DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
DROPS SS24
DROPS 100-35
Maat: XS – S/M – M/L – XL/XXL
Materialen: DROPS Alpaca van Garnstudio
150-200-200-200 gr nr. 1101, wit
En gebruik: DROPS Cotton Viscose van Garnstudio
200-250-300-350 gr nr. wit

DROPS breinld 4.5 en 5mm of de maat die u nodig heeft voor de volgende steekverhouding: 18 st x 38 nld met breinld 4.5mm met 1 draad Alpaca en 1 draad Cotton Viscose (dubbele draad) in ribbelst = 10 x 10 cm. 20 st x 22 nld met breinld 5 mm met 1 draad Alpaca en 1 draad Cotton Viscose (dubbele draad) in boordst = 10 x 10 cm.
DROPS haaknld 5 mm

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g

Instructies voor het patroon

De top wordt in 3 delen gebreid: 1 achterpand (= A) + 2 randstukken (= B). De randstukken worden vanaf het middenachter naar de hals van het achterpand gebreid. Ze worden later samen gevoegd tot een ring en aan het achterpand gezet.

Boordst: *3 r, 5 av*, herhaal van *-*.

Ribbelst, heen en weer op de nld: Alle nld recht breien.

Tip voor het meten: Alle metingen op de randstukken moeten worden verricht op de kortste kant.

Breitip: Haal bij het keren voor de verkorte toeren de 1e st af om te voorkomen dat er een gaatje ontstaat .

Tip voor de afwerking: Gezien de verschillende steekverhoudingen zal het aantal st van de schouder en hals van de randstukken niet overeenkomen met het aantal st van de schouder en hals van het achterpand. Daarom moeten deze delen met een overhandse steek aan elkaar worden gezet.

Achterpand: Zet 56-62-70-78 st op met breinld 4.5mm met 1 draad van beide garens en brei ribbelst – zie de beschrijving hierboven. Meerder bij een hoogte van 10 en 15 cm 1 st aan weerskanten = 60-66-74-82 st. Kant bij een hoogte van 21-22-22-23 cm de middelste 20-22-23-32 st af voor de hals en minder aan de halskant in de volgende nld 1 st = 19-21-24-24 st over voor elke schouder. Kant af bij een hoogte van 23-24-24-25 cm.

Rechter randstuk: Lees het onderstaande eerst goed door voordat u verder gaat!
De opzetnld is met een E gemarkeerd op de teltekening. Zet 38-46-54-62 st op met breinld 5 mm met 1 draad van beide garens en brei als volgt, (1e nld = goede kant): 3 ribbelst, *3 r, 5 av*, herhaal van *-* en eindig met 3 ribbelst. Meerder bij een hoogte van 10 en 14 cm 1 st in elk av-stukje = 46-56-66-76 st. Ga bij een hoogte van 15-17-19-22 cm verder met het breien van verkorte toeren als volgt: *2 nld op de eerste 13-23-33-33 st – zie de breitip - 2 nld op de eerste 23-33-43-53 st, 2 nld op alle st*, herhaal van *-* tot een hoogte van 26-29-32-37 cm – zie de tip voor het meten. Brei vervolgens verder op alle st. Minder bij een hoogte van 27-30-33-38 cm en 32-35-38-43 cm 1 st in elk av-stukje. XS + S/M: Minder bij een hoogte van 40 cm 1 extra st in de 3 buitenste av-stukjes aan de linkerkant (voor de andere maten niet minderen). Als alle minderingen voltooid zijn = 35-43-54-62 st. Brei bij een hoogte van 41-44-47-52 cm 2 nld ribbelst op de buitenste 24-24-27-27 st aan de linkerkant en kant in de volgende nld deze 24-24-27-27 st af voor de schouder = 11-19-27-35 st voor de hals. Meet het werk verder vanaf hier. Zet 1 kantst op aan de linkerkant (deze st wordt tot de vereiste afmetingen in ribbelst gebreid) en ga verder met boordst met 3 ribbelst aan weerskanten. XL/XXL: Minder tegelijkertijd 1 st in elk av-stukje in de 1e nld = 32 st. Ga tegelijkertijd verder als volgt: *2 nld op de eerste 6-11-19-24 st, 2 nld op alle st*, herhaal van *-*. Kant af bij een hoogte van 6-7-7-9 cm (gemeten op de kortste kant).

Linker randstuk: Zet op en brei zoals het rechter randstuk maar in spiegelbeeld.

