Liselotte Graulund schreef:
Ærme spørgsmål. Man skal strikke 2 cm glat med vrang ud. Vil det sige a når man ser ærme på ret siden så er de 2 sidste cm vrang? Har I billeder som viser dette? Det må da give en tyk kant rundt om ærme når man montere…. Der er vist noget her jeg ikke kan se logik i… hvorfor ikke bare ekstra 2 cm glat??
08.02.2025 - 13:32
Josiane schreef:
Bjr pouvez-vous me dire si je veux tricoter ce pull homme en xl . Si oui comme dois je procéder Merci pour votre réponse
18.01.2025 - 13:04DROPS Design antwoorde:
Bonjour Josiane, vous pouvez vous aider d'un modèle similaire dans la taille souhaitée ou bien retrouvez ici tous les pulls homme avec jacquard nordique, en XL. Bon tricot!
20.01.2025 - 07:39
Josiane schreef:
Bjr \r\nSerait-il possible de tricoter ce pull homme en xl , si oui comment je procède pour le nombre de mails \r\nMerci pour votre réponse
15.01.2025 - 11:26
Köpf schreef:
Wie wird das Muster weiter gestrickt, wenn beim Vorderteil die mittleren Maschen abkettet wurden und die Reihen hin und zurück gestrickt werden ?
31.12.2024 - 15:46
Köpf schreef:
Wie wird das Muster beim Halsausschnitt am Vorderteil gestrickt, nachdem geteilt wurde und die Reihen hin und zurück gestrickt werden ??
31.12.2024 - 15:44DROPS Design antwoorde:
Liebe Frau Köpf, man wird genauso wie zuvor stricken, beachten Sie nur daß das Muster in der Höhe stimmt und nicht versetzt/verschoben wird. Viel Spaß beim Stricken!
02.01.2025 - 15:32
Lotta schreef:
Hei, en ymmärrä aukileikkaussilmukoiden käytännön toteutusta. Neulonko siis vain molemmille puolille 5 silmukan leveydeltä taustaväriä? Kuljetanko lankaa mukana jos kerroksessa ei muuten tarvita ky. väriä vai miten se käytännössä toimii?
23.10.2024 - 17:10
Patricia Oberman schreef:
I’m working the men’s small medium pattern which is divisible by 24 for 11 repetitions. I don’t understand why you would start no in the beginning of the pattern. Everything looks to be centered in the picture. Since the start position of the center in theory, why offset the first stitch?
03.06.2024 - 15:22DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Oberman, work M.3 on each side of piece, ie start M.3 at the beg of row (side) at the arrow (= white star in 1st size men = start with the last 5 sts M.3, work M.3 a total of 5 times (5 x 24 sts) and end with the first 7 sts in M.3 (= 5+120+7=132) and repeat for the back piece. So pattern will not fit in the sides, but will be symmetrical and same on front and back piece. Happy knitting!
03.06.2024 - 15:59
Patricia Oberman schreef:
I’m confused by the slit neck instructions. Bind off 12 stitches. Add 5 steek stitches in the center? That leaves 4 or three dead air spaces on either side. Does the yarn just hang in the air over that distance ?
03.06.2024 - 15:17DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Oberman, you will have 5 steek stitches on each side ofr the armholes/sleeves + 5 steek stitches on mid front for the neck splitt until you cast off the middle 12-18 sts (see size), then continue back and forth casting off at the beg of each row from neck as explained. this video shows steek stitches for mid front (like for a jacket), maybe it can help?
03.06.2024 - 15:51
Terttu schreef:
Missä on ohjeen 52-18 ruutupiirrokset?
28.10.2023 - 15:51DROPS Design antwoorde:
Nyt piirrokset avautuvat!
30.10.2023 - 17:00
Margaret Lindgren schreef:
Drops pattern 52-18 main colour is 53 Coal grey Karisma Super wash but looking at the wool 53 is Anthracite Mix do you do a plain dark grey Thank you
10.08.2021 - 12:20DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Lindgreen, this colour Karisma has been renamed since the pattern has been published, but it's the same colour - see shadecard - do not hesitate to contact your DROPS store - even per mail or telephone for any assistance choosing the colour you'd like to. Happy knitting!
10.08.2021 - 14:18
DROPS 52-18 |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||||||||
DROPS Trui met sneeuwsterretjes van “Karisma Superwash”.
