DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 3.10 € /50g
DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
DROPS SS24
DROPS 41-5
Maat: S – M – L

Materiaal: DROPS Bomull-lin van Garnstudio
800-950-1000 gr. kleur nr. 1, wit
en gebruik DROPS Muskat van Garnstudio
50 gr. kleur nr. 18, wit (voor de muts)

DROPS rondbreinld en breinld zonder knop 4 mm - of maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 20 st x 26 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS haaknld 3.5 mm

Knopen: 10 stuks.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 3.10 € /50g
DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g

Instructies voor het patroon

VEST:

Patroon: Zie telpatroon. De telpatronen geven de goede kant van het werk weer.
Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

Ribbelst, heen en weer gebreid op de nld: brei alle nld recht.
Ribbelst, in de rondte: brei 1 nld recht, brei 1 nld av.

Gerstekorrel:
Nld 1: * 1 st recht, 1 st av *, herhaal van *-*.
Nld 2: av boven recht, recht boven av.
Herhaal nld 2.

Knoopsgaten: Maak knoopsgaten op et rechter voorpand. 1 Knoopsgat = kant de 3e st vanaf middenvoor af, zet 1 nieuwe st op in de teruggaande naald.
Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
Maat S: 1, 4, 10, 13, 19, 22, 28, 31, 37 en 40 cm.
Maat M: 1, 4, 10, 13, 19, 22, 28, 31, 37 en 40 cm.
Maat L: 1, 4, 10.5, 13.5, 20, 23, 29.5, 32.5, 39 en 42 cm.

Rechter voorpand: Zet 66-69-72 st op met rondbreinld 4 mm en brei 4 nld ribbelst heen en weer op de nld. Ga verder in patroon als volgt aan de goede kant: M.1, 13-16-19 tricotst, 1 ribbelst. Laat het werk rusten bij een hoogte van 15 cm en brei het linker voorpand.

Linker voorpand: Zet op en brei als het rechter voorpand, maar in spiegelbeeld.
Achterpand: Zet 132-138-144 st op met nld 4 mm en brei 4 nld ribbelst heen en weer op de nld. Ga verder in patroon als volgt aan de goede kant: 1 ribbelst, 13-16-19 tricotst, patroon M.1, nogmaals patroon M.1, maar nu in spiegelbeeld gebreid (dus van links naar rechts), 13-16-19 tricotst, 1 ribbelst. Laat het werk rusten bij een hoogte van 15 cm.

Lijf: Zet beide voorpanddelen en het achterpand op dezelfde rondbreinld. Ga verder in patroon heen en weer gebreid op de nld van middenvoor naar middenvoor, maar brei de ribbelst vanaf nu in tricotst. Denk om de stekenverhouding! Meerder bij een hoogte van 18-19-20 cm 3 st aan iedere kant middenvoor voor de voorbiezen = 270-282-294 st. Brei de voorbies st en de eerste st in M.1 in gerstekorrel = 4 voorbies st. Denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies!
Brei bij een hoogte van 49-52-54 cm de volgende nld als volgt: 67-70-73 st = voorpand, kant 4 st af voor het armsgat, 128-134-140 st = achterpand, kant 4 st af voor het armsgat, 67-70-73 st = voorpand. Brei nu ieder deel apart verder.

Voorpand: = 67-70-73 st. Kant af voor de armsgaten om de nld: 2-3-4 keer 2 st, 3-2-3 keer 1 st = 60-62-62 st. Kant bij een hoogte van 58-59-62 cm af voor de hals middenvoor om de nld: 1 keer 3-4-4 st, 4 keer 2 st, dan elke 4e nld: 2 keer 2 st en dan elke 6e nld: 2 keer 2 st, 2 keer 1 st. Kant de overgebleven st af op de schouder bij een hoogte van 74-77-80 cm.

Achterpand: = 128-134-140 st. Kant af voor de armsgaten als beschreven voor het voorpand = 114-118-118 st. Kant bij een hoogte van 72-75-78 cm de middelste 32-34-34 st af voor de hals en brei iedere kant apart verder. Kant 2 st af langs de hals in de volgende nld. Kant de overgebleven st af op de schouder bij een hoogte van 74-77-80 cm.

