ConnieB schreef:
Hallo, die deutsche Anleitung ist schwer fehlerhaft, z.B. wird immer wieder "Ndl." statt "Reihe" benutzt, aber es gibt auch andere Ungenauigkeiten. Ich kann den deutschen Text gerne überarbeiten. Wohin soll ich die korrigierte Fassung schicken? mfg ConnieB
18.11.2013 - 14:44DROPS Design antwoorde:
Liebe Connie, ja wir wissen, dass die alten Anleitungen mangelhaft übersetzt sind und unser Übersetzerteam ist zwischen den Kollektionen daran, diese alten Anleitungen nochmals neu zu übersetzen. Sie können uns Ihren Vorschlag gerne mailen (siehe Kontakt) - oder wir bitten Sie um Geduld, bis dieses Modell "dran ist".
18.11.2013 - 15:30
Spinner schreef:
Dans les explications du modèle en question, je ne comprends pas où il faut diminuer et rabattre quand vous dites sous la manche, est ce des 2 cotés ?
12.08.2013 - 16:56DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Spinner, les manches du gilet se tricotent en rond, on place un marqueur pour repérer le début du tour et on augmente 1 m de chaque côté du marqueur. À 19-21-22 cm (cf taille), on rabat 8 m sous la manche = 4 m de chaque côté du marqueur. Bon tricot!
12.08.2013 - 18:52
Chabard Patricia schreef:
Bonsoir Je suis à environ 12 cm de haut pour le gilet et en suivant M1 je n,ai plus que 100mailles. Hors au moment des manches je devrais en avoir 141 !!!!! Sur M1 tricoter 2 mailles ensembles sur 8 rang toutes les 10-9-8-7-6-5-4-3 mailles suppose plus de 16 mailles en moin à la fin de M1 !!!!!! Dans l'attente Sincères salutations Mme chabard
03.10.2012 - 20:40DROPS Design antwoorde:
Bonjour Madame Charbard, si je comprends bien, vous avez tricoté 12 cm du dos et des devants du gilet. Pour cette partie, on tricote d'abord la bordure 1, puis 1 fois M3 et on continue en point fantaisie M2, droit (sans diminuer) jusqu'à 14-15-17 cm, il n'y a pas de diminutions avant de rabattre les 8 m des 2 emmanchures. Le diagramme M.1 se tricote uniquement sur l'empiècement, soit sur les mailles du dos et des devants + les 2 manches placées au-dessus des emmanchures. Bon tricot !
04.10.2012 - 08:51
Judy Tergis schreef:
Re: Explanation to pattern diagram. Should we reverse the stitch on ws rows? eg: the empty box symbol = K Alpaca. Would I use P Alpaca on ws rows?
28.04.2012 - 08:27DROPS Design antwoorde:
Yes, that is exactly how you should do it. Symbol text has been updated to make this more clear. Thank you.
30.04.2012 - 23:32
Berit Karoliussen schreef:
I mønsteret til jakken i bærestykket skal det strikkes M1 etter diagrammet. M1 står ikke i diagrammet.
10.01.2011 - 22:27
Jeanette schreef:
Hvorfor skal man bruge to garntyper for at strikke kanterne? Det virker da skørt, synes jeg....
05.11.2010 - 17:03
DROPS Deutsch schreef:
Unsere Modelle werden leider nicht verkauft. Fragen Sie doch in Ihrem Garngeschäft ob man Ihnen eine Strickerinn empfelen kann.
16.03.2009 - 09:07
Lamour-hand schreef:
Heft nr. 16 modell 1-16 poncho. ist dieser poncho käuflich zu erwerben?
