Dallas schreef:
Did I do something wrong? My gauge is 21 stitches for 4" using #7 needles. I cast on 124 (for a 45" chest measurement) and after knitting an inch or so, and trying it on, it looks enormous! Hmmmm? Relative beginner, so any help you can provide is welcome. Thanks DALLAS
03.07.2025 - 05:22DROPS Design antwoorde:
Dear Dallas, you first work ribbing P1, K1 for the neck edge and even if you cast on with larger needle you should work the rib with smaller needle, so neck edge should be tighter because of rib. Then when you get the 242 sts for body you should get 58 cm measured flat = approx. 46 inches around. Happy knitting!
04.07.2025 - 11:50
Azure Drift#azuredriftsweater |
|
![]() |
![]() |
Gebreide trui voor heren in DROPS Soft Tweed. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met tricotsteek, raglan en dubbele halsrand. Maten XS - XXXL.
DROPS 251-23 |
|
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RAGLAN: Meerder 1 steek door 1 omslag te maken welke als volgt wordt gebreid op de volgende naald: VOOR DE RAGLANSTEKEN: Haal de omslag af en zet hem omgekeerd terug op de naald (voeg de linker naald in aan de achterkant als u hem terugzet). Brei de steek recht in de voorste lus om een gaatje te voorkomen. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. NA DE RAGLANSTEKEN: Brei door de achterste lus om een gaatje te voorkomen. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN: Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). MOUWTIP: Als u steken opneemt onder de mouw, kan er een klein gaatje ontstaan in de overgang tussen de steken op het lijf en de mouw. Dit gaatje kan gesloten worden door de draad tussen 2 steken op te nemen en deze gedraaid samen te breien met de eerste steek tussen het lijf en de mouw. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden en vanaf de rechterschouder achter. Als de pas klaar is, wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid, terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden van boven naar beneden gebreid, in de rondte. De hals wordt dubbelgevouwen en aan de binnenkant vastgemaakt. HALS: Zet 108-116-120-124-128-132-140 steken op met rondbreinaald 4 mm en DROPS Soft Tweed. Ga verder met rondbreinaald 3 mm (opzetten met een grotere naald maakt de opzetrand elastisch). Brei boordsteek in de rondte (1 averecht, 1 recht) voor 9-9-9-10-10-11-11 cm. De hals wordt later dubbelgevouwen en aan de verkeerde kant vastgemaakt, zodat u een halshoogte van ongeveer 4-4-4-4½-4½-5-5 cm heeft. De naald begint op de rechter schouder achter. Voeg 1 markeerdraad in na de eerste 38-41-43-44-45-47-50 steken (ongeveer midden voor). Het werk wordt vanaf hier gemeten. PAS: Voeg 4 markeerdraden in, zonder de steken te breien, voeg de markeerdraden in de averechte steken als volgt: Voeg markeerdraad-1 in de eerste (averechte) steek, tel 21-23-25-25-25-27-29 steken (= mouw), Voeg markeerdraad-2 in de volgende (averechte) steek, tel 31-33-33-35-37-37-39 steken (= voorpand), Voeg markeerdraad-3 in de volgende (averechte) steek, tel 21-23-25-25-25-27-29 steken (= mouw), Voeg markeerdraad-4 in de volgende (averechte) steek, er zijn 31-33-33-35-37-37-39 steken over na de laatste markeerdraad (= achterpand). Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei 1 naald recht, meerder 1 steek in elk van de 4 markeerdraadsteken (meerder door 1 recht te breien in zowel de voorste als de achterste lus van de markeerdraadsteek = 4 gemeerderde steken) = 112-120-124-128-132-136-144 steken. De markeerdraden zit tussen deze 2 steken, de raglansteken. U meerdert voor de raglan aan elke kant van deze 2 steken. De naald begint tussen 2 raglansteken bij markeerdraad-1. Brei in tricotsteek in de rondte en meerder voor de RAGLAN – lees uitleg hierboven, als volgt: NAALD 1: Meerder voor de raglan aan elke kant van alle 4 sets van raglansteken (= 8 gemeerderde steken). LET OP: Op het begin van de naald meerdert u na de raglansteek bij markeerdraad-1 en aan het einde van de naald meerdert u voor de raglansteek bij markeerdraad-1. NAALD 2: Recht – denk om de omslagen zoals beschreven onder RAGLAN. Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 13-10-11-16-12-14-18 keer (26-20-22-32-24-28-36 naalden gebreid) = 216-200-212-256-228-248-288 steken. Denk om de stekenverhouding. Meerder nu als volgt: NAALD 1: Meerder voor de raglan aan elke kant van alle 4 sets van raglansteken (= 8 gemeerderde steken). NAALD 2: Recht – denk om de omslagen zoals uitgelegd hierboven. NAALD 3: Meerder voor de raglan alleen op de voor- en achterpanden, dus na markeerdraden 2 en 4, voor markeerdraden 3 en 1 – meerder niet op de mouwen (= 4 gemeerderde steken). NAALD 4: Recht – denk om de omslagen zoals uitgelegd hierboven. Brei NAALDEN 1 tot 4 in totaal 7-9-10-8-12-12-11 keer (28-36-40-32-48-48-44 naalden gebreid = 7-9-10-8-12-12-11 meerderingen op de mouwen en 14-18-20-16-24-24-22 meerderingen op de voor- en achterpanden) = 300-308-332-352-372-392-420 steken. Alle meerderingen voor de raglan zijn nu klaar. U heeft in totaal 20-19-21-24-24-26-29 keer op de mouwen gemeerderd, 27-28-31-32-36-38-40 keer op de voor- en achterpanden en de pas meet ongeveer 19-20-22-23-26-27-29 cm vanaf de markeerdraad midden voor. Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: De pas wordt verdeeld zodat de raglanlijnen op de voor- en achterpanden komen. Brei 1-1-1-1-1-3-6 recht (deze steken horen bij het achterpand), plaats de volgende 61-61-67-73-73-75-77 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-12-14-18-20-22-24 steken op (onder de mouw), brei 89-93-99-103-113-121-133 recht (= voorpand), plaats de volgende 61-61-67-73-73-75-77 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-12-14-18-20-22-24 steken op (onder de mouw), brei de laatste 88-92-98-102-112-118-127 steken recht (= achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. LIJF: = 194-210-226-242-266-286-314 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 8-12-14-18-20-22-24 opgezette steken onder een mouw. Brei tot de markeerdraad. De nieuwe naald begint hier. Ga verder met tricotsteek in de rondte voor nog een 30-30-30-31-29-30-29 cm. Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht), meerder tegelijkertijd 18-20-22-24-24-26-32 steken verdeeld op naald 1 = 212-230-248-266-290-312-346 steken. Als de boordsteek 6-6-6-6-7-7-7 cm meet, kant dan ietwat losjes af met boordsteek. De trui meet ongeveer 55-56-58-60-62-64-65 cm vanaf de markeerdraad midden voor en 60-62-64-66-68-70-72 cm vanaf de schouder. MOUWEN: Plaats de 61-61-67-73-73-75-77 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 8-12-14-18-20-22-24 opgezette steken onder de mouw – lees MOUWTIP = 69-73-81-91-93-97-101 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 8-12-14-18-20-22-24 steken onder de mouw. Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 1 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2e naald in totaal 4 keer. Brei nu 2-2-2-2-1½-1½-1½ cm zonder te minderen, minder dan opnieuw zoals hiervoor iedere 11-7-4½-3-3-2½-2 cm in totaal 4-6-9-13-13-15-16 keer = 53-53-55-57-59-59-61 steken. Brei verder tot de mouw 48-48-46-46-43-42-41 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht), meerder tegelijkertijd 7-7-7-7-9-9-9 steken verdeeld op de eerste naald = 60-60-62-64-68-68-70 steken. Als de boordsteek 6-6-6-6-7-7-7 cm meet, kant ietwat losjes af met boordsteek. De mouw meet ongeveer 54-54-52-52-50-49-48 cm. AFWERKING: Vouw de hals dubbel naar de binnenkant en naai naar beneden vast. Om te voorkomen dat de hals te strak wordt en naar buiten rolt, is het belangrijk dat de naad elastisch is. |
|
![]() |
|
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #azuredriftsweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 29 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 251-23
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.