g kleur 54, helder zand

Als u de trui met een effen achtergrondkleur wilt, kunt u gebruiken:
DROPS ALPACA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
300-300-350-350-400-450 g in de achtergrond kleur
100-100-100-150-150-150 g in de patroonkleur
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
125-125-125-150-150-175 g in de achtergrondkleur
50-50-50-50-50-50 g in de patroonkleur

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 3.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 22 naalden in de hoogte, met tricotsteek, Scandinavisch patroon en 1 draad van elke kwaliteit op naald 5 mm = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.90 € /50g
Product image DROPS Kid-Silk yarn
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 5.05 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 76.65€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
MEERDER 1 STEEK RICHTING LINKS – aan de goede kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei recht in de achterste lus.
MEERDER 1 STEEK RICHTING RECHTS – aan de goede kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
MEERDER 1 STEEK RICHTING LINKS – op de verkeerde kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei averecht in de voorste lus.
MEERDER 1 STEEK RICHTING RECHTS – op de verkeerde kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei averecht in de achterste lus.

TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus, 178 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus, 30) = 5.9.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer elke 6e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.


STREPEN LIJF:
De strepen worden gebreid in tricotsteek met 1 draad van elke kwaliteit (= 2 draden) in de volgende volgorde:
15-17-19-20-22-24 cm (op het achterpand) / 14-15-17-18-19-21 cm (op het voorpand) met 1 draad zeer licht grijs Alpaca en 1 draad parelroze Kid-Silk.
6-6-6-6-6-6 cm met 1 draad licht lavendel Alpaca en 1 draad parelroze Kid-Silk.
6-6-6-6-6-6 cm met 1 draad licht lavendel Alpaca en 1 draad poeder Kid-Silk.
6-6-6-6-6-6 cm met 1 draad bevroren lavendel Alpaca en 1 draad poeder Kid-Silk.
6-6-6-6-6-6 cm met 1 draad bevroren lavendel Alpaca en 1 draad helder zand Kid-Silk.
6-6-6-6-6-6 cm met 1 draad licht noga Alpaca en 1 draad helder zand Kid-Silk.
6-6-6-6-6-6 cm met 1 draad licht noga Alpaca en 1 draad beige Kid-Silk.
10-11-10-11-11-11 cm (of tot de gewenste lengte) + boordsteek met 1 draad licht noga Alpaca en 1 draad amandel Kid-Silk.

STREPEN MOUWEN:
De strepen worden gebreid in tricotsteek met 1 draad van elke kwaliteit (= 2 draden) in de volgende volgorde:
4-4-4-4-5-5 cm (= verhoging) met 1 draad zeer licht grijs Alpaca en 1 draad parelroze Kid-Silk.
5-5-5-5-4-4 cm met 1 draad licht lavendel Alpaca en 1 draad parelroze Kid-Silk.
5-5-5-5-4-4 cm met 1 draad licht lavendel Alpaca en 1 draad poeder Kid-Silk.
5-5-5-5-4-4 cm met 1 draad bevroren lavendel Alpaca en 1 draad poeder Kid-Silk.
5-5-5-5-4-4 cm met 1 draad bevroren lavendel Alpaca en 1 draad helder zand Kid-Silk.
5-5-5-5-4-4 cm met 1 draad licht noga Alpaca en 1 draad helder zand Kid-Silk.
5-5-5-5-4-4 cm met 1 draad licht noga Alpaca en 1 draad beige Kid-Silk.
8-8-6-5-8-7 cm (of tot de gewenste lengte) + boordsteek met 1 draad licht noga Alpaca en 1 draad amandel Kid-Silk.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.6.
De telpatronen tonen het patroon aan de goede kant. Het patroon wordt gebreid in tricotsteek.
Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.5). Vind uw maat in het telpatroon (geldt voor A.1 - A.3/A.4).

TIP VOOR HET BREIEN:
Geef in het telpatroon aan op welke naald het achterpand stopt. Dit maakt het makkelijker om het voorpand overeen te laten komen als u de armsgaten breit.

