DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 99-15
Maat: S - M - L - XL - XXL
Materialen: DROPS Muskat van Garnstudio
250-300-300-350-400 gr nr. 18, wit

DROPS Haaknld 4mm – of de haaknld, die u nodig heeft om de volgende steekverhouding te krijgen: 17 stk x 10 toeren = 10 x 10 cm.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Haak info: Vervang aan het begin van elke toer het 1e stk door 3 l. Haak aan het eind van de toer het laatste stk in de 3e l van het begin van de vorige toer.

Tip voor het minderen (geldt voor het armsgat en de hals):
Minder als volgt aan het begin van de toer: vervang 1 stk door 1 hv.
Minder als volgt aan het eind van de toer: Keer het werk als het aantal te minderen stk nog over zijn op de toer.

Voorpand: Haak 88-97-109-124-139 l (incl. 3 l om mee te keren) met haaknld 4 mm.
Haak de eerste toer als volgt: 1 stk in de 4e l vanaf de haaknld, *sla 1 l over, 1 stk in elk van de volgende 2 l*, herhaal van *-* = 58-64-72-82-92 stk, keer het werk.
Lees het onderstaande eerst goed door voordat u verder gaat!
Haak 1 stk in elk stk van de vorige toer – lees de Haak info.
Meerderen: Plaats 2 merkdraden op 15-18-21-25-29 stk vanaf weerskanten = 28-28-30-32-34 stk tussen elke merkdraad. Meerder in de volgende toer door 2 stk te haken in elk van de 2 stk met de merkdraad. Herhaal deze meerdering elke 2-2-2-3-3 toeren in totaal 4-4-4-3-3 keer, meerder naast elke merkdraad zodat het aantal st tussen de merkdraden vermeerdert. Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 6 cm 1 stk aan weerskanten (haak 2 stk in het een na laatste stk). Als alle meerderingen voltooid zijn = 68-74-82-90-100 stk. Kant bij een hoogte van 16-17-18-19-20 cm af voor de armsgaten aan weerskanten – zie de tip voor het afkanten: 1-1-1-1-2 x 4 stk, 1-2-3-4-4 x 2 stk en 1-1-1-2-2 x 1 stk = 54-56-60-62-64 stk. Haak bij een hoogte van 26-27-28-29-30 cm 1 toer op de 19-20-21-22-23 stk aan weerskanten (d.w.z. haak niet op de middelste 16-16-18-18-18 stk = hals). Kant vervolgens af aan weerskanten van de hals – zie de tip voor het afkanten: 2 x 2 stk en 3 x 1 stk = 12-13-14-15-16 stk voor elke schouder. Hecht af bij een hoogte van 43-45-47-49-51 cm.

Achterpand: Haak zoals beschreven voor het voorpand = 58-64-72-82-92 st na de eerste toer. NB! Er komen geen meerderingen op het midden van het achterpand. Meerder in de 2e toer 1 stk aan weerskanten (haak 2 stk in het een na laatste stk) en herhaal de meerdering in elke 2e toer in totaal 5-5-5-4-4 keer = 68-74-82-90-100 stk. Kant bij een hoogte van 16-17-18-19-20 cm af voor de armsgaten aan weerskanten zoals beschreven voor het voorpand = 54-56-60-62-64 stk. Haak bij een hoogte van 31-33-35-37-39 cm 1 toer op de 13-14-15-16-17 stk aan weerskanten (d.w.z. haak niet op de middelste 28-28-30-30-30 stk = hals). Kant vervolgens 1 stk af aan weerskanten van de hals – zie de tip voor het afkanten =12-13-14-15-16 stk voor elke schouder. Hecht af bij een hoogte van 43-45-47-49-51 cm.

Afwerking: Sluit de schoudernaden in de buitenste lusjes met mooie kleine steekjes. Sluit de zijnaden op dezelfde manier.

