DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS Merino Extra Fine yarn
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 2.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425
Markeer maat:
DROPS 157-18

#shiningstarcardigan

DROPS design: Model nr. me-069
Garengroep B
-----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS MERINO EXTRA FINE van Garnstudio
550-650-700-750-800-900 gr. kleur nr. 08, lichtbeige

DROPS HAAKNLD 5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 14 stk = 10 cm breed of A.2 = 7,5 cm breed.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 2.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Vervang het eerste stk aan het begin van elke stk toer door 3 l.

PATROON:
Zie telpatronen A.1-A.3.
----------------------------------------------------------

ACHTERPAND:
Wordt heen en weer gehaakt.
Haak 83-87-93-101-111-121 l met haaknld 5 mm en Merino Extra Fine.
Haak dan als volgt aan de goede kant: haak A.1 – zie uitleg boven - over de eerste 8 l, LET OP: vervang 1e stk door 3 l – zie INFORMATIE VOOR HET HAKEN boven, A.2 over de volgende 12-12-12-12-24-24 l, A.3 over de volgende 5 l, 1 stk in elke van de volgende 4-6-9-13-6-11 l, A.1, A.2, A.3, 1 stk in elke van de volgende 4-6-9-13-6-11 l, A.1, A.2 over de volgende 12-12-12-12-24-24 l en A.3.
Herhaal dan A.z in de hoogte tot het werk klaar is.

LET OP: haak op de 1e toer in A.z (= aan de verkeerde kant) als volgt: haak A.3, A.2 1-1-1-1-2-2 keer in de breedte, A.1, 3 l (vervang 1 stk), 1 stk in elke van de volgende 2-4-7-11-4-9 stk, 3 l (vervang 1 stk), 1 v in volgende st, A.3, A.2, A.1, 3 l (vervang 1 stk), 1 stk in elke van de 2-4-7-11-4-9 stk, 3 l (vervang 1 stk), 1 v in volgende st, A.3, A.2 1-1-1-1-2-2 keer in de breedte en A.1. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Haak tot een hoogte van ongeveer 45-46-47-48-49-50 cm – pas zo aan dat u eindigt met een 2e toer in A.z – en knip de draad af. Haak dan de mouwen als volgt: haak 29 losse l, begin aan de verkeerde kant en ga verder met A.3, A.2 en A.1 en stk over het achterpand als hierhiervoor en eindig met 31 losse l, keer het werk. Haak nu de 1e toer in A.1-A.3 over de l aan de goede kant en ga TEGELIJKERTIJD verder in patroon over het achterpand als hiervoor (dus haak de 4e toer in A.z over deze st) als volgt: haak 1 stk in elke van de eerste 6 l, A.1 over de volgende 8 l, A.2 2 keer in de breedte (dus haak de laatste A.2 over de laatste 5 l, haak dan de rest van A.2 boven A.1), haak A.2 1-1-1-1-2-2 keer in de breedte als hiervoor, A.3, 1 stk in elke van de volgende 4-6-9-13-6-11 stk, A.1, A.2, A.3, 1 stk in elke van de volgende 4-6-9-13-6-11 stk, A.1, A.2 1-1-1-1-2-2 keer in de breedte, haak dan A.2 2 keer in breedte (dus haak de eerste A.2 boven A.3 en de volgende 6 l), A.3 over de volgende 5 l en 1 stk in elke van de laatste 6 l. Ga verder in dit patroon tot het werk ongeveer 62-64-66-68-70-72 cm meet – pas zo aan dat u eindigt na een toer aan de verkeerde kant. Eindig dan elke schouder/mouw apart als volgt:

RECHTERSCHOUDER/MOUW:
Haak 6 stk, A.1 1 keer en A.2 3-3-3-3-4-4 keer, A.3, 1 stk in elke van de volgende 4-6-9-13-6-11 stk. Keer en haak in patroon als hiervoor. Ga zo verder tot het werk 64-66-68-70-72-74 cm meet in totaal, pas zo aan dat u eindigt met een hele herhaling van A.z. Hecht af.

LINKERSCHOUDER/MOUW:
Haak de linkerschouder/mouw op dezelfde manier maar in spiegelbeeld, haak A.1 in plaats van A.3 aan het begin van de toer.

