Earthbound Sweater#earthboundsweater |
|
![]() |
![]() |
Gebreide trui in DROPS Andes of DROPS Snow. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid in tricotsteek met een Europeaanse pas. Maten XS - XXXL.
DROPS 262-28 |
|
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- TIP VOOR HET MEERDEREN-1: MEERDER 1 STEEK RICHTING LINKS –GOEDE KANT (de nieuwe de steek draait naar links): Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei recht in de achterste lus. MEERDER 1 STEEK RICHTING RECHTS –GOEDE KANT (de nieuwe steek draait naar rechts): Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus. TIP VOOR HET MEERDEREN-2: MEERDER 1 STEEK RICHTING LINKS – VERKEERDE KANT (de nieuwe steek draait naar links): Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei averecht in de voorste lus. MEERDER 1 STEEK RICHTING RECHTS – VERKEERDE KANT (de nieuwe draait naar rechts): Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei averecht in de achterste lus. MOUWTIP: Als u steken opneemt onder de mouw, kan er een klein gaatje ontstaan in de overgang tussen de steken op het lijf en de mouw. Dit gaatje kan gesloten worden door de draad tussen 2 steken op te nemen en deze gedraaid samen te breien met de eerste steek tussen het lijf en de mouw. TIP VOOR HET MINDEREN: Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel wanneer nodig. De trui wordt gebreid volgens punten 1 – 5. 1 ACHTERPAND: Zet steken op voor de achterkant van de hals en brei het achterpand heen en weer gebreid, meerder aan elke kant voor de schouders tot de juiste breedte en creëer een ietwat diagonale schouders. 2 VOORPAND: Wordt in 2 delen gebreid (elke kant van de hals). Begin door steken op te nemen langs een schouder achter, brei de voorkant van de schouder naar beneden, meerder voor de halslijn. Doe hetzelfde op de andere schouder. Er worden steken opgezet voor de halslijn midden voor en de schouders wordt samengevoegd voor het voorpand, welke verder heen en weer wordt gebreid tot de juiste lengte. 3 PAS: Op de volgende naald worden alle steken op dezelfde rondbreinaald, gezet brei het voorpand, neem steken op voor de mouw langs de zijkant van het voorpand, brei het achterpand, neem steken op voor de mouw langs de andere kant van het voorpand. De pas wordt dan verder in de rondte gebreid. 4 MEERDER VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Tegelijkertijd als de pas wordt gebreid, worden er steken gemeerderd voor het lijf en de mouwen (eerst alleen voor de mouwen, dan voor zowel de mouwen als het lijf). 5 LIJF EN MOUWEN: Als alle steken gemeerderd zijn en de pas is klaar, wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen, welke apart verder worden gebreid. Als er een «0» in uw maat staat, sla dan de informatie over en ga gelijk verder met de volgende instructie. ACHTERPAND: Het werk wordt heen en weer gebreid. Zet 18-19-20-21-22-23-24 steken op met rondbreinaald 8 mm en DROPS Andes of DROPS Snow. NAALD 1 (verkeerde kant): Averecht. NAALD 2 (goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. 3 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 recht. NAALD 3 (verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. 3 averecht, meerder 1 steek richting links, brei averecht tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 averecht. Brei NAALDEN 2 en 3 in totaal 6-6-6-6-6-6-6 keer (12-12-12-12-12-12-12 naalden gebreid) = 42-43-44-45-46-47-48 steken. Denk om de stekenverhouding. Knip de draad af en plaats de steken op een hulpdraad. LINKER SCHOUDER VOOR: Vind de linkerschouder achter als volgt: Leg het achterpand plat neer, met de goede kant naar boven, met de hulpdraad naar u toe; de linkerkant van het werk = linkerschouder. Neem aan de goede kant steken op langs de linkerschouder achter, beginnend bij de halslijn als volgt: Neem 1 steek op in elke gebreide naald, aan de binnenkant van de buitenste steek (= 12-12-12-12-12-12-12 steken), neem dan 1 steek op aan de buitenkant van de schouder (= kantsteek) = 13-13-13-13-13-13-13 schoudersteken. Voeg 1 markeerdraad in bij de hals. Alle lengte afmetingen op het voorpand worden vanaf deze markeerdraad genomen. Brei tricotsteek (de eerste naald is aan de verkeerde kant). Als het voorpand 7-8-9-10-9-9-10 cm meet, meerder dan voor de halslijn als volgt: NAALD 1 (goede kant): Denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. 