DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS 105-12
Maat: S – M – L – XL – XXL- XXXL
Materialen: DROPS Alpaca
250-300-350-350-400-450 gr nr. 7120 mintgroen.
En gebruik: DROPS Cotton Viscose
350-400-450-500-550-600 gr nr. 29, mintgroen.

DROPS Rondbreinaald (80 cm) 5 mm - of de breinld, die u nodig heeft voor de volgende steekverhouding: 17 st x 22 nld tricotst met 1 draad van beide kwaliteiten: 10 x 10 cm.

DROPS Parelmoerknoop nr. 522: 4 stk

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

Ribbelst (heen en weer breien): Alle naalden recht breien.

Motief: Zie de teltekening M.1. De teltekening geeft het motief weer op de goede kant.

Tip Minderen (geldt bij de armsgaten):
Minder 1 st op de goede kant van het werk naast 4 ribbelst als volgt: 2 st av samen breien.

Knoopsgat: Kant af voor de knoopsgaten in de rechter voorbies. 1 knoopsgat = kant de 3e en 4e voorbiesst af. Zet in de volgende nld 2 nieuwe st op boven de afgekante st.
Kant af voor de knoopsgaten bij een hoogte van:
Maat S: 38, 44 en 50 cm
Maat M: 39, 45 en 51 cm
Maat L: 40, 46 en 52 cm
Maat XL: 41, 47 en 53 cm
Maat XXL: 42, 48 en 54 cm
Maat XXXL: 43, 49 en 55 cm
Het vierde knoopsgat wordt in het halsboord gemaakt.

Vest: Dit vest wordt heen en weer gebreid van middenvoor naar middenvoor op de rondbreinld. U zou ook rechte naalden kunnen gebruiken.
Zet 189-199-213-229-247-271 st op (incl. 6 voorbiesst aan weerskanten) met rondbreinld 5 mm en 1 draad van beide kwaliteiten. Brei 4 cm ribbelst – lees de instructie hierboven.
Brei de voorbiezen (6 st aan weerskanten) in ribbelst, en brei de overige st als volgt (1e nld = goede kant): 5 nld tricotst, 1 nld r op de verkeerde kant, 5 nld tricotst en 1 nld r op de verkeerde kant. Brei de volgende nld op de goede kant als volgt: 6 ribbelst, 44-46-50-54-58-64 averechte tricotst (dwz averecht op de goede kant en recht op de verkeerde kant), teltekening M.1, 83-89-95-103-113-125 averechte tricotst, teltekening M.1, 44-46-50-54-58-64 averechte tricotst en 6 ribbelst. Plaats 1 merkdraad in het midden van de teltekeningen M.1 aan weerskanten van het werk (= dit zijn de zijkanten). Let op de steekverhouding!
Minder vanaf een hoogte van 9 cm 8 x 1 st aan weerskanten van de teltekeningen M.1 aan de zijkanten op elke 3½ cm = 157-167-181-197-215-239 st. Brei bij een hoogte van 34-35-36-37-38-38 cm 4 cm ribbelst over alle st, en minder tegelijkertijd gelijkmatig 0-2-0-0-2-2 st in het achterpand (dwz tussen de twee merkdraden) = 157-165-181-197-213-137 st.
Brei de volgende nld op de goede kant als volgt: 6 ribbelst, 1 av, M.1, * 6-6-6-7-7-7 av, M.1 * herhaal *-* totaal 3 keer. Brei vervolgens 5-7-11-12-16-22 av, M.1, 5-7-11-12-16-22 av, M.1, * 6-6-6-7-7-7 av, M.1 * herhaal *-* totaal 6 keer. Brei vervolgens 5-7-11-12-16-22 av, M.1, 5-7-11-12-16-22 av, M.1, * 6-6-6-7-7-7 av, M.1 *, herhaal *-* totaal 3 keer, en eindig met 1 av en 6 ribbelst. Brei zo door. Brei bij een hoogte van 51-52-53-54-55-56 cm 6 nld ribbelst over de 11-13-15-17-19-21 st aan de zijkanten (= de st met de merkdraad + 5-6-7-8-9-10 st aan weerskanten), de overige st breien zoals eerst. Kant vervolgens de middelste 3-5-7-9-11-13 st af aan de zijkanten voor de armsgaten. De delen worden afzonderlijk verder gebreid.