RECHTERVOORPAND:
Wordt heen en weer gehaakt.
Haak 63-65-70-74-81-86 l (incl. 3 l om mee te keren) met haaknld 5 mm en Merino Extra Fine. Haak 1 stk in 4e l vanaf haak, 1 stk in elke van de volgende 5-5-7-7-9-9 l (= voorbies), A.1 over de volgende 8 l, A.2 over de volgende 12 l, A.3 over de volgende 5 l, 1 stk in elke van de volgende 4-6-9-13-6-11 l, A.1 over de volgende 8 l, A.2 over de volgende 12-12-12-12-24-24 l, A.3 over de laatste 5 l. Herhaal dan A.z in de hoogte tot het werk klaar is.

LET OP: haak in de 1e toer van A.z (= aan de verkeerde kant) als volgt: haak A.3, A.2 1-1-1-1-2-2 keer in de breedte, A.1, 3 l (vervang 1 stk), 1 stk in elke van de volgende 2-4-7-11-4-9 stk, 3 l (vervang 1 stk), 1 v in volgende st, A.3, A.2, A.1, 3 l (vervang 1 stk), 1 stk in elke van de volgende 5-5-7-7-9-9 stk.

Haak tot een hoogte van ongeveer 45-46-47-48-49-50 cm – pas zo aan dat u eindigt met een 2e toer in A.z. Knip de draad af. Haak dan 29 losse l voor de mouw en ga verder als op het achterpand. Haak tot een hoogte van 64-66-68-70-72-74 cm – pas zo aan dat u eindigt met een hele herhaling van A.z (dus de laatste toer is aan de goede kant) - knip de draad af. Haak dan de sjaalkraag.

SJAALKRAAG:
Haak de sjaalkraag heen en weer, begin aan de goede kant als volgt: haak 1 stk in elk van de eerste 6-6-8-8-10-10 stk, 1 stk in het eerste stk op A.1, * 3 stk in de volgende l-lus *, herhaal van *-* nog 2 keer, 1 stk in het volgend stk, * 3 stk in de volgende l-lus *, herhaal van *-* nog 2 keer, 1 stk in het laatste stk in A.3, 0-0-0-1-1-1 stk in het volgend stk = 27-27-29-30-32-32 stk.
Haak dan verkorte toeren over de voorbies st als volgt:
TOER 1 (verkeerde kant): 5 v, 5 hstk, 17-17-19-20-22-22 stk.
TOER 2 (goede kant): haak 1 stk in elke van de 27-27-29-30-32-32 st.
Herhaal deze 2 toeren tot het werk ongeveer 10 cm meet op het smalste deel – pas zo aan dat u eindigt met een 2e toer (goede kant).
Hecht af.

LINKERVOORPAND:
Haak als het rechtervoorpand maar in spiegelbeeld. Haak volgens telpatroon A.3 in plaats van A.1 aan het begin van de toer. Haak tot een hoogte van 45-46-47-48-49-50 cm – pas zo aan dat u eindigt met een 2e toer in A.z – en haak dan als hiervoor over jet voorpand aan de verkeerde kant, haak dan 31 losse l voor de mouw. Haak tot een hoogte van 64-66-68-70-72-74 cm – pas zo aan dat u eindigt met een hele herhaling van A.z (dus de laatste toer is aan de goede kant) en haak dan de sjaalkraag. LET OP: U hoeft de draad niet af te knippen.

AFWERKING:
Plaats de voorpanden op het achterpand en haak de schouders samen als volgt: 1 v door beide lagen, * 3 l, 1 v in de volgende l-lus *, herhaal van *-* langs de hele schouder/mouw en eindig met 1 v. Haak de zijkanten samen als volgt: 1 v, * 3 l, 1 v in de l-lus in de volgende toer *, herhaal van *-* langs de hele kant en eindig met 1 v. Haak samen onder de mouwen als volgt: * 1 v in l in volgende l-lus, 3 l *, herhaal van *-* en eindig met 1 v.
Haak de sjaalkraag samen middenachter als volgt: 1 v, * 1 l, 1 v in de volgende st *, herhaal van *-*. Naai de kraag vast aan de hals.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 24.09.2014
Toevoeging aan het eind van AFWERKEN: ....Haak de sjaalkraag samen middenachter als volgt: 1 v, * 1 l, 1 v in de volgende st *, herhaal van *-*. Naai de kraag vast aan de hals.
Gewijzigd online: 22.01.2016
Toegevoegd: 1 v in volgende st op twee plekken onder NB (in ACHTERPAND en RECHTER VOORPAND)

