DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 165-14
DROPS design: Model nr. z-724
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS ALPACA van Garnstudio
250-250-300-350-350-400 gr. kleur nr. 501, lichtgrijs
50 gr voor alle maten van de volgende kleuren:
kleur nr. 100, naturel
kleur nr. 517, grijs
kleur nr. 8903, zwart
kleur nr. 9020, licht parelgrijs

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 3 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 24 st x 32 nld in tricotst/patroon = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 en 80 cm) 2,5 mm - voor de boordsteek.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

TIP VOOR HET MINDEREN-1:
Zo rekent u uit hoe vaak u moet minderen: neem het totale aantal st op de nld (b.v. 248 st) en deel dit door het aantal te minderen st (b.v. 64) = 3,88. In dit voorbeeld breit u ongeveer elke 3e en 4e st samen.

TIP VOOR HET MINDEREN-2 (voor de zijkanten van het lijf):
Minder 1 st aan elke kant van de markeerders als volgt: begin 5 st voor de markeerder en 2 r samen, 6 r (markeerder is het midden tussen deze st), 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de zijkanten van het lijf):
Meerder 1 st aan elke kant van de markeerders als volgt: Begin 3 st voor de markeerder, 1 omsl, 6 r, 1 omsl. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid recht (dus brei achter in de steek in plaats van voor in de steek) om gaatjes te voorkomen.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.3 – kies het telpatroon voor de juiste maat. Brei het hele patroon in tricotst.

TIP VOOR HET BREIEN:
Om te voorkomen dat het werk te strak wordt als u in patroon breit, is het belangrijk om de draden aan de achterkant van het werk losjes mee te nemen. Als uw breiwerk in patroon dan toch nog te strak wordt, brei dit deel dan met een grotere maat breinaalden.
----------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet 248-272-296-336-376-408 st op met rondbreinld 2,5 mm en lichtgrijs. Brei 1 nld recht. Brei dan 4 cm boordsteek = 2 r/2 av. Brei 1 nld recht en minder TEGELIJKERTIJD 64-68-72-84-96-100 st gelijkmatig - LEES TIP VOOR HET MINDEREN-1 = 184-204-224-252-280-308 st. Plaats 1 markeerder aan elke kant = 92-102-112-126-140-154 st tussen de markeerders op het voorpand en achterpand. Ga verder met rondbreinld 3 mm en brei in tricotst. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Minder bij een hoogte van 8 cm 1 st aan elke kant van beide markeerders - LEES TIP VOOR HET MINDEREN-2 (= 4 st geminderd). Herhaal dit minderen elke 3 cm in totaal 3 keer voor alle maten = 172-192-212-240-268-296 st. Meerder bij een hoogte van 20 cm 1 st aan elke kant van beide markeerders - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 st gemeerderd). Herhaal dit meerderen elke 2½-2½-2½-4½-4½-4½ cm 5-5-5-4-4-4 keer in totaal = 192-212-232-256-284-312 st. Brei bij een hoogte van 32-33-34-35-36-37 cm (het meerderen is nu klaar) in patroon in de rondte volgens telpatroon A.1 - LEES TIP VOOR HET BREIEN. Brei na A.1 1 nld recht met naturel als volgt: kant 4-4-5-5-6-6 st af voor het armsgat, brei 88-98-106-118-130-144 st (= voorpand), kant 8-8-10-10-12-12 st af voor het armsgat, brei 88-98-106-118-130-144 st (= achterpand) en kant de laatste 4-4-5-5-6-6 st af voor het armsgat (het werk meet ongeveer 36-37-38-39-40-41 cm). Laat het werk rusten en brei de mouwen.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet 64-64-68-68-72-72 st op met breinld zonder knop 2,5 mm en lichtgrijs. Brei 1 nld recht. Brei dan 4 cm boordsteek = 2 r/2 av. Brei 1 nld recht en minder TEGELIJKERTIJD 8-8-8-8-10-10 st gelijkmatig = 56-56-60-60-62-62 st. Ga verder met breinld zonder knop 3 mm en brei in tricotst. Meerder bij een hoogte van 8-11-10-10-7-10 cm 2 st midden onder de mouw. Herhaal dit meerderen elke 4-3-3-2½-2½-2 cm 10-12-12-14-15-17 keer in totaal = 76-80-84-88-92-96 st.
Brei tot een hoogte van 44-44-43-43-42-42 cm (LET OP: minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders - en het meerderen is nu klaar) in patroon volgens telpatroon A.1. Brei na A.1 1 nld recht met naturel en kant de middelste 8-8-10-10-12-12 st af onder de mouw = 68-72-74-78-80-84 st over op de nld (het werk meet nu ongeveer 48-48-47-47-46-46 cm). Laat het werk rusten en brei nog een mouw.

