Åsa Säfström schreef:
Hej igen, det stämmer inte. Jag jämför möster med \"Winter Swirl Cardigan\"\r\nStickad kofta i DROPS Air. Det är en liknande modell i annat garn och stickor. Till den stickbeskrivningen finns ökning och slätstickning i \"ok\"- delen beskrivet samt när mösterstickning ska komma igång. Vem kan översätta den delen till detta stickmönstret?
04.12.2024 - 15:18
Åsa Säfström schreef:
Hej, Enligt stickbeskrivning ska mönstret börja direkt efter halskant. Detta kan inte stämma. När ska den börja?
03.12.2024 - 20:24DROPS Design antwoorde:
Hej Åsa. Du börjar att sticka diagrammen direkt efter halskanten, men om du ser på diagrammen så ser du den tvåfärgade delen börjar en bit upp på diagrammen. Mvh DROPS Design
04.12.2024 - 08:06
COLOMBUS LAURENCE schreef:
Bonjour, je voudrais tricoter ce modèle de veste sans aucun motif une veste unie. Combien de pelotes me faudrait-il s’il vous plaît ? Je vous remercie.
12.11.2024 - 14:26DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Colombus, comme ce modèle a été tricoté avec jacquard, nous avons seulement la quantité pour chaque couleur - et nous n'avons plus le modèle original; vous pouvez ainsi simplement additionner toutes les couleurs, il vous en faudra peut être un peu moins - vous pouvez vous inspirer d'un modèle similaire de même tension (cf ici par ex.). Bon tricot!
12.11.2024 - 16:05
Siv schreef:
Oppskriften mangler
22.10.2024 - 18:52
Spirit of Winter Cardigan#spiritofwintercardigan |
|||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Snow. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met ronde pas, dubbele halsrand, PUNNIKRAND en Scandinavisch patroon met grote sterren. Maten S - XXXL.
DROPS 252-30 |
|||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant. 1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht. BIEZEN MET PUNNIKRAND: BEGIN VAN DE NAALD: Brei de voorbies als volgt: Haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht, brei 4 ribbelsteken. EINDE VAN DE NAALD: Brei de voorbies als volgt: Brei tot er 6 steken over zijn op de naald, brei 4 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. Brei op deze manier aan zowel de goede als de verkeerde kant. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.4. Kies het telpatroon voor uw maat. De telpatronen tonen het patroon aan de goede kant en het patroon wordt in tricotsteek gebreid. Om te voorkomen dat het werk haar elasticiteit verliest wanneer u in patroon breit, is het belangrijk dat de draden aan de achterkant niet te strak zijn. Gebruik een naald in een maat groter wanneer u in patroon breit en het wordt wat te strak. TIP VOOR HET MEERDEREN: Met deze symmetrische meerdering maakt u 1 nieuwe steek. Volg punten 1 tot 4 hieronder: 1. Haal de eerste steek averecht af. Houd de breidraad achter het werk. 2. Voeg de linker naald in achter de afgehaalde steek, dan tussen de afgehaalde steek en de eerste steek op de rechter naald. 3. Maak 1 omslag op de rechter naald en haal deze door zodat u 1 nieuwe steek heeft op de rechter naald. 4. Laat de buitenste lus van de steek op de linker naald vallen, brei de andere lus recht door de voorkant. 1 gemeerderde steek. TIP VOOR HET BREIEN-1: Als u een streep breit met marshmallow in het midden van het telpatroon, worden de biezen nog steeds gebreid met lichtbeige. Gebruik aparte bollen aan elke kant om de biezen te breien, draai de lichtbeige en marshmallow draden samen na/voor de biezen om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET BREIEN-2: Als u steken opneemt onder de mouw, ontstaat er een klein gaatje in de overgang tussen het lijf en de mouw. Dit gaatje kan gesloten worden door de draad tussen twee steken op te nemen en deze gedraaid samen te breien met de volgende steek. TIP VOOR HET MINDEREN: Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). KNOOPSGATEN: Brei de knoopsgaten op de rechter voorbies aan de goede kant. Als er 4 steken over zijn op de naald brei dan als volgt: NAALD 1 (goede kant): Maak 1 omslag, 2 recht samen, 1 recht, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. NAALD 2 (verkeerde kant): Brei de voorbies zoals hiervoor, brei de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt op de eerste naald aan de goede kant gebreid nadat de hals klaar is. Brei dan de andere 4-4-5-5-5-5 knoopsgaten met 11-11½-9½-9½-10-10 cm tussen elk. Het onderste knoopsgat wordt in de overgang tussen de tricotsteek en boordsteek gebreid. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK. Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald, vanaf midden voor en van boven naar beneden. Als de pas klaar is, wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid met de rondbreinaald, terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden in de rondte gebreid. De hals wordt naar de binnenkant gevouwen en naar beneden vast genaaid. HALS: Zet 60-64-64-68-68-72 steken op met rondbreinaald 8 mm en lichtbeige DROPS Snow. Ga verder met rondbreinaald 6 mm (opzetten met een grotere naald maakt de opzetrand elastisch). Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant, brei dan aan de goede kant als volgt: Brei 1 RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, boordsteek (2 recht, 2 averecht) tot er 3 steken over zijn, 2 recht en 1 ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek heen en weer gebreid voor 5-5-5-6-6-6 cm (ongeveer de dubbelgevouwen halshoogte). Zet aan het einde van de volgende 2 naalden 5 steken op voor de biezen = 70-74-74-78-78-82 steken. Ga verder in boordsteek met de buitenste 6 steken aan elke kant gebreid volgens BIEZEN MET PUNNIKRAND – lees beschrijving hierboven. Brei tot de hals 11-11-11-13-13-13 cm meet – eindig met een naald aan de verkeerde kant terwijl het aantal steken aangepast wordt naar 67-73-73-76-76-81 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan de binnenkant van een voorbies; het werk wordt nu vanaf hier gemeten. PAS: Brei PATROON – lees beschrijving hierboven, aan de goede kant als volgt: Ga verder met rondbreinaald 8 mm, brei de voorbies zoals hiervoor, brei A.1, * A.2, A.3 *, brei van *-* 5 keer, brei A.2, A.4 en de voorbies zoals hiervoor – denk om het eerste knoopsgat – lees beschrijving hierboven. Ga verder in patroon en meerder zoals te zien is in de telpatronen. Denk om de stekenverhouding. Als de achtergrond verandert van kleur van lichtbeige naar marshmallow, brei dan de biezen verder met lichtbeige – lees TIP VOOR HET BREIEN-1. Brei tot de pas 21-23-24-24-26-28 cm meet vanaf de markeerdraad. Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen. LET OP: Alle meerderingen in de telpatronen zouden nu klaar moeten zijn = 169-191-191-227-227-239 steken. Het patroon loopt door op het lijf en de mouwen. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Brei 30-34-34-39-40-42 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 30-34-34-42-40-42 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-10-6-10-10 steken op (in de zijkant midden onder de mouw), brei 49-55-55-65-67-71 steken (= achterpand), plaats de volgende 30-34-34-42-40-42 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-10-6-10-10 steken op (in de zijkant midden onder de mouw), brei de laatste 30-34-34-39-40-42 steken zoals hiervoor (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. LIJF: = 121-135-143-155-167-175 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 6-6-10-6-10-10 opgezette steken onder elke mouw. Ga verder in patroon heen en weer gebreid met 6 voorbiessteken aan elke kant zoals hiervoor – LET OP: Het patroon past niet onder de mouwen; brei het patroon tot 1 steek voor elke markeerdraad, brei de volgende 2 steken (1 steek aan elke kant van de markeerdraad) met de achtergrondkleur. Als A.1 tot A.4 klaar zijn in de hoogte, ga dan verder in tricotsteek en biezen met lichtbeige tot het werk 43-45-47-47-49-51 cm meet vanaf de markeerdraad. Begin op de volgende naald aan de goede kant met de boordsteek, meerder TEGELIJKERTIJD 21-23-27-27-27-31 steken verdeeld op de naald = 142-158-170-182-194-206 steken, als volgt: Ga verder met rondbreinaald 6 mm, brei de voorbies zoals hiervoor, brei boordsteek (2 recht, 2 averecht – denk om het meerderen) tot er 8 steken over zijn, 2 recht en de voorbies zoals hiervoor. Als de boordsteek 6-6-6-7-7-7 cm meet, kant dan af. De top meet ongeveer 49-51-53-54-56-58 cm vanaf de markeerdraad en 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder. MOUWEN: Plaats de 30-34-34-42-40-42 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 8 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-6-10-6-10-10 opgezette steken onder de mouw = 36-40-44-48-50-52 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-6-10-6-10-10 steken onder de mouw welke gebruikt wordt voor het minderen onder de mouw. Brei nu in patroon en minder onder de mouw. Lees de volgende 2 delen door voordat u verder gaat. PATROON: Denk om het minderen. Begin op de markeerdraad onder de mouw en ga verder met het patroon vanaf de pas – lees TIP VOOR HET BREIEN-2 – LET OP: De ster is niet symmetrisch op de mouw en het patroon past niet onder de mouw, brei het patroon tot 1 steek voor de markeerdraad, brei de volgende 2 steken (1 steek aan elke kant van de markeerdraad) met de achtergrondkleur. Als het patroon klaar is in de hoogte, ga dan verder met tricotsteek en lichtbeige. MINDER: Als de mouw 2 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3-3-3-2-2-1½ cm in totaal 1-3-4-6-6-7 keer = 34-34-36-36-38-38 steken. Brei tot de mouw 40-38-38-38-37-35 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 6 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht). Meerder tegelijkertijd 6-6-8-8-6-6 steken verdeeld op naald 1 = 40-40-44-44-44-44 steken. Als de boordsteek 6-6-6-7-7-7 cm meet, kant dan af. De mouw meet ongeveer 46-44-44-45-44-42 cm. AFWERKING: Vouw de hals dubbel naar de binnenkant en naai naar beneden vast. Om te voorkomen dat de hals te strak wordt en naar buiten rolt, is het belangrijk dat de naad elastisch is. Naai de openingen op de biezen dicht met kleine steken. Naai de knopen op de linker voorbies. |
|||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #spiritofwintercardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 34 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 252-30
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.