INFORMATIE VOOR HET PATROON:
PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.4.
INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Haak het werk heen en weer, maar haak het werk samen aan het einde van de toer.
HAAK A.1 SAMEN ALS VOLGT:
Op de 1e toer (= aan de goede kant) met stokjes begin de toer met 3 lossen (vervangt het eerste stokje) en eindig met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer, keer het werk en haak de volgende toer op de verkeerde kant.
Begin iedere toer met vasten en lossen (= op de verkeerde kant) met 1 losse en eindig met 1 halve vaste in de 1e losse op het begin van de toer, keer het werk en haak de volgende toer aan de goede kant.
Begin iedere toer met dubbele stokjes (= aan de goede kant) met 1 halve vaste in de eerste vaste, 1 halve vaste in eerste losse, dan 4 lossen (vervangt het eerste dubbele stokje) en eindig met 1 halve vaste in de 4e losse op het begin van de toer, keer het werk en haak op de verkeerde kant.
HAAK A.4 SAMEN ALS VOLGT (geldt voor de mouwen en de hals):
Begin iedere toer met dubbele stokjes (= aan de goede kant) met 4 lossen (vervangt het eerste dubbele stokje) en eindig met 1 halve vaste in de 4e losse, keer het werk en haak de volgende toer op de verkeerde kant.
Begin iedere toer met vasten en lossen (= op de verkeerde kant) met 1 losse (vervangt niet de eerste vaste) en eindig met 1 halve vaste in de 1e losse, keer het werk en haak aan de goede kant.
WANNEER U HEEN EN WEER HAAKT ZONDER DAT U SAMEN HAAKT EN HET GAREN AFKNIPT VOOR IEDERE TOER, BEGIN DAN IEDERE TOER ALS VOLGT:
Begin iedere toer met dubbele stokjes (= aan de goede kant) met 1 vaste in de eerste steek en 4 lossen (vervangt het eerste dubbele stokje), als de laatste steek wordt gehaakt haal het garen dan door de laatste lus op de haaknaald.
Begin iedere toer met vasten en lossen (= op de verkeerde kant) met 1 vaste in de eerste steek en 1 losse (vervangt de eerste vaste), eindig de toer met 1 vaste in de laatste steek, haal het garen door de laatste lus op de haaknaald.
WISSELEN VAN KLEUR:
Om een mooie overgang te krijgen bij het wisselen van kleuren, haakt u de laatste halve vaste op de toer met de nieuwe kleur als volgt: Voeg de haaknaald in de losse op het begin van de toer, haal het nieuwe garen op en haal het door de steken op de haaknaald.
STREPEN:
Haak iedere toer met stokjes/dubbele stokjes in parelgrijs - LEES
WISSELEN VAN KLEUR.
Haak iedere toer met vasten en lossen in naturel.
Zorg ervoor dat de draad niet te strak wordt wanneer u het ophaalt aan de achterkant van het werk.
TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 dubbel stokje door 2 dubbele stokjes samen te haken als volgt: Haak 1 dubbel stokje maar wacht met de laatste doorhaling (= 2 lussen op haaknaald), haak dan het volgende dubbele stokje maar op de laatste doorhaling, haalt u het garen door alle 3 lussen op de haaknaald.
----------------------------------------------------------
ACHTERPAND:
Haak 4 lossen op haaknaald 9 mm met 2 draden parelgrijs en vorm 1 ring met 1 halve vaste in de eerste losse. Haak A.1 en STREPEN - zie uitleg hierboven, heen en weer gehaakt maar haak iedere toer samen - LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN!
DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Herhaal toeren 5 en 6. Op iedere toer met dubbele stokjes meerdert u 4 dubbele stokjes aan elk van de kanten op het vierkant (= 16 dubbele stokjes gemeerderd op de toer in totaal). Op iedere toer met vasten meerdert u 2 vasten aan elk van de kanten op het vierkant (= 8 vasten gemeerderd op de toer in totaal). Dus haak steeds meer steken tussen elke hoek op iedere toer.
Bij een hoogte van 58-60-62-66-68-72 cm, pas zo aan dat de laatste toer een toer met vasten is. Voeg 1 markeerdraad in, in de middelste steek op de laatste hele gehaakte kant (de markeerdraad markeert het midden van de hals). Hecht af. Het garen moet verder op iedere toer afgeknipt worden.
MAAT S-M-L-XL:
Haak nu alleen over de kant met de markeerdraad (dus de toer begint op 1 hoek en eindigt op de volgende hoek). Haak A.4 heen en weer over de zijkant met de markeerdraad, op de eerste toer haakt u 2 dubbele stokjes om elk van de hoeken, haak dan A.4 over alle steken. Bij een hoogte van 63-65-67-69 cm in de hoogte, haakt u elk schouder apart verder als volgt:
Haak de linker schouder als volgt (eerste toer = aan de goede kant):
De toer begint nu in de 6e-6e-8e-8e steek (= 1 losse) na de markeerdraad. Haak A.2, haak dan A.4 over de overgebleven steken, keer het werk. Hecht af als er 2 toeren van A.2 zijn gehaakt.
