DROPS Cotton Light
DROPS Cotton Light
50% katoen, 50% polyester
vanaf 1.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Christmas Calendar

Holiday Bliss

Gebreide DROPS top in ribbelst met kantpatroon en split middenachter van ”Cotton Light”. Wordt van boven naar beneden gebreid. Maat S-XXXL.

DROPS 170-24
DROPS design: Model nr. cl-059
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL – XXXL
Materiaal:
DROPS COTTON LIGHT van Garnstudio
350-350-400-450-500-550 gr. kleur nr. 02, wit

DROPS RONDBREINLD (60 of 80 cm) 4 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (60 of 80 cm) 3,5 mm - voor de ribbelst.
DROPS PARELMOERKNOOP: gebogen (wit), NR. 521: 1 knoop voor alle maten
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

DROPS Cotton Light
DROPS Cotton Light
50% katoen, 50% polyester
vanaf 1.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

RIBBELST (in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 nld. * brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*.

PATROON:
Zie telpatroon A.1.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Meerder 1 st door een omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid recht (dus brei in de achterste lus van de st).

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
Brei tot er 1 st overblijft voor de markeerder, 1 omsl, brei 2 st in ribbelst (markeerder staat tussen deze 2 st), 1 omsl. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid recht (dus brei in de achterste lus van de st). Brei dan de nieuwe st in tricotst.

KNOOPSGAT:
Maak 1 knoopsgat op het linkerachterpand aan de bovenkant van de split middenachter bij een hoogte van 1½ cm als volgt: brei de 3e en 4e st vanaf de kant r samen en maak 1 omsl.
----------------------------------------------------------

TOP:
Wordt eerst heen en weer gebreid op de nld in delen en daarna in de rondte in patroon. Het werk is wordt van boven naar beneden gebreid.

LINKERACHTERPAND:
Zet 10-12-12-13-13-14 st op met rondbreinld 3,5 mm en Cotton Light. Brei in RIBBELST - zie uitleg boven. Denk om het KNOOPSGAT - zie uitleg boven. Meerder bij een hoogte van 4 cm voor het armsgat als volgt aan de goede kant:
Brei 3 st in ribbelst, 1 omsl (= 1 st gemeerderd) – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-1, brei in ribbelst over de overgebleven 7-9-9-10-10-11 st en zet 1 nieuwe st op voor de hals aan het einde van de nld. Brei 1 nld r. Zet aan het einde van de volgende nld aan de goede kant 14-15-15-16-16-17 nieuwe st op voor de hals = 26-29-29-31-31-33 st. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Ga dan verder met meerderen voor het armsgat en minder en meerder TEGELIJKERTIJD voor de split middenachter als volgt:
ARMSGAT:
Herhaal dit meerderen voor het armsgat elke 4e nld nog 10-12-13-11-6-6 keer en dan om de nld 7-5-6-12-24-26 keer.
SPLIT MIDDENACHTER:
Minder voor de split als volgt (aan de goede kant): brei tot er 5 st over zijn, 2 r samen, brei 3 st in ribbelst. Herhaal dit minderen elke 4e nld nog 3 keer. Meerder dan bij een hoogte van 9-10-11-12-13-14 cm vanaf waar de nieuwe st zijn opgezet voor de hals als volgt (aan de goede kant): brei tot er 3 st over zijn, 1 omsl, brei 3 st in ribbelst. Brei de omsl gedraaid recht in de volgende nld om een gaatje te voorkomen. Herhaal dit meerderen elke 4e nld nog 3 keer. Als alle meerderen voor de armsgaten is gedaan, staan er 43-46-48-54-61-65 st op de nld voor het linkerachterpand. Brei de laatste nld aan de goede kant. Het werk meet ongeveer 17-18-19-20-21-22 cm. Laat het werk rusten en brei het rechterachterpand.

RECHTERACHTERPAND:
Zet op en brei als het linkerachterpand maar in spiegelbeeld. Dus meerder voor het armsgat naast 3 st in ribbelst aan het einde van nld aan de goede kant en zet st op voor de hals aan het einde van de nld aan de verkeerde kant. Als alle meerderen gedaan is, staan er 43-46-48-54-61-65 st op de nld voor het rechterachterpand. Pas aan het linkerachterpand aan. Brei de laatste nld aan de goede kant, zet 3-4-5-6-6-6 st op aan het einde van deze nld, keer het werk en brei als volgt aan de verkeerde kant: brei in ribbelst over de nieuwe 3-4-5-6-6-6 st, in ribbelst over de 43-46-48-54-61-65 st van het rechterachterpand, zet 1-0-1-1-1-0 nieuwe st op, brei dan in ribbelst over de 43-46-48-54-61-65 st van het linkerachterpand aan de verkeerde kant, zet 3-4-5-6-6-6 st op aan het einde van de nld. Er zijn nu 93-100-107-121-135-142 st op het achterpand. Ga verder in ribbelst tot het werk 24-25-27-28-30-31 cm meet vanaf de schouder – pas zo aan dat de laatste nld aan de verkeerde kant is. Zet alle st op een hulpdraad en brei het voorpand.

