DROPS Children 49 · Veel nieuwe ontwerpen voor kinderen!
Product image DROPS Belle yarn
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.14€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425

Sailor Frill

Gebreide top in DROPS Belle. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met Europeaanse schouder / diagonale schouder, PUNNIKRAND en ruche met picot. Maat: S - XXXL.

Markeer maat:
DROPS 259-11

#sailorfrilltop

DROPS design: Patroon vs-120
Garengroep B
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

GAREN:
DROPS BELLE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
250-300-300-350-350-400 g kleur 22, rozenwater
50-50-50-50-50-50 g kleur 20, marineblauw

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 4 mm: Lengte: 80 cm
DROPS RONDBREINAALD 3 mm: Lengte 40 en 80 cm.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
21 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte in tricotsteek op naald 4 mm = 10 x 10 cm.
LET OP! De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.14€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

----------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
MEERDER 1 STEEK RICHTING LINKS - aan de goede kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus van de steek.
MEERDER 1 STEEK RICHTING RECHTS - aan de goede kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus van de steek.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
MEERDER 1 STEEK RICHTING LINKS - op de verkeerde kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek averecht in de voorste lus van de steek.
MEERDER 1 STEEK RICHTING RECHTS - op de verkeerde kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van naald de eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek averecht in de achterste lus van de steek.

PUNNIKRAND:
EERSTE 3 STEKEN:
Brei dan als volgt op iedere naald: haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant van het werk, 1 recht, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant van het werk.
LAATSTE 3 STEKEN:
Brei dan als volgt op iedere naald: Brei tot er 3 steken over zijn op de naald, 1 recht, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant van het werk, 1 recht.
Brei op dezelfde manier aan zowel de goede kant als de verkeerde kant.

TIP VOOR HET BREIEN:
Als u verkorte naalden breit ontstaat er een klein gaatje bij het keren van het werk - het gaatje kan gesloten worden door de draad aan te trekken of de techniek Duitse Verkorte toeren te gebruiken op de eerste steek op de volgende naald als volgt:
Haal de steek averecht af. Plaats de draad over de rechter naald en trek goed aan, aan de achterkant (waardoor u 2 lussen op de naald krijgt). Deze lussen worden de volgende keer dat deze steek wordt gebreid samen gebreid.

PICOT:
Kant losjes af aan de goede kant als volgt:
1 recht, * voeg de rechter naald in tussen de eerste 2 steken op de linker naald (dus tussen de steken op de naald, niet door de steken), maak 1 omslag op de rechter naald, haal de omslag naar voren tussen de steken en zet de omslag op de linker naald *, brei van *-* 4 keer in totaal (= 4 nieuwe steken op de linker naald), brei recht en kant tegelijkertijd 6 steken af (= 1e steek op de rechter naald + 3 omslagen + 2 steken).
Ga nu verder met breien van *-* + kant 6 steken af op dezelfde manier over de hele afkantrand tot er 1 steek over is op de naald. Knip het garen af en haal het door de laatste steek.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TOP - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
In dit patroon worden naalden van verschillende lengtes gebruikt, begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel wanneer nodig.
Brei eerst het werk heen en weer gebreid op de rondbreinaald. Begin door steken op te zetten aan de achterkant van de hals. Brei dan het achterpand naar beneden terwijl u TEGELIJKERTIJD meerdert aan elke kant van het werk tot het aantal steken voor de schouderbreedte bereikt is. Het achterpand heeft een ietwat diagonale schouder. Brei dan naar beneden tot de armsgaten. Leg nu het achterpand aan de kant en brei het voorpand. Het voorpand wordt eerst in 2 delen gebreid. Begin door steken op te nemen over een schouder van het achterpand, brei patroon en meerder richting de hals. Herhaal op de andere schouder.
Breng het rechter en linker voorpand samen als de meerderingen voor de hals klaar zijn. Brei dan het voorpand naar beneden tot de armsgaten. Zet nu het voorpand en achterpand op dezelfde rondbreinaald en brei het lijf naar beneden in de rondte op de rondbreinaald. Eindig door steken op te nemen rondom de hals voor de halsrand en rondom de armsgaten voor de ruche.
Als er een 0 staat in uw maat, sla dan de informatie over en ga verder met de volgende informatie.