Achterpand: = 67-69-75-81-87-97 st. Brei de eerste 4 st aan weerskanten in ribbelst tot de vereiste afmetingen. Minder tegelijkertijd aan weerskanten voor de armsgaten in elke 2e nld - lees Tip Minderen: 0-1-4-4-7-12 x 1 st = 67-67-67-73-73-73 st. Brei door volgens het motief zoals eerst. Kant bij een hoogte van 68-70-72-74-76-78 cm de middelste 21-21-21-23-23-23 st af voor de hals. Kant in de volgende nld nog 1 st af aan beide halskanten = 22-22-22-24-24-24 st over op elke schouder. Kant bij een totale hoogte van 70-72-74-76-78-80 cm de st af.

Rechter voorpand: = 42-43-46-49-52-57 st. Brei door volgens het motief en minder tegelijkertijd aan de zijkant voor het armsgat zoals voor het achterpand. Plaats tegelijkertijd bij een hoogte van 56-57-58-59-60-61 cm de eerste 10-10-10-11-11-11 st vanaf het middenvoor op 1 hulpnld (of draad). Kant daarbij af voor de hals langs het middenvoor in elke 2e nld als volgt: 1 x 3 st, 2 x 2 st en 3 x 1 st. Als alle minderingen voor de hals en het armsgat voltooid zijn, staan er 22-22-22-24-24-24 st op de breinld voor de schouder. Kant bij een totale hoogte van 70-72-74-76-78-80 cm de st af.

Linker voorpand: Brei zoals het rechter voorpand, maar dan in spiegelbeeld.

Afwerken: Sluit de schoudernaden. Neem met breinld 5 mm en 1 draad van beide kwaliteiten ca 80 tot 100 st (incl. de st van de hulpnld) rondom de hals. Brei ribbelst – en kant na 2 nld af voor 1 knoopsgat boven de overige knoopsgaten. Kant na 8 nld ribbelst losjes af.
Naai de knopen aan.

Telpatroon

symbols = recht op de goede kant, averecht op de verkeerde kant (tricotst)
symbols = 1 omslag tussen 2 st
symbols = haal 1 st r van de breinld af, 2 st r, en haal de afgeh st daarover
symbols = deze steken bestaat niet in deze nld
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 105-12

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (26)

country flag Elliza wrote:

B4 split front & back - "6 rows garter st on 13 st each side (= st with MT + 6 st on each side of MT at). MT is the thread between M1 of 3 st. Which one is the st w MT? The middle one of the M1 diagram? "cast off 5 st each side for armhole'. On RS, is it to knit to MT, cast off 5 (back panel), continue knit to next MT, turn and cast off 5 on the WS = 10 st reduced on back panel?

13.09.2023 - 04:34

DROPS Design answered:

Dear Elliza, the stitch with the MT is the middle stitch of diagram M.1 on each side; if you have to cast off 5 stitches for the armhole (2nd size), you will cast off the 2 sts before the stitch with the marker + the stitch with the marker (middle of M.1) + the 2 sts after the marker, make sure you have 43 sts for each front piece and 69 sts for back piece - and 5 sts cast off for each armhole. Happy knitting!

13.09.2023 - 08:33

country flag Rujuta wrote:

There's a typo in the first line of "back piece". For the size XXL, it should be 87 stitches instead of 97 stitches. Could you please incorporate the correction in the next edition of this pattern? This pattern is amazing. 😊

06.05.2023 - 15:42

country flag Sabine Ferdinand wrote:

Hallo wenn ich 247 Maschen anschlage 6 Maschen Blende 58 Maschen linke Seite 113 Maschen rücken 58 Maschen rechte Seite 6 Maschen Blende Mache bleiben aber 6 Maschen von den 247 übrig Bin etwas verwirrt Kann mir jemand weiterhelfen Lg sabine

10.03.2023 - 20:47

DROPS Design answered:

Liebe Frau Ferdinan, es sind dazu 2 Rapporte M.1 (in beide Seite) gestrickt: 6 Blenden-M, 58 M glatt, 3 M M.1, 113 M glatt, 3 M M.1, 58 M glatt, 6 Blenden-M = 6+58+3+113+3+58+6=247 Maschen. Viel Spaß beim stricken!