PAS:
Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld als het lijf waar afgekant is voor de armsgaten (zonder de st eerst te breien) = 312-340-360-392-420-456 st. Brei 1 nld recht met naturel en minder 8-4-8-8-4-8 st gelijkmatig = 304-336-352-384-416-448 st. Brei dan in patroon in de rondte volgens telpatroon A.2 (kies het telpatroon voor de juiste maat en met de nld gemarkeerd met de pijl in het telpatroon voor de juiste maat).
Minder TEGELIJKERTIJD in de nld gemarkeerd met pijl 1 in het telpatroon 38-42-44-48-52-56 st gelijkmatig (dus brei elke 7e en 8e st r samen) = 266-294-308-336-364-392 st.
Minder in de nld gemarkeerd met pijl 2 in het telpatroon 38-42-44-48-52-56 st weer gelijkmatig (dus brei elke 6e en 7e st r samen) = 228-252-264-288-312-336 st.
Minder in de nld gemarkeerd met pijl 3 in het telpatroon 4-12-8-0-8-0 st gelijkmatig.
MAAT S: brei elke 56e en 57e st r samen,
MAAT M: brei elke 20e en 21e st r samen,
MAAT L: brei elke 32e en 33e st r samen,
MAAT XXL: brei elke 38e en 39e st r samen,
(minder niet voor maat XL en XXXL) = 224-240-256-288-304-336 st. Ga verder in patroon en minder volgens telpatroon = 196-210-224-252-266-294 st op de nld voor pijl 4.
Minder in de nld gemarkeerd met pijl 4 in het telpatroon 28-30-32-36-38-42 st gelijkmatig (dus brei elke 6e en 7e st r samen) = 168-180-192-216-228-252 st. Eindig A.2 (eindig na nld gemarkeerd met pijl voor de juiste maat).

Brei dan in patroon in de rondte volgens telpatroon A.3 (kies het telpatroon voor de juiste maat). Minder TEGELIJKERTIJD in de nld gemarkeerd met pijl 5 in het telpatroon 16-12-8-16-20-28 st gelijkmatig als volgt:
MAAT S: brei afwisselend elke 9e en 10e st en elke 10e en 11e st r samen,
MAAT M: brei elke 14e en 15e st r samen,
MAAT L: brei elke 23e en 24e st r samen,
MAAT XL: brei afwisselend elke 12e en 13e st en elke 13e en 14e st r samen,
MAAT XXL: brei afwisselend elke 10e en 11e st en elke 11e en 12e st r samen,
MAAT XXXL: brei elke 8e en 9e st r samen = 152-168-184-200-208-224 st. Ga verder in patroon. Minder in de nld gemarkeerd met pijl 6 in het telpatroon 24-32-32-40-40-48 st gelijkmatig.
MAAT S: brei elke 5e en 6e st r samen,
MAAT M en XL en XXL: brei ongeveer elke 4e en 5e st r samen,
MAAT L: brei afwisselend elke 4e en 5e st en elke 5e en 6e st r samen,
MAAT XXXL: brei afwisselend elke 3e en 4e st en elke 4e en 5e st r samen = 128-136-152-160-168-176 st.
Minder in de nld gemarkeerd met pijl 7 in het telpatroon 28-36-44-52-52-60 st gelijkmatig.
MAAT S: brei afwisselend elke 3e en 4e st en elke 4e en 5e st r samen,
MAAT M en L: brei ongeveer afwisselend elke 2e en 3e st en elke 3e en 4e st r samen,
Maat XL en XXL en XXXL: brei ongeveer elke 2e en 3e st r samen = 100-100-108-108-116-116 st over op de nld.

