DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS Cotton Merino yarn
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 2.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425
DROPS Children 26-10

#cleverclarksweater

DROPS design: Model nr. cm-005-bn
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: (12/18) maanden 2 - 3/4 - 5/6 - 7/8 - 9/10 jaar
Maat in cm: (80/86) 92 - 98/104 - 110/116 - 122/128 - 134/140
Materiaal:
DROPS COTTON MERINO van Garnstudio
(200) 250-250-250-300-350 gr. kleur nr. 15, mosterdgeel

DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (60 cm) 4 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 en 60 cm) 3 mm - voor de rand in ribbelst.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 2.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 nld. * brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

RAGLAN:
Minder voor de raglan in elke overgang tussen mouwen en lijf.
Aan de goede kant:
Begin 2 st voor de markeerder, 2 r samen, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh (= 2 st geminderd).
Aan de verkeerde kant:
Begin 2 st voor de markeerder, 2 av gedraaid samen, 2 av samen (= 2 st geminderd).
----------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet (126) 134-142-150-158-170 st op met rondbreinld 3 mm en Cotton Merino. Brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga verder met rondbreinld 4 mm en brei in tricotst. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei bij een hoogte van (16) 17-19-22-24-27 cm in patroon in de rondte volgens telpatroon A.1. Als A.1 klaar is, brei dan in patroon in de rondte volgens telpatroon A.2. Brei bij een hoogte van (20) 22-25-28-31-34 cm de volgende nld als volgt: kant 3 st af voor het armsgat, brei (57) 61-65-69-73-79 st (= voorpand), kant 6 st af voor het armsgat, brei (57) 61-65-69-73-79 st als hiervoor (= achterpand) en kant de laatste 3 st op de nld af voor het armsgat. Laat het werk rusten en brei de mouwen.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet (34) 36-38-38-40-40 st op met breinld zonder knop 3 mm en Cotton Merino. Brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga verder met breinld zonder knop 4 mm en brei in tricotst. Meerder bij een hoogte van (6) 6-7-6-7-7 cm 2 st midden onder de mouw. Herhaal dit meerderen elke (1½) 2-2-2-2-2 cm (9) 9-10-13-14-16 keer in totaal = (52) 54-58-64-68-72 st. Brei TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van (17) 20-23-27-29-33 cm in patroon in de rondte volgens telpatroon A.1. Als A.1 klaar is, brei dan in patroon in de rondte volgens telpatroon A.2. Kant TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van (21) 25-29-33-36-40 cm (pas zo aan dat u eindigt op dezelfde nld in het telpatroon als op het lijf) 6 st af midden onder de mouw = (46) 48-52-58-62-66 st. Laat het werk rusten en brei nog een mouw.

PAS:
Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld als het lijf waar afgekant is voor de armsgaten (zonder ze eerst te breien) = (206) 218-234-254-270-290 st. Plaats 1 markeerder in alle overgangen tussen mouwen en lijf = 4 markeerders.
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!

RAGLAN: Ga verder in patroon in de rondte als hiervoor over alle st. Minder TEGELIJKERTIJD in de 1e nld voor de RAGLAN – zie uitleg boven (= 8 st geminderd). Herhaal dit minderen om de nld in totaal (13) 14-16-15-17-17 keer en dan elke nld in totaal (3) 3-3-7-7-9 keer.

HALS: zet TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van (29) 31-35-39-42-46 cm de middelste (17) 17-15-13-9-11 st aan het voorpand op 1 hulpdraad voor de hals (brei de st voordat u ze op de hulpdraad zet en brei het werk verder heen en weer op de rondbreinld).
Ga verder en kant af voor de hals aan het begin van elke nld langs de hals als volgt: (1) 1-1-1-2-2 keer 2 st en (0) 1-2-2-2-2 keer 1 st.

Als alle minderingen voor de raglan en afkanten voor de hals zijn gedaan, zijn er (57) 59-59-57-57-59 st over op de nld en meet het werk ongeveer (33) 36-40-44-48-52 cm tot de schouder.

HALSRAND: neem aan de goede kant ongeveer 86 tot 92 st op langs de hals (incl. de st op de hulpdraad aan het voorpand) met rondbreinld 3 mm en Cotton Merino. Brei 1 nld av en minder gelijkmatig tot (62) 70-76-80-88-88 st. Brei 1 nld recht en brei 1 nld av en kant dan losjes af met rechte st.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht.