15.03.2009 - 19:18
Little Treasure#littletreasureset |
||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||
Baby set van BabyMerino en Cotton Viscose bestaande uit een jasje, pakje, sokken en een muts. Maat 0/3 - 12/18 maanden. Thema: babydeken
DROPS Children 9-25 |
||||||||||||||||||||||
JASJE: Borstomvang: 52-60-68 cm. Hele lengte: 26-28-31 cm. Mouwlengte: 19-21-22 cm. DROPS rondbreinaalden en breinaalden zonder knop 2.5 mm. DROPS haaknaald 2.5 mm. DROPS Konijnenknoop, nr 570: 4 stuks. Stekenverhouding: 26 st x 35 nld in tricotsteek op naalden 2.5 mm = 10 x 10 cm. Patroon: Zie telpatronen. (1 telpatroon = 1 herhaling). De goede kant van het patroon is weergegeven. Volg voor het afkanten in de rondte de aanwijzingen per maat. Rand-1: 3 nld tricotsteek met Baby Merino, ga verder met Cotton Viscose, brei 1 naald tricotsteek, brei de volgende naald op de GOEDE KANT: * 2 st r samenbreien, omslag*, herhaal van *-* (= vouwrand, meet het werk vanaf hier!), 1 naald tricotsteek. Ga verder met Baby-Ull, brei 3 nld tricotsteek. Rand-2: Brei met Baby Merino als volgt: 3 nld tricotsteek, 1 naald averecht op de GOEDE KANT, brei 3 nld tricotsteek. Kant alle st af. Ribbelsteek, heen en weer gebreid: alle naalden recht. Boordsteek: * 1 recht, 1 averecht*. Herhaal van * - *. Gerstekorrel (bij een even aantal steken): Naald 1: * 1 r, 1 av* Naald 2: * 1 av, 1 r* Herhaal naald 1 en 2 JASJE: Achterpand en voorpand: Worden heen en weer gebreid op de rondbreinaald van middenvoor naar middenvoor. Zet 137-157-177 st op (incl 1 kant st aan iedere kant middenvoor) op rondbreinaalden 2.5 mm met Baby Merino. Brei Rand-1 - zie uitleg boven, brei de kant st steeds in ribbelsteek. Brei na Rand-1, M.3 en ga dan verder in M.2. Denk om de stekenverhouding! Brei bij een hoogte van 14-15-17 cm de volgende naald als volgt: 31-36-41 st voorpand, kant 8 st af voor het armsgat, 59-69-79 st achterpand, kant 8 st af voor het armsgat, 31-36-41 st voorpand. Laat het werk rusten. Mouw: Zet 38-38-40 st op met breinaalden zonder knop 2.5 mm met Baby Merino en brei in de rondte. Brei Rand-1. Brei na de rand M.3, meerder tegelijkertijd 2-2-4 st gelijkmatig verdeeld over de naald = 40-40-44 st. Ga na M.3 verder met M.2 , meerder tegelijkertijd 2 st midden onder de arm 6-9-9 keer als volgt: Maat 0/3 maanden: iedere 10e naald. Maat 6/9 en 12/18 maanden: Iedere 8e naald = 52-58-62 st. Kant bij een hoogte van 19-21-22 cm 8 st af midden onder de arm = 44-50-54 m. Laat het werk rusten. Pas: Zet de mouwen op dezelfde rondbreinaald als het jasje waar 8 st zijn afgekant voor de armsgaten = 209-241-269 st (incl 1 kant st aan iedere kant middenvoor). Ga verder in patroon M.1 en minder volgens het telpatroon met de kant st in ribbelsteek. Brei de eerste naald van het telpatroon als volgt: Maat 0/3 maanden: meerder 3 st gelijkmatig verdeeld over de naald = 212 st. Maat 6/9 maanden: meerder 3 st gelijkmatig verdeeld over de naald = 244 st. Maat 12/18 maanden: meerder 3 st gelijkmatig verdeeld over de naald = 266 st. Zet als er nog 9 nld te breien zijn van M.1, 1 5-7-8 st aan iedere kant middenvoor op een hulpdraad voor de hals. Ga verder met het op een hulpdraad zetten van steken om de naald: 2 keer 2 st, 2 keer 1 st. Zet na M.1 de steken van de hulpdraden weer op de naald. Brei 1 naald tricotsteek en minder tegelijkertijd gelijkmatig naar = 64-70-74 st. Kraag: = 64-70-74 st op naald. Brei 1 cm boordsteek– zie uitleg boven – met Baby Merino. Ga verder en brei zo dat de goede kant de kant is die je ziet als de kraag naar beneden gevouwen ligt. Brei 3 nld