DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 1.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 121-32
DROPS design: Model nr. FA-132
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS Fabel
400-450-450-500-550-600 gr. kleur nr. 671, blauw/bruin/mosterd

DROPS BREINLD 3 mm –
of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 24 st x 48 nld in ribbelst en 24 st x 32 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS SCHELPENKNOOP, nr. 525:
6-6-6-7-7-7 stuks.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 1.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.
--------------------------------------------------------

VEST:
Wordt in delen gebreid. De pijlen in het telpatroon geven de breirichting aan.

RECHTER VOORPAND:
Zet 54-59-63-71-75-82 st op (inclusief 1 kant st aan de zijkant) met nld 3 mm en Fabel. Brei RIBBELST – zie boven (nld 1 = goede kant). DENK OM DE STEKENVERHOUDING– LET OP. Het is belangrijk de stekenverhouding juist te hebben in de hoogte en de breedte, anders zal de vorm van het kledingstuk anders worden.
Zet na 6-10-2-10-6-2 nld 1 nieuwe st op aan het einde van de volgende nld richting de zijkant (= aan de goede kant). Herhaal dit meerderen richting de zijkant aan het einde van iedere 6-4-4-2-2-2 nld in totaal 6-8-10-14-16-18 keer = 60-67-73-85-91-100 st. Plaats bij een hoogte van 8 cm een markeerdraad aan de zijkant – MEET NU HET WERK VANAF HIER!

Minder 1 st aan het begin van de nld vanaf middenvoor (= aan de goede kant) door de 2 st naast de kant st recht samen te breien achter in de st. Zet TEGELIJKERTIJD 1 nieuwe st op aan het einde van dezelfde nld (= richting de zijkant). Herhaal dit minderen middenvoor en meerderen richting de zijkant om de nld (dus elke nld aan de goede kant – het totale aantal st blijft constant). Zet
TEGELIJKERTIJD na 1-1-2-3-3-3 cm vanaf de markeerdraad aan de zijkant nog 1 st op richting de zijkant (dus zet in deze nld 2 nieuwe st op richting de zijkant). Herhaal dit meerderen elke 2.5-2.5-2.5-3.5-3.5-3.5 cm in totaal 12-12-12-9-9-9 keer = 72-79-85-94-100-109 st op de nld – LET OP: Meet langs de zijkant op het voorpand (niet in de breirichting).

ARMSGATEN:
Stop bij een hoogte van 29-30-31-32-33-34 cm vanaf de markeerdraad aan de zijkant (gemeten omhoog langs de zijkant) met meerderen om de nld aan de zijkant (ga wel verder met minderen middenvoor als hiervoor). Minder nu ook 1 st aan het begin van iedere nld vanaf de zijkant (= aan de verkeerde kant) in totaal 10-12-14-19-22-26 keer. Meerder na de laatste mindering aan de zijkant opnieuw als hiervoor (dus zet 1 nieuwe st op aan het einde van iedere nld richting de armsgaten), en ga verder met minderen middenvoor als hiervoor.

HALS:
Kant als het armsgat 19-20-21-22-23-24 cm meet gemeten langs de zijkant (het totale werk meet nu ongeveer 48-50-52-54-56-58 cm vanaf de markeerdraad aan de zijkant) 12-11-13-12-8-9 st af vanaf middenvoor voor de hals (kant af aan de goede kant) = 40-44-44-44-48-48 st over op de nld.
Minder nu 1 st aan het begin van iedere nld aan iedere kant (dus aan de goede kant en aan de verkeerde kant) tot alle st zij afgekant, knip de draad en zet vast.

LINKER VOORPAND:
Zet op en brei als het rechter voorpand, maar in spiegelbeeld, dus brei nld 1 aan de verkeerde kant (niet aan de goede kant).. Maak alle minderingen middenvoor en de meerderingen aan de zijkant elke nld aan de verkeerde kant (in plaats van iedere nld aan de goede kant).