ACHTERPAND:
Brei het werk heen en weer gebreid op de rondbreinaald. Zet 34-36-38-38-42-42 steken op rondbreinaald 4 mm met DROPS Belle.
NAALD 1 (= verkeerde kant): Brei alle steken averecht.
NAALD 2 (= goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 en brei 3 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 recht.
NAALD 3 (= verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 en 3 averecht, meerder 1 steek richting links, brei averecht tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 averecht.
NA DE 3e NAALD:
Brei de 2e en 3e NAALD 10-10-10-11-11-12 keer (= 20-20-20-22-22-24 naalden zijn gebreid), na het meerderen zijn er 74-76-78-82-86-90 steken op de naald en meet het werk ongeveer 8-9 cm vanaf de opzetrand midden achter.
Voeg 1 markeerdraad in op de rand aan elke kant. Meet nu het werk vanaf hier!
Ga verder in tricotsteek en 3 steken PUNNIKRAND aan elke kant - lees uitleg hierboven. Denk om de stekenverhouding! Brei tot het werk 11-9-9-10-11-11 cm meet vanaf de markeerdraad over het armsgat. Meerder nu aan elke kant voor de armsgaten.

MEERDEREN VOOR DE ARMSGATEN:
NAALD 1 (= goede kant): Denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1 en brei 3 steken PUNNIKRAND zoals hiervoor, 1 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 4 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 1 recht en 3 steken PUNNIKRAND zoals hiervoor.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei 3 steken PUNNIKRAND, brei averecht tot er 3 steken over zijn en brei 3 steken PUNNIKRAND zoals hiervoor.
Brei de 1e en 2e NAALD 7-11-12-9-9-6 keer in totaal (= 14-22-24-18-18-12 naalden zijn gebreid) = 88-98-102-100-104-102 steken op de naald. De meerderingen in maten S, M en L zijn klaar.
Brei en meerder als volgt in maten XL, XXL en XXXL:
NAALD 1 (= goede kant): Brei 3 steken PUNNIKRAND, 1 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 4 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 1 recht en 3 steken PUNNIKRAND.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei 3 steken PUNNIKRAND, 1 averecht, meerder 1 steek richting links, brei averecht tot er 4 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 1 averecht en 3 steken PUNNIKRAND.
Brei de 1e en 2e NAALD 0-0-0-3-4-8 keer in totaal (= 0-0-0-6-8-16 naalden zijn gebreid) = 88-98-102-112-120-134 steken op de naald.

Brei in tricotsteek en 3 steken PUNNIKRAND aan elke kant tot het werk 16-17-18-19-20-21 cm meet, gemeten vanaf de markeerdraad over het armsgat, eindig met een naald op de verkeerde kant. Knip het garen af en zet de steken op een hulpdraad. Brei nu het linker voorpand over de linker schouder zoals uitgelegd hieronder.

LINKER VOORPAND:
Vind de linkerschouder op het achterpand als volgt: Leg het achterpand plat neer met de goede kant naar boven, plaats het achterpand zodat de steken op de hulpdraad naar u toe liggen. De linker kant van het werk = linker schouder.
Neem nu steken op over de linker diagonale schouder op het achterpand - begin aan de goede kant op de hals en neem steken op naar buiten richting de schouder als volgt:
Neem 1 steek op in iedere gebreide naald aan de binnenkant van de buitenste steek naar boven tot de markeerdraad in de zijkant richting het armsgat = 20-20-20-22-22-24 steken.
Alle lengte afmetingen op het voorpand worden vanaf de opneemnaald gedaan.
Brei in tricotsteek heen en weer gebreid met 3 steken PUNNIKRAND op de rand richting het armsgat – lees uitleg hierboven.
Bij een hoogte van 7-7-8-8-8-8 cm, meerder steken richting de hals als volgt:
NAALD 1 (= goede kant): Denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1 en brei 3 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 3 steken over zijn, brei 3 steken PUNNIKRAND.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei 3 steken PUNNIKRAND, brei de rest van de naald averecht.
Brei 1e en 2e NAALD 5-5-6-6-7-7 keer (= 10-10-12-12-14-14 naalden zijn gebreid) = 25-25-26-28-29-31 steken.
Knip het garen af, zet de steken op een hulpdraad, brei nu het rechter voorpand over de schouder – lees uitleg hieronder.

RECHTER VOORPAND:
Neem nu steken op over de rechter diagonale schouder op het achterpand - begin aan de goede kant bij de markeerdraad op de schouder en neem steken op naar buiten richting de hals als volgt:
Neem 1 steek op in iedere gebreide naald aan de binnenkant van de buitenste steek = 20-20-20-22-22-24 steken.
Alle lengte afmetingen op het voorpand worden vanaf de opneemnaald gedaan.
Brei in tricotsteek heen en weer gebreid met 3 steken PUNNIKRAND op de rand richting het armsgat.
Bij een hoogte van 7-7-8-8-8-8 cm, meerdert u steken richting de hals als volgt:
NAALD 1 (= goede kant): Brei 3 steken PUNNIKRAND, brei recht tot er 3 steken over zijn richting de hals. Meerder richting rechts - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1, 3 recht.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei averecht tot er 3 steken over zijn, 3 steken PUNNIKRAND.
Brei de 1e en 2e NAALD 5-5-6-6-7-7 keer (= 10-10-12-12-14-14 naalden zijn gebreid) = 25-25-26-28-29-31 steken. Zet dan de voorpanden samen zoals uitgelegd hieronder.