ribbelsteek – met 3 st gerstekorrel aan iedere kant middenvoor – meerder tegelijkertijd 12-16-12 st gelijkmatig verdeeld over de laatste naald = 76-86-86 st. Brei dan 11 nld van M.2 – ga verder met 3 st gerstekorrel aan iedere kant. Brei dan 4 nld gerstekorrel over alle st, kant dan alle st af. Afwerking: Vouw de onderranden onderaan het jasje en de mouwen dubbel naar de VERKEERDE KANT en zet ze vast. Naai de openingen onder de mouwen dicht. Voorbies: Neem ongeveer 60-76 st op langs de rechter voorbies – in de kant st – met naalden 2.5 mm en Baby Merino. Brei Rand-2 – zie uitleg boven. Herhaal dit langs de linker voorbies. Vouw de randen naar de VERKEERDE KANT dubbel en zet ze vast. Gehaakte rand: Haak vasten langs de kraag met Cotton Viscose op haaknaald 2.5 mm - start aan de onderkant van de linker voorbies, haak in de av st (= vouwrand), ga verder langs de kraag en naar beneden langs de rechter voorbies – haak op de rechter voorbies 4 knoopsgaten verdeeld over de bovenste 10-11-12 cm. Een knoopsgat = 3 l, maak vast met 1 v 1 cm lager. Naai de knopen aan. KRUIPPAKJE: Maat: 0/3-6/9-12/18 maanden Maat in cm: 50/56-62/68-74/80. Borstomvang: 52-60-68 cm. Hele lengte: 26-28-31 cm. Mouwlengte: 19-21-22 cm. DROPS rondbreinaalden en breinaalden zonder knop maat 2.5 mm. DROPS haaknaald 2.5 mm. DROPS Konijnenknoop, nr 570: 4 stuks. Stekenverhouding: 26 st x 35 nld op naalden 2.5 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Patroon: Zie telpatronen. (1 telpatroon = 1 herhaling). De goede kant van het patroon is weergegeven. Rand: 3 nld tricotsteek met Baby Merino, ga verder met Cotton Viscose, brei 1 naald tricotsteek, brei volgende naald als volgt gezien vanaf de GOEDE KANT: * 2 st r samenbreien, omslag *, herhaal van *-* (= vouw kant), 1 naald tricotsteek. Ga verder met Baby Merino, Brei 3 nld tricotsteek. Boordsteek: * 1 recht, 1 averecht*. Herhaal van * - *. Linkerpijp: Zet 42-46-52 st op met breinaalden zonder knop 2.5 mm en Baby Merino en brei in de rondte; plaats een markeerdraad waar de eerste en de laatste steek samenkomen. Brei de rand – zie uitleg boven. Brei na de rand M.3, meerder 20 st gelijkmatig verdeeld over de eerste naald = 62-66-72 st. Ga verder in tricotsteek met Baby Merino en meerder tegelijkertijd 2 st; 1 st aan iedere kant van de markeerdraad: 11-13-13 keer iedere 5 nld = 84-92-98 st. Denk om de stekenverhouding! Splits het werk bij een hoogte van 17-19-22 cm (gemeten vanaf de gaatjesrand = vouwrand) aan de binnenkant van de pijp en brei verder heen en weer op de naalden (= split – om het makkelijker te maken straks twee pijpen samen te breien op de rondbreinaald). Meerder 1 st aan iedere kant als naadtoeslag (1 kant st aan iedere kant) = 86-94-100 st. Kant bij een hoogte van 18-20-23 cm 5 st af aan iedere kant. Laat het werk rusten. Rechterpijp: Brei als de linker. Broek: Zet beide pijpen op dezelfde rondbreinaald = 152-168-180 st. Ga verder in tricotsteek – meerder tegelijkertijd in de eerste naald 1 st middenachter aan iedere kant van de twee middelste st en minder 1 st middenvoor aan iedere kant van de twee middelste st. Meerder dan middenachter als volgt: 8 keer om de naald en minder middenvoor als volgt: 8 keer om de naald = 152-168-180 st. Brei bij een hoogte van 37-46-51 cm de volgende naald als volgt: Maat 0/3 maanden: minder 2 st gelijkmatig verdeeld over de naald. Maat 6/9 maanden: meerder 2 st gelijkmatig verdeeld over de naald. Maat 12/18 maanden: geen meerderingen of minderingen. = 150-170-180 st op de naald. Brei 3 cm boordsteek – zie uitleg boven. Ga dan verder