DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.65 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS 69-13
Maat: S/M - M/L – XL
Bovenwijdte: 94-104-116 cm
Materialen: DROPS SAFRAN van Garnstudio,
200-200-250 g kleur no. 14, olijfgroen.
150-150-150 g kleur no. 30, turkoois.
100-100-150 g kleur no. 31, pistache.
50 - 50 - 50 g kleur no. 11, goud
En gebruik: DROPS COTTON-VISCOSE van Garnstudio,
100-100-100 g kleur no. 04, mosterd.
7 DROPS Inka knopen, nr. 531
DROPS sokkenbreinaalden en DROPS rondbreinaald 2.5 mm en 3.5 mm, of de maat die nodig is voor de juiste steekverhouding.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.65 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

Steekverhouding: 23 st x 30 nld = 10 x 10 cm met breinld 3.5 in tricotst.

LET OP: DIT VEST WORDT VOLGENS EEN SCANDINAVISCHE TRADITIE GEBREID. D.w.z. het breiwerk wordt rond gebreid en later worden de st op de middenvoor en bij de armsgaten door geknipt. Deze plekken heten Steek (Zo heet het in het Noors en ook in sommige delen van Schotland) in het patroon. Lees het patroon goed door. Het is minder eng als het lijkt.

Zoom: Brei 4 nld tricotst, brei 1 nld av (op de goede kant voor de vouw - meet het werk vanaf de vouw), 4 nld tricotst.

Patroon: Zie de teltekeningen. Het patroon is gegeven voor de goede kant en wordt geheel in tricotst gebreid. De teltekeningen staan overdwars op de pagina en de eerste nld wijst naar de buitenkant van de pagina.

«M.1 = 11 p = ca 4 cm» = «Teltekening 1 = 11 nld = ca. 4 cm »
«M.2 = 42 p = 14 cm» = «Teltekening 2 = 42 nld = 14 cm »
«M.3 = 72 p = 24 cm» = «Teltekening 3 = 72 nld = 24 cm »
«M.4 = 11 p = ca 4 cm» = «Teltekening 4 = 11 nld = ca. 4 cm»

Voor- en achterpand: Het vest wordt in het rond gebreid op met Steeks voor de armsgaten en het middenvoor.
Zet 219-243-267 st op met rondbreinld 2.5 en olijfgroen. Brei de zoom heen en weer volgens de instructies hierboven. Ga verder met breinld 3.5, meerder 3 st en brei verder rond = 222-246-270 st (de 3 nieuwe st + 1 kantst aan weerskanten = 5 Steek st – brei deze st niet mee in de Teltekening). Brei Teltekening 1 en ga dan door met olijfgroen. Brei bij een hoogte van 12-14-16 cm verder met Teltekening 2, vervolgens Teltekening 3 en ten slotte Teltekening 4 (brei nld na Teltekening 4 met turkoois tot de vereiste afmetingen).
Brei bij een hoogte van 35-36-38 cm de volgende nld als volgt: 5 Steek st op de middenvoor, 48-54-59 st voor het voorpand, kant 12-12-14 st af voor het armsgat, brei 97-109-119 st voor het rugpand, kant 12-12-14 st af voor het armsgat en brei 48-54-59 st voor het voorpand. Zet op de volgende nld 5 st op boven de afgekante st voor de armsgaten aan beide kanten (deze st zijn voor de Steek en worden niet mee gebreid in de teltekening) = 208-232-252 st. Kant vervolgens elke 2e nld 2-5-8 x 1 st af aan weerskanten van de 5 Steek st= 200-212-220 st.

Kant bij een hoogte van 46-48-50 cm de middelste 17-19-21 st van het voorpand af (incl. 5 Steek st) voor de hals = 183-193-199 st. Brei de rest van het vest heen en weer. Kant af voor de hals op elke 2e nld: 2 x 2 st en 6 x 1 st = 163-173-179 sts. Kant bij een hoogte van 52-54-56 cm de middelste 29-31-33 st op het rugpand af voor de hals. Minder elke 2e nld aan weerskanten van de achterhals nog 2 x 1 st = 65-69-71 st aan weerskanten. Kant de resterende st af bij een hoogte van 54-56-58 cm.

Mouwen: zet 48-48-60 st op met sokkenbreinld 2.5 en olijfgroen en olijfgroen; plaats een merkdraad aan het begin van de nld. Brei de zoom – volg de instructies hierboven. Brei verder met nld 3.5 en brei Teltekening 1 en brei verder met olijfgroen. Meerder bij een hoogte van 8 cm 17-19-14 x 1 st aan weerskanten van de merkdraad in iedere 7-6-8 nld = 82-86-88 st. Brei tegelijkertijd bij een hoogte van 12 cm Teltekening 2, dan Teltekening 3, vervolgens Teltekening 4 en ten slotte de rest van de mouw met turkoois.
Deel het werk bij een hoogte van 51-49-48 cm in tweeën bij de merkdraad en brei verder heen en weer. Zet aan weerskanten de st bij een hoogte van 54-52-51 cm in elke 2e nld op een hulpdraad als volgt: 1 x 3 st, 3-6-7 x 2 st 3 x 1 st. Het werk heeft nu en hoogte van ca. 57-57-57 cm. Zet alle st weer op de nld. Brei 2 cm av tricotst en meerder gelijkmatig 10 st op de 1e nld. Kant de st af.

