DROPS Ribbon
DROPS Ribbon
45% katoen, 45% viscose, 10% linnen
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Denim
DROPS Denim
100% katoen
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24

Seasons in the Sand

DROPS Trui met ajourmotief, franjes en houten kralen van "Ribbon" en Den-M-nit" of "Bomull-Lin" en "Belle". Maat S - XL.

DROPS 68-1
Maat: S - M - L - XL
Materiaal: DROPS Ribbon van Garnstudio,
400-450-500-550 gr nr. 02, naturel
en gebruik: DROPS Den-M-nit van Garnstudio,
100-100-100-100 gr nr. 52, naturel

Of gebruik:
DROPS BOMULL-LIN van Garnstudio
400-450-500-550 gr nr. 02, naturel.
en gebruik: DROPS BELLE van Garnstudio
100-100-100-100 gr nr. 02, naturel.

DROPS Breinaalden 5,5 mm, of de breinaalden die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.
DROPS Haaknaald 3 mm.

DROPS Houten kralen licht: 40-44-48-52 stk.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Ribbon
DROPS Ribbon
45% katoen, 45% viscose, 10% linnen
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Denim
DROPS Denim
100% katoen
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

Steekverhouding:
16 st x 20 nld met Ribbon of Bomull-Lin op breinld 5,5 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Gebruik indien nodig dikkere of dunnere naalden. Brei altijd een proeflapje!

Tip Breien:
Bandjesgaren heeft de neiging te gaan kinken (op te draaien) tijdens het breien. Draai de bol regelmatig terug, zodat het resultaat zo mooi mogelijk wordt.

Ribbelst (heen en weer breien):
Alle naalden recht breien.

Patroon:
Zie teltekening - M.1. De teltekening geeft het motief weer aan de goede kant.

Tip Afkanten (geldt voor de hals en het armsgat):
Alle minderingen gebeuren aan de goede kant, binnen 4 st. Brei deze st in tricotsteek langs het armsgat en in ribbelst langs de hals. Er zijn 2 soorten minderingen: 1 met gaatjes en 1 zonder gaatjes.
1e mindering = mindering met gaatjes:
Kant af als volgt voor de 4 kantsteken (er staan nog 7 st op de breinld): 1 omslag, 3 r samen.
Kant af als volgt na de 4 kantsteken: Haal 1 st r af, brei 2 st r samen, haal de afgehaalde st over de gebreide st, 1 omslag.
2e mindering = mindering zonder gaatjes:
Kant af als volgt voor de 4 kantsteken: 2 r samen.
Kant af als volgt na de 4 kantsteken: Haal 1 st r af, brei 1 st r, haal de afgehaalde st over de gebreide st.
Brei de 1e en 2e mindering om en om.

Voorpand:
Lees de Tip Breien!
Zet 66-74-82-90 st (inclusief 1 kantst aan weerszijden) op met breinld 5,5 mm en Den-M-nit pf Belle. Brei volgens teltekening M.1. Brei na M.1 verder in tricotsteek met Ribbon of Bomull-Lin tot de gewenste afmetingen – meerder tegelijkertijd in de 2e nld gelijkmatig verdeeld 7 st = 73-81-89-97 st. Let op de steekverhouding! Kant bij een hoogte van 33-35-36-38 cm 1 keer 3-3-4-4 st af voor het armsgat aan weerszijden. Kant daarna 5-7-9-13 keer 1 st af voor het armsgat aan weerszijden in iedere 2e nld - zie Tip afkanten (dwz: er komen 3-4-5-7 gaatjes langs het armsgat). Brei bij een hoogte van 34-36-38-40 cm 4 nld ribbelst over de middelste 5 st, kant daarna de middelste steek af voor het split. Brei ieder deel apart verder. Brei in tricotsteek met 2 st ribbelst langs het split. Brei bij een hoogte van 43-45-47-49 cm 4 nld ribbelst over de 12-12-13-13 st middenvoor. Kant daarna 8-8-9-9 st middenvoor af voor de hals. Kant daarna 7 keer 1 st af aan de halszijde in iedere 2e nld, binnen de 4 st die in ribbelst worden gebreid- zie Tip afkanten (dwz: er komen 4 gaatjes langs de hals) = 13-15-15-15 st over voor iedere schouder. Kant de resterende st af bij een totale hoogte van 52-54-56-58 cm.

