Icy Pearls Sweater#icypearlssweater |
||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Flora of DROPS Nord. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met Europeaanse pas, kantpatroon op de voorpanden, tricotsteek op het achterpand en mouwen en biezen met PUNNIKRAND. Maten XS - XXXL.
DROPS 263-5 |
||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant. 1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht. TIP VOOR HET MEERDEREN-1: MEERDER EEN STEEK RICHTING LINKS aan de goede kant: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei recht door de achterste lus. MEERDER EEN STEEK RICHTING RECHTS aan de goede kant: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei recht door de voorste lus. TIP VOOR HET MEERDEREN-2: MEERDER EEN STEEK RICHTING LINKS, op de verkeerde kant: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei averecht door de voorste lus. MEERDER EEN STEEK RICHTING RECHTS, op de verkeerde kant: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei averecht door de achterste lus. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.5. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.1 en A.2). A.x en A.y tonen 1 herhaling van elke patroondeel. De telpatronen tonen het patroon aan de goede kant. De telpatronen worden van rechts naar links gelezen als u aan de goede kant breit en van links naar rechts als u aan de verkeerde kant breit. BIEZEN MET PUNNIKRAND: BEGIN VAN DE NAALD: Brei de voorbies als volgt (7 steken): Haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht, brei 5 ribbelsteken. EINDE VAN DE NAALD: Brei de voorbies als volgt (7 steken): Brei tot er 7 steken over zijn op de naald, brei 5 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. Brei zo aan zowel de goede als de verkeerde kant. KNOOPSGATEN: Brei de knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt) aan de goede kant, als er 5 steken over zijn op de naald als volgt: NAALD 1 (goede kant): Maak 1 omslag, 2 recht samen, 1 recht, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. NAALD 2 (verkeerde kant): Brei de voorbies zoals hiervoor, brei de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt gebreid als het werk 6-6-7-8-8-7-9 cm meet vanaf de halslijn. Brei dan 5 knoopsgaten met 7-7½-7½-7½-7½-8-8 cm tussen elk. Het onderste knoopsgat wordt gebreid in de overgang tussen de tricotsteek en de boordsteek. LET OP: Het laatste knoopsgat wordt op de hals gebreid. MOUWTIP: Als u steken opneemt onder de mouw, kan er een klein gaatje ontstaan in de overgang tussen de steken op het lijf en de mouw. Dit gaatje kan gesloten worden door de draad tussen 2 steken op te nemen en deze gedraaid samen te breien met de eerste steek tussen het lijf en de mouw. TIP VOOR HET MINDEREN: Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken) haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK. Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel wanneer nodig. Brei volgens points 1 – 5. 1 ACHTERPAND: Zet steken op voor de achterkant van de hals. Brei het achterpand heen en weer gebreid, meerder steken aan elke kant tot het aantal schoudersteken bereikt is. Het achterpand heeft ietwat diagonale schouders. 2 VOORPAND: Begin door steken op te nemen langs een schouder achter, brei naar beneden en meerder voor de halslijn. Herhaal op de andere schouder. 3 PAS: Voeg de voor- en achterpanden samen, brei eerst 1 voorpand, neem steken op voor de mouw langs de zijkant van het voorpand, brei het achterpand, neem steken op voor de mouw langs de zijkant van het tweede voorpand, brei dan dit voorpand. De pas wordt verder heen en weer gebreid vanaf midden voor. 4 MEERDEREN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Terwijl u de pas breit, meerdert u eerst alleen steken voor de mouwen, dan voor de mouwen en de voorpanden en tot slot voor de mouwen, voorpanden en het achterpand. 