Say it with Cables#sayitwithcablescardigan |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
Gebreid DROPS vest met korte mouwen en kabels van ”Nepal”. Maat S - XXXL.
DROPS 126-23 |
|||||||||||||
RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld): brei alle nld recht. PATROON: Zie telpatroon M.1. Het telpatroon geeft het patroon aan de goede kant weer en nld 1 in het telpatroon = goede kant. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de zijkanten op het lijf): Maak alle minderingen aan de goede kant. Begin 2 st voor de markeerdraad en brei 2 st recht samen, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh. TIP VOOR HET BREIEN: Om te voorkomen dat de voorbiezen en mouwranden te strak worden vanwege de ribbelst, breit u af en toe een extra nld over alleen de voorbies/mouwrand als volgt: * Begin vanaf de kant en brei de 9 voorbies st/4 rand st op de mouw, keer het werk, haal de eerste st recht af, trek de draad aan en brei de teruggaande naald over de voorbies/de rand *. Ga verder over alle st als hiervoor. Herhaal van *-* na ongeveer iedere 16 nld ribbelst. KNOOPSGATEN: Maak knoopsgaten op de rechter voorbies. 1 knoopsgat = kant de 4e en 5e st vanaf middenvoor af en zet 2 nieuwe st op in de volgende nld. Maak knoopsgaten bij een hoogte van: MAAT S: 11, 19, 27, 35 en 43 cm MAAT M: 9, 18, 27, 36 en 45 cm MAAT L: 11, 20, 29, 38 en 47 cm MAAT XL: 12, 19, 26, 33, 40 en 47 cm MAAT XXL: 9, 17, 25, 33, 41 en 49 cm MAAT XXXL: 11, 19, 27, 35, 43 en 51 cm -------------------------------------------------------- LIJF: Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor – Zie TIP VOOR HET BREIEN. Zet 222-238-262-286-318-334 st op (inclusief 9 voorbies st aan iedere kant richting middenvoor) met rondbreinld 4.5 mm en Nepal. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant en ga verder in boordsteek als volgt aan de goede kant: 9 voorbies st in RIBBELST - zie boven, 4 st av, 4 st recht, 3 st av, 2 st recht, 3 st av, * 4 st recht, 4 st av *, herhaal van *-* tot er 29 st over zijn, 4 st recht, 3 st av, 2 st recht, 3 st av, 4 st recht, 4 st av en 9 voorbies st in RIBBELST richting middenvoor. Ga zo verder in boordsteek. Ga bij een hoogte van 5 cm verder met rondbreinld 5 mm en brei 1 nld av aan de verkeerde kant (brei steeds de 9 voorbies st aan iedere kant middenvoor in ribbelst tot het werk klaar is) - minder TEGELIJKERTIJD 46-50-58-66-78-74 st gelijkmatig – LET OP: minder niet over de 33 st aan iedere kant middenvoor = 176-188-204-220-240-260 st. Plaats nu 2 markeerders in het werk 50-53-57-61-66-71 st vanaf iedere kant middenvoor om de zijkanten aan te geven = 76-82-90-98-108-118 st tussen de markeerders voor het achterpand. Ga verder met nld 5 mm en brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 9 voorbies st als hiervoor, M.1 (= 24 st), tricotst tot er 33 st over zijn, M.1 (= 24 st) en eindig met 9 voorbies st als hiervoor. Ga zo verder in patroon. Minder bij een hoogte van 8-8-8-9-9-10 cm 1 st aan iedere kant van beide markeerders (= 4 st geminderd) – Zie TIP VOOR HET MINDEREN. Herhaal dit minderen iedere 8-8-8-9-9-10 cm in totaal 3 keer = 164-176-192-208-228-248 st. DENK OM DE KNOOPSGATEN OP DE RECHTER VOORBIES - zie boven. Verdeel bij een hoogte van 27-28-29-30-31-32 cm het werk bij de markeerders en brei de voorpanden en het achterpand apart verder. ACHTERPAND: = 70-76-84-92-102-112 st. Zet nu 30 nieuwe st op aan het einde van de volgende 2 nld voor de mouwen = 130-136-144-152-162-172 st. Ga verder in tricotst maar brei de 4 st aan iedere zijkant (mouwranden) in ribbelst – DENK OM TIP VOOR HET BREIEN. Zet bij een hoogte van 49-51-53-55-57-59 cm de st aan het begin van iedere nld aan iedere kant op een hulpdraad voor de ronding van de schouders als volgt: 