ACHTERPAND:
Zet 100-110-120-134-144-158 st op (inclusief 1 kant st aan iedere kant) met nld 3 mm en Fabel. Brei ribbelst. Minder bij een hoogte van 2 cm 1 st aan iedere kant en herhaal dit minderen aan iedere kant elke 2 cm in totaal 4 keer = 92-102-112-126-136-150 st. Meerder bij een hoogte van 10-10-11-11-11-11 cm 1 st aan iedere kant en herhaal dit meerderen aan iedere kant elke
6-6.5-6.5-6.5-7-7 cm in totaal 5 keer = 102-112-122-136-146-160 st.

Kant bij een hoogte van 37-38-39-40-41-42 cm 10-13-15-20-23-27 st af aan het begin van de volgende 2 nld voor de armsgaten = 82-86-92-96-100-106 st. Ga verder in ribbelst tot het werk 54-56-58-60-62-64 cm meet. Kant nu de middelste 24-24-28-32-34-38 st af voor de hals en brei iedere schouder apart verder = 29-31-32-32-33-34 st over voor iedere schouder. Kant af als het achterpand even hoog is als de voorpanden.

MOUWEN:
Zet 58-60-62-64-64-66 st op (inclusief 1 kant st aan iedere kant) met nld 3 mm en Fabel. Brei ribbelst. Ga bij een hoogte van 9 cm verder in averechte tricotst. Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 12-9-12-9-11-9 cm 1 st aan iedere kant. Herhaal dit meerderen elke 2.5-2.5-2-2-1.5-1.5 cm in totaal 15-17-18-19-22-23 keer = 88-94-98-102-108-112 st. Plaats bij een hoogte van 51-50-49-47-46-44 cm een markeerdraad aan iedere kant (markeert waar de mouw in het armsgat genaaid dient te worden). Ga verder in averechte tricotst tot het werk 55 cm meet voor alle maten. Kant nu 4 st af aan het begin van iedere nld aan iedere kant tot het werk 57 cm meet voor alle maten. Kant alle st af.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden dicht. Naai de zijnaden dicht naast de kant st. Naai de mouw samen tot de markeerdraad naast de kant st en naai de mouwen in het lijf.

RECHTER VOORBIES:
Neem aan de goede kant ongeveer 94-110 st op langs het rechter voorpand met nld 3 mm en Fabel (neem 1 st op ongeveer om de ribbelst nld en pas het aantal st in de eerste nld aan zodat de bies netjes gelijkmatig wordt en neem het genoemde aantal st hierboven als leidraad). Brei ribbelst heen en weer op de nld. Maak na 1 cm 6-6-6-7-7-7 knoopsgaten gelijkmatig verdeeld. Plaats het bovenste knoopsgat ongeveer 1.5 cm vanaf de bovenkant en het onderste ongeveer 4 cm vanaf de onderkant.
1 KNOOPSGAT = kant 1 st af en zet 1 nieuwe st op in de volgende nld. Kant af met rechte st aan de verkeerde kant als de voorbies ongeveer 2-2.5 cm meet.
Herhaal langs het linker voorpand, maar zonder knoopsgaten.
Naai de knopen aan.

Telpatroon

diagram measurements
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 121-32

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (24)

country flag Christy Kay Morse wrote:

The instructions for the back indicate that a number of sts are CO at the armhole. The schematic shows this notch. However, the schematic also shows a notch indicating that armholes sts are also BO for the fronts. The instructions for the fronts do not include any BO sts. The instructions actually seem to create a curved armhole starting at the sweater side to the shoulder. The fronts will not match the back, and the sleeves will fit differently re: the front and back. Is this correct?