VOORPAND (rechter en linker deel samen):
Brei de eerste naald als volgt aan de goede kant:
Brei de 25-25-26-28-29-31 steken van het rechter voorpand zoals hiervoor, zet 24-26-26-26-28-28 steken op voor de hals aan het einde van deze naald, brei de 25-25-26-28-29-31 steken van het linker voorpand = 74-76-78-82-86-90 steken op de naald.
Brei dan in tricotsteek en 3 steken PUNNIKRAND aan elke kant tot het werk 15-13-13-14-15-15 cm meet vanaf de opneemrand. Meerder nu aan elke kant voor de armsgaten.

MEERDEREN VOOR DE ARMSGATEN:
NAALD 1 (= goede kant): Denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1 en brei 3 steken PUNNIKRAND zoals hiervoor, 1 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 4 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 1 recht en 3 steken PUNNIKRAND zoals hiervoor.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei 3 steken PUNNIKRAND, averecht tot 3 steken over zijn en brei 3 steken PUNNIKRAND zoals hiervoor.
Brei de 1e en 2e NAALD 7-11-12-9-9-6 keer in totaal (= 14-22-24-18-18-12 naalden zijn gebreid) = 88-98-102-100-104-102 steken op de naald. De meerderingen in maten S, M en L zijn klaar.
Brei en meerder als volgt in maten XL, XXL en XXXL:
NAALD 1 (= goede kant): Brei 3 steken PUNNIKRAND, 1 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 4 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 1 recht en 3 steken PUNNIKRAND.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei 3 steken PUNNIKRAND, 1 averecht, meerder 1 steek richting links, brei averecht tot er 4 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 1 averecht en 3 steken PUNNIKRAND.
Brei de 1e en 2e NAALD 0-0-0-3-4-8 keer in totaal (= 0-0-0-6-8-16 naalden zijn gebreid) = 88-98-102-112-120-134 steken op de naald.

Brei in tricotsteek en 3 steken PUNNIKRAND aan elke kant tot het werk 20-21-22-23-24-25 cm meet vanaf de opneemrand, eindig met een naald op de verkeerde kant.
Breng nu het voorpand en achterpand samen voor het lijf zoals uitgelegd hieronder. Meet nu het werk vanaf hier.

LIJF:
Brei de 88-98-102-112-120-134 steken van het voorpand zoals hiervoor, zet 8-8-12-12-16-16 nieuwe steken op (= in de zijkant midden onder het armsgat), brei de 88-98-102-112-120-134 steken van het achterpand zoals hiervoor, zet 8-8-12-12-16-16 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant midden onder armsgat) = 192-212-228-248-272-300 steken op de naald.
Brei dan in de rondte op de naald. Brei in tricotsteek tot het werk ongeveer 20-21-22-23-23-24 cm meet vanaf het armsgat.
Brei verder met rondbreinaald maat 3 mm, brei boordsteek (= 1 recht/1 averecht) terwijl u TEGELIJKERTIJD 18-18-20-24-26-28 steken verdeeld meerdert op de 1e naald = 210-230-248-272-298-328 steken. Als de boordsteek 4-4-4-4-5-5 cm meet kant dan af.
De top meet ongeveer 42-44-46-48-50-52 cm, gemeten het verst naar binnen richting de hals.

HALSRAND:
Gebruik rondbreinaald 3 mm en rozenwater. Begin aan de goede kant op een schouderlijn en neem ongeveer 94 tot 118 steken op rondom de hals aan de binnenkant van 1 steek. Brei 3 naalden in tricotsteek. Brei verder met marineblauw en brei 1 naald in tricotsteek. Ga verder met rondbreinaald 4 mm en kant ietwat losjes af met recht.

