Soft Waves Sweater#softwavessweater |
||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||
Gebreide trui in 1 draad DROPS Flora en 1 draad DROPS Kid-Silk, of 1 draad DROPS Alpaca en 1 draad DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met Europeaanse pas en kabels. Maten XS - XXXL.
DROPS 262-7 |
||||||||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant. 1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.7. De telpatronen tonen het patroon aan de goede kant. TIP VOOR HET MEERDEREN-1: MEERDER EEN STEEK RICHTING LINKS aan de goede kant: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei recht door de achterste lus. MEERDER EEN STEEK RICHTING RECHTS aan de goede kant: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei recht door de voorste lus. TIP VOOR HET MEERDEREN-2: MEERDER EEN STEEK RICHTING LINKS, op de verkeerde kant: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei averecht door de voorste lus. MEERDER EEN STEEK RICHTING RECHTS, op de verkeerde kant: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei averecht door de achterste lus. MOUWTIP: Als u steken opneemt onder de mouw, kan er een klein gaatje ontstaan in de overgang tussen de steken op het lijf en de mouw. Dit gaatje kan gesloten worden door de draad tussen 2 steken op te nemen en deze gedraaid samen te breien met de eerste steek tussen het lijf en de mouw. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK. Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel wanneer nodig. Brei volgens punten 1 – 5. 1 ACHTERPAND: Zet steken op voor de achterkant van de hals. Brei het achterpand heen en weer gebreid, meerder steken aan elke kant tot het aantal schoudersteken. Het achterpand heeft een ietwat diagonale schouder. Het achterpand wordt dan heen en weer gebreid tot de juiste lengte. 2 VOORPAND: Wordt in 2 delen gebreid (elke kant van de hals). Begin door steken op te nemen over een schouder achter, brei naar beneden en meerder voor de halslijn. Herhaal op de andere schouder. Dan worden er steken opgezet voor de voorkant van de halslijn en de 2 schouders worden samengevoegd. De voorkant van het werk wordt heen en weer gebreid tot de juiste afmetingen. 3 PAS: Plaats de voor- en achterpanden op dezelfde naald, brei eerst het voorpand, neem steken op voor een mouw langs de zijkant van het voorpand, brei dan het achterpand en neem steken op voor de tweede mouw langs de andere kant van het voorpand. Ga verder in de rondte. 4 MEERDEREN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Terwijl u de pas breit meerdert u steken voor het lijf en de mouwen. 5 LIJF EN MOUWEN: Als de pas klaar is, wordt het werk verdeeld en het lijf wordt verder in de rondte gebreid terwijl de mouwen wachten. Dan worden de mouwen van boven naar beneden gebreid. Er worden steken opgenomen rondom de halslijn en de hals wordt op het einde gebreid. ACHTERPAND: Het werk wordt heen en weer gebreid. Zet 46-46-46-46-58-58-58 steken op met rondbreinaald 3.5 mm, brei 1 draad DROPS Flora en 1 draad DROPS Kid-Silk (2 draden), of 1 draad DROPS Alpaca en 1 draad DROPS Kid-Silk (2 draden). NAALD 1 (verkeerde kant): Brei averecht. NAALD 2 (goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Brei 3 recht, meerder 1 steek richting links, brei A.1, dan 2-2-2-2-3-3-3 keer A.2, A.3, brei 2-2-2-2-3-3-3 keer A.4, A.5, meerder 1 steek richting rechts, 3 recht. NAALD 3 (verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Brei 3 averecht, meerder 1 steek richting links, recht boven recht en averecht boven averecht tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 averecht. Brei NAALDEN 2 en 3 in totaal 18-21-24-27-27-30-33 keer (36-42-48-54-54-60-66 naalden gebreid), brei dan nog een keer naald 2 = 120-132-144-156-168-180-192 steken. LET OP! Elke keer dat A.1 en A.5 kaar zijn in de hoogte, is er ruimte voor nog 1 herhaling van A.2 en A.4 aan elke kant van A.3. Als de meerderingen klaar zijn, voeg dan 1 markeerder in aan elke kant. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten. Ga verder als volgt: 1 kantsteek in RIBBELSTEEK – lees uitleg hierboven, A.2 9-10-11-12-13-14-15 keer, A.3, dan A.4 9-10-11-12-13-14-15 keer en 1 kantsteek in ribbelsteek. Zorg ervoor dat u verder gaat met de juiste naald in A.2 en A.3 zodat het patroon doorloopt met 5 naalden tussen elke kabelnaald. Ga verder met dit patroon tot het werk 7-8-9-10-11-12-13 cm meet vanaf de markeerders, eindig met naald 4 in de telpatronen (verkeerde kant). Plaats de steken op een hulpdraad of een andere naald. LINKERSCHOUDER: Vind de linker schouder achter als volgt: Leg het achterpand plat neer, met de goede kant naar boven, met de hulpdraad naar u toe; de linkerkant van het werk = linkerschouder. Begin aan de goede kant bij de hals op de linker schouder achter en neem 1 steek op in iedere naald gebreid aan de binnenkant van de buitenste steek, neem daarnaast 3 steken op naar beneden over het achterpand = 40-46-52-58-58-64-70 steken. Alle lengte-afmetingen op het voorpand worden vanaf deze opneemnaald genomen. Brei de eerste naald aan de verkeerde kant als volgt: 1 kantsteek, brei A.4 6-7-8-9-9-10-11 keer, 3 averecht. Zorg ervoor dat de steken overeenkomen met het achterpand, dus recht boven recht en averecht boven averecht. Let erop dat A.4 van links naar rechts wordt gelezen als u aan de verkeerde kant breit, beginnend met 4 averecht. Ga verder met dit patroon. Als het werk 5-5-6-6-7-7-7 cm meet, meerder dan voor de halslijn als volgt: NAALD 1 (goede kant): Denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Brei 3 recht, meerder 1 steek richting links, brei tot het EINDE VAN DE NAALD zoals hiervoor. NAALD 2 (verkeerde kant): Recht boven recht en averecht boven averecht. De gemeerderde steken worden in het patroon gebreid, dus aan de goede kant: recht, recht, recht, recht, averecht, averecht, recht, recht. Als er genoeg steken zijn om te kabelen, brei dan de kabels op dezelfde manier als op de rest van de naald. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 8 keer (16 naalden gebreid) = 48-54-60-66-66-72-78 steken. Het werk meet ongeveer 11-11-12-12-13-13-13 cm. Knip de draad af en brei de rechterschouder zoals uitgelegd hieronder. RECHTERSCHOUDER: Begin aan de goede kant op de rechter schouder achter en begin door 3 steken op te nemen op het achterpand, neem dan 1 steek op in elk gebreide naald over de schouder, aan de binnenkant van 1 steek tot de hals = 40-46-52-58-58-64-70 steken. Alle lengte-afmetingen op het voorpand worden vanaf deze opneemnaald genomen. Brei de eerste naald aan de verkeerde kant als volgt: 3 averecht, brei 6-7-8-9-9-10-11 keer A.6 en eindig met 1 kantsteek. Zorg ervoor dat de steken op het achterpand overeenkomen met die op het linker voorpand. Let erop dat A.6 van links naar rechts wordt gelezen als u aan de verkeerde kant breit, beginnend met 4 averecht. Als het werk 5-5-6-6-7-7-7 cm meet, meerder dan voor de halslijn als volgt: NAALD 1 (goede kant): Brei zoals hiervoor tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 averecht - denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. NAALD 2 (verkeerde kant): Recht boven recht en averecht boven averecht. De gemeerderde steken worden in het patroon gebreid, dus aan de goede kant: recht, recht, recht, recht, averecht, averecht, recht, recht. Als er genoeg steken zijn om te kabelen, brei dan de kabels op dezelfde manier als op de rest van de naald. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 8 keer (16 naalden gebreid) = 48-54-60-66-66-72-78 steken. Het werk meet ongeveer 11-11-12-12-13-13-13 cm. Voeg de volgende naald (goede kant) de voorpanden samen als volgt: Brei de 48-54-60-66-66-72-78 steken van het rechter voorpand zoals hiervoor, zet 24-24-24-24-36-36-36 steken op voor de halslijn, brei de 48-54-60-66-66-72-78 steken van het linker voorpand zoals hiervoor = 120-132-144-156-168-180-192 steken. Ga verder als volgt: 1 kantsteek in ribbelsteek, brei 9-10-11-12-13-14-15 keer A.2, A.3, dan 9-10-11-12-13-14-15 keer A.4 en 1 kantsteek in ribbelsteek. LET OP! Denk erom dat u op de juiste naald begint in A.2 en A.3 zodat het patroon doorloopt met 5 naalden tussen elke kabelnaald. Ga verder met dit patroon tot het werk 16-17-18-19-20-21-22 cm meet, eindig met naald 4 in de telpatronen. Voeg nu de voor- en achterpanden samen, neem steken op voor de mouwen als volgt. NAALD 1 (goede kant): Begin aan de goede kant op het voorpand, en brei de eerste 2 steken recht samen (1 geminderde steek), brei patroon tot er 2 steken over zijn voor het einde van het voorpand, haal 1 steek af, brei 1 recht en haal de afgehaalde steek over (1 geminderde steek), neem 68-74-80-86-92-104-104 steken op over de linkerkant van het voorpand (= mouwsteken, opgenomen aan de binnenkant van de buitenste steek), brei de eerste 2 steken op het achterpand recht samen (1 geminderde steek), brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn voor het einde van het achterpand, 1 steek afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over (1 geminderde steek), neem 68-74-80-86-92-104-104 steken op langs de rechterkant van het voorpand (= de mouwsteken worden opgenomen aan de binnenkant van de buitenste steek) = 372-408-444-480-516-564-588 steken. U breit nu in patroon in de rondte en meerdert tegelijkertijd voor het lijf en