DROPS Karisma
DROPS Karisma
100% wol
vanaf 2.65 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Amelie Smiles

Gehaakt vest met kantpatroon en ronde pas, van boven naar beneden gehaakt in DROPS Karisma. Maat kinderen 3 - 12 jaar.

DROPS Children 24-38
DROPS design: Model nr. u-061-bn
Garengroep B
--------------------------------------------------------
Maat: 3/4 - 5/6 - 7/8 - 9/10 - 11/12 jaar
Maat in cm: 98/104 - 110/116 - 122/128 - 134/140 - 146/152
Materiaal:
DROPS KARISMA van Garnstudio
300-350-350-400-450 gr. kleur nr. 40, licht oudroze

DROPS HAAKNLD 4 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 17 st x 15 toeren in telpatroon A.1 = 10 x 10 cm. 1 herhaling van A.2 meet ongeveer 6 cm in de hoogte.
DROPS PARELMOERKNOOP MET GATEN, NR. 521: 5-5-6-6-6 stuks
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Karisma
DROPS Karisma
100% wol
vanaf 2.65 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Vervang elke v toer de eerste v door 1 l.
Vervang elke stk toer het eerste stk door 3 l.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder door 2 st in 1 st te haken, eerst aan de ene kant van alle markeerders op de toer, volgende keer aan de andere kant van alle markeerders op de toer; ga zo verder en meerder afwisselend voor en na de markeerders.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 st door 2 st samen te haken.
Haak 2 v samen als volgt: steek haak in eerste st en haal draad door, steek haak in volgende st en haal draad door, maak 1 omsl en haal draad door alle 3 lussen op haak.
Haak 2 stk samen als volgt: haak 1 stk in eerste st maar wacht met de laatste doorhaling, haak 1 stk in volgende st maar haal bij laatste doorhaling de draad door alle 3 lussen op haak.
----------------------------------------------------------

LIJF:
Het werk wordt van boven naar beneden gehaakt en heen en weer van middenvoor naar middenvoor.
Haak 77-85-85-92-100 l (incl. 1 l om mee te keren) met haaknld 4 mm en Karisma. Haak de volgende toer als volgt: 1 v in 2e l, 1 v in elke van de volgende 5-3-3-5-3 l, * sla 1 l over, 1 v in elke van de volgende 4 l *, herhaal van *-* de hele toer = 63-69-69-75-81 v (l aan het begin van de toer = 1 v) – LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Plaats 14-15-16-17-18 markeerders in het werk als volgt: eerste markeerder na 5-6-4-5-6 st, plaats dan 13-14-15-16-17 markeerders met 4 st ertussen, na laatste markeerder zijn er nog 6-7-5-6-7 st. Haak heen en weer volgens telpatroon A.1 – meerder TEGELIJKERTIJD in de volgende toer 1 st bij alle markeerders – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN! Herhaal dit meerderen om de toer 5-5-3-3-2 keer en dan elke 4e toer 0-0-2-2-3 keer = 147-159-165-177-189 st. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Ga verder in A.2 als volgt: 1 stk in elke van de eerste 4 v (= voorbies), a over de volgende 7 v, dan b tot er 10 v over zijn, c over de volgende 6 v en 1 stk in elke van de laatste 4 v (= voorbies). Haak telpatroon 1 keer in de hoogte – LET OP: haak de eerste 2 toeren de 4 eerste en de 4 laatste st aan elke kant in stk, haak dan in patroon als hiervoor - meerder bij de markeerders als hiervoor in de 4e toer in het telpatroon. Meerder in de 7e toer in het telpatroon 16-13-16-15-12 st gelijkmatig (meerder niet over de eerste 4 en de laatste 4 voorbies st) = 177-187-197-209-219 st.
Haak laatste toer in A.2 als volgt: 28-30-31-33-34 v (= voorpand), 6 l (= onder de mouw), sla 36-38-40-43-45 v over (worden later gebruikt voor de mouw), haak 49-51-55-57-61 v (= achterpand), 6 l (= onder de mouw), sla 36-38-40-43-45 v over (worden later gebruikt voor de mouw) en haak 28-30-31-33-34 v (= voorpand).
Er zijn nu 117-123-129-135-141 st op het lijf. Verwijder alle markeerders op de pas en plaats een nieuwe markeerder in het midden van de 6 l onder elke mouw. Begin weer met de 1e toer van A.2 en haak a, b en c op dezelfde manier als de laatste keer (elke l onder de mouw = 1 v) - de eerste en laatste 4 st aan elke kant = voorbiezen, haak alleen stk in deze st op de eerste 2 toeren. Ga verder in A.2 tot het patroon in totaal 4-4-4-5-5 keer is gehaakt na de pas, het werk meet nu ongeveer 24-24-24-30-30 cm vanaf het armsgat naar beneden. De kleinste maat is nu klaar. Ga 0-4-6-4-6 cm verder met telpatroon A.1, dus het werk meet nu 24-28-30-34-36 cm vanaf de armsgaten naar beneden. Hecht de draad af.