22.06.2023 - 20:42

DROPS Design answered:

Dear Mrs Morse, pattern is correct, back piece is worked the traditionnel way:from bottom up while front pieces are worked diagonally reason why the armhole shaping will be worked a different way on front pieces and on back piece. Check your tension (both in width and height) and follow the instructions step by step, you will see the piece getting its shape by and by. Happy knitting!

23.06.2023 - 07:40

country flag Kristin Martinsen wrote:

Kan man strikke denne jakken i glattstrikning?

28.01.2020 - 13:13

country flag Harma Van Dijk wrote:

Ik heb het rechtervoorpand van het patroon sweet vicroria precies zo gebreid als aangegeven maar het wordt totaal anders als de tekening. Bijvoorbeeld het armsgat. Op de tekening staat het armsgat recht naar boven maar op het patroon staat dat ik moet meerderen bij het armsgat. Op de tekening staat voor de hals schuine minderingen maar daar vind ik in het patroon niets van terug. Ik ben toch best een gevorderd breister maar van dit patroon is niets te snappen.

14.11.2019 - 17:03

country flag Mieke wrote:

Hallo, had net vergeten het goede land te selecteren. Mijn vraag was of ik dit vest ook geheel in tricotsteek kan breien i.p.v. ribbelsteek?

11.08.2018 - 21:48

DROPS Design answered:

Dag Mieke, Bij dit patroon is het belangrijk dat de stekenverhouding zowel in de breedte als in de hoogte klopt, anders krijgt het kledingstuk een andere vorm (omdat je steeds meerdert/mindert aan de zijkanten). Tricotsteek geeft een andere stekenverhouding dan ribbels. Hier moet je even goed op letten.

12.08.2018 - 17:29

country flag Mieke wrote:

Zou het ook mogelijk zijn om dit vest geheel in tricotsteek te breien i.p.v. ribbelsteek ?

11.08.2018 - 21:08

country flag Protin wrote:

Bonjour. Sur le devant droit, quand il faut mesurer à partir du marqueur, faut il mesurer en diagonale le long de la bordure ou tout droit en hauteur ? Merci pour votre aide. Mme Protin.

10.08.2014 - 17:02

Protin answered:

Veuillez m'excuser et ne pas tenir compte de ma question précédente : la réponse est plus loin dans les explications. Désolée.

10.08.2014 - 17:18

country flag Jenny wrote:

Den här är underbar, men tar så lång tid att sticka, kan ni inte göra den i två trådar, eller i två olika kvaliteter?

20.02.2014 - 19:56

country flag Cris wrote:

Oui, je parle de l'emmanchure bien sûr, sur le dessin elle est à angle droit or on doit diminuer 10 fois 1 m, ça ne peut faire un angle droit ?

01.12.2012 - 19:53

country flag Cris wrote:

Oui, je parle de l'emmanchure bien sûr, sur le dessin elle est à angle droit or on doit diminuer 10 fois 1 m, ça ne peut faire un angle droit ?

01.12.2012 - 19:53

DROPS Design answered:

Bonjour Cris, effectivement, l'emmanchure du devant se forme ainsi on arrête les augmentations tous les 2 rangs sur le côté mais on continue les diminutions au milieu devant comme avant et on diminue 10 fois 1 m tous les 2 rangs côté emmanchure (= au début de chaque rang commençant par le côté emmanchure). Quand ces diminutions sont faites, on reprend les augmentations comme avant. Bon tricot !

03.12.2012 - 09:45

country flag Cris wrote:

Je ne comprends pas les diminutions du devant : sur le dessin on voit nettement un angle droit et les explications diminuent trés progressivement

21.11.2012 - 12:22

DROPS Design answered:

Bonjour Cris, pour le devant, on diminue 1 m en début de rang à partir du milieu devant, et, en même temps, on monte 1 m à la fin du même rang, et on répète ces dim/augm tous les 2 rangs = le nombre de mailles reste le même, et, en même temps, on monte 1 m sur le côté 12-9 fois (cf taille). Bon tricot !

21.11.2012 - 14:12