Connie schreef:
Hallo zusammen! Ich habe eine Frage zur Anleitung: Bei den Zunahmen aus dem Querfaden soll man Maschen in die hinteren Maschenglieder stricken. Funktioniert das wie verschränkte Maschen oder gibt es in der Technik einen Unterschied? Ich bin noch am Anfang meiner Strick-Karriere und sehr dankbar für eure detaillierten Anleitungen und die vielen Technik-Videos. Liebe Grüße
13.12.2024 - 16:41DROPS Design antwoorde:
Liebe Connie, in diesem Video zeigen wir, wie man vor und nach einer Markierung zunimmt. Viel Spaß beim Stricken!
16.12.2024 - 09:35
Megan schreef:
The elevation looks like the heel of a sock. I wonder if it is because the saddle shoulder constrains it from stretching, thus it is not flat on the back.
18.11.2024 - 11:12DROPS Design antwoorde:
Dear Megan, as you are working short rows the back piece will be higher than front piece but this part should be flat, make sure you kept correct tension. Try to shown on this piece to your store (even sending them a picture per mail if needed), it will be easier for them to see and check your piece. Happy knitting!
19.11.2024 - 07:30
Anjow schreef:
I am knitting size M and the finished sleeve length is 15 inches (38 cm). This seems quite short for a full length sleeve. Are the sleeves meant to be only bracelet length? I'm knitting this with drops alpaca and drops brushed alpaca held together.
06.10.2024 - 14:54DROPS Design antwoorde:
Dear Anjow, you can see the final measurements in the measurements schematic. Including the shoulder/sleeve cap, the sleeve should be 52cm. Due to the saddle shoulders, the start of the sleeve is lower than it should be, so with 38 cm you should have enough. The upper part of the sleeves is worked in the saddle shoulders (the 14cm indicated at the top of the sleeve). If the whole sleeve, including the saddle shoulder, still seems too short to you, you can make some adjustments to lengthen the sleeve. Happy knitting!
06.10.2024 - 23:00
Kath Lenglet schreef:
Bonjour, Je poursuis mon tricot, tout va bien, encore une précision : les nœuds se font toutes les 5 mailles ? Merci
03.10.2024 - 09:44DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Lenglet, non pas exactement, comme vous répétez le diagramme A.1 en largeur, vous devez avoir (2 m après le 1er noeud) + (5 m avant le 2ème noeud) soit 7 mailles entre chaque noeud (pour un motif à tricoter sur 10 mailles). Bon tricot!
03.10.2024 - 16:04Kath Lenglet schreef:
Bonjour,\r\nOk.\r\n{En même temps, après 4 tours jersey après la réhausse}\r\n**Là je commence le point fantaisie\r\n\r\nEt je continue ?? : \r\n{Augmenter 1 maille APRÈS les fils-marqueurs -2 et -4 et AVANT les fils-marqueurs -1 et -3 – } ??\r\n\r\nD avance merci\r\nCatherine
30.09.2024 - 11:52DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Lenglet, après la réhausse, vous commencez à augmenter pour les épaules/manches marteau et en même temps, vous tricotez le point fantaisie, mais lui ne commence qu'au 5ème tour après la réhausse. Bon tricot!
30.09.2024 - 16:03Kath Lenglet schreef:
Bonsoir, J ai réussi mes rangs raccourcis, après les 4 rangs d augmentations = Quelle est la suite, au 5eme rang : - commence-t-on le point fantaisie ? A partir de quelle maille ? - est-ce que je continue jusqu'au 18ème tour les mêmes augmentations ? D avance merci pour ces précisions Catherine
28.09.2024 - 19:40DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Lenglet, à la fin des rangs raccourcis, coupez le fil et glissez les mailles jusqu'au fil marqueur -1 sur l'aiguille droite sans les tricoter; vous commencez maintenant au niveau du fil marqueur-1 - à la transition entre le dos et l'épaule droite, autrement dit, les premières mailles sont celles de l'épaule. Bon tricot!