Gegolfde rand: Haak een rand langs de onderkant met haaknld 4mm als volgt:
Toer 1: haak een toer van 120-130-150-170-190 v langs de onderkant van het voor- en achterpand, d.w.z. 1 v in elk stk, maar haak gelijkmatig verdeeld 2 v in 4-2-6-6-6 stk. Eindig de toer met een hv in de 1e v van het begin van de toer.
Toer 2: 1 l, 1 v in de eerste v, *5 l, sla 3 v over, 1 v in de volgende v, 7 l, sla 5 v over, 1 v in de volgende v*, herhaal van *-* in totaal 12-13-15-17-19 keer, Maar vervang de laatste v door een hv in de eerste v van het begin van de toer (= 12-13-15-17-19 grote l-boogjes + 12-13-15-17-19 kleine l-boogjes).
Toer 3: Haak hv naar het midden van het eerste kleine l-boogje, 1 v in hetzelfde kleine l-boogje, *10 stk in het volgende l-boogje (groot l-boogje), 1 v in het volgende l-boogje (klein l-boogje)*, herhaal van *-* in totaal 11-12-14-16-18 keer en eindig met 10 stk in het laatste l-boogje en een hv in de eerste v van het begin van de toer.
Toer 4: 1 hv tussen de eerste 2 stk van het stk-groepje, 4 l (= 1 stk + 1 l), *1 stk tussen de volgende 2 stk van het stk-groepje, 1 l*, herhaal van *-* in totaal 8 keer (= 9 stk in het stk groepje). Herhaal dit op alle stk-groepjes van de toer en eindig met een hv in de 3e l van het begin van de toer.
Toer 5: 1 picot = 3 l, 1 hv in de 3e l vanaf de haaknld. *1 v in de eerste l, 1 v in de volgende l, (1 picot, 1 v in de volgende l, 1 v in de volgende l), herhaal van (-) in totaal 3 keer, 1 v tussen de stk-groepjes*, herhaal van *-* in totaal 12-13-15-17-19 keer en eindig met een hv in de eerste v van het begin van de toer.

Haak eenzelfde rand op de 10e toer vanaf de onderkant (d.w.z. na de meerderingen). Haak op dezelfde manier als langs de onderkant. Begin met Toer 2 (haak Toer 1 niet). Door het aantal gemeerderde stk is het aantal herhalingen van het golfje als volgt:
Toer 2: herhaal van *-* in totaal 14-15-17-18-20 keer (= 14-15-17-18-20 grote l-boogjes + 14-15-17-18-20 kleine l-boogjes. NB! Het aantal stk van deze toer van de panden komt niet overeen met het aantal van de golfjesrand. Compenseer dit door 4 stk over te slaan i.p.v. 5 stk 4-2-6-0-0 keer, gelijkmatig verdeeld over de toer.
Toer 3: Herhaal van *-* in totaal 13-14-16-17-19 keer.
Toer 4: Gelijk aan de toer van de rand langs de onderkant.
Toer 5: Herhaal van *-* in totaal 14-15-17-18-20 keer.

Gehaakte rand: Haak een rand langs de armsgaten en de hals als volgt: 1 v in het eerste stk, 1 v in het volgende stk, *1 picot, 1 v in het volgende stk, 1 v in het volgende stk*, herhaal van *-* en eindig de toer met een hv in de eerste v.

Telpatroon

diagram measurements
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 99-15

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (38)

country flag Maria Lucia Di Geso wrote:

Vorrei sapere se dopo la prima riga del lavoro occorre lasciare sempre una catenella dopo le due maglie alte oppure se bisogna lavorare solo le maglie alte. Grazie

05.08.2017 - 17:27

DROPS Design answered:

Buonasera Maria Lucia. Dopo la prima riga lavora 1 maglia alta in ogni maglia della riga precedente, senza nessuna catenella. Buon lavoro!

05.08.2017 - 22:47

country flag Laura wrote:

Buon giorno. Non ho capito.come iniziare bordo inferiore..130.m.b. sul davanti e sul dietro ma poi parla di fare 2 m.basse per due volte _ taglia m _ ma quando ? Quindi alla fine del giro si avranno 262 m.basse? Grazie e cordiali saluti laura

22.07.2017 - 14:02

DROPS Design answered:

Buongiorno Laura. Quando inizia il bordo deve lavorare 1 maglia bassa in ogni maglia alta della prima riga del davanti/dietro, ma solo in due maglie alte a sua scelta (p.es nella maglia alta ai lati) deve lavorare 2 maglie basse e non una. In tutto devono esserci 130 maglie basse, per la taglia M. Buon lavoro!

22.07.2017 - 14:14

country flag Laura wrote:

Buon giorno. Una domanda. Per cucire le.spalle e i lati si fa sul rovescio e con ago prendendo un punto a sx e uno a dx e poi tornando a sx e a dx e così via? Grazie e cordiali saluti laura

21.07.2017 - 07:21

DROPS Design answered:

Buongiorno Laura. Sì, si unisce con l'ago. L'importante è che la parte più spessa della cucitura sia sul rovescio del lavoro. Può eventualmente guardare anche questo video. Buon lavoro!