TIP VOOR HET BREIEN-2:
Als u verkorte toeren breit, ontstaat er een klein gaatje na elke keer dat u het werk keert. Dit gaatje kan gesloten worden door de draad aan te trekken of de techniek Duitse Verkorte toeren te gebruiken als volgt:
Haal de eerste steek averecht af, haal de draad over de rechter naald en trek goed aan vanaf de achterkant (2 lussen op de naald). Deze lussen worden samen gebreid op de volgende naald.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt:
Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen met de achtergrondkleur, 2 recht met de achtergrondkleur (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 2 recht samen met de achtergrondkleur (2 steken geminderd).

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig.
Het werk wordt eerst heen en weer gebreid, zet steken op aan de achterkant van de hals en brei het achterpand van boven naar beneden met het patroon en meerder steken aan elke kant voor de schouders, welke ietwat diagonaal worden. Het achterpand wordt tot de armsgaten gebreid.
Het voorpand wordt daarna in 2 delen gebreid, neem steken op over 1 schouder achter, brei in patroon en meerder voor de halslijn. Dit wordt herhaald op de andere schouder. De 2 delen van het voorpand worden samengevoegd als de halslijn klaar is en gebreid tot de armsgaten klaar zijn.
De voor- en achterpanden worden dan samen gevoegd en het lijf wordt in de rondte gebreid.
Er worden steken opgenomen rondom de armsgaten voor de mouwen, welke eerst heen en weer gebreid worden met verkorte toeren voor de mouwkop en dan verder in de rondte worden gebreid, van boven naar beneden. Er worden steken opgenomen rondom de halslijn en de hals wordt in de rondte gebreid, dan dubbel gevouwen naar de binnenkant.

ACHTERPAND:
Het werk wordt eerst heen en weer gebreid. Zet 31-33-33-33-37-37 steken op met rondbreinaald 5 mm, 1 draad zeer licht grijs DROPS Alpaca en 1 draad parelroze DROPS Kid-Silk (= 2 draden).
Brei STREPEN LIJF – lees beschrijving hierboven, terwijl u als volgt breit:
LET OP: De buitenste 2 steken aan elke kant + de meerderingen worden met de achtergrond/streep kleur gebreid tot de armsgaten klaar zijn.

NAALD 1 (verkeerde kant): Averecht.
NAALD 2 (goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. 2 recht, meerder 1 steek richting links, recht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
NAALD 3 (verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. 2 averecht, meerder 1 steek richting links, averecht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 averecht.
Brei NAALDEN 2 en 3 in totaal 14-15-17-18-19-21 keer (28-30-34-36-38-42 naalden gebreid) = 87-93-101-105-113-121 steken en het werk meet ongeveer 13-14-16-16-17-19 cm vanaf de opzetrand midden achter.
Voeg 1 markeerdraad in aan de buitenkant aan een kant. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten!
Brei op de volgende naald aan de goede kant in PATROON – lees beschrijving hierboven, als volgt:
2 tricotsteken in de achtergrondkleur, begin op de pijl voor uw maat, brei de laatste 9-12-32-2-6-10 steken in A.1, dan A.1 in zijn geheel in totaal 2-2-2-3-3-3 keer, de eerste 10-13-1-3-7-11 steken in A.1 (zodat het patroon symmetrisch is aan beide kanten), eindig met 2 tricotsteken in de achtergrondkleur. Ga verder met dit patroon heen en weer gebreid – let erop dat u verder gaat met de strepen en denk om de stekenverhouding.
Als A.1 klaar is in de hoogte, brei dan A.2 op dezelfde manier (dus, 2 tricotsteken in de achtergrondkleur, begin op uw pijl en brei de laatste 9-12-32-2-6-10 steken in A.2, brei A.2 in totaal 2-2-2-3-3-3 keer, dan de eerste 10-13-1-3-7-11 steken in A.2 en 2 tricotsteken in de achtergrondkleur. A.2 wordt verder in de hoogte herhaald.
Brei tot het werk 14-15-15-16-17-17 cm meet vanaf de markeerdraad, gemeten over het armsgat en eindig met een naald aan de verkeerde kant – lees TIP VOOR HET BREIEN-1.
Knip de draad af, plaats de steken op een hulpdraad en brei het linker voorpand over de linker schouder achter.

