DROPS Flora
DROPS Flora
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 4.98€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS Baby 33-22
DROPS Design: Patroon nr. fl-002-by
Garengroep A
-----------------------------------------------------------

MATEN:
0/1 - 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2 - 3/4 - 5/6) jaar
De maat staat gelijk aan de hoogte van de baby in cm:
48/52 - 56/62 - 68/74 - 80/86 (92 - 98/104 – 116/122)

MATERIAAL:
DROPS FLORA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
100-100-100-100 (150-150-150) g kleur 07, beige

STEKENVERHOUDING:
26 steken in de breedte en 34 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 2.5 MM: Lengte 40 cm voor tricotsteek en de zak.
DROPS RONDBREINAALD 2 MM: Lengte 40 cm voor de boordsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 2 MM voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Flora
DROPS Flora
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 4.98€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatroon A.1.

TIP VOOR HET MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert, tel het totaal aantal van steken op de naald (dus 100 steken) en deel deze door het aantal te maken minderingen (dus 8) = 12.5.
In dit voorbeeld mindert u door afwisselend elke 11e en 12e steek en elke 12e en 13e steek samen te breien.
-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TOP – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het werk wordt in de rondte gebreid met rondbreinaald tot de armsgaten, dan worden de voor- en achterpanden apart heen en weer verder gebreid. Een rand wordt gebreid rondom elk armsgat. Tot slot wordt er een zak gebreid en op het voorpand genaaid.

LIJF:
Zet 100-114-128-136 (150-158-172) steken op met rondbreinaald 2 mm en Flora. Brei 1 naald recht. Brei dan boordsteek (= 1 recht / 1 averecht) voor 3 cm. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm en brei 1 naald recht terwijl u 8-10-12-12 (14-14-16) steken verdeeld mindert - lees TIP VOOR HET MINDEREN = 92-104-116-124 (136-144-156) steken. Ga verder met tricotsteek. Als het werk 14-17-19-20 (22-24-26) cm meet, kant dan 2 steken af voor elk armsgat als volgt: Kant de eerste steek op de naald af, brei de volgende 44-50-56-60 (66-70-76) steken, kant 2 steken af, brei de volgende 44-50-56-60 (66-70-76) steken, kant de laatste steek op de naald af. De voor- en achterpanden worden nu apart verder gebreid.

ACHTERPAND:
= 44-50-56-60 (66-70-76) steken. Brei verder heen en weer gebreid tot het werk 18-21-23-24 (26-29-31) cm meet, voeg 1 markeerdraad in aan elke kant. Deze geeft aan waar de schouderflappen vanaf het voorpand bevestigd worden (zie ARMSGAT RAND). Ga verder met tricotsteek tot het werk 20-24-25-27 (30-32-35) cm meet. Plaats de middelste 24-26-28-28 (32-34-34) steken op een hulpdraad = 10-12-14-16 (17-18-21) steken over op elke schouder.

LINKER SCHOUDER:
Ga verder met tricotsteek, Minder tegelijkertijd 1 steek iedere 2e naald (= elke naald aan de goede kant) richting de hals. Minder door 2 steken recht samen te breien, 10-12-14-16 (17-18-21) keer; nu zijn alle steken afgekant.

RECHTER SCHOUDER:
Brei zoals voor de linker schouder.

HALS:
Gebruik rondbreinaald 2 mm en brei aan de goede kant, neem 14-18-20-22 (24-26-30) steken op langs de kant waar steken geminderd zijn op de linkerschouder, plaats de 24-26-28-28 (32-34-34) steken van de hulpdraad terug op de naald, neem 14-18-20-22 (24-26-30) steken op langs de kant waar steken geminderd zijn op de rechter schouder = 52-62-68-72 (80-86-94) steken. Brei 4 naalden boordsteek, 1 recht / 1 averecht (eerste naald = verkeerde kant). Brei TEGELIJKERTIJD op elke naald 2 steken in de eerste steek; de nieuwe steken worden gaandeweg in boordsteek gebreid = 56-66-72-76 (84-90-98) steken. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht.

VOORPAND:
Zet op en brei zoals voor het achterpand.

ARMSGATRAND:
Leg de schouderflappen van het achterpand over de schouderflappen van het voorpand. Bevestig de punten van de schouderflappen van het achterpand aan de randen van het voorpand, waar de markeerdraden zitten. Bevestig de punten van de schouderflappen van het voorpand aan de randen van het achterpand, waar de markeerdraden zitten.

Neem ongeveer 50 tot 80 steken op met breinaalden zonder knop maat 2 mm rondom het armsgat; zorg ervoor dat u door beide lagen breit waar de schouderflappen overlappen. Brei 4 naalden boordsteek, 1 recht / 1 averecht, kant dan af met recht boven recht en averecht boven averecht. Brei om het andere armsgat op dezelfde manier.

ZAK:
Het werk wordt heen en weer gebreid met de rondbreinaald. Zet 16-16-18-18 (20-20-20) steken op met rondbreinaald 2.5 mm. Brei A.1 over alle steken. Ga verder tot het werk 4-4-4-4 (5-5-5) cm meet, ga verder met rondbreinaald 2 mm. Brei 4 naalden boordsteek, 1 recht / 1 averecht, over alle steken, kant dan af met recht boven recht en averecht boven averecht. Naai de zak erop – zie foto.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 33-22

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (19)

country flag Renette wrote:

Guten Tag, \r\n\r\nWie funktionieren die Zunahmen bei der Halsblende genau? Ich stricke ja aus einer Masche zwei heraus, sind diese sofort im Rippenmuster heraus zu stricken oder erst in der Runde danach anzupassen? Geht diese Zunahme auch, wenn ich statt rechts/links, rechts verschränkt/links stricke? Mir gefällt es so besser.\r\n\r\nVielen Dank!