met M.2 (zorg dat het eerste averecht gebreide ruitje middenvoor komt). Brei bij een hoogte van 42-51-56 cm de volgende naald als volgt: Kant 3 st af voor het armsgat, brei 69-79-84 st voorpand, kant 6 st af voor het armsgat, brei 69-79-84 st achterpand, kant 3 st af voor het armsgat. Brei het voorpand en achterpand apart verder. Voorpand: = 69-79-84 st. Ga verder in M.2 en kant tegelijkertijd aan iedere kant af voor de armsgaten om de naald: 2 keer 2 st, 3 keer 1 st = 55-65-70 st. Kant bij een hoogte van 46-55-60 cm de middelste 13-15-18 st af voor de hals en minder voor de hals om de naald: 2 keer 2 st, 3 keer 1 st = 14-18-19 st over voor iedere schouder. Brei bij een hoogte van 52-62-68 cm 2 nld ribbelsteek en kant dan alle st af. Achterpand: = 69-79-84 st. Kant af voor de armsgaten als beschreven bij het voorpand. Brei tot een hoogte van 50-60-66 cm, kant de middelste 21-23-26 st af voor de hals en minder voor de hals om de naald: 1 keer 2 st, 1 keer 1 st = 14-18-19 st over voor iedere schouder. Brei bij een hoogte van 52-62-68 cm 1 cm boordsteek en kant dan alle st af. Afwerking: Neem ongeveer 64-74 st op de naald langs het rechter armsgat op rondbreinaalden 2.5 mm met Baby Merino (vanaf de schouder naar het armsgat naar de andere schouder), brei de rand heen en weer op de naalden, kant alle st af. Herhaal langs het linker armsgat. Neem ongeveer 50-70 st op langs de hals op het voorpand met naalden 2.5 mm en Baby-Ull, brei de rand heen en weer op de naalden, kant dan alle st af. Neem ongeveer 32-40 st op langs de hals op het achterpand met rondbreinaalden 2.5 mm met Baby Merino, brei de rand heen en weer op de naalden, kant alle st af. Naai de split samen aan de binnenkant van iedere pijp in de de afgekante st, naai dan de opening tussen de pijpen samen van middenvoor naar middenachter. Vouw alle randen dubbel naar de VERKEERDE KANT en naai ze vast. Haak met haaknaald maat 2.5 mm en Baby Merino de bovenkant van iedere schouder op het voorpand als volgt: 1e naald: v. 2e naald: v met twee knoopsgaten gelijkmatig verdeeld (1 knoopsgat = 3-4 l, zet ze 1 cm verder vast met 1 v in de volgende v). Naai de knopen aan. SOKKEN: Maat: 0/3- 6/9- 12/18 maanden Voetlengte in cm: 10-11-12 cm. DROPS breinaalden 2.5 mm Stekenverhouding: 26 st x 35 naald op naalden 2.5 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Patroon: Zie telpatronen. (1 telpatroon = 1 herhaling). De goede kant van het patroon is weergegeven. Rand: 3 nld tricotsteek met Baby Merino, ga verder met Cotton Viscose, brei 1 naald tricotsteek, brei volgende naald als volgt gezien vanaf de GOEDE KANT: * 2 st r samenbreien, omslag *, herhaal van *-* (= vouw kant), 1 naald tricotsteek. Ga verder met Baby Merino, Brei 3 nld tricotsteek. Boordsteek: * 1 recht, 1 averecht*. Herhaal van * - *. Ribbelsteek, heen en weer gebreid: alle naalden recht. Zet 36-36-42 st op met naalden 2.5 mm en Baby Merino. Brei de rand – zie uitleg boven – heen en weer op de naald van middenachter naar middenachter. Brei na de rand M.3, brei dan M.4, en brei dan 11 nld van M.2. Het werk is nu ongeveer 7.5 cm hoog (gemeten vanaf de vouwrand). Brei 2 nld boordsteek, brei dan de volgende naald als volgt: * 2 st r samenbreien, omslag *, herhaal van *-*. Brei 2 nld boordsteek. Zet 13-13-14 st aan iedere zijkant van het werk op een hulpdraad. Brei M.2 over de middelste 10-10-14 st 5-6-7 cm. Zet de st van de hulpdraden terug op de naald en neem tegelijkertijd 13-16-18 st op aan iedere zijkant van het middelste deel = 62-68-78 st op de naald. Brei 3-4-4 cm ribbelsteek over