Haak de rechter schouder als volgt (eerste toer = aan de goede kant):
Haak A.4 tot er 10-10-12-12 steken over zijn voor de steek met de markeerdraad, haak A.3, keer het werk. Hecht af als er 2 toeren van A.3 zijn gehaakt. Het werk meet 66-68-70-72 cm in de hoogte.
MAAT XXL-XXXL
De toer begint nu in de 8e steek (= 1 losse) na de markeerdraad voor de hals aan een kant en de eerste toer wordt gehaakt aan de goede kant als volgt: Haak A.2, ga dan verder zoals hiervoor rondom het achterpand (dus meerder steken op iedere hoek en haak in patroon zoals hiervoor, volgens A.1) tot er 12 steken over zijn voor de losse met de markeerdraad, haak A.3 over de volgende 5 steken, keer het werk. Hecht af als er 2 toeren van A.2 en A.3 zijn gehaakt. Het werk meet 74-78 cm in de breedte.
VOORPAND:
Haak zoals het achterpand tot het werk 58-60-62-62-50-54 cm meet, pas zo aan dat de laatste toer 1 toer is met vasten. Voeg 1 markeerdraad in, in de middelste steek op de laatste hele gehaakte kant (de markeerdraad markeert het midden van de hals). Hecht af. Het garen moet nu verder op iedere toer afgeknipt worden.
MAAT S-M-L:
De toer begint nu in de 6e-6e-8e steek (= 1 losse) na de markeerdraad. Haak de rechter schouder als volgt (eerste toer = goede kant):
Haak A.2, haak dan A.4 tot de eerste hoek, haak 2 dubbele stokjes om de lossenlus in de hoek, keer het werk. Als A.2 een keer in de hoogte is gehaakt, haak dan A.4 over alle steken. Hecht af bij een hoogte van 66-68-70 cm in de hoogte.
Haak de linker schouder als volgt (eerste toer = goede kant):
Haak 2 dubbele stokjes om de lossenlus in de hoek, haak A.4 tot er 10-10-12 steken over zijn voor de steek met de markeerdraad, haak A.3, keer het werk. Als A.3 een keer in de hoogte is gehaakt, haak dan A.4 over alle steken. Hecht af bij een hoogte van 66-68-70 cm in de hoogte, pas aan volgens de rechter schouder.
MAAT XL-XXL-XXXL:
De toer begint nu in de 8e steek (= 1 losse) na de markeerdraad. Haak de eerste toer aan de goede kant als volgt: Haak A.2, ga dan verder zoals hiervoor rondom het achterpand (dus meerder steken op iedere hoek en haak in patroon zoals hiervoor, volgens A.1) tot er 12 steken over zijn voor de losse met de markeerdraad, haak A.3 over de volgende 5 steken, keer het werk.
MAAT XL:
Haak zo tot werk 66 cm meet in de hoogte, haak nu elk schouder apart verder. Haak de rechter schouder als volgt (dus de steken tussen de hals en de eerste hoek):
Haak A.2 zoals hiervoor, haak dan A.4 tot de eerste hoek, haak 2 dubbele stokjes om de lossenlus in de hoek, keer het werk. Ga verder met A.2 en A.4 over de overgebleven steken. Als A.2 een keer in de hoogte is gehaakt, haak dan A.4 over alle steken. Hecht af bij een hoogte van 72 cm in de hoogte, pas aan tot het einde met 1 toer met vasten.
Haak de linker schouder als volgt (dus de steken tussen de hoek en de hals):
Haak 2 dubbele stokjes om de hoek, haak A.4 en A.3 zoals hiervoor. Ga verder met A.3 en A.4 over de overgebleven steken. Als A.3 een keer in de hoogte is gehaakt, haak dan A.4 over alle steken. Hecht af bij een hoogte van 72 cm in de hoogte, pas aan volgens de rechter schouder.
MAAT XXL-XXXL
Als A.2 en A.3 zijn gehaakt, haak dan A.4 over deze steken, over de overgebleven steken rondom het achterpand, haak en meerder zoals hiervoor volgens A.1. Hecht af bij een hoogte van 74-78 cm in de breedte en in de hoogte, pas aan tot het einde met 1 toer met vasten.
AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen met parelgrijs.
MOUW:
Haak de mouwen heen en weer maar haak het werk samen aan het einde van iedere toer, van boven naar beneden. Haak 33-34-37-39-40-42 lossen op haaknaald 9 mm met 2 draden parelgrijs en vorm 1 ring met 1 halve vaste in de eerste losse. Haak 4 lossen (= 1 dubbel stokje), 1 dubbel stokje in elk van de volgende 4-5-1-3-4-6 lossen, * sla 1 losse over, 1 dubbel stokje in elk van de volgende 6 lossen *, herhaal van *-*, eindig met 1 halve vaste in de 4e losse op het begin van de toer = 29-30-32-34-35-37 dubbele stokjes. Ga verder met strepen en A.4 over alle steken (de eerste toer in A.4 = verkeerde kant).