Mouw: Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop. Zet 44-44-46 st op met nld 4 mm en brei 4 nld ribbelst. Ga verder in patroon als volgt: 5-5-6 tricotst, M.2, 5-5-6 tricotst. Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 5 cm 2 st midden onder de mouw elke 3e nld in totaal 29-29-30 keer = 102-102-106 st. Kant bij een hoogte van 44-44-45 cm 6 st af midden onder de arm en brei het werk verder heen en weer op de nld. Kant af voor de mouwkop aan iedere kant om de nld: 8 keer 4 st. Kant de overgebleven st af.

Afwerking: Naai de schoudernaden samen. Neem ongeveer 110-120 st op rond de hals met nld 4 mm en brei 4 nld ribbelst heen en weer op de nld, kant dan alle st af. Haak een toer van v langs de splits aan de zijkanten met haaknld 3.5 mm. Naai de mouwen in het lijf en naai de knopen aan.





MUTS:
Haak 7 l met haaknld 3mm en vorm een ring met 1 hv in de eerste l.
1e TOER: 3 l, 11 stk om de ring, eindig met 1 hv in de 3e l van de toer.
2e TOER: 4 l (= 1 stk en 1 l), 1 stk in het eerste stk, * 2 l, sla 1 stk over en haak 1 stk in het volgende stk, 1 l, 1 stk *, herhaal van *-*, eindig met 2 l, 1 hv in de 3e l aan het begin van de toer = 12 stk.
3e TOER: 4 l, 1 stk in de eerste lus, 1 l, 1 stk in dezelfde lus, * 2 l, sla 2 l over, haak in de volgende lus 1 stk, 1 l, 1 stk, 1 l, 1 stk *, herhaal van *-*, eindig met 2 l, 1 hv in de 3e l aan het begin van de toer = 18 stk.
4e TOER: 4 l, 1 stk in de eerste lus, 1 l, haak in de volgende lus 1 stk, 1 l, 1 stk * 2 l, sla 2 l over, haak in de volgende lus 1 stk, 1 l, 1 stk, 1 l, haak in de volgende lus 1 stk, 1 l, 1 stk *, herhaal van *-*, eindig met 2 l, 1 hv in de 3e l aan het begin van de toer = 24 stk.

5e TOER: 4 l, 1 stk in de eerste lus, * 2 l, sla 2 stk over, haak in de volgende lus 1 stk, 1 l, 1 stk, 2 l, sla 2 l over, haak in de volgende lus 1 stk, 1 l, 1 stk *, herhaal van *-*, eindig met 2 l, 1 hv in de 3e l aan het begin van de toer = 24 stk.
6e TOER: Haak als de 3e toer = 36 stk.
7e TOER: Haak als de 4e toer = 48 stk.
8e TOER: Haak als de 5e toer = 48 stk.

Het werk meet ongeveer 8-9 cm van het midden. Herhaal nu de 8e toer tot het werk ongeveer 15-16 cm meet vanaf het midden. Haak aan het einde een rand als volgt: * 1 hv in de l lus van de 2 st, 6 l *, herhaal van *-* en eindig met 1 hv.

Telpatroon

symbols = Recht
symbols = Averecht
symbols = Zet 3 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 3 st recht, 3 st recht van de kabelnld.
symbols = 2 st recht samen, 1 omsl
symbols = 1 omsl, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh.
symbols = 1 omsl, 1 st r afh, 2 st recht samen, afgeh st overh, 1 omsl.
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 41-5

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (20)

country flag Eva Torkildsen wrote:

Skal man strikke vrangpinden ret?

10.09.2023 - 11:52

DROPS Design answered:

Hej Eva, hver 2.pind i diagrammet strikkes fra vrangen. Den skal være ret (glatstrik) fra retsiden dvs vrang fra vrangen :)

14.09.2023 - 15:43

country flag Britt Wehlast wrote:

Jeg kan ikke se noget diagram til strikkeopskriften. Elsker at strikke dropsmodeller, så lidt øv at jeg mangler diagram

12.08.2023 - 18:48

country flag SILKE Hempel wrote:

Hallo Drops Design, Ihre Antwort auf meine Nachricht hat mir nicht weiter geholfen. Ich habe mit dem gleichen Garn,Nadelspiel 5,5 und weniger Maschen noch einmal eine Jacke gestrickt,die mir jetzt besser passt. LG

02.04.2023 - 11:19

country flag Hempel wrote:

Ich habe die Strickjacke 2xmal gestrickt. Erst in Größe M,dann nochmal in Größe S. Beide Male ist die Strickjacke viel zu groß und schwer geworden. Ich habe wie vorgegeben das Nadelspiel Nr. 4 genommen. Die Strickprobe ließ nicht erkennen, daß die Jacke solche Ausmaße nimmt. Ich habe die Strickjacke dann meiner Freundin gegeben, sie ist 1,75 Groß. Die Jacke wird beim tragen immer größer und länger. Was ist schief gelaufen?