Achterpand:
Zet op en brei zoals het voorpand. Kant voor het armsgat af als bij het voorpand. Brei verder tot een hoogte van 49-51-53-55 cm. Brei nu 4 nld ribbelst over de 37-37-39-39 st midden achter. Kant daarna de middelste 29-29-31-31 st af voor de hals. Kant in de volgende nld aan beide halszijden nog 1 st af, binnen de 4 st die in ribbelst worden gebreid = 13-15-15-15 st over voor iedere schouder. Kant alle st af bij een totale hoogte van 52-54-56-58 cm.

Mouwen:
Zet 38-38-40-40 st (inclusief 1 kantst aan weerszijden) op met breinld 5,5 mm en Den-M-nit of Belle. Brei volgens teltekening M.1. Brei na M.1 verder met Ribbon of Bomull-Lin in tricotsteek tot de gewenste afmetingen. Meerder vanaf een hoogte van 10 cm 9-9-10-10 keer 1 st op iedere 4,5-4-3,5-3,5 cm = 56-56-60-60 st. Kant, als de mouw een totale hoogte heeft van 50-48-47-45 cm, af voor de mouwkop aan weerszijden in iedere 2e nld: 1-1-1-1 keer 3 st, 3-3-3-2 keer 2 st en 1-3-5-8 keer 1 st. Kant daarna steeds 2 st af tot een totale hoogte van 58-58-59-59 cm. Kant de resterende st af.

Afwerken:
Sluit de schoudernaden.

Naai de mouwen in de trui. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer met de kantsteek als naadtoeslag.

Kralen:
Rijg 32-36-40-44 kralen aan het Den-M-nit of Belle garen. Haak met haaknld 3 mm langs de onderkant van de panden als volgt: * 3 v (1 v in iedere gebreide st), haak de volgende st als volgt: Trek 1 kraal tot aan de haaknld, haak 1 v en houd met de linkerhand de kraal vast, zodat de draad naar beneden hangt – daardoor wordt de draad waaraan de kraal hangt ca 2 cm lang *, herhaal steeds *-*.

Veter aan de hals:
Knip 1 draad Den-M-nit of Belle van ca 50 cm. Rijg 3 kralen aan de draad, schuif de kralen naar het midden van de draad. Sla de draad dubbel rond de onderste kraal en rijg de draad opnieuw door de twee bovenste kralen. Maak de veter vast aan de bovenkant van het split. Herhaal dit voor de andere kant van het split.

Telpatroon

symbols = Den-M-nit: 1 recht
symbols = Den-M-nit: 1 av (gezien op de goede kant)
symbols = Ribbon: 1 recht, 1 omsl
symbols = Ribbon: 1 av (gezien op de goede kant), en laat de omsl van de vorige nld vallen
symbols = Ribbon: 1 recht
symbols = Ribbon: 1 av (gezien op de goede kant)
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 68-1

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (12)

country flag Sabine wrote:

Guten Tag, ich verstehe nicht wie ich am Halsausschnitt vorgehen soll. Was bedeutet ".... gegen die Mitte vorne .... in Richtung Halsausschnitt stricken" ? Welche 12/ 13 Maschen sind das? Und was ist gemeint mit "am vorderen Rand" ?

07.11.2023 - 20:10

DROPS Design answered:

Liebe Sabine, diese Maschen sind die Maschen am Anfang einer Hinreihe beim rechten Schulter, Vorderteil/einer Rückreihe beim linken Schulter Vorderteil. Diese Maschen werden Krausrechts für die Halsblende gestrickt. Viel Spaß beim stricken!

08.11.2023 - 08:00

country flag Kerstin wrote:

Hej Kan man sticka den i bara Belle? Enkelt eller dubbelt garn isåfall?

28.05.2022 - 12:41

DROPS Design answered:

Hei Kerstin. Denne genseren er skrevet med 2 ulike tykkelse av garn. DROPS Bomull-Lin er litt tykkere enn DROPS Belle, slik at strikkes den med bare 1 tråd DROPS Belle vil ikke den oppgitte strikkefastheten stemme. Om du bruker 2 tråder med DROPS Belle, vil det bli for tykt, sammelignet med DROPS Bomull-Lin. mvh DROPS Design

30.05.2022 - 09:14

country flag Mimosa wrote:

Grazie mille per la gentile risposta

30.04.2020 - 16:35

country flag Mimosa wrote:

Buongiorno. Nella versione in italiano, alle spiegazioni sul davanti, nel suggerimento per le diminuzioni, parla di 4 buchi. Cosa intende? Non ci sono buchi nella lavorazione. Grazie

30.04.2020 - 12:03

DROPS Design answered:

Buongiorno Mimosa. Nel suggerimento per le diminuzioni, viene proposto un metodo che diminuisce le maglie ma al tempo stesso viene fatta 1 maglia gettata. Questa maglia gettata crea un buco prima / dopo le 4 maglie a punto legaccio vicino allo scollo. Se riesce ad ingrandire un po' la fotografia, dovrebbe vedere i buchi. Buon lavoro!