Bij een hoogte van 4 cm, pas zo aan dat de volgende toer een toer is met dubbele stokjes, minder 1 dubbel stokje op het begin en einde van de toer als volgt: Haak 4 lossen, haak de volgende 2 dubbele stokjes samen - LEES TIP VOOR HET MINDEREN, haak zoals hiervoor tot er 2 dubbele stokjes over blijven, haak de laatste 2 dubbele stokjes samen (= 2 steken geminderd). Minder zo iedere 8-8-8-6-5-4 cm 5-5-5-6-6-7 keer in totaal = 19-20-22-22-23-23 dubbele stokjes. Hecht af. Het werk meet 45-45-45-44-41-40 cm (minder voor de grotere maten vanwege bredere schouders), pas aan zodat u eindigt met 1 toer met vasten en lossen. Haak een andere mouw.
AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen met parelgrijs.
HALS:
Haak het werk heen en weer maar haak het werk samen aan het einde van de toer. Begin in een schoudernaad, haak met 2 draden parelgrijs op de verkeerde kant als volgt: Haak * 1 vaste, 2 lossen, sla ongeveer 1 cm over *, herhaal van *-* rondom de hele hals.
Haak dan 2 dubbele stokjes om iedere losse. Haak dan in patroon A.4 over alle steken. Als de hals ongeveer 14 cm meet, pas zo aan dat de volgende toer 1 toer is met vasten en lossen, haak verder met 2 draden naturel. Haak 1 toer met vasten en lossen. Hecht af. De hals meet ongeveer 15 cm.
AFWERKING:
Naai de mouwen met parelgrijs. Naai de zijnaden dicht met naturel naar beneden tot er ongeveer 12 cm over is (= split).
Telpatroon
|
= haak 4 lossen en vorm 1 ring met 1 halve vaste in de eerste losse |
|
= stokje om de lossenlus |
|
= dubbel stokje om de losse/lossenlus |
|
= losse |
|
= vaste in de steek |
|
= vaste om de lossenlus |
|
= halve vaste |
|
= de eerste toer is uitgelegd in het patroon |


Kan man hækle den med 1 tråd alt for tyk?
09.10.2019 - 20:20DROPS Design answered:
Hej Eileen, da vil målene ikke komme til at stemme... Den her er strikket i en tråd DROPS Air: 172-41 i DROPS Air
10.10.2019 kl. 14:23Tack, men som sagt, masktäthet och mått stämmer. Men allt ser tjockt och kompakt ut, och bilden ni har, där ser den betydligt luftigare ut...? Jag har använt dubbelt garn o rätt virknål. Är det säkert att det är garnet Air på modellen?
07.10.2019 - 13:42DROPS Design answered:
Hei Lena. DROPS Air er et av de mest luftige garn vi har, så dersom det er brukt et annet garn (i garngruppe C), ville genseren på bildet ha sett mer kompakt ut. Men ta gjerne med deg genseren til din forhandler, slik at de kan se på den. mvh DROPS design
07.10.2019 kl. 14:06Jag har nu virkat hela framstycket o har bara lite kvar på axlarna. Jag har rätt garn och rätt stlk på virknål, även rätt masktäthet. Dock upplever jag att det blir väldigt kompakt. Undrar nu, det står ju ”virkas med två trådar” och jag tolkar det som att jag ska virka med två gråa resp två naturfärgade garnnystan på samma gång, dvs dubbel tråd, vilket jag har gjort. Är det verkligen rätt? Tacksam för svar!
06.10.2019 - 12:04DROPS Design answered:
Hei Lena. Det hekles med 2 tråder perlegrå ELLER 2 tråder natur. Slik står det i oppskriften: Varje varv med stolpar/dubbelstolpar virkas i pärlgrå. Varje varv med fastmaskor och luftmaskor virkas i natur. Prøv å mål skuldervidden og så mål ditt eget erme (se på bildet hvor skuldersømmen er), syns du fremdeles det blirt for lite/kompakt? mvh DROPS design
07.10.2019 kl. 11:49Kan ikke få ærmerne til at passe med antal cm rund ved start på ærme . det passer med luftmasker og cm men lige så snart jeg arbejder på 1 rk bliver det noget større .. skal der hækles med 1 dobbeltstangmaske eller med 2 dobbeltstangmaske.
05.09.2018 - 13:24DROPS Design answered:
Hei Susanne. Du har 29-30-32-34-35-37 masker på omgangen (før du begynner å felle) – med den angitte heklefastheten stemmer dette overens med målene i målskissen. Det kan være utfordrende å overholde heklefastheten. Når du hekler etter A.4 hekles det annenhver omgang: fastmaske, luftmaske, fastmaske, luftmaske osv, og annenhver omgang: hopp over fastmasken, 2 dobbelstaver i luftmasken, hopp over fastmasken, 2 dobbelstaver i luftmasken, osv. God fornøyelse.
06.09.2018 kl. 11:28