30.09.2024 - 08:12
Kath Lenglet schreef:
Bonjour, J'ai défait, refait, et re-re-re...fait ☹ je ne comprends pas, surtout au moment des rangs raccourcis !! Je tricote en fil double, et je n arrive pas... : quand il faut tricoter 47 mailles par ex. et tourner, c'est bien ces 47 mailles ,que l'on compte sans l augmentation ?? Est-ce plus facile les rangs raccourcis à l allemande ?? Merci
27.09.2024 - 18:20DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Lenglet, ces 47 mailles ne comprennent pas les augmentations des raglans, il faut les ajouter dans le nombre de mailles; autrement dit, vous tricotez 8 mailles en plus à la fin de chaque rang; utilisez votre technique favorite pour les rangs raccourcis, celle avec laquelle vous êtes le plus à l'aise - retrouvez ici différentes techniques (y compris à l'allemande). Bon tricot!
30.09.2024 - 07:39Kath Lenglet schreef:
Merci pour ces précisions
25.09.2024 - 09:35Kath Lenglet schreef:
Bonjour, Encore une question ; Pour les augmentations inclinées, lorsque vous dites : avant ou après le fil marqueur = >>> On le fait avant le fil marqueur : ****c'est a dire dans le fil de la maille avant ? Et pour après = dans le fil de la maille après ? Merci pour ces précisions
24.09.2024 - 11:47DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Lenglet, quand vous augmentez avant le fil marqueur, relevez le fil avant la 1ère maille juste avant le fil marqueur, et quand vous augmentez après le fil marqueur, relevez le fil après la dernière maille juste après le fil marqueur pour que le nombre de mailles soit augmenté au bon endroit - cf vidéo augmentations épaules/manches marteau. Bon tricot!
25.09.2024 - 07:48
Kath Lenglet schreef:
Merci
20.09.2024 - 19:57
Oatfield#oatfieldsweater |
||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||
Gebreide trui in DROPS Air of DROPS Big Merino. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met zadelschouders en reliëfpatroon. Maten S - XXXL.
DROPS 248-7 |
||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- PATROON: Zie telpatroon A.1. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, welke gedraaid wordt gebreid op de volgende naald om een gaatje te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (aan de goede kant): Meerder 1 steek richting links na de markeerdraad: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei recht in de achterste lus. Meerder 1 steek richting rechts voor de markeerdraad: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus. TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (op de verkeerde kant): Meerder 1 richting links na de markeerdraad: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei averecht in de voorste lus. Meerder 1 steek richting rechts voor de markeerdraad: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei averecht in de achterste lus. TIP VOOR HET MINDEREN (midden onder de mouwen): Minder 2 steken op de naald door 1 steek te minderen aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid en in de rondte (behalve de verhoging) met de rondbreinaald. Als de hals en de pas klaar zijn, wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid, terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden in de rondte gebreid, van boven naar beneden. HALS: Zet 84-86-90-94-96-100 steken op met rondbreinaald 4 mm en DROPS Air of DROPS Big Merino. Brei boordsteek in de rondte (1 recht, 1 averecht) voor 3-3-3-4-4-4 cm. PAS: Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Brei 1 naald recht en meerder 18-16-16-20-22-18 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 102-102-106-114-118-118 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in de eerste steek op de naald (= midden achter) en 1 markeerdraad in de 52e-52e-54e-58e-60e-60e steek op de naald (= midden voor). De pas wordt gemeten vanaf de markeerdraad midden voor. De markeerdraden worden ook gebruikt om te bepalen waar het patroon begint. Voeg daarnaast 4 markeerdraden in (worden gebruikt als u de zadelschouders breit) zonder de steken te breien en elke draad wordt tussen 2 steken ingevoegd als volgt: MARKEERDRAAD 1: Begin midden achter, tel 18-18-19-19-20-20 steken inclusief de markeerdraadsteek (= ½ achterpand), voeg een markeerdraad in voor de volgende steek. MARKEERDRAAD 2: Tel 16-16-16-20-20-20 steken na markeerdraad 1 (= schoudersteken), voeg een markeerdraad in voor de volgende steek. MARKEERDRAAD 3: Tel 35-35-37-37-39-39 steken na markeerdraad 2 (= voorpand), voeg een markeerdraad in voor de volgende steek. MARKEERDRAAD 4: Tel 16-16-16-20-20-20 steken na markeerdraad 3 (= schoudersteken), voeg een markeerdraad in voor de volgende steek. Er zijn 17-17-18-18-19-19 steken over na markeerdraad 4 (= ½ achterpand). Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte, u meerdert bij elke markeerdraad. Brei nu een verhoging zoals beschreven hieronder. VERHOGING: De verhoging wordt heen en weer gebreid in tricotsteek. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Begin midden achter, brei 8-8-9-9-10-10 recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 15-15-17-17-19-19 averecht – bij het keren van het werk ontstaat er een klein gaatje – deze kan gesloten worden door de draad strak aan te trekken of de techniek DUITSE VERKORTE TOEREN te gebruiken (bekijk onze video’s). Keer het werk, trek de draad aan en brei 23-23-26-26-29-29 recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 31-31-35-35-39-39 averecht. Keer het werk, trek de draad aan en brei 39-39-44-44-49-49 recht – meerder daarnaast 1 steek VOOR markeerdraad 1 – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (de gemeerderde steek is aanvullend op het aantal steken van de verhoging), keer het werk, trek de draad aan en brei 47-47-53-53-59-59 averecht – meerder daarnaast 1 steek NA markeerdraad 1 en VOOR markeerdraad 4 – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (let erop dat de gemeerderde steken aanvullend zijn op het aantal steken), keer het werk, trek de draad aan en brei recht tot midden achter – meerder daarnaast 1 steek NA markeerdraad 4, knip de draad af. U heeft 2 steken gemeerderd voor markeerdraad 1 en 2 steken na markeerdraad 4 (aan de goede kant gezien). Er zijn 4 steken meer op het achterpand dan op het voorpand = 106-106-110-118-122-122 steken. SAMENVATTING VAN HET VOLGENDE DEEL: De naald begint nu vlak na markeerdraad 1 (steken tussen midden achter en markeerdraad 1 worden op de rechter naald gezet). Brei in de rondte en begin met meerderen voor de zadelschouders en brei patroon op de voor- en achterpanden. Lees MEERDERINGEN VOOR DE ZADELSCHOUDER en PATROON voordat u verder gaat! MEERDERINGEN VOOR DE ZADELSCHOUDER: Brei tricotsteek en meerder 4 steken voor de zadelschouders op de eerste naald als volgt: Meerder 1 steek NA markeerdraden 2 en 4 en VOOR markeerdraden 1 en 3 – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-2. U meerdert alleen op de voor- en achterpanden en het aantal schoudersteken blijft hetzelfde. Meerder zo elke naald in totaal 16-18-18-18-20-20 keer. Brei dan 2 naalden terwijl u alleen meerdert aan elke kant van het voorpand, (dus het aantal steken blijft hetzelfde op de voor- en achterpanden), dus meerder NA markeerdraad 2 en VOOR markeerdraad 3 op beide naalden = 174-182-186-194-206-206 steken (= 16-16-16-20-20-20 steken op elke schouder en 71-75-77-77-83-83 steken op de voor- en achterpanden). Na de laatste meerdering, meet het werk ongeveer 8-9-9-9-10-10 cm vanaf de markeerdraadsteek midden voor. U meerdert nu voor de mouwen zoals beschreven verder naar beneden. PATROON: Tegelijkertijd, na 4 naalden van tricotsteek vanaf de verhoging, begin met patroon. A.1, alleen op de voor- en achterpanden, de schouders worden gebreid in tricotsteek. Op het voorpand telt u vanaf de markeerdraadsteek midden voor – zie symbolen in A.1 die het midden voor/achter aangeven, richting de zijkant (richting markeerdraad 2) en zo ver mogelijk tot de zadelschouder meerderingen. LET OP: Het is het mooist om een «knoop» dichtbij de zadelschouder meerderingen te voorkomen, hier kunt u tricotsteek breien. Brei A.1 tot de zadelschouder meerderingen op de andere kant (richting markeerdraad 3), brei dan de overgebleven steken in tricotsteek (het patroon is symmetrisch aan beide kanten). Brei tricotsteek over de schouder en patroon op het achterpand op dezelfde manier als op het voorpand. Ga verder in de rondte. De steken van de zadelschouder meerderingen, en later van de pas meerderingen, worden in het patroon gebreid, maar