DROPS Children 49 · Veel nieuwe ontwerpen voor kinderen!
Product image DROPS Paris yarn
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.23 € /50g
Product image DROPS Glitter yarn
DROPS Glitter
60% cupro, 40% metaal
vanaf 1.99 € /10g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 17.51€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425
DROPS 89-22
Stel een naam voor
Maat: S - M - L - XL – XXL
Afmetingen:
Bovenwijdte: 84-94-104-112-122 cm
Zoom: 76-84-94-106-116 cm
Materialen: DROPS Paris van Garnstudio
550-600-650-750-800 gr nr. 32, paars
En gebruik: DROPS Glitter van Garnstudio
1-2-2-2-2 klosjes nr. 04, lichtroze
1-2-2-2-2 klosjes nr. 07, paars
DROPS rondbreinld en sokkenbreinld 5 mm, of de maat die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.

Alle garens zijn van Garnstudio. Stalenkaarten en leveranciers zijn te vinden op www.garnstudio.com

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.23 € /50g
Product image DROPS Glitter yarn
DROPS Glitter
60% cupro, 40% metaal
vanaf 1.99 € /10g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 17.51€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Steekverhouding: 17 st x 22 nld in tricotst = 10 x 10 cm. Gebruik eventueel grotere of kleinere naalden om de juiste steekverhouding te krijgen. Brei een proeflapje!

Boordst-1: * 2 r, 2 av *, herhaal * - *.

Boordst-2: * 4 r, 5 av *, herhaal * - *.

Tips voor de raglanminderingen: Minder 1 st aan weerskanten van de merkdraad als volgt: Na 1 st: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh. Voor 1 st: 2 r samenbr.

Panden: Zet 128-144-160-180-196 st op met de rondbreinld met 1 draad Paris + 1 draad Glitter van beide kleuren (= 3 draden). Brei in het rond en plaats een merkdraad aan het begin van de toer en een 2e merkdraad voor de andere zijkant (64-72-80-90-98 st tussen beide merkdraden). Brei 2 nld (tricotst) en vervolgens 2 nld Boordst-1, en ga dan verder met tricotst.
Meerder vanaf een hoogte van 10 cm 4-4-4-3-3 x 1 st aan weerskanten van elke merkdraad op elke 6-6-6-8-8 cm = 144-160-176-192-208 st. Brei bij een hoogte van 31-32-33-34-35 cm de volgende 2 nld als volgt: 2 av, *4 r, 4 av *, herhaal * - * op de hele nld en eindig met 4 r en 2 av. Kant in de volgende nld (het werk heeft een hoogte van ca. 32-33-34-35-36 cm), 10 st af aan weerskanten voor de armsgaten (= 3 r, 4 av en 3 r) = 62-70-78-86-94 st resteren voor het voor- en achterpand. Leg het werk terzijde en brei de mouwen.

Mouw: Zet 54-54-54-63-63 st op met de sokkenbreinld met 1 draad Paris + 1 draad Glitter van beide kleuren (= 3 draden). Brei in het rond en plaats een merkdraad aan het begin van de toer. Brei 2 nld (tricotst), en brei vervolgens Boordst-2 – Begin voor maat S de boordst zo dat de merkdraad in het midden van 4 r zit en begin voor Maat M + L + XL + XXL met 2 av en eindig met 3 av.
Minder bij een hoogte van 2 cm alle 5 av naar 4 av= 48-48-48-56-56 st. Meerder vanaf een hoogte van 20 cm 12-16-16-16-16 x 1 st aan weerskanten van de 4 st van de merkdraad (= 4 r voor maat S en 4 av voor de andere maten) op elke 2-1.5-1.5-1.5-1.5 cm: Maat S: de eerste 4 st r, brei de volgende 4 st av en brei de laatste 4 st r. Maat M + L + XL + XXL brei de eerste 4 st r, brei de volgende 4 st r, brei de volgende 4 st av en brei de laatste 4 st r) = 72-80-80-88-88 st. Kant bij een hoogte van 47-46-46-45-45 cm 5 st af aan weerskanten van de merkdraad voor de armsgaten = 62-70-70-78-78 st resteren. Leg het werk terzijde en brei nog een mouw.