5 LIJF EN MOUWEN: Als alle meerderingen klaar zijn en de pas heeft de juiste lengte, dan wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen. Het lijf wordt verder heen en weer gebreid terwijl de mouwen wachten. Dan worden de mouwen in de rondte gebreid, van boven naar beneden. Er worden steken opgenomen rondom de halslijn en de hals wordt op het einde heen en weer gebreid. Als er een «0» in uw maat staat, sla dan de informatie over en ga gelijk verder met de volgende instructie. ACHTERPAND: Het werk wordt heen en weer gebreid. Zet 44-44-44-44-44-44-44 steken op met rondbreinaald 3 mm en DROPS Flora of DROPS Nord. NAALD 1 (verkeerde kant): Averecht. NAALD 2 (goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Brei 3 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 3 steken over zijn op de naald, meerder 1 steek richting rechts, 3 recht. NAALD 3 (verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Brei 3 averecht, meerder 1 steek richting links, brei averecht tot er 3 steken over zijn op de naald, meerder 1 steek richting rechts, 3 averecht. Brei NAALDEN 2 en 3 in totaal 13-13-15-15-15-17-17 keer (26-26-30-30-30-34-34 naalden gebreid) = 96-96-104-104-104-112-112 steken. Denk om de stekenverhouding. Knip de draad af en plaats de steken op een hulpdraad. . RECHTER VOORPAND: Vind de rechter schouder achter als volgt: Leg het achterpand plat neer, met de goede kant naar boven, met de hulpdraad naar u toe; de goede kant van het werk = rechterschouder. Begin aan de goede kant bij het armsgat op de rechter schouder achter en neem 1 steek op in iedere gebreide naald aan de binnenkant van de buitenste steek, tot de halslijn = 26-26-30-30-30-34-34 schoudersteken. Voeg 1 markeerder in bij de hals. Alle lengte-afmetingen op het voorpand worden vanaf deze markeerder genomen. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant en meerder 5-5-6-6-6-7-7 steken verdeeld = 31-31-36-36-36-41-41 steken. Ga verder in het patroon – lees uitleg hierboven, brei als volgt: NAALD 1 (goede kant): Brei 3 recht, brei A.1, 3 recht. NAALD 2 (verkeerde kant): Brei 3 averecht, brei A.1, 3 averecht. Ga verder met dit patroon. Als het werk 3-4-5-6-7-8-8 cm meet (eindig na een volledige herhaling in de hoogte) meerder dan voor de halslijn als volgt: NAALD 1 (goede kant): Brei 3 recht, ga verder met A.1, meerder 1 steek richting rechts, 3 recht - denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. NAALD 2 (verkeerde kant): Brei 3 averecht, ga verder met A.1 tot er 3 steken over zijn, 3 averecht. LET OP: De gemeerderde steken worden in het patroon gebreid zoals te zien is in A.3 (alleen de buitenste 18 steken bij de hals zijn in A.3 getekend, deze tonen de meerderingen voor de halslijn en hoe het patroon doorloopt aan de binnenkant van de 3 tricotsteken bij de hals). NAALD 3 (goede kant): Brei 3 recht, ga verder met A.1/A.3 tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 recht. NAALD 4 (verkeerde kant): Brei 3 averecht, ga verder met A.3/A.1 tot er 3 steken over zijn, 3 averecht. Brei NAALDEN 3 en 4 in totaal 8 keer (16 naalden gebreid) = 41-41-46-46-46-51-51 steken. Zet aan het einde van de volgende naald aan de goede kant, 21 steken op = 62-62-67-67-67-72-72 steken. Brei de teruggaande naald, met de eerste 7 steken gebreid volgens BIEZEN MET PUNNIKRAND – lees uitleg hierboven, en de andere steken gebreid zoals hiervoor. De meerderingen voor de halslijn zijn klaar. Het werk meet ongeveer 9-10-11-12-13-14-14 cm vanaf de markeerder. Een deel van de halslijn ligt op het achterpand. De halslengte aan de voorkant = 8-8-9-10-10-11-11 cm. De halslengte aan de achterkant = 1-2-2-2-3-3-3 cm. Ga verder met het patroon met 3 tricotsteken bij het armsgat en 7 voorbiessteken zoals hiervoor tot het werk 10-11-12-13-14-15-15 cm meet vanaf de markeerder (ongeveer 1 cm vanaf de laatste meerdering). Knip de draad af en plaats de steken op een hulpdraad en brei het linker voorpand over de linker schouder achter als volgt. LINKER VOORPAND: Begin aan de goede kant bij de hals op de linker schouder achter en neem 1 steek op in iedere gebreide naald, aan de binnenkant van de buitenste steek, tot het armsgat = 26-26-30-30-30-34-34 schoudersteken. Voeg 1 markeerder in bij de hals. Alle lengte-afmetingen op het voorpand worden vanaf deze markeerder genomen. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant en meerder 5-5-6-6-6-7-7 steken verdeeld = 31-31-36-36-36-41-41 steken. Ga verder in patroon als volgt: NAALD 1 (goede kant): Brei 3 recht, brei A.2, 3 recht. NAALD 2 (verkeerde kant): 3 averecht, brei A.2, 3 averecht. Ga verder met dit patroon. Als het werk 3-4-5-6-7-8-8 cm meet (eindig na een volledige herhaling in de hoogte) meerder dan voor de halslijn als volgt: NAALD 1 (goede kant): Denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Brei 3 recht, meerder 1 steek richting links, ga verder met A.2 tot er 3 steken over zijn, 3 recht. NAALD 2 (verkeerde kant): Brei 3 averecht, ga verder met A.2 tot er 3 steken over zijn, 3 averecht. LET OP: De gemeerderde steken worden in het patroon gebreid zoals te zien is in A.4 (alleen de buitenste 18 steken bij de hals zijn getekend in A.4 om mee te beginnen, welke de meerderingen voor de halslijn tonen en hoe het patroon doorloopt aan de binnenkant van de 3 tricotsteken bij de hals). NAALD 3 (goede kant): Brei 3 recht, meerder 1 steek richting links, ga verder met A.4/A.2 tot er 3 steken over zijn, 3 recht NAALD 4 (verkeerde kant): Brei 3 averecht, ga verder met A.2/A.4 tot er 3 steken over zijn, 3 averecht. Brei NAALDEN 3 en 4 in totaal 8 keer (16 naalden gebreid) = 41-41-46-46-46-51-51 steken. Zet aan het einde van de volgende naald aan de verkeerde kant, 21 steken op = 62-62-67-67-67-72-72 steken. De meerderingen voor de halslijn zijn klaar. Het werk meet ongeveer 9-10-11-12-13-14-14 cm vanaf de markeerder. Een deel van de halslijn ligt op het achterpand. De halslengte aan de voorkant = 8-8-9-10-10-11-11 cm. De halslengte aan de achterkant = 1-2-2-2-3-3-3 cm. Ga verder met het patroon met 3 tricotsteken bij het armsgat en 7 voorbiessteken zoals hiervoor tot het werk 10-11-12-13-14-15-15 cm meet vanaf de markeerder en eindig met een naald aan de verkeerde kant. De voor- en achterpanden worden nu samengevoegd en er worden steken opgenomen voor de mouwen. Denk om de knoopsgaten – zie uitleg hierboven. NAALD 1 (goede kant): Begin aan de goede kant met het linker voorpand: Brei de voorbies zoals hiervoor, brei patroon tot er 2 steken over zijn voor het einde van het voorpand, haal 1 steek af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over (1 geminderde steek), voeg 1 markeerder in, neem 26-28-30-34-36-38-38 steken op langs de zijkant van het linker voorpand (= mouwsteken, opgenomen aan de binnenkant van de buitenste steek), voeg 1 markeerder in, brei de eerste 2 steken op het achterpand recht samen (1 geminderde steek), brei recht tot er 2 steken over zijn voor het einde van het achterpand, haal 1 steek af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over (1 geminderde steek), voeg 1 markeerder in, neem 26-28-30-34-36-38-38 steken op langs de zijkant van het rechter voorpand (= mouwsteken, opgenomen aan de binnenkant van de buitenste steek), voeg 1 markeerder in, brei de eerste 2 steken op het rechter voorpand recht samen (1 geminderde steek), brei patroon tot er 7 steken over zijn en brei de voorbies zoals hiervoor = 268-272-294-302-306-328-328 steken. NAALD 2 (verkeerde kant): Ga verder met de voorbies en patroon tot de eerste markeerder, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei averecht tot de volgende markeerder, meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei averecht tot de volgende markeerder, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei averecht tot de volgende markeerder, meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei patroon tot er 7 steken over zijn, brei de voorbies zoals hiervoor = 272-276-298-306-310-332-332 steken. NAALD 3 (goede kant): Ga verder met de voorbies en patroon tot de eerste markeerder, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei recht tot de volgende markeerder, meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei recht tot de volgende markeerder, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei recht tot de volgende markeerder, meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei patroon tot er 7 steken over zijn, brei de voorbies zoals hiervoor (4 gemeerderde steken, 1 aan elke kant van beide mouwen) = 276-280-302-310-314-336-336 steken. NAALD 4 (verkeerde kant): Brei de biezen, patroon en averecht zoals hiervoor zonder te meerderen. Brei NAALDEN 3 en 4 in totaal 9-6-6-4-2-0-0 keer (18-12-12-8-4-0-0 naalden gebreid). Er zijn in totaal 11-8-8-6-4-2-2 meerderingen in de hoogte op de mouwen: 48-44-46-46-44-42-42 steken