DROPS 91-11 |
|
|
|
Gehaakte DROPS jas met ceintuur van “Alaska” met een kleine gebreide sjaal van “Puddel”.
DROPS 91-11 |
|
JAS: Haaksteekverhouding: 12 v/dstk x 4 tr (dwz 1 tr v + 1 tr dstk) met haaknld 5 mm en Alaska = 10 x 10 cm. Tip Haken: Vervang de eerst v van de tr door 1 l. En vervang het eerste dstk van de tr door 4 l. Eindig een tr van v met 1 hv in de 4e l van de vorige tr. En eindig een tr van dstk met 1 hv in de 1e l van de vorige tr. Structuurmotief: *1 tr v, 1 tr dstk *, herhaal steeds *-* tot de vereiste afmetingen. NB: Haak in elke v/dstk van de vorige tr en niet tussen. Info Afkanten: Kant alleen af in tr van dstk! Kant af als volgt aan het einde van de toer: Keer het werk als het aantal af te kanten stk nog over is op de toer. Kant af als volgt aan het begin van de toer: haak 1 hv op het aantal af te kanten dstk. Kreeftensteken: Haak een toer van v van links naar rechts. Achterpand: Lees Tip Haken! Haak losjes 79-84-91-99-108 l met haaknld 5 mm en Alaska (incl. 4 l om mee te keren). Haak de eerste tr als volgt: 1 dstk in de 5e l van de haaknld, 1 dstk in de volgende 2 l, *1 l overslaan, 1 dstk in de volgende 3 l*, herhaal steeds *-* op de hele tr – NB: Eindig op maat M + XXL met 1 dstk in de laatste 4 l (ipv. de laatste 3 l) = 58-62-67-73-80 dstk. Keer het werk. Haak door volgens het Structuurmotief – lees de instructie beschrijving hierboven. Let op de haaksteekverhouding! Kant bij een hoogte van 15 cm – in een tr van dstk – 1 dstk af aan weerskanten – lees Info Afkanten. Herhaal het afkanten bij een hoogte van ca 30 en 45 cm = 52-56-61-67-74 v/dstk. Kant bij een hoogte van ca 57-58-59-60-61 cm af aan weerskanten voor de armsgaten in tr van dstk als volgt: 1-1-1-1-2 x 3 dstk, 0-1-1-2-2 x 2 dstk en 1-1-3-3-3 x 1 dstk = 44-44-45-47-48 v/dstk. Haak bij een hoogte van ca 73-75-77-79-81 cm (er moet nog maar 1 tr van v + 1 van dstk gehaakt worden), 1 tr alleen over de eerste 16-16-16-17-17 v/dstk aan weerskanten (dwz, haak niet door over de middelste 12-12-13-13-14 v/dstk = hals). Haak nog 1 tr op beide schouders. Knip de draad en hecht stevig af. Het achterpand heeft een totale hoogte van ca 76-78-80-82-84 cm. Linker voorpand: Haak losjes 40-43-47-51-55 l met haaknld 5 mm en Alaska (incl. 4 l om mee te keren). Haak de eerste tr als volgt: 1 dstk in de 5e l van de haaknld, 1 dstk in de volgende 2 l, *1 l overslaan, 1 dstk in de volgende 3 l*, herhaal *-* op de hele tr – NB: Eindig op S met 1 dstk in de laatste 4 l (ipv. De laatste 3 l) = 29-31-34-37-40 dstk. Keer het werk. Haak door volgens het Structuurmotief zoals voor het achterpand. Kant bij een hoogte van ca 20, 35 en 50 cm af aan de zijkant zoals voor het achterpand (ipv. bij 15, 30 en 45 cm) = 26-28-31-34-37 v/dstk. Kant bij een hoogte ca 57-58-59-60-61 cm af aan de zijkant voor het armsgat zoals voor het achterpand = 22-22-23-24-24 v/dstk. Kant bij een hoogte van ca 66-68-70-72-74 cm de eerste 4 dstk aan het middenvoor af voor de hals – Lees Info Afkanten. Kant vervolgens af langs het middenvoor in tr van dstk als volgt: 0-0-1-1-1 x 2 dstk en 2-2-1-1-1 x 1 dstk = 16-16-16-17-17 v/dstk