LINKER VOORPAND:
Vind de linker schouder achter als volgt: Leg het achterpand plat neer met de goede kant naar boven en met de hulpdraad naar u toe; de linkerkant van het werk = linker schouder.
Begin aan de goede kant op de linker schouder achter bij de hals. Gebruik 1 draad zeer licht grijs DROPS Alpaca en 1 draad parelroze DROPS Kid-Silk (= 2 draden). Neem 1 steek op in elke gebreide naald, aan de binnenkant van 1 steek over de schouder tot het armsgat, dan 1 steek in elk van de volgende 2 naalden aan de buitenkant bij het armsgat = 30-32-36-38-40-44 steken.
Alle lengte afmetingen op het voorpand worden gemeten vanaf deze opneemnaald.
Brei tricotsteek en strepen heen en weer gebreid.
Als het werk 7-7-9-9-9-10 cm meet, meerder dan voor de halslijn als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1, 2 recht, meerder 1 steek richting links), recht tot het EINDE VAN DE NAALD.
NAALD 2 (verkeerde kant): Averecht.
Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 4 keer (8 naalden gebreid) = 34-36-40-42-44-48 steken.
Knip de draad af, plaats de steken op een hulpdraad en brei het rechter voorpand over de rechter schouder achter.

RECHTER VOORPAND:
Begin aan de goede kant met dezelfde kleur als het linker voorpand en 2 naalden voor de laatste meerdering op de rechter schouder achter bij het armsgat. Neem 1 steek op in elk van de eerste 2 naalden, dan 1 steek in elke gebreide naald over de schouder tot de halslijn, aan de binnenkant van 1 kantsteek = 30-32-36-38-40-44 steken.
Alle lengtes op het voorpand worden gemeten vanaf deze opneemnaald.
Brei tricotsteek en strepen heen en weer gebreid.
Als het werk 7-7-9-9-9-10 cm meet, meerder dan voor de halslijn als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei recht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1.
NAALD 2 (verkeerde kant): Averecht.
Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 4 keer (8 naalden gebreid) = 34-36-40-42-44-48 steken. Voeg nu de 2 voorpanden samen.

VOORPAND:
Brei dan als volgt aan de goede kant:
Brei de 34-36-40-42-44-48 steken van het rechter voorpand zoals hiervoor, zet 19-21-21-21-25-25 steken op voor de halslijn, brei dan de 34-36-40-42-44-48 steken van het linker voorpand = 87-93-101-105-113-121 steken.
Brei tricotsteek en strepen heen en weer gebreid.
Als het werk 12-12-14-14-14-16 cm meet vanaf de opneemnaald (ongeveer 1-1-1-1-1-2 cm tricotsteek na het opzetten voor de halslijn), brei dan de volgende naald en PATROON aan de goede kant als volgt:
Brei 2 tricotsteken in de achtergrondkleur, begin op de pijl voor uw maat en brei de laatste 9-12-32-2-6-10 steken in A.1, dan A.1 in zijn geheel in totaal 2-2-2-3-3-3 keer, de eerste 10-13-1-3-7-11 steken in A.1 (zodat het patroon symmetrisch is aan beide kanten), 2 tricotsteken in de achtergrondkleur. Ga verder met dit patroon heen en weer gebreid – let erop dat u verder gaat met de strepen.
Als A.1 klaar is in de hoogte, brei dan A.2 op dezelfde manier (dus, 2 tricotsteken in de achtergrondkleur, begin op uw pijl, brei de laatste 9-12-32-2-6-10 steken in A.2, dan A.2 in totaal 2-2-2-3-3-3 keer, de eerste 10-13-1-3-7-11 steken in A.2 en 2 tricotsteken in de achtergrondkleur. Herhaal A.2 verder in de hoogte.
Brei tot het werk 26-27-29-30-31-33 cm meet vanaf de opneemnaald op de schouder, eindig na dezelfde naald aan de verkeerde kant zoals op het achterpand.
Voeg nu de voor- en achterpanden samen.
Het werk wordt nu vanaf hier gemeten!