op elke mouw, 61-61-66-66-66-71-71 steken op elk voorpand en 94-94-102-102-102-110-110 steken op het achterpand = 312-304-326-326-322-336-336 steken. Meerder nu op de mouwen en de voorpanden, meerder 2 steken aan de binnenkant van de markeerders op de voorpanden zodat er 2 steken tussen de meerderingen op de mouwen en de voorpanden zijn. Brei dan als volgt: NAALD 1 (goede kant): Brei de voorbies en patroon zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn op het voorpand voor de eerste markeerder, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei recht tot de volgende markeerder, meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerder naar de rechter naald, brei recht tot de volgende markeerder (geen meerderingen op het achterpand), verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei recht tot de volgende markeerder, meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerder naar de rechter naald, 2 recht, meerder 1 steek richting links, brei patroon tot er 7 steken over zijn, brei de voorbies zoals hiervoor (6 gemeerderde steken, 1 aan elke kant van beide mouwen en 1 op elk voorpand). NAALD 2 (verkeerde kant): Brei de biezen, patroon en averecht zoals hiervoor zonder te meerderen. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 2-2-2-2-3-4-4 keer (4-4-4-4-6-8-8 naalden gebreid). LET OP. De gemeerderde steken worden in het patroon gebreid op de voorpanden op dezelfde manier als het meerderen voor de halslijn. Zorg ervoor dat u 2 tricotsteken heeft tussen het patroon en de mouw. Er zijn in totaal 13-10-10-9-7-6-6 meerderingen in de hoogte op de mouwen en 2-2-2-2-3-4-4 meerderingen in de hoogte op de voorpanden: 52-48-50-50-50-50-50 mouwsteken, 63-63-68-68-69-75-75 steken op elk voorpand en 94-94-102-102-102-110-110 steken op het achterpand = 324-316-338-338-340-360-360 steken. U meerdert nu op de mouwen, voorpanden en het achterpand, meerder 2 steken aan de binnenkant van de markeerders op de voor- en achterpanden zodat er 2 steken tussen de meerderingen op de mouwen en het lijf zijn. Brei dan als volgt: NAALD 1 (goede kant): Brei de voorbies en patroon zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn op het voorpand voor de eerste markeerder, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei recht tot de volgende markeerder, meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerder naar de rechter naald, 2 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 2 steken over zijn op het achterpand voor de volgende markeerder, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht, verplaats de markeerder naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei recht tot de volgende markeerder, meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerder naar de rechter naald, 2 recht, meerder 1 steek richting links, brei patroon tot er 7 steken over zijn, brei de voorbies zoals hiervoor (= 8 gemeerderde steken, 1 aan elke kant van 2 tricotsteken in elke overgang tussen het lijf en de mouwen). NAALD 2 (verkeerde kant): Brei de biezen, patroon en averecht zoals hiervoor zonder te meerderen. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 10-14-15-18-24-26-29 keer (20-28-30-36-48-52-58 naalden gebreid). LET OP: De gemeerderde steken worden in het patroon gebreid op de voorpanden zoals hiervoor, tot er 62-62-72-72-79-89-89 patroonsteken zijn aan de binnenkant van de voorbies. (Het patroon eindigt richting de zijkanten verschillend, afhankelijk van de maat die u breit, dus het patroon eindigt of met A.x + 2 averechte steken (aan de goede kant gezien) of A.y richting de zijkanten. De overgebleven steken worden in tricotsteek gebreid. Er zijn in totaal 23-24-25-26-31-32-35 meerderingen in de hoogte op de mouwen, 12-16-17-20-27-30-33 meerderingen in de hoogte op de voorpanden en 10-14-15-18-24-26-29 meerderingen in de hoogte op het achterpand: 72-76-80-86-98-102-108 mouwsteken, 73-77-83-86-93-101-104 steken op elk voorpand en 114-122-132-138-150-162-168 steken op het achterpand = 404-428-458-482-532-568-592 steken. De mouw meet ongeveer 13-14-14-15-18-19-20 cm. Als het vest dubbel gevouwen is op de schouder meet het ongeveer 18-19-20-22-25-26-28 cm, aan de buitenkant op de schouder en naar beneden over het armsgat. Brei verder tot het werk 19-20-21-22-25-26-28 cm meet, aan de buitenkant op de schouder en naar beneden over het armsgat. Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Brei 73-77-83-86-93-101-104 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 72-76-80-86-98-102-108 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-8-12-14-18-22 steken op (midden onder de mouw), brei 114-122-132-138-150-162-168 tricotsteken (= achterpand), plaats de volgende 72-76-80-86-98-102-108 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-8-12-14-18-22 steken op (midden onder de mouw), brei de laatste 73-77-83-86-93-101-104 steken zoals hiervoor (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. LIJF: = 272-292-314-334-364-400-420 steken. Ga verder met de biezen, patroon en tricotsteek voor nog een 26-27-28-29-27-28-28 cm. Begin op de volgende naald aan de goede kant met de boordsteek. Meerder tegelijkertijd verdeeld op de naald als volgt: Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm. Brei de 7 voorbiessteken, boordsteek (2 averecht, 1 recht) over de volgende 62-62-72-72-79-89-89 steken, meerder 12-12-14-14-16-18-18 steken verdeeld over deze steken (meerder 2 steken boven elke naald van gaatjes zoals te zien is in A.5), brei boordsteek (1 recht, 2 averecht) over de volgende 134-154-156-176-192-208-228 steken, meerder 11-12-13-14-16-18-19 steken verdeeld over deze steken (eindig met 1 recht), brei boordsteek (2 averecht, 1 recht) over de volgende 62-62-72-72-79-89-89 steken en meerder 12-12-14-14-16-18-18 steken verdeeld over deze steken (meerder 2 steken boven elke naald van gaatjes zoals te zien is in A.5 en eindig met 2 averecht voor de voorbies), brei de voorbies zoals hiervoor = 307-328-355-376-412-454-475 steken. Als de boordsteek 2½-2½-2½-2½-3½-3½-3½ cm meet, brei dan 1 naald averecht aan de verkeerde kant (de biezen worden zoals hiervoor gebreid), kant dan af met recht aan de goede kant. De top meet ongeveer 52-54-56-58-60-62-64 cm vanaf de bovenkant van de schouder. MOUWEN: Plaats de 72-76-80-86-98-102-108 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 3 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-8-8-12-14-18-22 opgezette steken onder de mouw – lees MOUWTIP = 78-84-88-98-112-120-130 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-8-8-12-14-18-22 steken onder de mouw- de naald begint bij de markeerdraad. Brei in tricotsteek in de rondte. TEGELIJKERTIJD, als de mouw 1 cm meet vanaf de scheiding, minder dan midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN als volgt: Minder 2 steken iedere 2e naald 1-1-1-1-2-3-5 keer, minder dan 2 steken iedere 5-4-3½-3-2-1½-1½ cm in totaal 5-7-8-12-16-18-20 keer = 66-68-70-72-76-78-80 steken. Brei verder tot de mouw 40-40-40-39-37-35-35 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 2.5 mm. Brei boordsteek (1 recht, 2 averecht), Meerder tegelijkertijd 12-13-14-18-17-18-19 steken verdeeld op de eerste naald = 78-81-84-90-93-96-99 steken. Als de boordsteek 2½-2½-2½-2½-3½-3½-3½ cm meet, brei dan 1 naald recht, kant dan af met recht. De mouw meet ongeveer 43-43-43-42-41-39-39 cm vanaf de scheiding. HALS: Gebruik rondbreinaald 2.5 mm. Begin aan de goede kant, midden voor, neem 129 tot 141 steken op over de halslijn, aan de binnenkant van 1 steek. Het aantal steken moet deelbaar zijn door 3 + 1. Brei de eerste naald aan de verkeerde kant als volgt: 7 voorbiessteken zoals hiervoor, boordsteek (1 averecht, 2 recht) tot er 8 steken over zijn, 1 averecht en 7 voorbiessteken zoals hiervoor. Aan de goede kant: 7 voorbiessteken zoals hiervoor, boordsteek (1 recht, 2 averecht) tot er 8 steken over zijn, 1 recht en 7 voorbiessteken zoals hiervoor. Ga verder met deze boordsteek voor 3-3-3-3-4-4-4 cm - denk erom dat u het laatste knoopsgat maakt boven de andere knoopsgaten op de voorbiessteken als de halsrand ca. 1 cm meet. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant over alle steken, kant dan af met recht aan de goede kant. |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #icypearlssweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 38 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 263-5
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.