Heike schreef:
Hallo, Ich verzweifle gerade an der Fertigstellung der Jacke, vor allem daran die hintere Blende so an-/aufzunähen,, dass es mit gefällt. Gibt es dafür ein Tutorial oder irgendwelche Tipps?
05.06.2025 - 18:16DROPS Design antwoorde:
Liebe Heike, in diesem Video können Sie schauen, wie man Blenden-Maschen zusammennäht und dann en der Halsblende festnäht - hoffentlich kann das Ihnen helfen. Viel Spaß beim Stricken!
06.06.2025 - 08:01
Susi schreef:
Bitte folgendes klären: Das erste Knopfloch soll direkt nach Beendigung der 22 Zunahmen gefertigt werden. Damit liegt der V Ausschnitt bei mir in Größe L etwa 10 Krausrippen höher, als bei Ihren Modell Fotos die sicher eine kleinere Größe zeigen. Nach den Angaben erreiche ich lange nicht die angegebene Ausschnitt Tiefe von 22cm in Größe L. Was ist da falsch erklärt ??? Bitte dringend um Antwort.
23.03.2025 - 17:45DROPS Design antwoorde:
Liebe Susi, die Maßskizze ist etwas standard, der Halsausschnitt in L wird nach 50 Reihen ca 15 cm fertig sein + die 4 cm Schulter sind es nach 19 cm - den Armausschnitt ist tiefer mit 22 cm + 4 cm Schulter. Viel Spaß beim Stricken!
24.03.2025 - 09:36
Susi schreef:
Andrea hat Recht. Die Beschreibung zur Zunahme am V- Ausschnitt ist mißverständlich und sollte im Text entsprechend Ihrer gut erklärten Antwort geändert werden.
11.03.2025 - 13:03
Anna Johansson schreef:
Hej Jag har stickat en provbit och 26 maskor blir 10 cm. Men 34 varv blir bara 8,5 cm. Hur ska jag tänka, det kommer ju inte stämma med raglan…. Mvh Anna
11.03.2025 - 11:19DROPS Design antwoorde:
Hej Anna, da må du strikke en ekstra pind imellem raglanøkningerne en gang imellem, så du kommer op i ret antal cm i højden :)
14.03.2025 - 12:08
Susi schreef:
Wie komme ich nach dem Maschenanschlag 17 M auf die erste Hin Reihe? Stricke ich erst eine Rückreihe linke Maschen, um dann in der Hin Reihe mit A1 beginnen zu können?
08.03.2025 - 09:59DROPS Design antwoorde:
Liebe Susi, bei der rechten Blende stricken Sie zuerst die Hinreihen mit zuerst A.1, dann wie unter RECHTE BLENDE MIT I-CORD: erklärt, bei den Rückreihen stricken Sie zuerst die rechte Blende mit I-cord, dann A.1 (lesen Sie das Diagram links nach rechts bei den Rückreihen). Viel Spaß beim Stricken!
10.03.2025 - 08:07
Andrea schreef:
Liebes Drops-Team, ich verstehe nicht, wo die Zunahme für den V-Ausschnitt erfolgen soll. Sie schreiben „ Für den V-Ausschnitt wird beidseitig innerhalb von A.1 und der Blende in Hin-Reihen zugenommen“ . Wenn ich zwischen A.1 und der Blende zunehme, läuft doch das Muster auseinander, weil die Maschen zwischen A1 und den Blendenmaschen immer mehr werden. Muss es nicht heißen, dass NACH bzw. VOR A.1 zugenommen werden muss? Vielen Dank für die Hilfe und liebe Grüße, Andrea
06.03.2025 - 19:19DROPS Design antwoorde:
Liebe Andrea, so wird man zunehmen: am Anfang einer Hinreihe nach den 8 Blenden-Maschen + A.1 (= nach den 17 ersten Maschen -mit jeweils 9 M in A.1 gezählt), am Ende einer Rückreihe: vor den 17 letzten Maschen, dh vor A.1 (mit 9 M gezählt) + den 8 Blenden-Maschen. Viel Spaß beim Stricken!
07.03.2025 - 08:57
Shirley Williamson schreef:
There is no Chart A1
28.02.2025 - 21:55DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Williamson, you will find diagram A.1 at the bottom of the page on the right side of chart. Happy knitting!