de mouwen. Lees de volgende 2 paragrafen door voordat u verder gaat. PATROON: Ga verder met het patroon op het voorpand (laatste naald in de telpatronen). De 68-74-80-86-92-104-104 opgenomen steken voor de linker mouw worden als volgt gebreid (vanaf de laatste naald in de telpatronen): A.4 7-8-9-9-10-10-10 keer, 2 averecht, brei A.2 4-4-4-5-5-7-7 keer. Ga verder met het patroon over het achterpand. De 68-74-80-86-92-104-104 opgenomen steken voor de rechter mouw worden als volgt gebreid (vanaf de laatste naald in de telpatronen): A.4 4-4-4-5-5-7-7 keer, 2 averecht, brei A.2 7-8-9-9-10-10-10 keer. Ga verder met dit patroon, brei vanaf naald 1 in de telpatronen. MEERDERINGEN: Meerder iedere 2e naald, aan elke kant van de buitenste kabel aan elke kant van de voor- en achterpanden als volgt: Brei de eerste kabel op het voorpand, meerder 1 steek richting links, brei tot de laatste kabel op het voorpand, meerder 1 steek richting rechts, brei de kabel zoals hiervoor, meerder 1 steek richting links, meerder dan zo bij de eerste en laatste kabels op het achterpand, meerder 1 steek richting rechts voor de eerste kabel op het voorpand (8 gemeerderde steken op de naald). De gemeerderde steken worden in het patroon gebreid, dus recht, recht, recht, recht, averecht, averecht, etc. Als er genoeg steken zijn om te kabelen, kabel dan de steken op dezelfde manier als op de rest van de naald. Meerder iedere 2e naald in totaal 12 keer = 468-504-540-576-612-660-684 steken. De mouw meet ongeveer 9 cm in alle maten. Als de trui dubbel gevouwen wordt op de schouder meet het werk ongeveer 20-21-22-23-24-25-26 cm, aan de buitenkant op de schouder en naar beneden over het armsgat. Als het werk korter is dan dit, brei dan verder tot de juiste lengte zonder verdere meerderingen. Verdeel nu het voor het lijf en mouwen. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Plaats de 2 eerste steken (helft van de eerste kabel) op het voorpand op een hulpdraad voor de mouw, brei de volgende 138-150-162-174-186-198-210 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 96-102-108-114-120-132-132 steken op een aparte hulpdraad voor de 2e mouw, zet 6 steken op (midden onder de mouw), brei de volgende 138-150-162-174-186-198-210 steken zoals hiervoor (= achterpand), plaats de laatste 94-100-106-112-118-130-130 steken op de eerste hulpdraad (= 96-102-108-114-120-132-132 mouwsteken), zet 6 steken op (midden onder de mouw). Het werk wordt verdeeld in het midden van elk van de 4 kabels waar u gemeerderd heeft. Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. LIJF: = 288-312-336-360-384-408-432 steken. Ga verder met het patroon in de rondte tot het werk 50-52-54-56-57-59-61 cm meet, gemeten het dichtst bij de hals. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht). Minder tegelijkertijd 76-84-90-96-102-108-116 verdeeld op de eerste naald = 212-228-246-264-282-300-316 steken. Als de boordsteek 4-4-4-4-5-5-5 cm meet, kant dan af. De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64-66 cm. MOUWEN: Plaats de 96-102-108-114-120-132-132 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 3.5 mm en neem 1 steek op in elk van de 6 opgezette steken onder de mouw – lees MOUWTIP = 102-108-114-120-126-138-138 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6 steken onder de mouw- de naald begint bij de markeerdraad. Ga verder met het patroon in de rondte. De middelste 14 steken onder de mouw worden gebreid volgens A.7. Als A.7 klaar is, brei dan de 4 averechte steken onder de mouw 2 aan 2 averecht samen = 90-96-102-108-114-126-126 steken. In de maten XXL en XXXL breit u nog een keer A.7 over de middelste 14 steken, brei dan de 4 averechte steken onder de mouw 2 aan 2 averecht samen = 90-96-102-108-114-114-114 steken. Brei verder tot de mouw 40-40-39-38-35-34-33 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 2.5 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht). Minder tegelijkertijd 24-26-28-28-30-30-30 steken verdeeld op de eerste naald = 66-70-74-80-84-84-84 steken. Als de boordsteek 4-4-4-4-5-5-5 cm meet, kant dan af. De mouw meet ongeveer 53-53-52-51-49-48-47 cm vanaf de schouder. HALS: Gebruik rondbreinaald 2.5 mm. Begin aan de goede kant op een schouderlijn en neem 90 tot 112 steken op aan de binnenkant van 1 steek rondom de halslijn. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) voor 3-3-3-3-4-4-4 cm. Kant af met boordsteek. |
||||||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #softwavessweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 34 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 262-7
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.