Afwerking: - Zie de schematekening – lees de tip voor de afwerking.
Gebruik een overhandse st en zorg dat de naden gelijkmatig worden. Zet de 2 randstukken aan de onderkant aan elkaar (E aan E) en ook bij de hals (D aan D). Zet het randstuk aan het achterpand door de schoudernaden te sluiten (C) en het onder- en bovendeel van het achterpand (G) en (F).
Gehaakte rand: Haak met haaknaald 5mm en 1 draad Alpaca en 1 draad Cotton Viscose langs alle kanten en langs de onderkant van het achterpand als volgt: 1 v in de 1e st, *3 l, sla ca 2.5 cm over, 1 v, 4 l, 1 stk in de 1e l, 1 v in dezelfde l, sla ca. 1 cm over, 1 v*, herhaal van *-*.

Telpatroon

symbols = achterpand
symbols = voorpand
symbols = schouder
symbols = hals, middenachter
symbols = onderkant, middenachter
symbols = rug
symbols = halslijn
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 100-35

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (24)

country flag Lucienne BASCOU wrote:

Bonjour, La fin des deux bordures (droite et gauche) de ce boléro est donnée pour les tailles XS plus SM, et...XL/XXL. Manque la fin des cotés pour lataille M/L Pourrait-on l'avoir s'il vous plait?

16.03.2020 - 22:48

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Bascou, il ne manque rien en taille M/L, on n'augmente pas de mailles supplémentaires et on en diminue pas non plus, on continue simplement comme indiqué. Bon tricot!

17.03.2020 - 10:02

country flag Manuela wrote:

Herzlichen Dank für die Antwort. Nun geht es gleich weiter. Schönen Abend.

25.11.2015 - 18:42

country flag Manuela wrote:

In der Beschreibung steht beim rechten Vorderteil die Angabe: "...nach 27-30-33-38 og 32-35-38-43 cm in jeder li. Partie....". Was sind denn das für unterschiedliche Maße und was heißt "og" ? Bitte um schnelle Antwort. Liebe Grüße

14.11.2015 - 15:33

DROPS Design answered:

"og" heißt "und", das ist in der Übersetzung nicht mitübersetzt worden und wird gleich korrigiert. Die Maße beziehen sich darauf, dass Sie in der entsprechenden Größe die Abnahmen nach den genannten cm machen, also z.B. in der kleinsten Größe (XS) bei einer Gesamtlänge von 27 cm und bei einer Gesamtlänge von 32 cm.

18.11.2015 - 19:01

Eva wrote:

Thanks for your reply. I did get that, let's hope it will turn out fine :)

07.04.2014 - 14:04

Eva wrote:

Hi there, I hope someone could help me understand something about this pattern. So far I've knitted, in XS size, the back piece and the right edge piece, but something I guess is not adding up: the shoulder seam (marked C in chart) on the back piece (19 sts) is shorter than the shoulder seam of the edge (24 sts). Is that correct? Shouldn't the number of sts be equal for both pieces? Otherwise, what am I supposed to do with the 5 sts extra? Eva

06.04.2014 - 20:27

DROPS Design answered:

Dear Eva, the parts C+G on right front piece will be sewn to the part C+G on back piece, ie from shoulder to mid neckline on back piece. Happy knitting!

07.04.2014 - 10:08

country flag DROPS Design NL wrote:

Hoi. Geen probleem! Nee je moet ze niet op een hulpnld zetten. Bekijk ook even de video (Onder V in de index: verkorte toeren), dan zie je precies hoe het moet. Succes en veel plezier mee! Gr. Tine

27.04.2010 - 21:07

country flag Josette wrote:

Hoi Tine, Dank voor je snelle reaktie maar ik wilde (als het kan toch nog iets vragen)dus je hoeft niet de steken van het verkorte gedeelte apart te breien en op een hulpnaald te zetten.Dat is wat ik eerst gedaan had. Met vriendelijke breigroetjes Josette

27.04.2010 - 17:04

country flag DROPS Design NL wrote:

Hoi Josette. Is dat bij het beginnen met het breien van de verkorte toeren? Je breit verkorte toeren (naalden) heen en weer zoals er wordt beschreven. Op deze manier krijg je de "draai" in de randstuk. Dus als je maat S/M breit, dan brei je: 2 naalden (heen en weer) over de eerste 23 st, 2 naalden over de eerste 33 st, en 2 naalden over alle st. Herhaal dit tot een hoogte van 29 cm. Kijk ook in onze instructievideo's hoe je verkorte toeren moet breien. Gr. Tine

27.04.2010 - 11:30

country flag Josette wrote:

Graag wil ik weten hoe ik verder kan breien bij het rechter randstuk d.w.z. wat moet ik doen met de verkorte kant 17 cm moet ik hier ook verder mee breien. Ik hoop dat iemand mij verder kan helpen zodat ik toch het vestje kan afbreien. Met vriendelijke groet, Josette

26.04.2010 - 19:41

country flag DROPS Design wrote:

"P section" is a section of purled stitches.

23.02.2008 - 22:28