MOUW:
Haak de mouw heen en weer zodat hetzelfde structuurpatroon ontstaat als op het lijf. Er zijn nu 42-44-46-49-51 st in totaal op elke mouw.
Begin met haken midden onder de mouw in de 3e l van het armsgat op het lijf – haak de eerste toer aan de verkeerde kant. Haak 1 toer met 1 v in elke l/v, minder TEGELIJKERTIJD 6 v gelijkmatig = 36-38-40-43-45 v. Haak de volgende toer als volgt – aan de goede kant: Haak 1 stk in elke van de eerste 3-1-2-0-1 v, haak dan telpatroon A.2 als volgt: a over 7 st, dan b tot er 8-6-7-6-7 st over zijn, c over 6 st en eindig met 1 stk in elke van de laatste 2-0-1-0-1 v. Keer en haak als volgt: minder in de 4e toer de eerste keer dat het telpatroon wordt gehaakt 5-1-3-0-2 st gelijkmatig – ZIE TIP VOOR HET MINDEREN = 31-37-37-43-43 st. Het aantal st past nu in het patroon, dus de volgende keer dat u begint met A.2 begint het patroon midden onder de mouw voor elke maat. Haak verder naar beneden en haak A.2 nog 3-4-4-5-5 keer – minder TEGELIJKERTIJD als u de derde herhaling haakt 0-6-6-6-6 st gelijkmatig = 31-31-31-37-37 st. Haak tot A.2 in totaal 4-5-5-6-6 keer op de mouw is gehaakt (het werk meet ongeveer 24-30-30-36-36 cm) en ga dan verder met telpatroon A.1 tot de mouw 26-30-32-38-40 cm meet. Knip de draad af – houd een lang draadeinde en gebruik dat om de mouwnaad mee dicht te naaien. Haak de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de mouwnaden samen met de zijkanten tegen elkaar om een dikke naad te voorkomen. Naai de knopen gelijkmatig verdeeld op de linker voorbies – plaats de bovenste knoop 1 cm vanaf de bovenkant. Gebruik de ruimte tussen de st op de rechter voorbies als knoopsgaten.

Telpatroon

symbols = 1 l
symbols = 1 v
symbols = 1 stk
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

s24-38 Amelie Smiles

Frances, Canada

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 24-38

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (94)

country flag Soledad wrote:

La explicación de cómo poner los marcadores de puntos es bastante confusa, ya que dice que el primero va DESPUES de 5 pb y no EN el punto número 5, y también dice que hay que dejar 4 puntos ENTRE los marcadores, y en realidad los puntos que quedan en el medio son 3. Esto lo deduje después de leer los comentarios de alguna gente con el mismo problema, voy a tener que deshacer el trabajo por tercera vez...

09.10.2019 - 09:52

country flag Frances wrote:

Hi On the sleeves for size 5/6 it says sleeves should measure 11 3/4 I just wanted to check and make sure this final measurement was correct for that size. As all other sizes this measurement changes from the row before. (piece measures approx. 24-30-30-36-36 cm / 9½"-11 3/4"-11 3/4"-14 1/4"-14 1/4"), continue with diagram A.1 until sleeve measures 26-30-32-38-40 cm / 10 1/4"-11 3/4"-12½"15"-15 3/4". 24-30-30-36-36 / 26-30??-32-38-40 Thank you

04.09.2019 - 20:32

DROPS Design answered:

Dear Frances, in size 5/6 you won't have to crochet A.1, sleeve is finished after you have worked A.2 a total of 5 times. Happy crocheting!

05.09.2019 - 09:16

country flag Frances Brown wrote:

A over the next 7 sc, then b until 10 sc remain, c over the next 6 sc and 1 dc in each of the last 4 sc (= band). What is a over???????? please explain this row can you please just give written instructions for this row. I looked up crochet terms - a over I could not find anything for this??

29.08.2019 - 13:56

DROPS Design answered:

Dear Mrs Brown, you will crochet diagrams A.2 as follows: first start with 4 dc (= front band), then work A.2a (= 7 sts) over the next 7 stitches, repeat A.2b (= 6 sts) until 10 sts remain, work now A.2c (= 6 stitches) and finish with 4 dc (= front band). read more here about crochet diagrams. Happy crocheting!

