Roos schreef:
De uitleg over de raglan-meerderingen vertelt niet hoe vaak er gemeerderd moet worden op voor-en achterpanden. Het telpatroon geeft alleen de meerderingen op de mouwen aan. Meerder ik op de voor en achterpanden elke 2e naald?
12.09.2025 - 12:25DROPS Design antwoorde:
Dag Roos,
De meerderingen voor de mouwen zijn in de telpatronen aangegeven. Op de voor- en achterpanden, meerder je 22-24-26-29-33-36 keer. Dit staat ook beschreven in te tekst.
12.09.2025 - 21:34
Carolina schreef:
So I am knitting Size XL. I decreased from 118 to 106 and I am currently dividing the arms from the front and back piece, when I follow the instructions and separate 16+ 19+32+19+16 = 102, not 106, what do I do with the other 4 stitches?
12.09.2025 - 11:32DROPS Design antwoorde:
Hi Karolina, count 16 stitches (= half back piece), insert 1 marker in the next stitch (1 st), count 19 stitches (= sleeve), insert 1 marker in the next stitch, count 32 stitches (= front piece), insert 1 marker in the next stitch, count 19 stitches (= sleeve), insert 1 marker in the next stitch, there are 16 stitches left after the last marker (= half back piece). 16+1+19+1+32+1+19+1+16=106 sts. Happy knitting!
12.09.2025 - 11:54
Elisabeth Rudiløkken schreef:
Hei. Skal strikke remembering spring genseren, men i oppskriften står ikke cm rundt bolen, kun s-m-l osv.hva er cm på str s og m mon tro? Mvh Elisabeth
02.09.2025 - 11:49DROPS Design antwoorde:
Hej Elisabeth. Längst ned på opskriften finns en målskisse, där ser du plaggets mål i cm i alla storlekar. Mvh DROPS Design
02.09.2025 - 12:21
Catherine schreef:
Bonjour. Le diagramme A3 A2 A1 ne montre que 16 rangs, dont seulement 6 rangs d'augmentations, alors qu'il doit y en avoir 20 pour les manches. Pouvez vous m'expliquer comment poursuivre au delà des 16 rangs ? Merci
01.09.2025 - 23:58DROPS Design antwoorde:
Bonjour Catherine, lorsque vous avez terminé les diagrammes A.1 - A.3 en hauteur, reprenez au 1er rang: tricotez A.1 au-dessus des 4 premières mailles du A.1 précédent, tricotez A.2 sur les 6 dernières mailles du A.1 précédent, tricotez A.2 comme avant, puis encore 1 fois A.2 au-dessus des 6 premières mailles du A.3 précédent et A.3 au-dessus des 3 dernières mailles de A.3 = vous tricotez maintenant 2 fois A.2 en plus entre A.1 et A.3. Bon tricot!
02.09.2025 - 17:18
Mortazavi schreef:
Bis zur Teilung für Rumpfteil und Ärmel sind bei mir (Größe L) alle Maschen im Muster aufgegangen – es gab also keine zusätzlichen Maschen, die glatt rechts gestrickt werden mussten. Erst in den Ärmeln passten die Maschen nicht mehr vollständig ins Muster, dort musste ich einzelne Maschen glatt rechts arbeiten.
29.08.2025 - 22:26
Christina Marker schreef:
Jeg forstår ikke ærmets mønster, jeg har 75 masker , men når jeg skal strikke efter mønstret, risikerer at få flere masker pinden🤔 de omslag til start og slut. Skal de stadig fortsætte?
29.08.2025 - 09:20DROPS Design antwoorde:
Hej Christina. Ja det stämmer att det ökas maskor i diagram A.1 och A.3. Mvh DROPS Design
29.08.2025 - 11:30
Mortazavi schreef:
Hinweis für Größe L: Die Maschenanzahl geht in dieser Größe immer genau im Muster auf. Es bleiben keine zusätzlichen Maschen übrig, die glatt rechts gestrickt werden müssten – das Muster läuft also von Anfang an ohne Unterbrechung durch.“
25.08.2025 - 15:54DROPS Design antwoorde:
Liebe Frau Mortazavi, was meinen Sie damit? Können Sie uns genau sagen, bei welcher Stelle die Maschenanzahl nicht stimmt? So können wird dann noch mal prüfen. Danke im voraus für Ihr Verständnis.