Afwerking: Rijg een merkdraad door de middelste st van de Steek st in elk armsgat en op het middenvoor. Stik met de naaimachine 2 x langs de merkdraden de eerste naad = 1/2 st vanaf de merkdraad, de 2e naad = 1/2 st naast de 1e naad. Knip de Steeks van de middenvoor en de armsgaten door. Sluit de schoudernaden.

Knoopsgatrand: Neem ca. 110 tot 120 st op langs het linker voorpand op rondbreinld 2.5 met olijfgroen. Begin op de goede kant en brei als volgt: 2 cm tricotst, 1 nld av voor de vouw, 2 cm tricotst. Kant af. Doe hetzelfde langs het rechter voorpand maar maak na 1 cm 6 knoopsgaten gelijkmatig verdeeld op de rand. Het eerste knoopsgat komt 1 cm vanaf de onderkant en het bovenste ca. 7-7.5-8 cm van de bovenkant (er komt nog een knoopsgat in het halsboord) – 1 knoopsgat = kant 2 st af en zet op de volgende nld 2 st op boven de 2 afgekante. Maak dezelfde knoopsgaten in het beleg van de rand. Vouw de knoopsgatranden op de av nld dubbel en naai ze vast.

Hals: Neem ca. 90 tot 110 st op langs de hals (en over de knoopsgatranden) met nld 2.5 en olijfgroen. Brei op de goede kant als volgt: 5 nld tricotst – en maak tegelijkertijd na 2 nld een knoopsgat boven de knoopsgaten langs de voorkant, brei 1 nld av voor de vouw en nog 5 nld tricotst. Maak ook een knoopsgat in het halsbeleg. Kant af. Vouw de halsboord dubbel op de av nld en zet hem langs de binnenkant vast.

Afwerking: Vouw de zoom langs de onderkant naar binnen en zet deze vast. Zet de mouwen in het vest en naai de zomen van de mouwen vast. Zet de knopen aan.

Telpatroon

symbols = legergroen Safran
symbols = turkoois Safran
symbols = pistache Safran
symbols = geel Safran
symbols = mosterdgeel Cotton Viscose
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 69-13

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (4)

country flag Tine Lindhardt Vindeløv wrote:

Fortsættelse af anden besked: Glemte lige. Jeg har lavet strikke prøve med 2 tråde Nord påmind 3,5 og det passer med denne model. Men det hjælper ikke, når jeg ikke kan styre 2 farver i hver 2 tråde ifm mønster

27.08.2023 - 19:24

DROPS Design answered:

Hei Tine. Se vår kommentar på ditt forrige spørsmål. mvh DROPS Design

11.09.2023 - 08:17

country flag Tine Lindhardt Vindeløv wrote:

Planen var at lave denne jakke i Drop Nord - med 2tråde så det bliver en tyk tæt vinter jakke. Men jeg syntes det er for svært at strikke mønster med to farver, hvor hver er to tråde. Drop Nord var fordi den er flot, stikker vanter i den nu, og gætter den er slidstærk pga akrylen. Men er Karisma eller Lima slidstærk nok. Har lige haft en Fjellraven 100%uld cardigan, der blev slidt i stykker på albuerne, under armene og kanterne. Det vil jeg gerne undgå. Hvad vil I anbefale?

27.08.2023 - 19:22

DROPS Design answered:

Hej Tine, hvis du hellere vil strikke den i en tråd, så kan du bruge 1 tråd fra garngruppe C (istedet for 2 fra A) og da kan vi anbefale DROPS Nepal eller DROPS Alaska :)

08.09.2023 - 15:03

country flag Britta wrote:

Wunderschön und wirklich tolle Farben. Aber ich würde mich niemals trauen, da am Ende mit der Schere ranzugehen...

23.08.2013 - 11:52

country flag Anik Julia Seehann wrote:

Hallihallo, ich überlege, ob ich das Juli-Angebot nutze, um diese schöne Jacke zu stricken. Dazu wollte ich fragen, wie lang die Rundstricknadel am besten sein soll, da die Jacke ja komplett in Runden gestrickt wird. Ich würde es ganz prima finden, wenn in den Anleitung dazu eine Angabe gemacht werden könnte. Vielen Dank im voraus und für die tollen Ideen mit schöner Wolle. Herzliche Grüße Anik

18.07.2012 - 21:06

DROPS Design answered:

Für solche Kleidungsstücke benutzt man in der Regel 80 cm Rundnadeln.

02.08.2012 - 18:04