11-12-13-14-15-16 st in totaal 3 keer (brei de st voor u ze op een hulpdraad zet om te voorkomen dat u de draad af moet knippen) en brei dan de overgebleven 22-22-23-23-25-27 st – LET OP: als u de st op een hulpdraad zet, haal dan de eerste st in de volgende nld af en trek de draad goed aan voor u verder gaat om een gaatje in de overgang te voorkomen. Kant TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 50-52-54-56-58-60 cm de middelste 18-18-18-20-20-20 st af voor de hals en brei iedere schouder apart verder. Kant 1 st af langs de hals in de volgende nld. Als alle st op een hulpdraad zijn gezet en als de minderingen voor de hals gedaan zijn, meet het werk ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm vanaf de onderkant tot de schouder. RECHTER VOORPAND: = 47-50-54-58-63-68 st. Zet nu 30 nieuwe st op aan het einde van de nld richting de zijkant voor de mouw = 77-80-84-88-93-98 st. Ga verder in tricotst en patroon als hiervoor maar brei de 4 st op de mouwrand in ribbelst. Minder als er nog 1 nld te breien is voor het werk 44-46-48-48-50-52 cm meet (ongeveer 1 cm na het laatste knoopsgat en de volgende nld is aan de verkeerde kant) 8 st gelijkmatig over de kabel in M.1. Zet in de volgende nld aan de goede kant de 9 st middenvoor op een hulpdraad voor de hals (brei de st voor u ze op een hulpdraad zet om te voorkomen dat u de draad af moet knippen). Kant af voor de hals aan het begin van iedere nld vanaf middenvoor: 1-1-1-2-2-2 x 2 st en 3-3-3-2-2-2 x 1 st. Zet TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 49-51-53-55-57-59 cm st aan het begin van de nld vanaf de kant op een hulpdraad voor de ronding van de schouder als beschreven voor het achterpand. Als alle st op een hulpdraad zijn gezet en als de minderingen voor de hals gedaan zijn, meet het werk ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm vanaf de onderkant tot de schouder. LINKER VOORPAND: Als het rechter voorpand, maar in spiegelbeeld. LET OP: Maak geen knoopsgaten! AFWERKING: Zet de 55-58-62-65-70-75 st van de hulpdraad van een schouder op de rondbreinld 5 mm en brei heen en weer als volgt: brei 1 nld recht aan de goede kant – LET OP: Neem om een gaatje te voorkomen in de overgang 1 st op tussen de 2 st in de overgangen en brei deze samen met de eerste st op de linker nld. Kant losjes af in de volgende nld met rechte st aan de verkeerde kant. Herhaal op dezelfde manier langs de 3 andere schouderdelen. Naai de schoudernaden dicht in de st naast de afkant nld – zorg dat de naad niet te strak wordt. Naai de onderarm naden dicht naast de opzet nld. Naai de knopen op het linker voorpand. KRAAG: Neem aan de goede kant ongeveer 74 tot 84 st op rond de hals (inclusief de st van de hulpdraden op de voorpanden) met rondbreinld 4.5 mm en Nepal. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en brei 1 nld recht aan de goede kant, meerder TEGELIJKERTIJD gelijkmatig naar 94-102-102-110-118-118 st (meerder niet over de voorbiezen). Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant: 9 voorbies st in ribbelst, * 4 st av, 4 st recht *, herhaal van *-* tot er 13 st over zijn en eindig met 4 st av en 9 voorbies st in ribbelst. Meerder als de kraag 3 cm meet alle 4 st recht naar 5 st recht (gezien vanaf de goede kant). Meerder als de kraag 7 cm meet alle 4 st av naar 5 st av (gezien vanaf de goede kant). Meerder als de kraag 11 cm meet alle 5 st recht naar 6 st recht. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht als de kraag ongeveer 13-13-14-14-15-15 cm meet. |
|||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #sayitwithcablescardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 22 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 126-23
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.