RONDING OP HET ACHTERPAND VOOR DE HALS:
Plaats 1 markeerder middenachter. Begin middenachter en brei met lichtgrijs als volgt: 8 st r voorbij de markeerder, keer het werk, trek de draad aan en 16 av terug. Keer het werk, trek de draad aan en 24 r, keer het werk, trek de draad aan en 32 av terug. Ga verder en brei steeds 8 st meer in tricotst elke keer dat u keert tot in totaal 64-64-64-80-80-80 st zijn gebreid tot het laatste keerpunt, keer en brei weer recht terug tot middenachter.

HALSRAND:
Ga verder met een korte rondbreinld 2,5 mm en brei 1 nld recht, brei 1 nld av en brei 1 nld recht met lichtgrijs. Brei dan 3 cm boordsteek = 2 r/2 av. Kant losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht.
De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm tot de schouder.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht.

Telpatroon

symbols = lichtgrijs
symbols = naturel
symbols = grijs
symbols = zwart
symbols = licht parelgrijs
symbols = 2 r samen met licht parelgrijs.
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 165-14

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (24)

country flag Avril wrote:

Hi. I’m afraid I have another question… so I’ve now finished the Ferry Cross jumper and I’m pleased with the result. I would like to know if I can block the garment (I used drops Alpaca) using damp cloth and iron. If not which would be the best method to use. Thank you so much for all the help you have given me.

30.01.2023 - 14:39

DROPS Design answered:

Dear Avril, some customers block, some other never block, so it's up to you, but remember you always should follow the instructions on the label - see shadecard or even more - and do not hesitate to contact your DROPS store for even more tipps and help. Enjoy your jumper!

30.01.2023 - 16:03

country flag Avril wrote:

Hi. I’m about to start the yoke, please can you advise if the beginning of the round is centre back or under the sleeve. Thank you Avril

16.01.2023 - 19:23

DROPS Design answered:

Hi Avril, The beginning of the round is mid-back. Happy knitting!

17.01.2023 - 07:24

country flag Avril wrote:

I am starting to knit Ferry Cross for my daughter. She would like it to be longer than stated in the pattern. Please could you confirm that to increase the overall length I should knit the extra centimetres before the first decreases. Thank you

14.12.2022 - 15:58

DROPS Design answered:

Hi Avril, The best way to increase the length is to add the cms before starting the decreases, as you say. Happy knitting!

15.12.2022 - 06:56

country flag Edith wrote:

Hallo, ich finde nicht, wo im Rumfteil das Muster A2 VOR A1 anfängt. Bitte um Hilfe! Liebe Grüße Edith

31.07.2022 - 14:36

DROPS Design answered:

Liebe Edith, A.2 wird in die Passe gearbeitet.

31.07.2022 - 19:04

country flag Stefanie Boucher wrote:

Bonjour J'ai eu le même soucis que Louise pour le col. Une fois le pull fini pas moyen de le mettre. Beaucoup trop serré pour rentrer la tête. Je fais taille S j'ai dû me résoudre à le détricoter et le refaire en taille M.