29.08.2019 - 14:37

country flag Michelle M wrote:

I am really confused by the "chain 6 " for under the sleeve. Do you leave the chain 6 hanging down? Or do you attach it to the row? When you skip the stitches in the final A.2 row to make room for the sleeve, do I start counting 6 stitches after the scs to include the chain 6? Also, in order to skip the stitches, am I fastening off and reattaching my thread 38 stitches later? Thank you

26.07.2019 - 05:39

DROPS Design answered:

Dear Michelle, the 6 chains are worked for under the sleeves, when you skip the stitches for sleeves by dividing piece, ie you first work 30 sts for front piece, chain 6, skip the 38 sts for sleeve (will be worked later), then continue working the 51 stitches on back piece, chain 6, skip the 38 sts for sleeve, and finish row with the 30 sts on front piece (= 2nd size). Happy crocheting!

06.08.2019 - 10:18

country flag Maria wrote:

Me encanto la explicación es buena, el único inconveniente que encuentro, son los nombres de los hilados, pero lo he visto subsanado cunado da la explicacion de los cabos que tiene la lana .Atte Maria

22.07.2019 - 14:54

country flag Nathalie wrote:

Bonjour, J'ai une question qui peut paraître bête, mais.... Au début du dos/devant (3ème ligne), vous indiquez de sauter une ml sur 5 ("* sauter 1 ml, 1 ms dans chacune des 4 ml suivantes *"). Quand on saute une ml, est-ce qu'on crochète une ml (un peu comme dans le diagramme de A2), ou est-ce qu'on la saute purement et simplement (ce qui diminuerait le nombre de mailles) ? Merci de votre aide

02.07.2019 - 07:36

DROPS Design answered:

Bonjour Nathalie, on saute simplement la maille en l'air indiquée, la chaînette de base est souvent trop serrée, et pour éviter que le 1er rang ne le soit, on crochète plus de mailles en l'air pour la base, et on saute des mailles en l'air à intervalles réguliers au premier rang pour avoir la bonne largeur. (voir aussi ici). Bon crochet!

02.07.2019 - 09:02

country flag Nathalie wrote:

Bonjour, Je suis tentée pour faire ce modèle, mais j'aimerais remplacer le Karisma par du Muskat, qui a les mêmes caractéristiques d'épaisseur je pense. Cela me fait un peu peur car le modèle ne comporte pas d'échantillon pour vérifier. Pensez-vous que ce soit adapté ou non ? Merci!

12.06.2019 - 09:33

DROPS Design answered:

Bonjour Nathalie, Karisma et Muskat appartiennent effectivement au même groupe, comme elles sont différentes, le résultat sera également différent (plsu d'infos ici) mais vous pouvez vous baser sur le même échantillon qu'indiqué dans ce modèle - cf dans l'en-tête: 17 m x 15 rangs en point fantaisie du diagramme A.1 = 10 x 10 cm. Bon crochet!

12.06.2019 - 10:40

country flag Inge Soenen wrote:

Op mijn eigen vraag heb ik het antwoord gevonden nadat ik 31 rijen had gehaakt, zag dat het model niet goed was en het patroon nog eens opnieuw heb gelezen. Ik moet een toer meerderen, dan een toer niet en dat 5keer. Ik had het helemaal verkeerd begrepen en dacht dat ik iedere 5 toeren moest meerderen. Niet dus.

12.03.2019 - 13:11

country flag Inge Soenen wrote:

Hallo, Heb ik het juist dat, tegen dat je alle meerderingen hebt gedaan in de kleinste maat, 27 rijen hebt gehaakt? En dat ik dan nog moet afwerken tot het patroon A1 nog eens volledig is gehaakt? Ik heb dan 5 keer A1 gehaakt.

11.03.2019 - 20:33

DROPS Design answered:

Dag Inge,

Nadat je de markeerders hebt geplaatst begin je met het haken van A.1 waarbij je tegelijkertijd begint met meerderen voor de raglan. Dit meerderen doe je om de naald en in totaal 6 keer, dus dan heb je in totaal 12 toeren van A.1 gehaakt. Je herhaalt A.1 dus steeds in de hoogte tot het meerderen voor de raglan klaar is. Daarna ga je verder met A.2 zoals beschreven in het patroon.

12.03.2019 - 15:19

country flag Fiona wrote:

Für die kleinste Größe: Ich habe die korrekte Anzahl der Maschen in der 2. Reihe und möchte die 14 Markierungen setzen. Wenn ich mich an die Anweisung halte die 1. Markierung in die 5. Masche zu setzen und die letzen 6 Maschen frei lasse und zwischen jeder Markierung 4 Maschen frei zu lassen, komme ich nicht auf die benötigte Anzahl an Markierungen. Was mache falsch?

05.03.2019 - 07:01

DROPS Design answered:

Liebe Fiona, setzen Sie die Markierung wie folgt: 5 Maschen, 1 Markierung, (4 Maschen, 1 Markierung) x 13, 6 Maschen bleiben = 5+ 4x13 + 6 = 63 Maschen (1 + 13 Markierungen = 14 Markierungen). Viel Spaß beim häkeln!

05.03.2019 - 11:35