27.08.2025 - 07:33
Mortazavi schreef:
Hallo, habe die strickschrift in Größe L 2x gestrickt. Wenn ich jetzt erneut unten anfange, komme ich mit den Maschenzahlen nicht zurecht , sollen die zusätzlichen Maschen vor A1 und A3 oder danach rechts gestrickt werden? Danke im Voraus
23.08.2025 - 23:00DROPS Design antwoorde:
Liebe Frau Mortazavi, wenn A.1 bis A.3 einmal in der Höhe gestrickt werden, dann stricken Sie die Diagramme von Anfang wieder: A.1 über die ersten 4 Maschen vorigen A.1 und 1x A.2 über die restlichen Maschen vorigen A.1, dann A.2 wie zuvor, dann A.3 über die 6 ersten Maschen vorigen A.3 und die 3 Maschen A.3 über die letzten Maschen vorigen A.3 = es sind jetzt 2 Rapporte A.2 mehr zwischen A.1 und A.3. Viel Spaß beim Stricken!
25.08.2025 - 10:42
Lia schreef:
Ciao, negli aumenti per il raglan viene detto di aumentare ogni 2 giri. Significa quindi: Riga 1 aumento Riga 2 normale Riga 3 aumento Oppure Riga 1 aumento Riga 2 normale Riga 3 normale Riga 4 aumento? Grazie spero di essermi spiegata
14.08.2025 - 22:14DROPS Design antwoorde:
Buongiorno Lia, se deve aumentare ogni 2 giri, aumenta 1 giro si e 1 no. Buon lavoro!
16.08.2025 - 09:04
Jose Munster schreef:
Het telpatroon begint met de uitleg brei over de volgende 12 steken A1 en A2 maar A1 en A2 begint met 10 steken , brei A3. Dit zijn totaal 13 steken maar de mouw begint met 19 steken, moet ik dan over de overige 6 steken A3 herhalen?
13.08.2025 - 11:22DROPS Design antwoorde:
Dag Jose,
De telpatronen lees je van onder naar boven, dus A.1 heeft 4 steken, A.2 6 steken en A.3 heeft 3 steken.
18.08.2025 - 10:06
Remembering Spring#rememberingspringsweater |
|||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||
Gebreide trui in DROPS Alpaca en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met dubbele halsrand, raglan, kantpatroon en ¾-lengte mouwen. Maten S - XXXL.
DROPS 250-1 |
|||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.3. RAGLAN: Meerder 1 steek door 1 omslag te maken voor/na elke markeerdraadsteek. Brei op de volgende naald de omslagen recht op de voor- en achterpanden, zodat er gaatjes ontstaan. De omslagen op de mouwen worden gedraaid gebreid, zodat er geen gaatjes ontstaan. Brei de nieuwe steken in tricotsteek op de voor- en achterpanden en in het patroon op de mouwen. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. De dubbele halsrand en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden. Als de pas klaar is, wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid, terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden in de rondte gebreid, van boven naar beneden. De hals wordt naar de binnenkant gevouwen en naar beneden vast genaaid. Als er een «0» staat in de maat die u breit, sla de informatie dan over en ga gelijk verder met de volgende instructie. DUBBELE HALSRAND: Zet 104-108-114-118-122-126 steken op met rondbreinaald 4.5 mm, 1 draad DROPS Alpaca en 1 draad DROPS Kid-Silk (= 2 draden). Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm (opzetten met een grotere naald zorgt voor een elastische opzetrand). Brei in tricotsteek in de rondte voor 2½ tot 3 cm. Brei 1 naald averecht, de hals wordt later over deze naald dubbel gevouwen. Ga verder met tricotsteek tot de hals 6 cm meet. De hals is ongeveer 3 cm als hij dubbel gevouwen is. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald (= midden achter), de pas wordt vanaf hier gemeten. PAS: Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm. Brei 1 naald recht en minder 10-10-12-12-12-12 steken verdeeld = 94-98-102-106-110-114 steken. Voeg 4 markeerdraden in zonder de steken te breien (deze worden gebruikt voor het meerderen voor de raglan) als volgt: Tel 13-14-15-16-17-18 steken (= helft van het achterpand), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek, tel 19 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek, tel 26-28-30-32-34-36 steken (= voorpand), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek, tel 19 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek, er zijn 13-14-15-16-17-18 steken over na de laatste markeerdraad (= helft van het achterpand). Brei op de volgende naald in PATROON en meerder voor de RAGLAN – lees beschrijving hierboven, als volgt: 13-14-15-16-17-18 recht (= helft van het achterpand), meerder 1 steek voor de raglan, 1 recht (de eerste de markeerdraad zit in deze steek), brei A.1, A.2 over de volgende 12 steken, brei A.3, 1 recht (de tweede de markeerdraad zit in deze steek) (= mouw), meerder 1 steek voor de raglan, 26-28-30-32-34-36 recht, meerder 1 steek voor de raglan (= voorpand), 1 recht (de derde markeerdraad zit in deze steek), brei A.1, A.2 over de volgende 12 steken, brei A.3, 1 recht (de vierde markeerdraad zit in deze steek), meerder 1 steek voor de raglan (= mouw), 13-14-15-16-17-18 recht (= helft van het achterpand). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Ga verder met dit patroon maar let erop dat de meerderingen verschillend zijn op het voorpand/achterpand en de mouwen – lees MEERDERINGEN VOOR DE MOUWEN en MEERDERINGEN VOOR HET VOORPAND/ACHTERPAND voordat u verder gaat! MEERDERINGEN VOOR DE MOUWEN: Op de mouwen meerdert u 17-20-21-23-24-25 keer aan elke kant (inclusief de eerste meerdering beschreven hierboven). De mouwmeerderingen zijn in telpatronen A.1 en A.3 getekend. Elke keer dat A.1, A.2 en A.3 klaar zijn in de hoogte, is er ruimte voor nog 2 herhalingen van A.2 tussen A.1 en A.3. De steken die niet in het patroon passen aan elke kant van de mouw worden in tricotsteek gebreid. MEERDERINGEN VOOR HET VOORPAND/ACHTERPAND: Op de voor- en achterpanden, meerdert u 22-24-26-29-33-36 keer (inclusief de eerste meerdering beschreven hierboven), als volgt: Meerder op elke naald 0-0-0-0-4-6 keer, dan iedere 2e naald 22-24-26-29-29-30 keer. NA DE LAATSTE MEERDERING: Als alle meerderingen klaar zijn, zijn er 250-274-290-314-338-358 steken (70-76-82-90-100-108 steken op het voorpand/achterpand en 55-61-63-67-69-71 steken op elke mouw (inclusief de markeerdraadsteken aan elke kant van de mouwen). Ga verder in patroon en tricotsteek maar zonder verdere meerderingen. De steken die niet in het patroon passen aan elke kant van de mouw worden in tricotsteek gebreid. Brei tot de pas 19-23-24-26-27-28 cm meet vanaf de markeerdraad. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen als volgt: 35-38-41-45-50-54 recht (= helft van het achterpand), plaats de volgende 55-61-63-67-69-71 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-14-16 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei 70-76-82-90-100-108 recht (= voorpand), plaats de volgende 55-61-63-67-69-71 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-14-16 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 41-44-47-51-56-60 steken recht (= helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten! LIJF: = 160-172-188-204-228-248 steken. Ga verder met tricotsteek in de rondte tot het lijf 20-18-19-18-19-20 cm meet vanaf de scheiding. Begin op de volgende naald met de boordsteek, meerder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald 0-4-4-8-8-12 steken verdeeld = 160-176-192-212-236-260 steken, als volgt: Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm, brei boordsteek (1 recht, 1 averecht – denk om de meerderingen). Als de boordsteek 3-3-3-4-4-4 cm meet, kant dan ietwat losjes af met boordsteek. De trui meet ongeveer 47-49-51-53-55-57 cm vanaf de schouder. MOUWEN: Plaats de 55-61-63-67-69-71 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op rondbreinaald 4.5 mm en neem 1 steek op in elk van de 10-10-12-12-14-16 opgezette steken onder de mouw = 65-71-75-79-83-87 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 10-10-12-12-14-16 steken onder de mouw. Begin op de markeerdraad en ga verder in patroon in de rondte. De steken die niet in het patroon passen onder de mouw worden in tricotsteek gebreid. Minder TEGELIJKERTIJD als de mouw 3-3-3-4-4-4 cm meet vanaf de scheiding, 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 4-2½-2-1½-1½-1 cm in totaal 6-8-9-10-11-12 keer = 53-55-57-59-61-63 steken. Brei verder tot de mouw 30-27-26-23-23-22 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en brei boordsteek (1 recht, 1 averecht). Meerder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald 1-1-3-3-5-7 steken verdeeld = 54-56-60-62-66-70 steken. Als de boordsteek 3-3-3-4-4-4 cm meet, kant dan ietwat losjes af met boordsteek. De mouw meet ongeveer 33-30-29-27-27-26 cm vanaf de scheiding. AFWERKING: Vouw de hals dubbel naar de binnenkant en naai naar beneden vast. Om te voorkomen dat de hals te strak wordt en naar buiten rolt, is het belangrijk dat de naad elastisch is. |
|||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #rememberingspringsweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 29 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 250-1
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.