alle st – kant tegelijkertijd na 2-2.5-2.5 cm af om de naald: 1 st aan het begin en einde van de naald - brei tegelijkertijd 2 st samen aan iedere kant van 2 middelste st. Brei en minder zo nog 3-4-4 cm verder. Kant af en naai de naad onder voet en middenachter met matras st in de buitenste lusjes van de buitenste st. Vouw de bovenrand dubbel naar de VERKEERDE KANT en naai de rand vast. Maak een koordje voor in de sokken: Knip 1 hulpdraad van Cotton Viscose van ongeveer 240 cm. Vouw het dubbel. Laat een vriend het uiteinde vasthouden en draai de draad in de lengte tot hij op gaat krullen. Vouw de draad dubbel en maak aan iedere kant een knoopje (koordje = ongeveer 50 cm lang), haal de hulpdraad door de gaatjesrij op enkelhoogte. Maak nog een koordje voor de tweede sok. MUTS: Maat: 0/3- 6/9- 12/18 maanden Hoofdomtrek in cm: 41-45-48 cm. DROPS breinaalden 2.5 mm Stekenverhouding: 26 st x 35 nld op naalden 2.5 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Patroon: Zie telpatronen. (1 telpatroon = 1 herhaling). De goede kant van het patroon is weergegeven. Rand: 3 nld tricotsteek met Baby Merino, ga verder met Cotton Viscose, brei 1 naald tricotsteek, brei de volgende naald als volgt gezien vanaf de GOEDE KANT: * 2 st r samenbreien, omslag *, herhaal van *-* (= vouw kant), 1 naald tricotsteek. Ga verder met Baby Merino, Brei 3 nld tricotsteek. Ribbelsteek, heen en weer gebreid: alle naalden recht. De muts wordt heen en weer gebreid op de naalden langs het gezicht en naar de achterkant en later aan elkaar genaaid middenachter. Zet 73-83-87 st op (incl 1 kant st aan iedere kant) met naalden 2.5 mm en Baby Merino en brei de rand –zie uitleg boven – maar brei de kant st steeds in ribbelsteek. Brei na de rand M.2, brei dan 3 nld tricotsteek en 2 nld averechte tricotsteek. Ga verder met M.2 tot een hoogte van 11-13-14 cm gemeten vanaf vouwrand. Brei de volgende naald als volgt: 1 kant st, * 1 st recht, 2 st r samenbreien *, herhaal van *-*, eindig met 1 kant st = 50-56-59 st. Brei 4 nld tricotsteek. Brei de volgende naald als volgt: 1 kant st, * 1 st recht, 2 st r samenbreien *, herhaal van *-*, eindig met 1 kant st = 34-38-40 st. Brei 4 nld tricotsteek. Brei volgende naald als volgt: 1 kant st, * 1 st recht, 2 st r samenbreien *, herhaal van *-*, eindig met 1 kant st = 24-26-28 st. Brei 4 nld tricotsteek. Brei st samen twee bij twee in de volgende naald (niet de kant st) = 13-14-15 st. Haal een dubbele hulpdraad door deze st en bind de uiteinden samen en zet ze vast. Afwerking: Naai de muts samen vanaf de samengebonden st middenachter en 4 cm naar beneden richting de hals – naai in de kant st. Vouw de rand voor dubbel naar de VERKEERDE KANT en zet de rand vast. Neem ongeveer 52-62 st op langs de onderkant (in de kant st) met naalden 2.5 mm en Baby Merino. Brei 2 cm tricotsteek, kant dan af = tunnel. Vouw de tunnel samen naar de VERKEERDE KANT en naai de tunnel vast (laat een klein stukje open om straks het koord door te halen). Maak een koordje voor door de tunnel: Knip 1 hulpdraad van Cotton Viscose van ongeveer 3 m. Vouw het dubbel. Laat een vriend het uiteinde vasthouden en draai de draad in de lengte tot hij op gaat krullen. Vouw de draad dubbel en maak aan iedere kant een knoopje (koordje = ongeveer 60 cm lang), haal de hulpdraad door de tunnel. |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #littletreasureset of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 33 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS Children 9-25
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.