Jean Murray schreef:
Sorry I gave you the wrong number. I am tackling pattern 217-26 Sunsets Glow Jumper, the first Drops pattern I have tried. I have completed the neck and put in marker threads, read the instructions for the yoke but cannot fathom what I am to do to work A1 in each transition between front/back pieces and sleeves marker thread. I thought perhaps it is an increase, but it tells me on the first round to increase to raglan. Can somebody explain this please?
25.09.2020 - 12:18DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Murray, no worries this can happen :) you will now work in garter stitch over sts on front, back piece and sleeves and A.1 at the transition for the raglan - A.1 is matching diagram at the bottom of the pattern and is worked over 8 sts like this = P1, K1, P1, K1, marker, K1, P1, K1, P1 - you will then increase for raglan on either side of these 8 sts. Hope it helps. Happy knitting!
25.09.2020 - 14:31
Christina Christensen schreef:
Jeg er gået i gang med denne smukke model, men undrer mig. Hvorfor har man fravalgt en klassisk raglanudtagning, hvor der tages ud i lænken på retsiden? Vil det ikke give et mere symmetrisk udtryk?
17.09.2020 - 18:26DROPS Design antwoorde:
Hei Christina. Her er det nok valgt å strikke 2 masker i 1 masker ved raglanøkningen for å få et bedre hold. Plagg strikket i riller vil sige litt mer enn plagg i glattstrikk og om man har brukt kast ved økningen kan den sige mer og lage et lite hull. mvh DROPS design
21.09.2020 - 10:36
Véronique schreef:
Faded effect is so nice...can you suggest more variation ? Even knitting only a band to show the range of colour .
10.06.2020 - 08:37
Sunsets Glow Jumper#sunsetsglowjumper |
||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||
Gebreide trui in DROPS Alpaca en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met gevouwen halsrand, raglan, ribbelsteek en strepen. Maten S - XXXL.
DROPS 217-26 |
||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET WERK: ------------------------------------------------------- TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 76 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 8) = 9.5. In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend elke 9e en 10e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET BREIEN: In dit patroon wordt ribbelsteek in de rondte gebreid op de pas en het lijf zoals beschreven in de tekst. Als u liever ribbelsteek heen en weer breit op de pas (na de hals) en het lijf (tot de boordsteek op de onderkant) dan kunt u elke naald recht breien, maar voeg dan wel een kantsteek toe aan elke kant voor de naad. Zorg ervoor dat u altijd meerdert voor de raglan aan de goede kant. RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid): 1 ribbel in de hoogte = 2 naalden; Brei 1 naald recht en 1 naald averecht. STREPEN OP DE PAS EN HET LIJF (gebreid in ribbelsteek): 6-6-7-7-7-8 cm met 1 draad asgrijs Kid-Silk en 1 draad oudroze Alpaca. 2-2-2-2-2-2 cm met 1 draad grijs Kid-Silk en 1 draad oudroze Alpaca. 9-9-10-10-10-11 cm met 1 draad beige Kid-Silk en 1 draad oudroze Alpaca. 2-2-2-2-2-2 cm met 1 draad beige Kid-Silk en 1 draad blush Alpaca. 6-6-6-7-7-7 cm met 1 draad roest Kid-Silk en 1 draad blush Alpaca. 6-6-6-7-7-7 cm met 1 draad roest Kid-Silk en 1 draad noga Alpaca. 6-6-6-7-7-7 cm met 1 draad grijs Kid-Silk en 1 draad noga Alpaca. 6-6-6-7-7-7 cm met 1 draad beige Kid-Silk en 1 draad lavendel mix Alpaca. 6-6-6-7-7-7 cm met 1 draad grijs Kid-Silk en 1 draad lavendel mix Alpaca. Brei dan met 1 draad asgrijs Kid-Silk en 1 draad lavendel mix Alpaca tot de gewenste lengte. STREPEN OP DE MOUW (gebreid in tricotsteek): 6-6-5-3-3-1 cm met 1 draad roest Kid-Silk en 1 draad blush Alpaca (deze streep gaat verder vanaf de pas en meet 7 cm in totaal in alle maten). 7-7-7-7-7-7 cm met 1 draad roest Kid-Silk en 1 draad noga Alpaca. 7-7-7-7-7-7 cm met 1 draad grijs Kid-Silk en 1 draad noga Alpaca. 7-7-7-7-7-7 cm met 1 draad beige Kid-Silk en 1 draad lavendel mix Alpaca. 7-7-7-7-7-7 cm met 1 draad grijs Kid-Silk en 1 draad lavendel mix Alpaca. Brei dan met 1 draad asgrijs Kid-Silk en 1 draad lavendel mix Alpaca tot de gewenste lengte. RAGLAN: Meerder 1 steek in de steek voor A.1 en in de steek na A.1 – in elke overgang tussen de voor-/achterpanden en de mouwen (= 8 steken gemeerderd op elke meerdernaald). De markeerdraad zit in het midden van elke A.1. Meerder 1 steek door in zowel de voorste als de achterste lus van dezelfde steek te breien. De nieuwe steken worden in ribbelsteek gebreid. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). TIP VOOR HET AFKANTEN: Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elke 8e steek terwijl u tegelijkertijd afkant; de omslagen worden als normale steken afgekant. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De hals en pas worden in de rondte gebreid met rondbreinaald, vanaf midden achter en van boven naar beneden – lees TIP VOOR HET BREIEN! De pas wordt verdeeld voor het lijf en mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden. GEVOUWEN HALSRAND: Zet 76-80-84-88-92-96 steken op met korte rondbreinaald 4 mm en 2 draden asgrijs Kid-Silk en 1 draad oudroze Alpaca (= 3 draden). Verwijder een van de draden van Kid-Silk. De rest van het kledingstuk wordt gebreid met 1 draad van elke kwaliteit; zet op met een extra draad om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt. Brei 1 naald recht en brei dan 9 cm boordsteek in de rondte (= 2 recht, 2 averecht). Brei 1 naald recht terwijl u 8 steken verdeeld meerdert in alle maten – lees TIP VOOR HET MEERDEREN = 84-88-92-96-100-104 steken. Brei 1 naald averecht (brei de omslag gedraaid). Tel 30-31-32-33-34-35 steken en voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek (= midden voor). De pas wordt gemeten vanaf deze markeerdraad! PAS: Lees het hele deel door voordat u verder gaat! Voeg 4 markeerdraden in het werk zoals beschreven hieronder, zonder de steken te breien. De draden worden gebruikt bij het meerderen voor de raglan. Tel 4 steken (deel van het achterpand), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek, tel 10 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek, tel 32-34-36-38-40-42 steken (= voorpand), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek, tel 10 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek. Er zijn 28-30-32-34-36-38 steken over op het achterpand na de laatste markeerdraad. Ga verder met rondbreinaald 5 mm, begin de toer zoals hiervoor; dus 4 steken voor de eerste markeerdraad, en brei RIBBELSTEEK en STREPEN OP DE PAS EN HET LIJF in de rondte – lees beschrijving hierboven. Brei daarnaast A.1 in elke overgang tussen de voor-/achterpanden en de mouwen (de markeerdraad zit in het midden van A.1). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Meerder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald (dus een naald in recht), voor de raglan – lees beschrijving hierboven (= 8 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 2e naald in totaal 10-10-12-15-17-20 keer en dan iedere 4e naald in totaal 10-12-12-12-12-12 keer. Na de laatste meerdering zijn er 244-264-284-312-332-360 steken op de naald. Ga verder met ribbelsteek, strepen en A.1 (zonder te meerderen) tot het werk 20-22-23-25-27-29 cm meet vanaf de markeerdraad op de hals. Verdeel nu de pas voor het lijf en mouwen op de volgende naald als volgt: Brei tot 1-1-1-1-2-3 steken na de eerste markeerdraad (= deze steken horen bij het achterpand), plaats de volgende 48-52-56-62-64-68 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw), brei zoals hiervoor over de volgende 74-80-86-94-102-112 steken (= voorpand), plaats de volgende 48-52-56-62-64-68 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw) en brei zoals hiervoor over de overgebleven 73-79-85-93-100-109 steken van het achterpand. Knip de draad af. Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT GEMETEN VANAF HIER! LIJF: = 160-172-188-204-224-244 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-8-10-10 opgezette steken onder een van de mouwen. Begin de naald hier en ga verder in de rondte met ribbelsteek en strepen tot het werk 33-33-34-34-34-34 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 4 cm over tot de gewenste lengte; u kunt de trui passen en breien tot de gewenste lengte. Brei 1 naald recht terwijl u 24-28-28-32-36-36 steken verdeeld meerdert = 184-200-216-236-260-280 steken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei 4 cm boordsteek (= 2 recht, 2 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN! De trui meet ongeveer 60-62-64-66-68-70 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Plaats de 48-52-56-62-64-68 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 5 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-6-8-8-10-10 opgezette steken onder de mouw = 54-58-64-70-74-78 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-8-10-10 steken onder de mouw. Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt bij het minderen onder de mouw. Begin de naald op de markeerdraad en brei tricotsteek en STREPEN MOUW – lees beschrijving hierboven. TEGELIJKERTIJD als de mouw 3 cm meet vanaf de scheiding in alle maten, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 0-3-3-3-3-3 cm in totaal 1-2-3-4-5-5 keer in de hoogte = 52-54-58-62-64-68 steken. Brei verder tot de mouw 37-36-36-34-32-31 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 6 cm over tot de gewenste lengte; u kunt de trui passen en breien tot de gewenste lengte. Brei 1 naald recht terwijl u 16-18-18-22-20-24 steken verdeeld mindert = 36-36-40-40-44-44 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm en brei 6 cm boordsteek (= 2 recht, 2 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – denk om TIP VOOR HET AFKANTEN! De mouw meet ongeveer 43-42-42-40-38-37 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Vouw de hals naar de verkeerde kant en hecht aan met kleine, nette steken. |
||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||
|
||||||||||
![]() |
||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #sunsetsglowjumper of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 31 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 217-26
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.