RUCHE:
Neem steken op rondom het armsgat voor de ruches. De ruche wordt heen en weer gebreid met verkorte toeren waarna u verder in de rondte breit - lees TIP VOOR HET BREIEN en brei dan als volgt:
Leg het werk plat neer en voeg 1 markeerdraad in op de bovenkant van het armsgat = midden op de bovenkant van de schouder (LET OP! Midden op de bovenkant van de schouder is niet dezelfde plaats als waar steken opgenomen zijn voor het voorpand, maar ongeveer 4 cm naar beneden op het voorpand).
Neem steken op rondom het armsgat aan de binnenkant van 3 steken, gebruik rondbreinaald 3 mm, begin in het midden van de nieuw opgezette steken onder de mouw - neem 86-92-96-102-106-112 steken op - pas aan zodat u hetzelfde aantal steken opneemt aan elke kant van de markeerdraad over het armsgat. Voeg 1 markeerdraad in midden onder het armsgat (= begin van de naald). Ga verder met rondbreinaald 4 mm.
Brei nu tricotsteek heen en weer gebreid met verkorte toeren over de mouwkop om een ruche te vormen, de naald begint midden onder het armsgat, keer het werk en brei de 1e naald op de verkeerde kant als volgt:
NAALD 1 (= verkeerde kant): Brei averecht tot er 4-4-6-6-8-8 steken over zijn op de naald voor de markeerdraad, keer het werk – denk om TIP VOOR HET BREIEN.
NAALD 2 (= goede kant): 12 recht, brei A.1 9-10-10-11-11-12 keer, brei recht tot er 4-4-6-6-8-8 steken over zijn op de naald voor de markeerdraad, keer het werk.
NAALD 3 (= verkeerde kant): Brei A.1 (dus averecht op de verkeerde kant) tot er 10-10-12-12-14-14 steken over zijn op de naald voor de markeerdraad, keer het werk.
NAALD 4 (= goede kant): 6 recht, brei A.1 9-10-10-11-11-12 keer, brei recht tot er 10-10-12-12-14-14 steken over zijn op de naald voor de markeerdraad, keer het werk.
NAALD 5 (= verkeerde kant): Brei A.1 (dus averecht op de verkeerde kant) tot er 16-16-18-18-20-20 steken over zijn tot het begin van de naald, keer het werk.
NAALD 6 (= goede kant): Brei A.1 9-10-10-11-11-12 keer (er zijn 16-16-18-18-20-20 steken over op de naald voor de markeerdraad), keer het werk.
NAALD 7 (= verkeerde kant): Brei A.1 (dus averecht op de verkeerde kant) over de hele naald (= midden onder het armsgat).

Als de verkorte toeren zijn gebreid, zijn er 113-122-126-135-139-148 steken op de naald. Brei dan in de rondte aan de goede kant, brei verder met marineblauw en brei 1 naald in tricotsteek.
Kant af met PICOT – lees de uitleg hierboven, in marineblauw.

Telpatroon

recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
maak 1 omslag tussen 2 steken, brei de omslag op de volgende gedraaid averecht om een gaatje te voorkomen = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei de omslag op de volgende gedraaid averecht om een gaatje te voorkomen
Diagram for DROPS 259-11
Diagram for DROPS 259-11

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #sailorfrilltop of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 259-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (4)

country flag Pearl schreef:

So to confirm : your "INCREASE TIP-1:" is a simple M1R ? Why having different names and videos for the same thing ? So confusing.

28.03.2025 - 11:49

DROPS Design antwoorde:

Dear Pearl, wen note that increasing from RS might be either left or right, so you just have to increase as explained in the pattern, to get the increase leaning in the correct way - this technique is not known by everyone with that name, reason why we just write how to increase, following these explanations will let you manage to increase as explained (either from RS - increase tip-1 or from WS - increase tip -2). Happy knitting!

28.03.2025 - 13:37

country flag Pearl schreef:

Hello, I am lost with your increases types. And the videos are very confusing because they show an entire piece being knitted without sounds or comments, so I cannot see what you call "INCREASE TIP-1:" is for example. Is it a simple M1R ? I am not sure as you say we have to pick up the bar "from row below".

27.03.2025 - 16:59

DROPS Design antwoorde:

Dear Pearl, that's right - you can find both M;1R and M.1L also in this video (note that our videos have no sound just because not everyone can speak English, just make sure to follow the text under video. Hope it will help. Happy knitting!

28.03.2025 - 08:02

country flag Sophie schreef:

Merci d'ajouter de plus en plus de photos et maintenant des vidéos! Il serait juste utile de savoir la taille tricotée sur le modèle, meme si nous avons des mesures cela permet d'avoir une idée.

24.03.2025 - 10:03

country flag Alexandra schreef:

Bonjour Ce modèle est magnifique. Seule la légende est en Français. Les explications de ce modèle sont en anglais.

18.03.2025 - 10:32

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Alexandra, les explications sont maintenant en français :) Bon tricot!

18.03.2025 - 14:30