VOORPAND:
Linkerschouder:
Zet 10-12-12-13-13-14 st op met rondbreinld 3,5 mm en Cotton Light. Brei in ribbelst. Brei bij een hoogte van 4 cm als volgt in de volgende nld aan de goede kant: brei tot er 3 st over zijn, 1 omsl (= 1 st gemeerderd), brei 3 st in ribbelst.
Ga nu verder met meerderen voor het armsgat op dezelfde manier als op het rechterachterpand en zet TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 8-8-10-10-12-12 cm - pas zo aan dat de laatste nld aan de verkeerde kant is - de st op een hulpdraad en brei de rechterschouder.

Rechterschouder:
Zet op en brei als de linkerschouder maar in spiegelbeeld. Meerder st voor het armsgat op dezelfde manier als op het linkerachterpand (dus naast 3 st in ribbelst aan het begin van de nld aan de goede kant).

Brei tot een hoogte van 8-8-10-10-12-12 cm, zet 31-32-33-35-35-36 nieuwe st op voor de hals aan het einde van de nld aan de goede kant, brei dan de st van de hulpdraad (= linkerschouder) op de nld. Ga verder heen en weer in ribbelst. LET OP: Ga verder met meerderen voor de armsgaten als hiervoor. Als alle meerderen voor de armsgaten is gedaan, staan er 87-92-97-109-123-130 st op de nld. Pas zo aan dat de laatste nld aan de verkeerde kant is, zet 3-4-5-6-6-6 st op aan het einde van de nld, keer en brei r over alle st, zet 3-4-5-6-6-6 st op aan het einde van de nld = 93-100-107-121-135-142 st op het voorpand. Het werk meet ongeveer 17-18-19-20-21-22 cm. Ga verder in ribbelst tot het werk 24-25-27-28-30-31 cm meet vanaf de schouder – pas aan het achterpand aan (laatste nld wordt aan de verkeerde kant gebreid).

LIJF:
Brei nu in de rondte. Plaats 1 markeerder in het werk, MEET NU HET WERK VANAF HIER. Ga verder met rondbreinld 4 mm. Brei als volgt aan de goede kant: brei de 93-100-107-121-135-142 st op het voorpand recht, brei dan de st van de hulpdraad op het achterpand op dezelfde rondbreinld = 186-200-214-242-270-284 st op de nld. Plaats een markeerder in de overgang tussen voorpand en achterpand (= 93-100-107-121-135-142 st tussen elke markeerder). De eerste markeerder geeft het begin van de nld aan. Brei 1 nld recht. Brei dan in patroon als volgt: 1 st in tricotst, brei A.1 (= 7 st) 13-14-15-17-19-20 keer in de breedte, 1 st in tricotst, (markeerder is hier), 1 st in tricotst, A.1 13-14-15-17-19-20 keer in de breedte, 1 st in tricotst. Ga verder als volgt: meerder bij een hoogte van 2 cm 1 st aan elke kant van de markeerder aan elke zijkant van het werk - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (= 4 st gemeerderd). Herhaal dit meerderen elke 3½-3-2½-3½-4-3 cm nog 7-8-9-7-6-9 keer = 218-236-254-274-298-324 st. Ga bij een hoogte van 31-32-32-33-33-34 cm (pas zo aan dat u netjes eindigt volgens het patroon) verder met rondbreinld 3,5 mm en brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Kant alle st af. Het hele werk meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de ribbels samen onder elk armsgat in de buitenste lusjes van de kant st (= zijnaden). Naai de knoop aan op de bovenkant van het rechterachterpand.

Telpatroon

symbols = r
symbols = 2 r samen
symbols = 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 170-24

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (34)

country flag Antonietta schreef:

Il modello che vien fuori non corrisponde perfettamente a quello in foto, e ci sono alcuni errori nelle spiegazioni, forse son da rivedere.

10.05.2023 - 22:45

DROPS Design antwoorde:

Buonasera Antonietta, può indicarci gli errori che ha riscontrato? Buon lavoro!

11.05.2023 - 21:34

country flag Marie-José Musters schreef:

Goed passend en bijzonder patroon; mijn zomertop is erg mooi geworden!