LIJF:
Ga verder met het patroon over de 87-93-101-105-113-121 steken van het voorpand, zet 2-2-2-8-8-8 steken op (in de zijkant midden onder de mouw), ga verder met het patroon over de 87-93-101-105-113-121 steken van het achterpand, zet 2-2-2-8-8-8 steken op (in de zijkant midden onder de mouw) = 178-190-206-226-242-258 steken.
Brei in de rondte, met A.2 op de voor- en achterpanden en A.5 aan elke kant als volgt: Brei de eerste 2 steken op de naald volgens de laatste 2 steken in A.5, ga verder met A.2 over de volgende 83-89-97-101-109-117 steken (= voorpand), A.5 over de volgende 6-6-6-12-12-12 steken (= de 2-2-2-8-8-8 opgezette steken + 2 steken aan elke kant), ga verder met A.2 over de volgende 83-89-97-101-109-117 steken (= achterpand), brei de laatste 4-4-4-10-10-10 steken volgens de eerste 4-4-4-10-10-10 steken in A.5.
Ga verder met dit patroon tot het werk 32-33-32-33-33-33 cm meet vanaf de armsgaten (de voorkant van het werk meet ongeveer 58-60-61-63-64-66 cm vanaf de opneemnaald) en eindig na de naald gemarkeerd of met ster-1 of ster-2 in A.2.
Als u eindigt na een naald met ster-1, brei dan A.3 over de steken in A.2 (beginnend op de juiste pijl en ga verder met het patroon, met A.5 aan elke kant zoals hiervoor).
Als u eindigt na een naald met ster-2, brei dan A.4 over de steken in A.2 (beginnend op de juiste pijl en ga verder met het patroon, met A.5 aan elke kant zoals hiervoor).
Als A.3/A.4 klaar is in de hoogte, brei dan 2 naalden tricotsteek over alle steken, met de achtergrondkleur.
Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm en brei boordsteek met de achtergrondkleur/kleur van de laatste streep (1 recht, 1 averecht). Meerder TEGELIJKERTIJD 30-34-38-38-42-46 steken verdeeld op naald 1 – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-3 = 208-224-244-264-284-304 steken.
Als de boordsteek 5-5-6-6-7-7 cm meet, kant dan ietwat losjes af met boordsteek.
De voorkant van het werk meet ongeveer 65-67-69-71-73-75 cm vanaf de opneemnaald, het voorpand is ongeveer 3 cm langer dan de gewenste lengte omdat de opneemnaald niet op de bovenkant van de schouder zit, maar ietwat naar beneden op het achterpand. De trui meet ongeveer 62-64-66-68-70-72 cm.

MOUWEN:
De mouwen worden van boven naar beneden gebreid.
Leg het werk plat neer en voeg 1 markeerdraad in midden boven op de schouder (LET OP! Het midden boven van de schouder is niet de opneemnaald op het voorpand, maar ongeveer 6 tot 8 cm naar beneden over het voorpand).
Gebruik rondbreinaald 3.5 mm, 1 draad zeer lichtgrijs Alpaca en 1 draad parelroze Kid-Silk (= 2 draden). Begin in de middelste steek in de opgezette steken onder de mouw en neem 65-67-73-83-85-91 steken op (aan de binnenkant van 1 steek) rondom het armsgat, zorg ervoor dat u een gelijk aantal steken heeft aan elke kant van de markeerdraad op de schouder.
Ga verder met rondbreinaald 5 mm.
Voeg 1 markeerdraad in, in de middelste steek op de naald (= middelste steek op de bovenkant van de mouw, welke een ander kleur moet hebben dan de eerste markeerdraad).
Brei STREPEN MOUWEN – lees beschrijving hierboven, met verkorte toeren heen en weer gebreid voor de mouwkop voor een betere pasvorm, begin midden onder de mouw als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei tot 8-8-8-9-9-9 steken voorbij de eerste markeerdraad op de bovenkant van de mouw, keer het werk – lees TIP VOOR HET BREIEN-2.
NAALD 2 (verkeerde kant): Brei tot 8-8-8-9-9-9 steken voorbij de markeerdraad, keer het werk.
NAALD 3 (goede kant): Brei tot 7-7-7-7-7-7 steken voorbij de vorige keer dat u het werk keerde, keer het werk.
NAALD 4 (verkeerde kant): Brei tot 7-7-7-7-7-7 steken voorbij de vorige keer dat u het werk keerde, keer het werk.
Herhaal NAALDEN 3 en 4 zo verder totdat u in totaal 8-8-8-8-10-10 keer heeft gekeerd (4-4-4-4-5-5 keer aan elke kant en met de laatste naald aan de verkeerde kant).