04.01.2021 - 16:39

country flag Louise wrote:

Bonjour, . J'ai tricoté la taille S. L'encolure mesure les 16cm indiqués sur le schéma Si on la compare à la photo , elle est beaucoup plus montante et plus étroite. En utilisant la méthode de rabattage préconisée dans les vidéos explicatives, il est impossible d'enfiler le pull qui d'après mes calculs est adapté à 50cm de tour de tête sans l'élargissement dû à l'élasticité de la laine. Que me conseillez vous de faire?.

04.01.2021 - 10:14

DROPS Design answered:

Bonjour Louise, essayez de tricoter les côtes avec les aiguilles 3 pour voir si vous pouvez conserver la circonférence souhaitée, et rappelez-vous de bien rabattre souplement. Bon tricot!

05.01.2021 - 10:22

country flag Stefanie Boucher wrote:

Bonsoir. Je suis à la partie ré-hausse encolure dos et je ne comprends pas du tout. Après mon diagramme A3 j'ai mes 100m. Est-ce que je dois continuer un tour en Jersey jusqu'au milieu du dos et à combien de mailles ça fait au milieu dos ? Je ne comprends vraiment pas du tout cette explication 😕 Merci de votre réponse 😊

30.12.2020 - 21:25

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Boucher, pour bien définir le milieu dos, posez votre ouvrage bien à plat, et marquez le milieu dos. Tricotez ensuite jusqu'au milieu dos et commencez la réhausse. Bon tricot!

04.01.2021 - 13:14

country flag Stefanie wrote:

Bonjour Je viens de tricoter déjà une manche et je viens de me rendre compte que je viens de faire une erreur. Les 8 m qu'il faut rabattre milieu sous la manche, est ce que c'est tout au début qu'il faut rabattre ? Car moi je l'ai fait à partir de la 34eme maille. Je ne comprends pas très bien.

11.12.2020 - 11:27

DROPS Design answered:

Bonjour Stéphanie, les 8 mailles à rabattre sous la manche doivent être au milieu sous la manche, ce sont les mailles qui seront contre les 8 rabattues pour l'emmanchure dos/devant, autrement dit, pour la manche, on va rabattre les 4 dernières mailles du tour + les 4 premières mailles du début du tour. Bon tricot!

11.12.2020 - 13:06

country flag Stefanie wrote:

Bonjour. Je suis actuellement en train de faire ce pull et j'en suis aux manches. J'ai un énorme soucis avec les aiguilles doubles pointes je n'y arrive pas du tout avec 5 aiguilles. Est ce que c'est possible de répartir les mailles sur 3 aiguilles ? Merci d'avance pour votre réponse

23.11.2020 - 16:36

DROPS Design answered:

Bonjour Stéfanie, vous pouvez tout à fait répartir les mailles sur uniquement 3 aiguilles et tricoter avec la 4ème, avez-vous pensé à la technique du magic loop? C'est une alternative aux doubles pointes qui a ses adeptes. Bon tricot!

24.11.2020 - 09:07

country flag Louise wrote:

Bonjour , les diminutions 2 doivent elles être réparties symétriquement par rapport au marqueur indiquant la séparation entre les 2 parties? Dans votre explication il est indiqué de faire à 5 mailles du marqueur une diminution, nous nous retrouvons donc à 4 mailles du marqueur. On nous dit ensuite de tricoter 6 mailles cela nous amène à 2 mailles du marqueur et de diminuer . Au final il y a une diminution à 4 mailles du marqueur et une à 2. Est ce correct?

30.10.2020 - 08:48

DROPS Design answered:

Bonjour Louise, les diminutions-2 sont symétriques par rapport au marqueur, commencez 5 mailles avant le marqueur, tricotez 2 mailles ensemble à l'endroit, 3 mailles endroit, glissez le marqueur, tricotez 3 mailles endroit, puis glissez 1 maille à l'endroit, tricotez 1 maille endroit et passez la maille glissée par-dessus la maille tricoté = vous avez 6 mailles entre les 2 diminutions, 3 de chaque côté du marqueur. Bon tricot!

30.10.2020 - 10:38