Telpatroon

recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant<br />
= recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant<br />
= averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
Diagram for DROPS Children 26-10
Diagram for DROPS Children 26-10

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 26-10

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (52)

Fiona Johnston schreef:

This is an excellent pattern. I have recently knitted a two-colour version for my 2 year old grandson. It is a perfect winter jumper for a child

06.08.2017 - 10:22

country flag Ladena schreef:

Dobrý den, prosím o radu,jak plést raglánové sedlo na kruhových jehlicích dokola, tj. jen z lícové řady. V návodu je uvedena i strana rubová. Tomu bohužel nerozumím Děkuji. Ladena

13.06.2017 - 00:12

DROPS Design antwoorde:

Dobrý den, Ladeno, kruhové sedlo pleteme v kruhových řadách (tj. jen z lícové strany) až do chvíle, kdy uzavřeme oka pro průkrčník - pak musíme zbylou horní část doplést v řadách (tj. lícové a rubové řady). Hodně zdaru! Hana

21.09.2017 - 06:58

country flag Claire Brunelle schreef:

Bonjour, Je trouve ce modèle très joli et suis en train de le tricoter pour mon petit fils de 6 ans. J'ai tricoté le corps du chandail et les deux manches. J'ai de la difficulté à mettre les mailles des manches sur l'aiguille circulaire du corps car cela "tire" énormément. J'utilise les aiguilles 4 mm rondes de 60 cm. Y a-t-il une façon pour faciliter la tâche. Merci de vos conseils.

29.03.2017 - 01:14

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Brunelle, les premiers rangs de l'empiècement peuvent être un peu plus serrés à tricoter, vous pouvez vous aider d'une autre aiguille circulaire/ d'aiguilles doubles pointes pendant les premiers tours, puis vous pourrez continuer avec une seule aiguille circulaire après quelques tours. Bon tricot!

29.03.2017 - 09:51

country flag Mirjam Gille Fält schreef:

Raglan förklaras med minsking från rätsidan respektive avigsidan. Menar man framstycke och bakstycke eller ska detta inte stickas runt?

12.12.2016 - 10:41

DROPS Design antwoorde:

Hej Mirjam. Jo, du starter med at strikke rundt, men naar du har lukket af for halsen skal du strikke frem og tilbage. Derfor beskrivelse for begge.

12.12.2016 - 13:38

country flag Karen schreef:

Kanten forneden ruller, hvordan får jeg den til at ligge pænt?

28.11.2016 - 19:29

DROPS Design antwoorde:

Hej Karen. Det plejer at vaere nok at du bringer den i form naar du har vasket den naar den er faerdig. Ellers kan du presse den let naar den er faerdig (med et strygejern og et fugtigt viskestykke mellem).

29.11.2016 - 12:19

country flag Laila Ilselil Rasmussen schreef:

Er nået til bærestykket, hvor der står" Læs resten af bærestk. før der strikkes videre" det stk mangler I opskrikten. Samtidig er man jo ved at brække armene, når alle stk. er sat på rundpinden. Hjælp mig

27.09.2016 - 13:29

DROPS Design antwoorde:

Hej Laila. Opskriften er komplet. Resten af baerestykket er RAGLAN (indtagningerne), HALS og HALSKANTEN. Saa laes det igennem og du ser hvad du skal göre. Jeg forstaar ikke hvad du mener med at du er ved at braekke armene. Men hvis det er lidt stramt i förste pind (overgangene), saa plejer det at vaere vaek indenfor de förste par pinde. Har du ikke plads til alle m paa pinden, skift til en större pind.

27.09.2016 - 15:22

country flag Alexa schreef:

Hallo! Ich stricke genau nach Anleitung, aber das Bündchen klappt nach oben. Wie verhindert man das? Dankeschön!

27.06.2016 - 12:04

DROPS Design antwoorde:

Liebe Alexa, wenn Sie noch ganz am Anfang sind, würde ich es mit einer anderen Nadelstärke probieren, ansonsten können Sie das Teil spannen.

30.06.2016 - 13:54

country flag Brigitte schreef:

En fait, qu'appelez vous endroit et envers dans un ouvrage tricoté en rond?Comment les différencier.

20.03.2016 - 07:57

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Brigitte, quand vous aurez mis les 9-17 m en attente pour l'encolure (empiècement), il vous faudra continuer en allers et retours et en même temps rabattre au début de chaque rang (sur l'endroit (= côté du tricot où vous tricotez depuis le début) et sur l'envers (tournez pour tricoter sur l'envers du travail) mais également continuer les diminutions du raglan tous les 2 rangs /tous les rangs. Bon tricot!

21.03.2016 - 09:58

country flag Brigitte schreef:

Je ne comprends pas les dim. Pourquoi faut il faire dim sur l'envers? Puisque on tricotte en rond, tout est à l'endroit? Je suis bloquée. Merci de m'aider

19.03.2016 - 21:44

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Brigitte, on tricote effectivement le raglan en rond jusqu'à l'encolure, puis on continue en allers et retours pour former l'encolure (en même temps on rabat les mailles au début de chaque rang côté encolure), on diminue donc à la fin sur l'envers car les dim. du raglan se termine par 3-7-9 fois tous les tours/rangs. Bon tricot!

21.03.2016 - 09:54

country flag Steckler Marianne schreef:

Wie füge ich am besten die rundgestrickten Ärmel ein? Gruß Marianne Steckler

29.12.2015 - 12:03

DROPS Design antwoorde:

Schauen Sie sich dazu am besten das Video "Ärmel (auf einem Nadelspiel rundgestrickt) mit dem Rumpfteil auf eine Nadel nehmen" an, Sie finden es im Kopf neben dem Foto unter Videos.

03.01.2016 - 17:35