Telpatroon

1 l<br />
= 1 l
1 hv in st<br />
= 1 hv in st
1 hv om l-lus<br />
= 1 hv om l-lus
1 stk om l-lus<br />
= 1 stk om l-lus
1 stk in st<br />
= 1 stk in st
haak 1 stk maar wacht met de laatste doorhaling, haak 1 stk in volgende st maar haal nu laatste omsl door alle 3 st op haak<br />
= haak 1 stk maar wacht met de laatste doorhaling, haak 1 stk in volgende st maar haal nu laatste omsl door alle 3 st op haak
haak 1 stk maar wacht met de laatste doorhaling, haak 1 stk in volgende st, maar wacht met de laatste doorhaling, haak 1 stk in volgende st maar haal nu laatste omsl door alle 4 st op haak<br />
= haak 1 stk maar wacht met de laatste doorhaling, haak 1 stk in volgende st, maar wacht met de laatste doorhaling, haak 1 stk in volgende st maar haal nu laatste omsl door alle 4 st op haak
Diagram for DROPS 157-18
Diagram for DROPS 157-18
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #shiningstarcardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 157-18

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (206)

country flag Monika Dinges schreef:

Hallo, ich verstehe die erste Rückreihe nicht. soll ich die von links nach rechts häkeln? oder wie ist das gemeint?

28.10.2016 - 08:36

DROPS Design antwoorde:

Liebe Frau Dinges, die 1. Reihe wird von der Vorderseite gehäkelt, dh: A.1, dann A.2 und A.3. Die 1. Reihe in A.z beginnt von der Rückseite, dh: mit A.3 anfangen, dann A.2 wiederholen, und mit A.1 enden. Von der Vorderseite lesen Sie das Diagram von rechts nach links und von der Rückseite lesen Sie das Diagram von links nach rechts.

28.10.2016 - 09:48

country flag Sven Danch schreef:

Vielen Dank für die schnelle Antwort. Aber wann fange ich dann mit den 6 Stb. für das Bündchen an?

15.09.2016 - 12:27

DROPS Design antwoorde:

Lieber Herr Danch, ich habe leider zuerst zu schnell gelesen, nach der Reihe mit den LM, müssen Sie wie beschrieben häkeln, dh je 1 Stb in die ersten Lm, A.1 über die nächsten 8 Lm, weiter wie beschrieben und mit A.3 und je 1 Stb in den letzten 6 Lm häkeln. (siehe gesamte Beschriebung unter 4. Absatz vom Rückenteil).

15.09.2016 - 12:58

country flag Sven Danch schreef:

Hallo, ich habe auch eine Frage zu den Ärmeln am Rückenteil. In der Anleitung steht: "Die Ärmel wie folgt ansetzen: 29 lockere Lm häkeln, dann mit einer Rück-R beginnen und A.3, A.2, A.1 und Stb am Rückenteil wie zuvor weiterhäkeln, enden mit 31 lockeren Lm, wenden" Aber wenn ich die nachfolgende Anleitung weiterlese, muß ich ja die Luftmaschen zuerst auf beiden Seiten anschlagen bevor ich mit dem Muster beginne. Mit bestem Dank Sven

15.09.2016 - 09:56

DROPS Design antwoorde:

Lieber Herr Danch, den Faden müssen Sie jetzt erst abschneiden. Dann häkeln Sie 29 lockere Maschen (= 1. Ärmel), dann A.3, A.2 und A.1 am Rückenteil wie zuvor häkeln, dann 31 lockere Maschen häkeln (= 2. Ärmel). Bei der nächste Reihe häkeln Sie dann die 1. Reihe von A.1-A.3 über die Lm (= Ärmel) und 4. Reihe A.z über den restlichen Maschen (= Rückenteil). So häkeln Sie gleichzeitig beide Ärmel.