Pas: Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld als de panden boven de afgekante st van de armsgaten = 248-280-296-328-344 st. Plaats een merkdraad in elke overgang van panden naar mouwen = 4 merkdraden. Brei de boordst door op de panden en de mouwen en begin met de raglanminderingen – volg de instructies hieronder. Blijf de 2 st aan weerskanten van merkdraden steeds r breien. Blijf dit zo volhouden ook als er geen minderingen worden gemaakt.

Raglanminderingen: Minder 1 st aan weerskanten van de 4 r bij elke merkdraad– zie de beschrijving voor de raglanminderingen hierboven: Minder aan weerskanten op het voor- en achterpand in elke 2e nld 19-20-18-18-16 keer en hierna in elke nld 0-1-7-9-15 keer. Minder aan weerskanten van de mouw in elke 2e nld 15-14-16-14-16 keer en hierna in elke nld 8-13-11-17-15 keer. Na de laatste minderingen resteren er 80-88-88-96-96 st. Brei 3 nld tricotst op alle st en kant losjes af.

Afwerking: Sluit de opening onder elke mouw.

Telpatroon

Diagram measurements for DROPS 89-22
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 89-22

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (42)

country flag Christina schreef:

När jag har kommit till Raglanavmasking och avm vartannat varm 20 ggr(Medium), plus 1 extra gång, så har jag 88 m kvar på stickan. Jag förstår inte texten: Maska av i varje sida på armarna vartannat varv 14 ggr och sen varje varj 13 ggr?? Om jag gör detta blir det inget kvar och för mig verkar det som om jag är klar nu och bara skall göra 3 varv slätstickning och sen maska av löst. Är inte detta ett fel i mönstret? borde tas bort? mvh christina

12.12.2016 - 17:57

DROPS Design antwoorde:

Hej Christina. Du tager ind forskelligt paa for-/bakstk og ermerne. Dvs, du tager ind paa for- og bakstk i dit tilfaelde 20 ggr i hver 2. og og 1 ggr i hver omg SAMTIDIG tager du ind paa ermerne 14 ggr i hver 2. omg og 13ggr i hver omg.

13.12.2016 - 12:10

country flag Andrea schreef:

Hallo, ich verstehe nicht was mit "innerhalb 1 M Glattstr. beim Markierungsfaden abnehmen" ? Danke für jede Erklärung

27.09.2015 - 13:13

DROPS Design antwoorde:

Es soll bedeuten, dass Sie die Abnahmen wie folgt machen: 2 M re zusstricken, 1 M re, dann kommt der Markierungsfaden, 1 M re, dann 2 M überzogen zusstricken (d.h. 1 M abheben, 1 M re, die abgehobene M überziehen). An den Raglanlinien haben Sie somit immer 2 M glatt re, zwischen denen der Markierer sitzt, davor und danach erfolgen die Abnahmen.

03.10.2015 - 10:47

country flag Karl schreef:

Zum B.:13, 14, 13, 14 M. oder wie man sie verteilen will.

18.09.2015 - 17:50

country flag Andrea schreef:

Ich stricke auf einem Nadelspiel mit 5 Nadeln, 4 mit Maschen und 1 zum Stricken.Daher hilft mir die Antwort auf meine Frage 6mal 9 gleich 54 nicht weiter.

18.09.2015 - 16:22

DROPS Design antwoorde:

Die Antwort war von einem Leser, nicht vom DROPS-Team. Die untere Ärmelmitte ist bei den Zunahmen wichtig. Das Bündchenmuster-2 besteht ja aus 4 M re, 5 M li im Wechsel. In Größe S soll die untere Ärmelmitte aus 4 M re bestehen, bei den übrigen Größen aus 5 M li. Die untere Ärmelmitte ist meist der Rd-Beginn, also heißt das, dass Sie bei Größe S das Muster mit 2 M re beginnen, dann 5 M li, 4 M re im Wechsel str, am Ende der Rd kommen dann 5 M li und 2 M re. Für die anderen Größen fangen Sie entsprechend mit 3 M li an und beenden die Rd mit 2 M li.