NA DE LAATSTE KEER KEREN:
Keer het werk en brei terug tot het begin van de naald aan de goede kant (midden onder de mouw).
Voeg hier 1 markeerdraad in, welke gebruikt wordt voor het minderen onder de mouw. Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte.
U breit nu tricotsteek en strepen in de rondte, minder TEGELIJKERTIJD steken en brei in PATROON – lees beschrijving hierboven. Lees de volgende 2 delen door voordat u verder gaat (let erop dat u verder gaat met de strepen):

MINDEREN:
Als de mouw 1 cm meet vanaf het samenvoegen, minder dan 2 steken onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2e naald in totaal 2-2-2-8-8-8 keer, dan iedere 1½ cm 6-7-7-6-7-7 keer = 49-49-55-55-55-61 steken.

PATROON:
Tijdens het meerderen, als de mouw 7-7-7-6-6-6 cm meet vanaf de markeerdraad op de bovenkant van de mouw, brei dan A.6 rondom de mouw – het patroon past niet onder de mouw; tel uit vanaf de markeerdraadsteek op de bovenkant van de mouw om te bepalen waar het patroon onder de mouw begint; de markeerdraadsteek moet overeenkomen met de middelste steek in A.6. Brei A.6 in totaal 5-5-5-5-4-4 keer in de hoogte, brei de eerste 3 naalden in A.6, brei dan strepen tot de gewenste lengte.

Brei tot de mouw 42-42-40-39-37-36 cm meet vanaf de markeerdraad op de schouder.
Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm, brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) met dezelfde kleur als de streep. Meerder TEGELIJKERTIJD 7-7-9-9-9-11 steken verdeeld op de eerste naald = 56-56-64-64-64-72 steken. Als de boordsteek 5-5-6-6-7-7 cm meet, kant dan ietwat losjes af met boordsteek. De mouw meet ongeveer 47-47-46-45-44-43 cm vanaf de markeerdraad op de schouder.

HALS:
Gebruik rondbreinaald 3.5 mm, 1 draad zeer licht grijs Alpaca en 1 draad parelroze Kid-Silk (= 2 draden). Begin aan de goede kant op een schouderlijn en neem 108-112-118-118-132-134 steken op aan de binnenkant van 1 steek (als u minder steken opneemt dan dit, pas dit dan aan naar het juiste aantal op de eerste naald) – het aantal steken moet deelbaar zijn door 2, met 1 rechte steek op elke schouderlijn. Brei boordsteek in de rondte (1 recht, 1 averecht) voor 11-11-11-13-13-13 cm. Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Kant ietwat losjes af.
Vouw de hals dubbel naar de binnenkant en hecht vast met een aantal steken bij elke schouder.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 03.09.2024
De informatie over de materialen is bijgewerkt.

Telpatroon

recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant met 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk in de achtergrondkleur/kleur van de streep = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant met 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk in de achtergrondkleur/kleur van de streep
recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant met 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk in naturel = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant met 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk in naturel
middelste steek op de mouw = middelste steek op de mouw
eindig het patroon op de onderkant van het lijf na deze naald = eindig het patroon op de onderkant van het lijf na deze naald
begin het patroon bij de pijl voor uw maat = begin het patroon bij de pijl voor uw maat
Diagram for DROPS 255-16
Diagram for DROPS 255-16
Diagram for DROPS 255-16
Diagram for DROPS 255-16

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #wintersunrisesweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 255-16

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (31)

country flag Catherine De Souza Dias schreef:

Bonjour , J'ai acheté les laines que vous avez indiquées et en avançant dans le tricot je constate que les 100 grs d'uni naturel en alpaca et les 59 grs de écru en kid silk ne sont pas mentionnés Où est l'erreur ? Dans les explications ?

09.02.2025 - 19:15

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme De Souza Dias, le coloris 100 Alpaca et 01 Kid-Silk sont ici appelé coloris "naturel" et sont utilisés pour le jacquard - cf 2ème symbole de la légende. Bon tricot!

10.02.2025 - 11:15

country flag Angelika Van Der Horst schreef:

De ronde mouwkop met verkorte toeren zit heel laag onder de schouder. Ziet er een beetje gek eruit. Als soort pofmouw op de bovenarm Ik heb de hele mouw weer uitgehaald

30.01.2025 - 13:58

country flag Hennie Kievit schreef:

Dit lijkt me een prachtig patroon. Wel een afwijkende manier van breien, dus spannend.