30.04.2020 - 15:47

country flag Pichon wrote:

Un grand merci pour la réponse rapide a mon questionnement sur les diminutions après les 4 mailles Cordialement

03.04.2020 - 08:46

country flag Pichon wrote:

Bonjour , je ne comprends pas très bien les diminutions des emmanchures , Pourriez vous me diriger pour les 4 mailles du bord .Par avance merci

02.04.2020 - 18:02

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Pichon, à 36-38 cm (cf taille), vous rabattez 4 mailles au début des 2 rangs suivants (= sur l'endroit + sur l'envers), au rang suivant sur l'endroit vous diminuez 1 m après les 4 premières mailles et avant les 4 dernières mailles (= 2 diminutions par rang); tricotez le rang suivant sur l'envers et répétez ces 2 rangs 9-13 fois en diminuant alternativement 1 fois sans jeté, 1 fois avec jeté (cf Diminutions). Bon tricot!

03.04.2020 - 07:32

country flag Uschi wrote:

Hallo, ein wunderschönes Modell. Wäre es möglich, den Pullover komplett aus Bomull-Lin zu stricken, ohne Belle? Danke für die Hilfe

14.12.2019 - 14:12

DROPS Design answered:

Liebe Uschi, am besten stricken Sie eine Maschenprobe mit nur Bomull-Lin und eine mit beiden Garne, so können Sie sich entscheiden, ob Ihnen etweder nur Bomull-Lin oder beide gefällt. Viel Spaß beim stricken!

16.12.2019 - 07:58

country flag Karin wrote:

Ich bin jetzt beim Abnehmen der Maschen am Ärmel des Vorderteil. Habe auch schon auf jeder Seite 4 Maschen abgekettelt. Soll ich in den folgenden 13 Reihen jeweils am Reihenanfang 1 Masche zum weiteren Abnehmen zusammen stricken. Doch dann verläuft der Armausschnitt doch schräg und nicht gerade, wie in der Skizze. Erbitte Hilfe

02.08.2019 - 23:14

DROPS Design answered:

Liebe Karin, die Anleitung wurde sprachlich umformuliert und ist nun deutlicher. Beachten Sie den Abnahmetipp, dort ist beschrieben, wie Sie die Abnahmen arbeiten - nämlich nach den ersten 4 bzw. vor den letzten 4 M. Abwechselnd arbeiten Sie Abnahmen mit und ohne Loch. Dadurch, dass Sie neben 4 M abnehmen, wird der Armausschnitt etwas gerader. Die Skizze ist im Übrigen eine Schemazeichnung und gibt nicht jede Schrägung exakt wieder. Gutes Gelingen weiterhin!

03.08.2019 - 09:46

country flag Karin wrote:

Ich möchte das Modell nur mit Belle stricken Xl. Welche Nadelstärke wird empfohlen? Mit 90 Maschen M1 Muster stricken und erst danach 7 Maschen gleichmäßig verteilt zunehmen? VORDERTEIL

29.07.2019 - 15:16

DROPS Design answered:

Liebe Karin, wenn Sie nur Belle verwenden, wird das Maschenbild deutlich luftiger, weil Belle in eine andere Garngruppe gehört. Sie sollten sich daran orientieren, dass Sie die Maschenprobe einhalten und dementsprechend die Nadelstärke wählen. Beachten Sie auch, dass sich die Garnmenge ändert, Sie benötigen weniger Garn, weil Belle eine längere Lauflänge hat. Zur Umrechnung können Sie unseren Garnumrechner verwenden.

29.07.2019 - 15:53

country flag Gisela wrote:

Hallo, nochmal eine Frage zu M.1: wie soll ich das lesen, sind die Zeichen nur die Hinreihen oder sind auch die Rückreihen dargestellt? Freundlichen Gruß aus Bourgas/BG

20.05.2019 - 17:56

DROPS Design answered:

Liebe Gisela, das Diagram zeigt alle Reihen, die Hin- sowie die Rück-Reihen, von der Vorderseite gesehen. Hier lesen Sie mehr über Diagramme. Viel Spaß beim stricken!

21.05.2019 - 09:38