3 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot het EINDE VAN DE NAALD. NAALD 2 (verkeerde kant): Averecht. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 3-3-3-3-4-4-4 keer ((6-6-6-6-8-8-8 naalden gebreid) = 16-16-16-16-17-17-17 steken. De meerderingen voor de halslijn zijn klaar. Het werk meet ongeveer 11-12-13-14-15-15-16 cm vanaf de markeerdraad. Een deel van de halslengte komt op het achterpand. Halslengte voorpand = 10-10-11-11-12-12-12 cm. Halslengte achterpand = 1-2-2-3-3-3-4 cm. Knip de draad af en plaats de steken op een hulpdraad. Brei de rechterschouder voor. RECHTER SCHOUDER VOOR: Neem aan de goede kant, steken op langs de rechterschouder achter, beginnend bij het armsgat als volgt: Begin door 1 steek op te namen aan de buitenkant op de schouder (= kantsteek), neem dan 1 steek op in elke gebreide naald, aan de binnenkant van de buitenste steek (12-12-12-12-12-12-12 steken) = 13-13-13-13-13-13-13 schoudersteken. Voeg 1 markeerdraad in bij de hals. Alle lengte afmetingen op het voorpand worden vanaf de markeerdraad genomen. Brei tricotsteek (de eerste naald is aan de verkeerde kant). Als het voorpand 7-8-9-10-9-9-10 cm meet, meerder dan voor de halslijn als volgt: NAALD 1 (goede kant): Brei recht tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting links, 3 recht - denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. NAALD 2 (verkeerde kant): Averecht. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 3-3-3-3-4-4-4 keer ((6-6-6-6-8-8-8 naalden gebreid) = 16-16-16-16-17-17-17 steken. De meerderingen voor de halslijn zijn klaar. Het werk meet ongeveer 11-12-13-14-15-15-16 cm vanaf de markeerdraad. Een deel van de halslengte komt op het achterpand. Halslengte in voorpand = 10-10-11-11-12-12-12 cm. Halslengte achterpand = 1-2-2-3-3-3-4 cm. VOORPAND: Op de volgende naald (goede kant) wordt de schouders samengevoegd voor het voorpand als volgt: Brei de 16-16-16-16-17-17-17 steken op de rechterschouder recht, zet 10-11-12-13-12-13-14 steken op voor de halslijn, brei de 16-16-16-16-17-17-17 steken op de linkerschouder recht = 42-43-44-45-46-47-48 steken. Ga verder met tricotsteek heen en weer gebreid tot het werk 11-12-13-14-15-15-16 cm meet vanaf de markeerdraad, met de laatste naald aan de verkeerde kant. De voor- en achterpanden worden nu samengevoegd en er worden steken opgenomen voor de mouwen als volgt: NAALD 1 (goede kant): Brei de eerste 2 steken op het voorpand recht samen (= 1 steek geminderd), brei tot er 2 steken over zijn, 1 steek afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over (= 1 steek geminderd), voeg hier 1 markeerdraad in, neem 12-13-14-15-16-17-18 steken op langs de zijkant van het linker voorpand aan de binnenkant van de buitenste steek (mouwsteken), voeg 1 markeerdraad in, brei de eerste 2 steken op het achterpand recht samen (= 1 steek geminderd), brei tot er 2 steken over zijn, 1 steek afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over (= 1 steek geminderd), voeg 1 markeerdraad in, neem 12-13-14-15-16-17-18 steken op langs de zijkant van het rechter voorpand aan de binnenkant van de buitenste steek (mouwsteken), voeg 1 markeerdraad in = 104-108-112-116-120-124-128 steken. PAS: Brei verder in de rondte. NAALD 1: Brei alle steken recht en meerder 1 steek aan elke kant van elke mouw – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1 – meerder 1 steek richting links op het begin van de mouw en 1 steek richting rechts aan het einde van de mouw. Het aantal steken op de mouwen neemt toe maar blijft hetzelfde op de voor- en achterpanden = 14-15-16-17-18-19-20 mouwsteken, 40-41-42-43-44-45-46 steken op de voor- en achterpanden) = 108-112-116-120-124-128-132 steken. Brei verder in de rondte in de maten XS tot XL als volgt (in de maten XXL tot XXXL ga gelijk verder naar ALLE MATEN): NAALD 1: Brei recht en meerder 1 steek aan elke kant van elke mouw – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Het aantal steken op de mouwen neemt toe, maar blijft hetzelfde op de voor- en achterpanden. NAALD 2: Recht. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 4-4-3-3-2-0-0 keer (8-8-6-6-4-0-0 naalden gebreid. Er zijn totaal 5-5-4-4-3-1-1 meerderingen in de hoogte op de mouwen = 22-23-22-23-22-19-20 steken op elke mouw en 40-41-42-43-44-45-46 steken op de voor- en achterpanden) = 124-128-128-132-132-128-132 steken. ALLE MATEN: Brei de volgende naald als volgt: NAALD 1: 2 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 2 steken over zijn op het voorpand voor de markeerdraad, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei recht tot de volgende markeerdraad (= mouw), meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, 2 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad op het achterpand, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links, brei recht tot de volgende markeerdraad (= mouw), meerder 1 steek richting rechts, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald (= 8 steken gemeerderd (aan elke kant van 2 steken in elke overgang tussen het lijf en de mouwen). NAALD 2: Recht. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 5-5-7-8-10-12-13 keer (10-10-14-16-20-24-26 naalden gebreid; in totaal 10-10-11-12-13-13-14 meerderingen in de hoogte op de mouwen en 5-5-7-8-10-12-13 meerderingen in de hoogte op het lijf = 32-33-36-39-42-43-46 steken op de mouwen en 50-51-56-59-64-69-72 steken op de voor- en achterpanden) = 164-168-184-196-212-224-236 steken. Het werk meet ongeveer 14-14-15-16-18-18-19 cm, gemeten over het midden van de mouw vanaf de opgenomen steken. Bij het dubbel vouwen op de schouder, meet het werk ongeveer 20-20-22-23-26-26-27 cm over het armsgat, gemeten naar beneden. Als het werk korter is dan dit, brei dan verder tot de juiste lengte. Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Brei de eerste 50-51-56-59-64-69-72 steken recht (= voorpand), plaats de volgende 32-33-36-39-42-43-46 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 4-6-6-6-6-8-8 steken op (midden onder de mouw), 50-51-56-59-64-69-72 recht (= achterpand), plaats de volgende 32-33-36-39-42-43-46 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 4-6-6-6-6-8-8 steken op (midden onder de mouw). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. LIJF: = 108-114-124-130-140-154-160 steken. Brei in tricotsteek in de rondte voor nog een 28-30-30-31-29-31-32 cm. Ga verder met rondbreinaald 6 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht), meerder tegelijkertijd 32-34-36-38-44-42-48 steken verdeeld op de eerste naald = 140-148-160-168-184-196-208 steken. Als de boordsteek 5-5-5-5-6-6-6 cm meet, kant dan af met boordsteek. De trui meet ongeveer 58-60-62-64-66-68-70 cm. MOUWEN: Plaats de 32-33-36-39-42-43-46 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 8 mm en neem 1 steek op in elk van de 4-6-6-6-6-8-8 opgezette steken onder de mouw – lees MOUWTIP = 36-39-42-45-48-51-54 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 4-6-6-6-6-8-8 steken onder de mouw - de naald begint bij de markeerdraad. Brei in tricotsteek in de rondte. TEGELIJKERTIJD, als de mouw 1 cm meet vanaf de scheiding, minder dan midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN als volgt: Minder 2 steken iedere 2e naald 1-1-1-1-2-2-3 keer, minder dan 2 steken iedere 12-12-10-7-7-5-5 cm in totaal 1-2-3-4-4-5-5 keer = 32-33-34-35-36-37-38 steken. Brei verder tot de mouw 37-38-37-37-34-35-34 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 6 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht), meerder tegelijkertijd 8-11-10-9-12-11-14 steken verdeeld op de eerste naald = 40-44-44-44-48-48-52 steken. Als de boordsteek 5-5-5-5-6-6-6 cm meet, kant dan af met boordsteek. De mouw meet ongeveer 42-43-42-42-40-41-40 cm vanaf de scheiding. HALS: Gebruik rondbreinaald 6 mm. Neem 54-58-62-66-70-74-78 steken op rondom de halslijn, beginnend op een schouderlijn – het aantal steken moet deelbaar zijn door 4. Brei boordsteek in de rondte (2 recht, 2 averecht) voor 4-4-4-4-5-5-5 cm. Kant ietwat losjes af met boordsteek. |
|
![]() |
|
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #earthboundsweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 34 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 262-28
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.