03.03.2025 - 12:12
White River Cardigan#whiterivercardigan |
||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Flora of DROPS Baby Merino. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan, V-hals, kantpatroon, PUNNIKRAND en rolranden. Maten S - XXXL.
DROPS 258-28 |
||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- PATROON: Zie telpatroon A.1. A.1 wordt altijd als 9 steken geteld. Het telpatroon laat alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant. 1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht. RECHTER VOORBIES MET PUNNIKRAND: GOEDE KANT: Brei 6 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. VERKEERDE KANT: Haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht en brei 6 ribbelsteken. LINKER VOORBIES MET PUNNIKRAND: GOEDE KANT: Haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht en brei 6 ribbelsteken. VERKEERDE KANT: Brei 6 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. RAGLAN: Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid! Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, welke als volgt wordt gebreid op de volgende naald (verkeerde kant) om een gaatje te voorkomen: VOOR DE MARKEERDRAAD: Brei averecht door de achterste lus. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. NA DE MARKEERDRAAD: Haal de omslag van de linker naald en zet hem omgekeerd terug op de linker naald (voeg de linker naald in aan de achterkant als u hem terug zet). Brei averecht door de voorste lus. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. V-HALS: Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid! Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, welke als volgt wordt gebreid op de volgende naald om een gaatje te voorkomen (= verkeerde kant): NA DE RECHTER VOORBIES: Haal de omslag van de linker naald af en zet hem omgekeerd terug op de linker naald (voeg de linker naald in aan de achterkant als u hem terug zet). Brei averecht door de voorste lus. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. VOOR DE LINKER VOORBIES: Brei averecht door de achterste lus. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek. KNOOPSGATEN: Brei de knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt) en aan de goede kant, als er 6 steken over zijn op de naald. NAALD 1 (goede kant): Maak 1 omslag, 2 recht samen, 2 recht, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. NAALD 2 (verkeerde kant): Brei de voorbies zoals hiervoor, brei de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt op de eerste naald aan de goede kant gebreid nadat de meerderingen voor de V-hals klaar zijn. Brei dan de andere 3-4-4-4-4-4 knoopsgaten met 8½-7-7½-8-8-8½ cm tussen elk. MOUWTIP: Als u steken opneemt onder de mouwen kunnen er kleine gaatjes ontstaan in de overgang tussen het lijf en de mouwen. Deze kunnen gesloten worden door de draad tussen 2 steken op te nemen en deze gedraaid samen te breien met de volgende steek. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK. Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. De 2 biezen worden eerst gebreid, dan worden er steken tussen de biezen opgezet voor de pas, welke vanaf midden voor wordt gebreid, van boven naar beneden en heen en weer. Als de pas klaar is, wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid, terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden in de rondte gebreid, van boven naar beneden. De biezen worden samen genaaid midden achter en dan aan de achterkant tegen de halslijn genaaid. RECHTER VOORBIES: Zet 17 steken op met rondbreinaald 3 mm en DROPS Flora of DROPS Baby Merino. Brei de eerste naald aan de goede kant als volgt: A.1, brei dan de RECHTER VOORBIES MET PUNNIKRAND – lees beschrijving hierboven. Ga zo verder heen en weer gebreid tot de voorbies 19-19-20-20-21-21 cm meet, eindig na een naald aan de verkeerde kant. Knip de draad af, plaats de steken op een hulpdraad en brei de linker voorbies. LINKER VOORBIES: Zet 17 steken op met rondbreinaald 3 mm. Brei de eerste naald aan de goede kant als volgt: LINKER VOORBIES MET PUNNIKRAND – lees beschrijving hierboven, brei A.1. Ga zo verder heen en weer gebreid tot de voorbies 19-19-20-20-21-21 cm meet, eindig na een naald aan de verkeerde kant. Knip de draad niet af. Ga verder met de pas als volgt: PAS: Keer het werk en brei de steken op de linker voorbies zoals hiervoor, dus de eerste 8 steken volgens voorbies met PUNNIKRAND, dan A.1, zet dan 105-109-111-113-117-119 steken op, brei de rechter voorbies zoals hiervoor aan de goede kant, dus eerst A.1, dan 8 steken volgens voorbies met PUNNIKRAND = 139-143-145-147-151-153 