Rosewood Jacket#rosewoodjacket |
|||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Sky. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met ronde pas, Scandinavisch patroon, A-lijn en ¾-lengte mouwen. Maten S - XXXL.
DROPS 201-3 |
|||||||||||||||||||
UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. TIP VOOR HET BREIEN: Om te voorkomen dat de stekenverhouding strakker wordt als u in patroon breit, is het belangrijk dat de draden op de achterkant niet te strak zijn. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid. Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 107 steken) minus de biezen (dus 10 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken meerderingen (dus 38) = 2.6. In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend elke 2e en 3e steek. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen - meerder niet op de biezen. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de zijkanten van het lijf): Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid! Brei tot er 4 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, brei 8 recht (de markeerdraad zit in midden van deze 8 steken), 1 omslag (= 2 steken gemeerderd op elke markeerdraad en in totaal 4 steken gemeerderd op de naald). Brei op de volgende naald de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (voor midden onder de mouwen): Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 2 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 2 steken), 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouwen): Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit in midden van deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). KNOOPSGATEN: Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 3 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, 2 recht samen en brei de laatste steek recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt gebreid als de boordsteek in de hals ongeveer 1½-2 cm meet. De andere 6-6-6-6-7-7 knoopsgaten worden gebreid met ongeveer 8-8-8½-8½-8-8 cm tussen elk. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald vanaf midden voor, van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen. Het lijf wordt verder heen en weer gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden. De mouwen worden in de rondte gebreid met een korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop. HALS: Zet 107-112-112-117-122-127 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant richting midden voor) met rondbreinaald 3.5 mm en licht lila. Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant). De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: Brei 5 voorbiessteken in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, * 2 recht, 3 averecht *, brei van *-* tot er 7 steken over zijn op de naald, 2 recht en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor 3 cm – denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Als de boordsteek klaar is brei dan 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 38-40-42-42-44-46 steken verdeeld meerdert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 145-152-154-159-166-173 steken. Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant (de biezen worden in ribbelsteek gebreid). Brei dan de pas zoals beschreven hieronder. PAS: Brei tricotsteek heen en weer gebreid met licht lila en 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant, richting midden voor. Meerder tegelijkertijd zoals beschreven hieronder. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als het werk 5-5-5-5-5-6 cm meet vanaf de opzetrand, meerder dan 44-46-50-50-52-52 steken verdeeld = 189-198-204-209-218-225 steken. Als het werk 7-7-7-7-7-9 cm meet vanaf de opzetrand, meerder dan 38-41-47-40-42-44 steken verdeeld = 227-239-251-249-260-269 steken. De meerderingen zijn nu klaar in maten S, M en L. XL, XXL en XXXL: Als het werk 9-10-12 cm meet vanaf de opzetrand, meerder dan 38-39-42 steken verdeeld = 287-299-311 steken. ALLE MATEN: = 227-239-251-287-299-311 steken. Brei verder zonder verdere meerderingen tot het werk 8-9-10-11-13-15 cm meet vanaf de opzetrand. Begin nu met het patroon op de pas – lees TIP VOOR HET BREIEN! De eerste naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, brei A.1A tot er 6 steken over zijn op de naald (= 18-19-20-23-24-25 herhalingen van 12 steken), brei A.1B (= 1 steek) en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon. Meerder TEGELIJKERTIJD op elke naald gemarkeerd met een pijl in A.1A als volgt. Naald met pijl-1 in A.1A meerder 24-36-36-36-48-48 steken verdeeld = 251-275-287-323-347-359 steken (er is nu ruimte voor 20-22-23-26-28-29 herhalingen van 12 steken). Naald met pijl-2 in A.1A meerder 24-24-36-36-36-48 steken verdeeld = 275-299-323-359-383-407 steken (er is nu