27.01.2025 - 16:03

country flag Christin schreef:

Hei Har kjøpt garn og mønster. Men er litt forvirret nå i starten. Etter start på bakstykke, så står det SAMTIDIG STRIKK STRIPE BOL. Når begynner jeg på det? Er det etter jeg har økt ferdig? Gleder meg til å strikke denne 😀

26.12.2024 - 10:33

DROPS Design antwoorde:

Hei Christin. Først strikker du 15-17-19-20-22-24 cm med 1 tråd Alpaca i fargen lys perlegrå og 1 tråd Kid-Silk i fargen perlerosa. Etter siste økning er det = 87-93-101-105-113-121 masker på pinnen og arbeidet måler ca 13-14-16-16-17-19 cm fra oppleggskanten midt bak (ca 2-3-3-4-5-5 cm igjen med lys perlegrå/perlerosa før du skal bytte). Så da kommer det an på hvilken str. du strikker, les STRIPER BOL lengre opp i oppskriften og se målene i den størrelsen du strikker etter. mvh DROPS Design

03.01.2025 - 11:05

country flag Petra Baumann schreef:

Hey Meinen Kommentar, dass die Anleitung einen Fehler enthält, könnt ihr bitte streichen oder ignorieren 😂 Ich war zu doof, um zu erkennen, dass es sich um eine „europäische Schulter“ handelt 🙄 Ich brauche erstmal Kaffee. Oder einen Schnaps 😂 Petra

08.12.2024 - 11:24

country flag Petra Baumann schreef:

Hallo aus Deutschland Etwas stimmt in der Anleitung nicht. Wenn ich 33 Maschen anschlage und über 36 Reihen beidseitig pro Reihe eine Masche zunehme, wird die Schulter extrem schräg. Müssten nicht eher z.B. 4x jeweils 9 Maschen (insgesamt 72) neu angeschlagen werden? Dann käme das mit der Schulter hin. Wäre cool, wenn ihr euch das nochmal anschaut. Und danke für dieses wunderschöne Modell Petra B.

08.12.2024 - 10:17

country flag Agata schreef:

Tył swetra. Nie wiem jak przerabiać rząd 2. schematu żakardowego, na stronie lewej. Instrukcja jest taka sama jak dla strony prawej, ale czy na pewno trzeba zacząć od przerobienia 6 oczek, a nie 7? Mam też wątpliwość co do tego, gdzie jest 6 ostatnich oczek schematu A. 1 kiedy przerabiam na stronie lewej, a gdzie 7 pierwszych oczek schematu. Będę wdzięczna za wyjaśnienie.

28.11.2024 - 22:20

DROPS Design antwoorde:

Witaj Agato, jak przerabiać żakard w tę i z powrotem znajdziesz TUTAJ. Pamiętaj, że na lewej stronie robótki czytasz schemat od lewej do prawej strony. Może być pomocny kurs TUTAJ. Pozdrawiamy!

29.11.2024 - 08:51

country flag Agata schreef:

Tył swetra. Schemat A. 1 (rozm. XL). Czy w drugim rzędzie, na lewej stronie nadal należy zacząć od strzałki?

28.11.2024 - 18:53

DROPS Design antwoorde:

Witaj Agato, zobacz również moją poprzednią odpowiedź i przesłane linki. 2-gi rząd schematu A.1 wykonasz następująco - pamiętaj aby na lewej stronie robótki czytać schemat zawsze od lewej do prawej strony : 2 oczka dżersejem, 7 pierwszych oczek schematu A.1, 3 razy schemat A.1, 6 ostatnich oczek schematu A.1, 2 oczka dżersejem. Pozdrawiamy!

29.11.2024 - 08:58

country flag Ellen N Koorn schreef:

Ik meerder bij het rugpand bovenaan zoals voorgeschreven, maar die rand is niet rekbaar. Kan dit kloppen?

08.11.2024 - 09:09

DROPS Design antwoorde:

Dag Ellen,

Je meerdert in het begin van het rugpand inderdaad voor de diagonale schouders. De naad wordt dan inderdaad niet heel rekbaar, maar zorg ervoor dat de steken niet al te strak zijn op dei schoudernaad.

10.11.2024 - 13:45

country flag A Schaart schreef:

Volgens de materialenlijst is er 50 gr kid silk nr 42 amandel nodig. Echter deze kleur komt nergens in het patroon voor. Wanneer en hoe moet deze kleur gebruikt worden?

27.09.2024 - 22:58