13.03.2023 - 09:08

country flag Gabriela Innerbichler wrote:

Guten Tag Nach den 9 cm muss ich beidseitig von M1 1 Masche abketten oder abnehmen? Herzlichen Dank

02.08.2022 - 12:16

DROPS Design answered:

Liebe Frau Innerbichler, nach 9 cm sollen Sie 1 Masche beidseitig von jedem M.1 auf beide Seite abnehmen (2 Maschen links zusammen bei einer Hinreihe stricken). Viel Spaß beim stricken!

02.08.2022 - 13:09

country flag Analhi wrote:

Como puedo saber que significan los símbolos del diagrama?

05.08.2021 - 17:43

DROPS Design answered:

Hola Analhi, mira 'Diagrama' al final de los Instrucciones del patrón. Buen trabajo!

06.08.2021 - 09:46

country flag Grace wrote:

I’m confused about the sizing numbers . The numbers on pg 1 do not seem to match with the schematic. Am I missing something.

01.01.2021 - 01:46

DROPS Design answered:

Dear Grace, the measurements in the header (page 1) are given in cm and are give around - while the measurements in chart are taken flat and in cm. Read more about charts here. Happy knitting!

04.01.2021 - 14:02

country flag Elvia Mccormack wrote:

Thank you for your beautiful free patterns. i’m just about to start on the back. Where exactly do i bind off the 7 stitches - before the garter stitches. When shaping the armhole, do use one stitch from the 4 garter stitches? Thank you for your help.

02.09.2018 - 02:38

DROPS Design answered:

Hi Elvia, You bind off 7 stitches in the middle of M.1 in each side (so 3 stitches either side of, plus the stitch with the marking thread). When decreasing for the armhole, you decrease 1 stitch inside the 4 garter stitches and from the right side (purl 2 together). Happy knitting!

03.09.2018 - 07:59

country flag Catia wrote:

Penso di aver capito, ho sbagliato intrecciando le 7 maglie da entrambe le parti di M1. Grazie 1000 per disponibilità e velocità nel rispondere.

16.03.2016 - 12:41

country flag Catia wrote:

Ho dimenticato di dire che sono 41 e non 46 come scritto sul modello. Grazie

15.03.2016 - 21:12

DROPS Design answered:

Buonasera Catia, abbiamo risposto nel commento precedente, ci riscriva se non abbiamo chiarito il suo dubbio. Buon lavoro!

15.03.2016 - 21:29

country flag Catia wrote:

Buonasera, avrei bisogno di un altro chiarimento. ho fatto lo scalfo e ora devo fare il dietro e i davanti dx e sx in modo separato. Ho contato le maglie del davanti sx dove mi son trovata con il filo ma per la taglia L che sto facendo c'è scritto che dovrebbero essere 46, ho ricontato tutte le maglie e mi ritrovo con 181 come erano prima di suddividere il lavoro con tutti i motivi M1. Spero di essere stata chiara. Grazie mille per la risposta.

15.03.2016 - 21:11

DROPS Design answered:

Buonasera Catia, prima di impostare il lavoro con i motivi M.1 per la taglia L deve avere sui ferri 181 m. Poi deve lavorare con i motivi M.1 come indicato e la lavorazione a legaccio laterale. Alla fine intrecciare 7 m a ogni lato per lo scalfo (14 m intrecciate in tutto), per cui si ritrova con 167 m totali: 75 per il dietro e 46 per ogni davanti. Ci riscriva se non abbiamo chiarito il suo dubbio. Buon lavoro!

15.03.2016 - 21:29