31.10.2023 - 23:23

DROPS Design answered:

Liebe Renette, die Zunahmen werden im Rippenmuster gestrickt, so die 1. Masche am Anfang jeder Reihe stricken Sie 2 Mal und dann die neuen Maschen stricken Sie im Rippenmuster. Viel Spaß beim stricken!

03.11.2023 - 07:16

country flag Rita Jeronimo wrote:

I´m on the armhole edge stage but cannot figure out how to flap and pin each sholder so to form an armhole that looks like the one depicted on the photo. Is there a video tutorial or a step by step image representation on how to do it? Thank you very much for your help and for sharing this very pretty pattern!

30.09.2023 - 12:15

DROPS Design answered:

Dear Mrs Jeronimo, lay the front shoulder over the shoulder on back piece - just as in the picture, get helped with measurements if necessary, then pin shoulders together (front to back) so that you can then pick up in both layers, making sure the shoulders will be both the same and nicely done. Then you just have to pick up stitches, first in only one layer, then in both layers then again in just one layer. Happy knitting!

02.10.2023 - 09:04

country flag Andrea wrote:

Wie kann man aus 16 Maschen 22 Maschen bei dem schulterlappen heraus stricken bei der Größe 86. Bitte um Antwort

19.01.2023 - 11:50

DROPS Design answered:

Liebe Andrea, fassen Sie 1 Masche in jeder Masche vom Schulter + extra Maschen regelmäßig verteilt dazwischen auf - so wird die Kante nicht zu eng. Viel Spaß beim stricken!

19.01.2023 - 18:38

country flag Bella wrote:

Es ist das erste Mal das ich stricke und ich habe eine Frage zu den Schultern: ich habe die linke Schulter nach Anleitung gestrickt. Am Ende habe ich noch eine Masche auf der Nadel. Was mache ich nun? Den Faden durchziehen und abschneiden? Eine Nadel in der letzten Masche lassen? Aber dann habe ich ja keinen Faden um die Rechte Schulter zu stricken. Vielen Dank für die Antwort.

22.08.2022 - 12:33

country flag Bella wrote:

Es ist das erste Mal das ich stricke und ich habe eine Frage zu den Schultern: ich habe die linke Schulter nach Anleitung gestrickt. Am Ende habe ich noch eine Masche auf der Nadel. Was mache ich nun? Den Faden durchziehen und abschneiden? Eine Nadel in der letzten Masche lassen? Aber dann habe ich ja keinen Faden um die Rechte Schulter zu stricken. Vielen Dank für die Antwort.

22.08.2022 - 12:19

DROPS Design answered:

Liebe Bella, den Faden ziehen Sie durch diese letzte Masche und schneiden Sie ab. Dann stricken Sie die Maschen vom rechten Schulter. Viel Spaß beim stricken!

22.08.2022 - 12:37

country flag Marianne Torp wrote:

Tegning af skuldersøm /overlap er misvisende. Det er tegnet omvendt? \r\nIkke som foto.

15.02.2022 - 16:38

country flag Kristina wrote:

There is a translation error in Hungarian. At the beginning of the BODY part: after knitting the rib to reach 3cm, switch needles to 2,5 and to INCREASE 12 (for 6/9m size) however the English says the opposite, to DECREASE 12. My Grandma knitted it twice then asked me to find the error 🙈

16.11.2021 - 18:30

country flag Else Gade Gyldenkærne wrote:

Jeg spurgte tidligere om anvisning på, hvordan man skal sy skulderspidserne fast, og fik at vide, at de ikke skal sys men strikkes. Men der STÅR altså sy i den danske opskrift.

26.10.2021 - 21:15

country flag Else Gade Gyldenkærne wrote:

Jeg savner mere specifikke anvisninger om halsaflukning (sæt midterste masker på tråd). Strikker man først de første skuldermasker (og sætter dem hvor?), strikker man også de midterste, inden man sætter dem på tråd, så man nu har garnet klar til at strikke sidste skulder? Og er "venstre skulder" på bagstykke mon til venstre set forfra eller set bagfra?

26.10.2021 - 21:12

DROPS Design answered:

Hej Else, det betyder ikke noget hvilken skulder du strikker færdig først. Strik frem til halsmaskerne, inden du vender arbejdet for at strikke skulderen færdig, så sætter du halsmaskerne på tråden. Når du har gjort det strikker du den første skulder færdig og tager ind i den side som vender mod halsen. God fornøjelse!

28.10.2021 - 13:22

country flag Else Gade Gyldenkærne wrote:

Findes der mon en video, der viser hvordan skuldrene sys fast? Det ville være en stor hjælp.

11.10.2021 - 21:07

DROPS Design answered:

Hej Else. Du ska inte sy fast de, utan de stickas fast när stickar upp masker rundt ærmegabet (du stickar genom alla lag). Mvh DROPS Design

12.10.2021 - 13:58