15.09.2016 - 11:41

country flag Jocelyne Brassard schreef:

J'adore de modèle mais je voudrais simplement le tricoter en jersey. Pourrais-avoir les explications. Je cherche aussi dans les fils du groupe B, des modèles cardigan en jersey très simples et manches ajustées aux épaules. Il n'y a pratiquement que des manches raglan. Merci

26.08.2016 - 16:21

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Brassard, nous ne sommes malheureusement pas en mesure d'adapter chacun de nos modèles à chaque demande individuelle. Pour toute aide personnalisée, merci de bien vouloir contacter votre magasin DROPS. Vous trouverez ici tous les modèles de gilets réalisés en fils du groupe B. Bon tricot!

29.08.2016 - 10:41

Mary Thompson schreef:

What does "A" stand for in the Pattern . IT SAYS A2 over next 2 or A 3 over next 5 ch. The pattern says See diagrams A.1-A.3 but I did not find the Diagrams or an explanation as to what the "A" is. Please let me know.

12.08.2016 - 17:21

DROPS Design antwoorde:

Dear Mrs Thompson, A stands for the pattern name, ie A.1 = beg of diagram seen from RS (end of row seen from WS), A.2 = to be repeated, A.3 = end of pattern seen from RS (beg of row seen from WS). See also video below. Happy crocheting!

15.08.2016 - 10:50

Maureen schreef:

When adding chains for the sleeves on the back piece, how do I go from a chain to a treble? I presumed that I needed to do a slip stitch and 3 chains, but this leaves a step in the work for the next row. On the other side of the work, when you finish with 3 dc group, the yarn will be above the work, not sitting at the lower level as in the first side.

12.08.2016 - 08:12

DROPS Design antwoorde:

Dear Maureen, when adding sts for sleeve you first chain 29 chains, then crochet next row over back piece (simply work in the sts over back piece as before), and crochet 31 chains at the end of this row. On next row, work in pattern as explained, ie with 6 tr at the beg and end of row (sleeve edges). Happy crocheting!

15.08.2016 - 10:41

Maureen schreef:

I have been having the same problem as (it seems) just about everyone else. The problem with the double crochet sections arises from thinking that 3 chains are used as a substitute either side of the double crochets- ON EVERY ROW. They are not....... This is done ONLY in the first row. I have spent many hours trying to get this to look right and the penny finally dropped.

04.08.2016 - 12:13

country flag Lori schreef:

I am doing the large size, and it seems that the double crochet part is meant to alternate from 9 to 7, 9 to 7 on and on? This isn't what it looks like in the picture, though. A lot of people are asking this question, but you don't actually say that this is how it is to be done.

16.07.2016 - 01:34

DROPS Design antwoorde:

Dear Lori, it looks fine, you will have either 9 dc or 7 dc with 3 ch before and after (these 3 ch replace the 1st and last of the 9 dc). Happy crocheting!

18.07.2016 - 08:41

Nurul schreef:

Thank you for the explanation. So, on front left from the short row, continue chain for sleeve? How to chain for sleeve? And should i cut the yarn to continue on new sts + front right?

29.06.2016 - 19:46

DROPS Design antwoorde:

Dear Nurul, if first row in sleeve on right front piece has to be started at the end of a WS row on left front piece, just chain and start sleeve at beg of next row from RS. If you are unsure how to do, you can also cut the yarn as you did for right front piece, just remember to chain on the right side of left front piece for the sleeve. Happy crocheting!

30.06.2016 - 08:34

Nurul schreef:

Hi, I am making this pattern. After the completion of the front left, no need to cut the yarn and how to continue after that? Do I have to connect the front left and front right ? where should I start?

29.06.2016 - 11:59

DROPS Design antwoorde:

Dear Nurul, correct, on left front piece, chain for sleeve at the end of row from WS and continue over the new sts + front piece. Front and left piece are not "connected" they will be crocheted tog at the end - see "Assembly". Happy crocheting!

29.06.2016 - 17:48