18.09.2015 - 20:56

country flag Karl schreef:

Es wird ja rundgestrickt! 6x9=54.

17.09.2015 - 19:17

country flag Andrea schreef:

Bei Grösse S und M sollen 54 Maschen für den Ärmel angeschlagen werden. Das Bündchen 2 beginnt mit 4 rechten Maschen, wie bekomme ich dann bei Grösse M 5 Maschen in die Mitte unten? Danke schon mal für eine Antwort

17.09.2015 - 18:11

DROPS Design antwoorde:

Antwort siehe oben! :-)

18.09.2015 - 20:59

country flag Josianne schreef:

Liebes Dropsteam, ich stricke gerade den ersten Aermel und habe eine Frage bezüglich Aufnahmen. Ich stricke das Model in Grösse M, also hatte ich in der untere Mitte 5 Linke Maschen die ich auf 4 abgenommen habe. Wenn ich nach 20 cm aufnehmen, muss nicht statt 1 Masche links 1Masche re. In Grösse M aufnehmen damit unten in der Mitte, das Muster gleich weiter geht ( immer 4 Maschen li. und dann 4 Maschen re.) ?

29.03.2015 - 14:20

DROPS Design antwoorde:

Liebe Josianne, lesen Sie sich vorab doch einmal die Fragen und Antworten in dieser Kommentarliste vom 19.08.2014 durch, dort wurde schon einmal erklärt, wie die Zunahmen zu arbeiten sind. Die zugenommenen M "rutschen" sozusagen im Laufe der Zunahmen nach außen. Daher ergibt es sich erst einmal, dass gleiche M nebeneinander liegen und erst nach und nach das Muster bilden. Wenn dazu trotzdem noch Fragen sind, fragen Sie natürlich gerne wieder.

31.03.2015 - 11:49

country flag Josianne schreef:

Liebes Dropsteam, ich fange jetzt den Aermel an. So wie ich es verdtanden habe , wird der Aermel nicht rundgestrickt. In der Anleitung steht: wenn Arbeit 2 misst ........=? Wenn die Arbeit 2 cm misst? / was bedeutet: 5 li auf 4 li abketten? Warum abketten und nicht abnehmen?

22.03.2015 - 17:00

DROPS Design antwoorde:

Der Ärmel wird in Runden gestrickt, das wird gleich noch verdeutlicht. "Wenn die Arbeit 2 cm misst" bedeutet: bei einer Gesamtlänge von 2 cm, also gemessen ab dem Anschlagrand. "5 li auf 4 li abketten" soll tatsächlich "abnehmen" bedeuten, das wird gleich korrigiert. Sie nehmen also in jeder Links-Rippe aus 5 Links-M eine M ab, sodass in jeder Links-Rippe nur noch 4 Links-M vorhanden sind.

23.03.2015 - 11:05

country flag Josianne schreef:

Guten Tag, in nächster Zeit möchte ich diesen Pullover in Paris Farbe Senf stricken. Könnt ihr mir sagen welche 1 oder 2 "Glitter"-garne dazu passen würden. Ich hatte bis vor kurzer Zeit, verschiedene Anleitungen in den Favoriten gespeichert, aber heute war alles wegg. Freundliche Grüsse.

09.03.2015 - 20:03

DROPS Design antwoorde:

Liebe Josianne, es gibt ja nur noch 3 Farben regulär von Glitter - rot, silber und gold. Zur senffarbenen Paris ist Glitter in Gold empfehlenswert. Ich werde nachhaken, warum Ihre Favoriten gelöscht wurden, vielleicht gab es ein Problem.

09.03.2015 - 23:07

country flag Marie schreef:

I am completely confused with the armhole decreases on the body. It says to end the last row (before decrease) with k4, p2. Then bind of 10st at each side for armhole (k3,p4,k3) Do I purl the first 2 st and knit the next st before decreasing the 10st?

07.02.2015 - 06:05

DROPS Design antwoorde:

Dear Marie, work all the other sts as before, and bind off K3, P4, K3 for armholes, on each side (= K3, P2, marker, P2, K3). Happy knitting!

07.02.2015 - 09:37