21.07.2017 - 08:30

country flag Laura wrote:

Buon giorno. Non ho capito bene le diminuxioni. Arrivata a 17 cm devo fare 4 diminuzioni per ogni lato 1 volta..Quindi tutte insieme e poi proseguire al ritorno altre 2 maglie x lato e poi al terzo giro un altra maglia x lato..e corretto?Grazie!Laura

16.07.2017 - 15:16

DROPS Design answered:

Buongiorno Laura. Per la taglia M, le diminuzioni sono, per ogni lato: 4 maglie una volta, 2 maglie due volte e 1 maglia una volta. Buon lavoro!

16.07.2017 - 16:20

country flag Ruby Huigen wrote:

Vraag patroon 99-15. Ik haak deze in maat xxl. In de omschrijving van de 2e rand (in de 10e toer) staat bij toer 2 het volgende: "Het aantal stk van deze toer van de panden komt niet overeen met het aantal van de golfjesrand. Compenseer dit als volgt: sla 4 stk over i.p.v. 5 stk 0 keer" Mijn maat, onderrand 190 steken, de beide panden 200. Volgens jullie beschrijving moet ik 0x (?) de 5 stk vervangen door 4 stk maar met 0x verandert er niets. Wat doe ik verkeerd?

09.06.2017 - 19:15

DROPS Design answered:

Hallo Ruby, In jouw maat inderdaad nul keer en hoef je dus niets te doen. (Bij de maten waar wel een getal staat moet het aantal wel gecompenseerd worden). Veel haakplezier!

12.06.2017 - 16:02

country flag Maria Hansson wrote:

Hej,jag förstår inte hur jag ska tolka ökningarna. Varv två förstog jag men inte resten. Ska jag sätta markering varje ökningsvarv och i vilken stolpe ska ökningen göras innanför markeringarna?

23.08.2016 - 19:37

DROPS Design answered:

Hej Maria. Du öker 2 st i de 2 st med merketråd i. Du lader markeringen fölge med op saa du hele tiden öker i samme st. Du gentager ökningen i hver 2. rad totalt 4-4-4-3-3 ganger

07.09.2016 - 14:05

country flag Ineke wrote:

Ik kom steeds op 44 stokjes I.v.p 58 wat doenlijk fout

08.06.2016 - 10:01

DROPS Design answered:

Hoi Ineke. Sla je misschien te veel lossen over? Je begint met 88 l en haakt: 1 stk in de 4e l vanaf de haaknld, *sla 1 l over, 1 stk in elk van de volgende 2 l* = 1 stk in 4e l = 2 stk, 84 l / 3 st (1 l overslaan, 2 stk) = 28 keer 2 stk = 56+2 = 58

08.06.2016 - 16:06

country flag Broux wrote:

Bonjour Y a-t-il ne erreur dans les explications j'ai commencé ce modèle en taille S et j'ai 47cm en largeur au lieu des 40cm des explications .

08.06.2015 - 16:14

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Broux, pensez à bien vérifier et conserver la tension indiquée (17 B = 10 cm) pour avoir 54 B = 34 cm en bas du top et 68 B = 40 cm avant les emmanchures. Bon crochet!

08.06.2015 - 16:42

country flag Dieneke wrote:

Heb een vraag oven patroon 99-15 Er staan op een gegeven moment herhaal deze meerdering elke 2 toeren 4x bedoelen ze dan om de toer? Als ik de foto inzoem is het van de onderkant naar de rand van de oksel 17 toeren moet ik dat aan houden of moet ik niet naar het plaatje kijken? En gewoon het patroon op papier volgen?

10.04.2014 - 12:37

DROPS Design answered:

Hoi Dieneke. Ja, elke 2 toeren is hetzelfde als om de toer (elke 2e toer). En volg het patroon op papier. Het kan zijn dat het model op de foto een andere maat draagt dan wat je maakt - veel plezier mee.

10.04.2014 - 14:37

Martina Lehner wrote:

Ich habe gerade angefangen, das Top zu haekeln, bin jedoch sofort auf ein Problem gestossen, ich habe 88 LF gehaekelt und nach der ersten Reihe habe ich 44 Staebchen, das Muster spricht aber von 58 Staebchen, was habe ich da falsch gemacht? Danke fuer Ihre Hilfe. Ich habe seit langer Zeit mal wieder mit Haekeln angefangen und mit den Anleitungen hatte ich schon immer Probleme. Sorry! Viele Gruesse

18.07.2013 - 23:56

DROPS Design answered:

Liebe Martina, wie es klingt haben Sie die 1. R nicht richtig gearbeitet. man überspringt nicht jede 2. sondern jede 3. Masche: "* 1 Lm überspringen, 1 Stb in jede der 2 nächsten Lm *"

19.07.2013 - 08:27