let erop dat u een «knoop» vlakbij de meerderingen voorkomt. MEERDERINGEN VOOR DE MOUW: Als de meerderingen voor de zadelschouders klaar zijn, meerder dan 4 steken voor de mouwen op de volgende naald als volgt: Meerder 1 steek NA markeerdraden 1 en 3, en VOOR markeerdraden 2 en 4 – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-2! U meerdert nu alleen op de mouwen en het aantal steken op de voor- en achterpanden blijft hetzelfde. De gemeerderde steken worden gebreid in tricotsteek. Meerder zo iedere 2e naald in totaal 12-13-15-13-13-10 keer, dan iedere naald 3-2-0-0-0-0 keer = 234-242-246-246-258-246 steken. Het werk meet ongeveer 20-22-23-21-22-19 cm vanaf de markeerdraadsteek midden voor. Meerder nu voor de pas. MEERDERINGEN VOOR DE PAS: Verwijder de 4 markeerdraden van de vorige meerderingen en voeg 1 markeerdraad in, in de buitenste steek aan elke kant van de voor- en achterpanden (4 nieuwe markeerdraden), met 71-75-77-77-83-83 steken op de voorkant en op de achterkant (inclusief de markeerdraadsteken) en 46-46-46-46-46-40 steken op elke mouw. Meerder op de volgende naald 1 steek voor en na alle 4 markeerdraadsteken (8 gemeerderde steken). U meerdert nu op zowel de voor- en achterpanden en op de mouwen – de gemeerderde steken worden in patroon A.1 gebreid op het voorpand/achterpand en in tricotsteek op de mouwen. Meerder zo iedere 2e naald in totaal 0-0-1-3-5-12 keer, dan iedere naald 1-2-3-5-3-0 keer. Na de laatste meerdering zijn er 242-258-278-310-322-342 steken en meet het werk ongeveer 21-23-25-26-28-30 cm vanaf de markeerdraadsteek midden voor (ongeveer 26-28-30-32-34-36 cm vanaf de schouder). VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Plaats de eerste 48-50-54-62-62-64 steken op 1 hulpdraad voor de mouw (= alle steken tussen markeerdraden 1 en 2), zet 6-8-10-10-12-14 steken op (= in de zijkant onder de mouw), ga verder in patroon over de volgende 73-79-85-93-99-107 steken (= voorpand), plaats de volgende 48-50-54-62-62-64 steken op 1 hulpdraad voor de mouw (= alle steken tussen markeerdraden 3 en 4), zet 6-8-10-10-12-14 steken op (= in de zijkant onder de mouw), ga verder in patroon over de laatste 73-79-85-93-99-107 steken (= achterpand). Verwijder alle markeerdraden. Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten! LIJF: = 158-174-190-206-222-242 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 6-8-10-10-12-14 opgezette steken onder een mouw). Brei recht tot de markeerdraad – de naald begint nu hier. Ga verder in patroon in de rondte. LET OP: De steken die niet in het patroon passen onder de mouwen worden in tricotsteek gebreid. Brei tot het lijf 20-20-20-19-19-19 cm meet vanaf de scheiding – pas aan zodat er een aantal naalden tricotsteek zijn na de laatste naald van «knopen». Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei boordsteek (1 recht, 1 averecht), meerder tegelijkertijd 16-20-22-24-24-28 steken verdeeld op naald 1 = 174-194-212-230-246-270 steken. Als de boordsteek 4-4-4-5-5-5 cm meet, kant dan ietwat losjes af. De trui meet ongeveer 50-52-54-56-58-60 cm vanaf de schouder. MOUWEN: Plaats de 48-50-54-62-62-64 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 5 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-8-10-10-12-14 opgezette steken onder de mouw = 54-58-64-72-74-78 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-8-10-10-12-14 steken onder de mouw. Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 4-4-4-3-3-3 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 8-6-4-2½-2½-2 cm in totaal 4-5-7-10-11-12 keer = 46-48-50-52-52-54 steken. Brei verder tot de mouw 35-34-32-30-30-28 cm meet vanaf de scheiding (Er is 4-4-4-5-5-5 cm over; pas de trui en brei tot de gewenste lengte voor de boordsteek). Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) en meerder TEGELIJKERTIJD 6 steken verdeeld op de naald 1 = 52-54-56-58-58-60 steken. Als de boordsteek 4-4-4-5-5-5 cm meet, kant ietwat losjes af. De mouw meet ongeveer 39-38-36-35-35-33 cm vanaf de scheiding. |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #oatfieldsweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 34 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 248-7
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.