DROPS 52-18 |
|||||||||||||||||||||||||
TRUI: Steekverhouding: 22 st x 30 nld op breinld 3,5mm in tricotst = 10 x 10 cm. Gebruik eventueel grotere of kleinere naalden om de juiste steekverhouding te krijgen. Brei een proeflapje! Motief: zie de teltekening (1 teltekening = 1 herhaling). De teltekening geeft het patroon weer op de goede kant van het werk. Het motief wordt in tricotst gebreid. Boordsteek: * 1 r, 1 av *, herhaal steeds *-*. Rug- en voorpand: de getallen tussen de () = herenmaten. De trui wordt in het rond gebreid op de rondbreinld en bij het afwerken worden de armsgaten en eventueel het split in het voorpand open geknipt. Zet met rondbreinld 2.5mm en antraciet 192-200-206 (206-214) st op en brei 6 cm boordst. Wissel naar rondbreinld 3,5mm en brei teltekening M.1 en meerder tegelijkertijd, gelijkmatig verdeeld 60-64-70 (58-62) st in de 1e nld na de boordst = 252-264-276 (264-276) st. Brei na teltekening M.1 door volgens teltekening M.2 (voor versie 2 teltekening M.5 breien) tot een totale hoogte van ca 28-30-32 (35-38) cm – d.w.z. na een volledige herhaling van het motief (er moet vanaf dit punt nog ca 32 cm gebreid worden). Plaats 1 merkdraad aan weerskanten; voor- en rugpand = 126-132-138 (132-138) st. Brei teltekening M.3 op de rest van het werk– begin bij het pijltje en brei de st van het voorpand. Begin weer bij het pijltje en brei de st van het rugpand. Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 33-35-36 (39-41) cm 5 st aan weerskanten voor de armsgaten (deze st worden bij het afwerken opengeknipt, en maken zodoende geen deel uit van het motief). Brei door volgens het motief. Trui met ronde halslijn: kant bij een hoogte van ca 54-56-58 (61-64) cm – de middelste 24-26-28 (28-30) st van het voorpand af voor de halslijn, en brei de rest van het werk heen en weer. Kant hierna af aan de halszijden in elke 2e nld: 1 x 3 st 1, 2 x 2 st en 3 x 1 st. Kant bij een hoogte van 58-60-62 (65-68) cm de middelste 40-42-44 (44-46) st van het rugpand af voor de hals. Kant hierna nog 2 st af in de volgende nld aan de halzijden op het rugpand. Kant de overige st af als teltekening M.3 af is – het werk heeft een totale hoogte van ca 60-62-64 (67-70) cm. Trui met split: kant bij een hoogte van 40-42-44 (47-50) cm de middelste 12 st van het voorpand af voor het split. Zet vervolgens in de volgende nld 5 nieuwe st op boven de net afgekante st (deze st worden bij het afwerken opengeknipt, en maken zodoende geen deel uit van het motief). Kant bij een hoogte van 54-56-58 (61-64) cm de middelste 12-14-16 (16-18) st + de 5 nieuwe st op het voorpand af voor de hals en brei de rest van het werk heen en weer. Kant hierna af aan de halszijden in elke 2e nld: 1 x 3 st, 2 x 2 st en 3 x 1 st. Kant bij een hoogte van 58-60-62 (65-68) cm de middelste 40-42-44 (44-46) st van het rugpand af voor de hals. Kant verder in de volgende nld 2 st aan de halszijden op het rugpand af. Kant de overige st af, als teltekening M.3 voltooid is - het werk heeft een totale hoogte van ca 60-62-64 (67-70) cm. Mouwen: zet met sokkenbreinld 2,5mm en antraciet 50-50-52 (52-54) st op en brei 5 (6) cm boordst. Wissel naar sokkenbreinld 3,5mm en brei teltekening M.1, en meerder tegelijkertijd, gelijkmatig verdeeld 6-6-6 (6-6) st in de 1e nld na de boord = 56-56-58 (58-60) st. Na de boord beginnen de meerderingen in het midden van de ondermouw: 31-31-33 (33-34) x 2 st keer voor damesmaat S+M en herenmaat S/M+M/L: in elke 4e nld. Damesmaat L: afwisselend in de 3e en 4e nld = 118-118-124 (124-128) st. Brei tegelijkertijd na teltekening M.1 door volgens teltekening M.2 (voor versie 2 teltekening M.5 breien) tot een totale hoogte van ca 38-38-37 (43-43) cm – d.w.z. na een herhaling van het motief (er moet vanaf dit punt nog ca 11 cm gebreid worden). Na teltekening M.2 (versie 2: M.5) teltekening M.4 breien. De mouw heeft daarna een totale lengte van ca 49-49-48 (54-54) cm. Brei vervolgens 2 cm averechte tricotst met antraciet (av op de heeng, en r op de terugg nld breien). Dit stukje wordt later vastgezet over de afgeknipte rand van het armsgat zodat deze mooi afgewerkt is. Kant de st af. Afwerken: Trui met ronde hals: rijg een draad door het midden van de gemeerderde st aan weerskanten. Maak vervolgens met de naaimachine 2 stiknaden naast deze rijgdraden: 1e naad = ½ st naast de rijgdraad, 2e naad = ½ st van de 1e naad. Knip vervolgens de armsgaten open tussen de naden. Sluit de schoudernaden. Neem met sokkenbreinld 2,5mm en antraciet ca 104-116 st op rondom de hals en brei 1 nld tricotst en vervolgens 6 cm boordst, en kant de st af. Vouw de boord naar binnen om en zet hem vast. Zet de mouwen in de trui. Leg de goede kanten op elkaar en ga als volgt te werk: steek in de laatste nld tricotst voor het extra stukje in de mouw en vervolgens in de trui net voor de naad. Leg vervolgens aan de binnenkant het extra stukje van de mouw over de afgeknipte rand en naai het vast met kleine steekjes, zodat de afgeknipte rand mooi afgewerkt is. Trui met split: rijg een draad door het midden van de gemeerderde st van het split en aan weerskanten door het midden van de armsgaten. Maak vervolgens met de naaimachine 2 stiknaden naast de rijgdraden: 1e naad = ½ st naast de rijgdraad, 2e naad = ½ st naast de 1e naad. Knip vervolgens de armsgaten en de split op het voorpand open tussen de naden. Sluit de schoudernaden. Neem met sokkenbreinld 2,5mm en antraciet ca 25-35 st op langs de linkerkant van het split en brei 3 cm tricotst, 1 nld av (= vouwlijn), 3 cm tricotst. Herhaal dit langs de rechterkant van het split. Vouw deze randen vervolgens naar binnen om en zet ze vast. Sluit de onderkant van het split aan de buitenkant met mooie kleine st. Neem met sokkenbreinld 2,5mm en antraciet ca 104-120 st op langs de hals en aan de bovenkant van het split en brei de rand als volgt: 3 cm tricotst, 1 nld av (= vouwlijn), 3 cm tricotst, en kant de st af. Vouw de rand naar binnen om en zet hem vast. Zet de mouwen in de trui. Leg de goede kanten op elkaar en ga als volgt te werk: steek in de laatste nld tricotst voor het extra stukje in de mouw en vervolgens in de trui net voor de naad. Leg vervolgens aan de binnenkant het extra stukje van de mouw over de afgeknipte rand en naai het vast met kleine steekjes, zodat de afgeknipte rand mooi afgewerkt is. SOKKEN: Zie de patroon bij model nr. 52-16 MUTS: Maat: Dames (Heren) Materialen: DROPS Karisma Superwash van Garnstudio Versie 1: (donker ondergrond) 100 (100) gr nr. 53, antraciet 50 ( 50) gr nr. 44, lichtgrijs + restjes van de kleuren van de motieven Versie 2: (lichte ondergrond) 100 (100) gr nr. 44, lichtgrijs 50 ( 50) gr nr. 53, antraciet + restjes van de kleuren van de motieven DROPS Sokkenbreinld 3mm en 3,5mm. Steekverhouding: 22 st x 30 nld op breinld 3,5mm in het motief = 10 x 10 cm. Gebruik eventueel grotere of kleinere naalden om de juiste steekverhouding te krijgen. Brei een proeflapje! Motief: zie de teltekening (1 teltekening = 1 herhaling). De teltekening geeft het patroon weer op de goede kant van het werk. Het motief wordt in tricotst gebreid. Muts: De 2e kleurenversie staat tussen de () =. Zet met sokkenbreinld 3mm en antraciet (lichtgrijs) 108 (120) st op en brei 4 cm tricotst, 1 nld av (= vouwlijn – vanaf hier het werk meten). Wissel naar sokkenbreinld 3,5mm en brei teltekening M.8, en daarna teltekening M.9. Brei vervolgens door volgens teltekening M.7. Zet bij een hoogte van ca 14 (14) cm één merkdraad na elke 6e