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan de binnenkant van een voorbies; het werk wordt nu vanaf hier gemeten. Voeg 4 markeerdraden in terwijl u de volgende naald aan de verkeerde kant breit als volgt (de markeerdraden worden ingevoegd in de steken – raglansteken – welke in tricotsteek worden gebreid): Brei de 8 voorbiessteken en A.1 zoals hiervoor, 1 averecht (= rechter voorpand), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek en brei deze steek averecht (= raglansteek), 21 averecht (= mouw), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek en brei deze steek averecht (= raglansteek), 57-61-63-65-69-71 averecht (= achterpand), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek en brei deze steek averecht (= raglansteek), 21 averecht (= mouw), voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek en brei deze steek averecht (= raglansteek), 1 averecht en eindig met A.1 en 8 voorbiessteken zoals hiervoor (= linker voorpand). Ga verder met tricotsteek, A.1 en biezen, meerder voor zowel de RAGLAN als de V-HALS – lees uitleg hierboven; lees de volgende 2 delen door voordat u verder gaat. Denk om de stekenverhouding. RAGLAN: Meerder voor de raglan aan elke kant van alle 4 raglansteken (= 8 gemeerderde steken). Meerder iedere 2e naald in totaal 29-31-33-38-39-40 keer. Meerder dan alleen op de voor- en achterpanden – geen verdere meerderingen op de mouwen (= 4 gemeerderde steken). Meerder iedere 2e naald in totaal 1-2-2-1-4-8 keer. U meerdert in totaal 30-33-35-39-43-48 keer op de voor- en achterpanden en 29-31-33-38-39-40 keer op de mouwen. V-HALS: Meerder voor de V-hals op beide kanten van het werk, aan de goede kant, aan de binnenkant van A.1 en de voorbiessteken (= 1 steek gemeerderd aan elke kant). Meerder iedere 2e naald 16-18-19-20-22-23 keer, dan iedere 4e naald 3 keer. U meerdert in totaal 19-21-22-23-25-26 keer voor de V-hals aan elke kant. Als alle meerderingen voor de raglan en V-hals klaar zijn, zijn er 413-441-461-501-529-557 steken. Denk om de knoopsgaten – lees beschrijving hierboven, brei dan verder zonder verdere meerderingen tot de pas 19-20-22-23-26-28 cm meet gemeten recht naar beneden vanaf de markeerdraad midden voor (meet niet langs de V-hals). Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Brei de voorbies en A.1 zoals hiervoor, brei 51-56-59-64-70-76 tricotsteken (= voorpand), plaats de volgende 79-83-87-97-99-101 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-12-16-18-22-26 steken op (onder de mouw), brei 119-129-135-145-157-169 tricotsteken (= achterpand), plaats de volgende 79-83-87-97-99-101 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-12-16-18-22-26 steken op (onder de mouw), brei 51-56-59-64-70-76 tricotsteken, A.1 en voorbies zoals hiervoor (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. LIJF: = 275-299-319-343-375-407 steken. Ga verder met tricotsteek, A.1 en de biezen zoals hiervoor tot het werk 47-49-51-53-55-57 cm meet vanaf de markeerdraad midden voor, met de laatste naald aan de verkeerde kant. Brei 4 naalden boordsteek (1 recht, 1 averecht) over alle steken (inclusief de biezen). Brei 4 naalden tricotsteek en kant ietwat losjes af (= rolrand). De top meet 48-50-52-54-56-58 cm vanaf de markeerdraad midden voor en 52-54-56-58-60-62 cm vanaf bovenkant van de schouder. MOUWEN: Plaats de 79-83-87-97-99-101 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 3 mm en neem 1 steek op in elk van de 10-12-16-18-22-26 opgezette steken onder de mouw – lees MOUWTIP = 89-95-103-115-121-127 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 10-12-16-18-22-26 steken onder de mouw. Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 2-2-2-2-4-3 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3-2½-2-1½-1-1 cm in totaal 13-15-18-23-25-27 keer = 63-65-67-69-71-73 steken. Brei verder tot de mouw 42-41-40-39-37-35 cm meet vanaf de scheiding. Brei 4 naalden boordsteek (1 recht, 1 averecht) en meerder 1 steek op de eerste naald = 64-66-68-70-72-74 steken. Brei 4 naalden tricotsteek, kant dan ietwat losjes af (= rolrand). De mouw meet ongeveer 43-42-41-40-38-36 cm vanaf de scheiding. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. Naai de biezen samen midden achter en naai de biezen aan de halslijn. |
||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||
|
||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #whiterivercardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 32 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 258-28
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.