27.02.2023 - 11:55

DROPS Design answered:

Liebe Frau Hempel, sollte Ihre Maschenprobe (20 M. x 26 R. auf Nadel Nr.4 glatt gestrickt = 10 x 10 cm) stimmen, dann bekommen Sie dieselben Maßnahmen wie bei der Maßskizze - beachten Sie nur, daß diese Jacke etwas "oversized" ist. Hoffentlich kann es Ihnen helfen. Viel Spaß beim stricken!

27.02.2023 - 14:02

country flag Yasmine wrote:

Bonjour madame, D’après le diagramme, le rang 2 doit-il être tricoté à l’envers, incluant la dernière maille au point mousse du rang précédent ? Merci !

28.12.2022 - 01:12

DROPS Design answered:

Bonjour Yasmine, les rangs pairs du diagramme se tricotent sur l'envers en lisant les diagrammes de gauche à droite, autrement dit, (sur l'envers, on tricote toutes les mailles à l'envers, en commençant et en terminant par 1 m lisière au point mousse). Bon tricot!

02.01.2023 - 10:58

country flag Francine wrote:

Bonjour, je ne comprends pas comment il est possible d’obtenir 57 cm de large avec 132 mailles sachant que pour un échantillon de 10 cm il faut 20 mailles. Avec 132 mailles, j’obtiens 66 cm de large sur mon travail, ce qui est cohérent avec l’échantillon mais pas avec les dimensions mentionnées sur votre diagramme .. du coup, mon gilet me paraît nettement trop large ..

02.11.2021 - 00:12

DROPS Design answered:

Bonjour Francine, l'echantillon est fait en jersey. Le pull est tricote avec de differents points fantaisie comme les torsades qui naturellement rendreront votre ouvrage plus etroit. Bon tricot!

02.11.2021 - 08:29

country flag Louise Lacelle wrote:

Bonjour,\r\nJe fais le modèle 41-5. J’ai fait l’échantillon en Jersey, pour conclure que je dois tricoter avec des aiguilles no 2...mais même avec ces aiguilles mon tricot est ne correspond pas aux dimensions du gilet (trop grand), j’ai donc décidé de fait le small au lieu du médium...du coup je voulais confirmer avec vous si c’est les bonnes dimensions indiqués sur le croquis! \r\nMerci!

17.02.2020 - 18:46

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lacelle, si votre échantillon est juste, vous devriez avoir les mesures du schéma, mais ce modèle est d'une autre époque, et est plutôt "oversize" - il est très large (cf mesures du schéma), pensez à bien vérifier les mesures si besoin et les adapter si vous le souhaitez. Bon tricot!

18.02.2020 - 10:33

country flag Louise Lacelle wrote:

Bonjour, je fais ce modèle (41-5), et je me demandais s’il n’y avait pas une erreur dans le diagramme. Dans la description des points, sur les jetés. J’ai toujours une maille de plus. Je ne devrais pas avoir toujours le même nombre de maille pour le motif? Merci

20.01.2020 - 21:54

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lacelle, vous avez tout à fait raison, l'avant-dernier symbole a été corrigé, on ne fait qu'un seul jeté au début, pas à la fin. Merci pour votre retour, bon tricot!

21.01.2020 - 09:51

country flag Dagmar wrote:

Auf beiden Seiten gegen die Mitte 3 M. anschlagen .Was heißt das genau. Stehe etwas auf dem schlauch.

29.09.2019 - 18:06

DROPS Design answered:

Liebe Dagmar, nach 18(19-20) cm, schlagen Sie 3 neuen Maschen am Ende jeder beiden Reihe = es sind jetzt 3 Masschen für die BlendeMaschen auf beiden Seiten. Viel spaß beim stricken!

30.09.2019 - 11:16

country flag Dagmar wrote:

Sind im Diagramm nur die Hinreihen angezeigt.

13.09.2019 - 17:29

DROPS Design answered:

Liebe Dagmar, alle Reihen sind im Diagram gezeichnet - die Hin- sowie die Rückreihen - hier lesen Sie mehr über Diagramme. Viel Spaß beim stricken!

16.09.2019 - 08:20