01.03.2023 - 18:17

country flag Martine Perrin schreef:

Dear Sirs\r\ni have brought wool for DROPS design: Pattern no cl-059 i am an experienced knitter and this pattern is one of the most frustrating and difficult i have ever come across, please advise if there is an error in the first left hand side of this pattern\r\nregards\r\nMartine

27.04.2022 - 12:44

DROPS Design antwoorde:

Dear Martine, on the left back piece you will increase for armhole after the first 3 sts from RS and then cast on new stitches towards neck (= end of row from RS) = shoulder - you will then cast on new sts for neck (towards split mid back) at the end of next row from RS. And then continue increasing for armhole (beg of row from RS) and decreasing then increasing (end of row from RS) torwards mid back. Can this help?

27.04.2022 - 15:44

country flag Monico schreef:

Bonjour. Pourriez vous me dire pourquoi pour l'échantillon il faut utiliser une aiguille 4 et ensuite dans la conception vous utilisez une aiguille 3,5..... Je ne comprends pas ??

26.04.2021 - 16:48

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Monico, le haut des demi-dos et du devant se tricotent au point mousse avec l'aiguille 3,5 mais vous tricoterez ensuite le point fantaisie avec l'aiguille 4 quand vous réunirez toutes les pièces ensemble - cf DOS & DEVANT. Bon tricot!

27.04.2021 - 07:22

country flag Mary schreef:

Sorry maybe I wasn’t very clear. Left back piece..”cast 14 sts for the neck. Dec for vent as follows...” I understand the buttonhole is when piece measures 1,5cm but my question is if I start the dec after making the buttonhole or immediately after the 14 sts cast on . I hope is clear now . Thanks

03.06.2020 - 19:21

DROPS Design antwoorde:

Dear Mary, the buttonhole should be worked after you have worked 1,5 cm after the 14 new sts cast on: cast on the 14 new sts, increase for armhole and decrease for vent and when piece measures 1,5 cm from the new 14 st cast on, knit the buttonhole. Happy knitting!

04.06.2020 - 08:34

country flag Mary schreef:

Sorry , buttonhole

03.06.2020 - 13:46

country flag Mary schreef:

Hello, should I start the decreasing for the neck immediately after the cast on or after making the butter hole ? Please give me how many rows should I work before start dec for neck. Thank you

03.06.2020 - 13:42

DROPS Design antwoorde:

Dear Mary, the buttonhole is worked on the left back piece, when piece measures 1,5 cm - see BUTTONHOLE. Happy knitting!

03.06.2020 - 15:57

country flag Karen schreef:

Good day, I was wondering why the pattern does not switch to a circular needle after the last increase for the armholes? Would this not alleviate the need for assembly under each arm hole? Am I missing something?

22.04.2020 - 13:54

DROPS Design antwoorde:

Dear Karen, the whole section in garter stitch is worked with smaller needle - you will change to larger needle when working body (then again switch to smaller needles for the 2 ridges at the bottom edge). Happy knitting!

22.04.2020 - 14:13

country flag Ribault Martine schreef:

Bonjour, j'envisage de réaliser ce modèle de top, point mousse et ajouré. Le fil de coton recommandé pour ce modèle est Cotton light 50 % coton, 50 % polyester. Ce fil n'ai pas proposé par la boutique "laine et soie" de Vence (06). Peut être que ce fil n'est plus commercialisé. Si tel est le cas par fil puis-je le remplacer ?? Je vous remercie de bien vouloir me répondre. Cdlt.

09.04.2020 - 22:17

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Ribault, vous pouvez réaliser ce fil soit en Cotton Light soit avec un autre fil du groupe B, essayez notre convertisseur si besoin, et surtout, n'hésitez pas à contacter votre magasin DROPS qui pourra vous renseigner sur ses réelles disponibilités. Bon tricot!

14.04.2020 - 10:02

country flag Lone schreef:

Sød top, som jeg vil prøve at strikke. Jeg vil dog gerne ha mindre ærmegab, således at udtagning til ærme starter før. Har I et tip til hvordan jeg gør?

22.05.2019 - 21:16

DROPS Design antwoorde:

Hei Lone. Ja dette er en flott modell. Om du vil ha mindre ermhull kan du enten øke fler ganger hver 2. pinne, og ferre ganger hver 4. pinne. Eventuelt kan du vurdere om du vil øke 2 masker isteden for 1 over de siste økningene. Nå vet ikke jeg hvilken størrelse du strikker eller hvor mye mindre du ønsker ermhullet, men du kan regne sammen hvor mange omganger økningene går over. Dette kan sammenlignes med hvor mange omganger du ønsker at ermhullet skal strikkes over, og så avgjøre om det holder å øke oftere, eller om du vil øke fler masker. Prøv deg frem. God fornøyelse

23.05.2019 - 07:33