st. Brei vervolgens de 2 st na elke merkdraad r samen. Herhaal dit in elke 6e nld totdat er 18 (20) st over zijn op de breinld (pas teltekening M.7 gaandeweg aan de minderingen). Brei nog 1 nld waarin alle st 2 aan 2 r samen gebreid worden, en rijg vervolgens een dubbele draad door de resterende st en hecht goed af. Vouw de rand naar binnen om en zet hem vast. HANDSCHOENEN: Maat: Dames (Heren) Materialen: DROPS Karisma Superwash van Garnstudio Versie 1: (donkere ondergrond) 100 (100) gr nr. 53, antraciet + restjes van de kleuren van de motieven Versie 2: (lichte ondergrond) 50 (100) gr nr. 44, lichtgrijs 50 ( 50) gr nr. 53, antraciet + restjes van de kleuren van de motieven DROPS Sokkenbreinld 3mm en 3,5mm. Stekenverhouding: 21 st x 28 nld op breinld 4mm in tricotst = 10 x 10 cm. Gebruik eventueel grotere of kleinere naalden om de juiste steekverhouding te krijgen. Brei een proeflapje! Motief: zie de teltekening (1 teltekening = 1 herhaling). De teltekening geeft het patroon weer op de goede kant van het werk. Het motief wordt in tricotst gebreid. Boordst: * 2 r, 2 av *, herhaal steeds *-*. Handschoenen: de getallen tussen de () = herenmaat, en de tweede kleurenversie staat ook tussen de () = versie 2. Zet met sokkenbreinld 2,5mm en antraciet (antraciet) 52 (56) st op en brei 15 cm boordst in het rond op de nld en minder tegelijkertijd, gelijkmatig verdeeld 8 (8) st in de laatste nld = 44 (48) st. Wissel naar sokkenbreinld 3,5mm en brei teltekening M.6 en plaats tegelijkertijd een merkdraad na 22 (24) st = rug van de hand – plaats de draad in de 23e (25e) st – de st voor de duim worden aan weerskanten van deze st gemeerderd - de overige 21 (23) st = handpalm. Vanaf hier het werk verder meten! Van een hoogte van 1 cm beginnen de meerderingen aan weerskanten van de merkdraad als volgt: 5 (6) x 1 st in elke 4e nld (3e nld) = 54 (60) st – brei na teltekening M.6 teltekening M.7 en brei de gemeerderde st gaandeweg mee in teltekening M.6 en M.7. Zet, als de meerderingen voor de duim voltooid zijn, de 11 middelste st boven de duim op een draad (of stekenhouder). Zet vervolgens 1 nieuwe st op boven de st van de draad = 44 (50) st. Brei door volgens teltekening M.6 tot een totale hoogte van 10 (11) cm. Nu moeten de vingers gebreid worden als volgt: Pink: neem 4 (6) st van bovenop de hand en 4 (5) st van de handpalm en zet verder 1 nieuwe st op naast de ringvinger = 9 (12) st. Brei 5 (6) cm tricotst in het rond met antraciet (lichtgrijs). Brei vervolgens de st 2 aan 2 samen in de volgende nld, en rijg hierna de draad door de resterende st, en hecht goed af. Brei 3 nld tricotst op de overige st van de handschoen voordat de overige vingers worden gebreid. Ringvinger: neem 6 (6) st van boven op de hand en 6 (7) st van de handpalm en zet verder 1 nieuwe st op naast de pink en 1 st naast de middelvinger = 14 (15) st. Brei 6 (7) cm tricotst in het rond met antraciet (lichtgrijs). Brei vervolgens de st 2 aan 2 samen in de volgende nld, en rijg vervolgens de draad door de resterende st, en hecht goed af. Middelvinger: als de ringvinger, maar 7 (8) cm tricotst rond met antraciet (lichtgrijs) breien. Wijsvinger: neem 6 (6) st van bovenop de hand en 6 (7) st van de handpalm en zet verder 1 nieuwe st op naast de middelvinger = 13 (14) st. Brei als de ringvinger. Duim: Neem 14 (16) st op rondom de duim en brei 6 (6,5) cm tricotst rond met antraciet (lichtgrijs), en brei de duim verder zoals de ringvinger. Sluit de gaatjes tussen de vingers met mooie kleine steken. Brei nog een handschoen – maar in spiegelbeeld. |
|||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 29 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 52-18
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.