ruimte voor 22-24-26-29-31-33 herhalingen van 12 steken). Als A.1 klaar is ga dan verder met tricotsteek en 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant en gebruik licht lila tot het werk 21-23-25-27-29-31 cm meet vanaf de opzetrand De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de verkeerde kant: Brei de eerste 46-49-51-57-62-67 steken in ribbelsteek en tricotsteek zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 50-56-64-70-72-74 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-14 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei 83-89-93-105-115-125 steken in tricotsteek zoals hiervoor (= achterpand), plaats de volgende 50-56-64-70-72-74 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-14 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 46-49-51-57-62-67 steken in tricotsteek en ribbelsteek zoals hiervoor (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden nu apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! LIJF: = 191-203-215-239-263-287 steken. Voeg 1 markeerdraad in 50-53-56-62-68-74 steken in vanaf elke kant (= 91-97-103-115-127-139 steken tussen de markeerdraden op het achterpand). Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden later gebruikt bij het meerderen in de zijkanten. Brei tricotsteek heen en weer gebreid met licht lila en 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant, richting midden voor. Als het werk 2-2-2-1-1-1 cm meet vanaf de scheiding, brei dan een kantpatroonrand als volgt aan de goede kant: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, brei A.2A tot er 18 steken over zijn op de naald (= 14-15-16-18-20-22 herhalingen van 12 steken), brei A.2B (= 12 steken), brei A.2C (= 1 steek) en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon. Als A.2 klaar is, ga dan verder met tricotsteek en 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant richting midden voor. Als het werk 5 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Meerder zo iedere 5 cm in totaal 5 keer aan elke kant = 211-223-235-259-283-307 steken. Brei verder tot het werk 27 cm meet vanaf de scheiding in alle maten (of tot de gewenste lengte; er is 3 cm over tot de gewenste lengte). Brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 51-54-57-63-69-75 steken verdeeld meerdert = 262-277-292-322-352-382 steken. Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm. Brei de volgende naald als volgt aan de verkeerde kant: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, * 2 averecht, 3 recht *, brei van *-* tot er 7 steken over zijn op de naald, 2 averecht en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor 3 cm. Kant dan losjes af met ribbelsteek over ribbelsteek, recht boven recht en averecht boven averecht. Het vest meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Plaats de 50-56-64-70-72-74 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4.5 mm en neem 1 steek op in elk van de 8-8-10-10-12-14 opgezette steken onder de mouw = 58-64-74-80-84-88 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van deze 8-8-10-10-12-14 steken. Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt later gebruikt bij het minderen onder de mouw. Begin de naald bij de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte met licht lila. Als het werk 2-2-2-1-1-1 cm meet vanaf de scheiding, brei dan de volgende naald als volgt: 4-1-0-3-5-1 steken in tricotsteek, brei A.2A over de volgende 36-48-60-60-60-72 steken (= 3-4-5-5-5-6 herhalingen van 12 steken), brei A.2B (= 12 steken), brei A.2C (=1 steek)en eindig met 5-2-1-4-6-2 steken in tricotsteek. Ga verder met dit patroon. Als A.2 klaar is ga dan verder met tricotsteek. TEGELIJKERTIJD als het werk 3-3-3-2-2-2 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3-2-1-1-1-1 cm in totaal 4-6-10-11-11-11 keer = 50-52-54-58-62-66 steken. Als de mouw 15-15-15-14-14-14 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-3. Meerder zo iedere 3-3-2½-2½-2½-2 cm in totaal 5 keer in alle maten = 60-62-64-68-72-76 steken. Brei verder tot de mouw 32-30-29-28-27-25 cm meet vanaf de scheiding (kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een bredere hals en een langere pas). Brei 1 naald recht terwijl u 15-13-16-17-18-19 steken verdeeld meerdert = 75-75-80-85-90-95 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm. Brei 3 cm boordsteek in de rondte (= 2 recht / 3 averecht). Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. De mouw meet ongeveer 35-33-32-31-30-28 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. |
|||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #rosewoodjacket of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 28 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 201-3
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.