over op de schouder. Haak door tot dezelfde hoogte als op het achterpand. Knip de draad en hecht stevig af. Rechter voorpand: Haak zoals het linker voorpand, maar dan in spiegelbeeld. Mouwen: Haak losjes 42-42-43-43-45 l met haaknld 5 mm en Alaska (incl. 4 l om mee te keren). Haak de eerste tr als volgt: 1 dstk in de 5e l van de haaknld, *1 l overslaan, 1 dstk in de volgende 3 l*, herhaal *-* op de hele tr – NB: Eindig op maat S + M met 1 dstk in de laatste 4 l (ipv. de laatste 3 l) en op maat L + XL met 1 dstk in de laatste 5 l (42-42-43-43-45) = 30-30-31-31-32 dstk. Keer het werk. Haak door volgens het Structuurmotief zoals voor het achter- en de voorpanden. Plaats bij een hoogte van 5 cm 1 merkdraad aan weerskanten (= omslag) – vanaf hier het werk meten! Meerder vanaf een hoogte van 10 cm 5-7-8-9-10 x 1 v/dstk op elke 9-6-5-4-3½ cm als volgt: Haak 1 extra v/dstk in de tweede v/dstk aan weerskanten van de mouw = 40-44-47-49-52 v/dstk. Kant bij een hoogte van 49-48-48-46-44 cm af aan weerskanten voor de mouwkop in tr van dstk als volgt – Lees Info Afkanten: 1 x 4 dstk en 1 x 3 dstk. Kant daarna steeds 2 dstk af aan weerskanten tot een totale hoogte van 56-57-58-58-58 cm. Knip de draad en hecht stevig af. Afwerken: Sluit de schoudernaden rand aan rand met kleien matrasst. Voorbies: Lees Tip Haken! Haak 78-90 v met haaknld 5 mm en Alaska langs het linker voorpand (ca 2 v in elk dstk en 1 v in elke v) – zorg ervoor dat de voorbies mooi strak wordt. Haak vervolgens 1 tr van v, 1 tr van dstk en 1 tr van v. Knip de draad en hecht stevig af. Herhaal dit langs het rechter voorpand. Kraag: Haak ca 40-46 v met haaknld 5 mm en Alaska rondom de hals (haak niet boven de voorbiezen) – haak op de goede kant. Haak door volgens het Structuurmotief zoals eerst. Meerder, als de kraag een hoogte van ca 3 cm heeft, gelijkmatig 5 v/dstk in het middenachter (tussen de schouders) = ca 45-51 v/dstk. Knip de draad af, als de kraag een hoogte van ca 10-10-10-13-13 cm heeft (na een tr van dstk) en hecht stevig af. Rand: Haak langs de randen van de jas met haaknld 5 mm en Alaska. Begin beneden op het rechter voorpand, en haak langs het voorpand, rondom de kraag en langs het linker voorpand. Haak eerst 1 tr van v (haak 1 v in elke v/dstk) en haak vervolgens 1 tr van kreeftensteken – lees de instructie hierboven. Knip de draad en hecht stevig af. Knoophoesjes: Haak 4 knoophoesjes met haaknld 5 mm en Alaska. Haak eerst 2 l, en 6 v in de eerste van deze 2 l. Eindig met 1 hv in de eerste v (= 1e tr). 2e tr: 1 l. 2 v in elke v, en eindig met 1 hv in de eerste v van de tr (= 12 v). 3e + 4e tr: 1 l. 1 v in elke v, en eindig met 1 hv in de eerste v van de tr (= 12 v). 5e tr: 1 l. 1 v in elke 2e v. Eindig met 1 hv in de eerste v van de tr (= 6 v). Doe de knoop in het hoesje. Rijg de draad door de rand van het hoesje en trek stevig aan. Hecht af. Naai de knopen vast met een gelijkmatige tussenruimte op de linker voorbies van de jas. Naai de eerste knoop vast ca 1 cm onder de bovenrand, en de laatste ca 30 cm vanaf de onderrand. Gebruik de gaatjes tussen de dstk op de rechter voorbies als knoopsgaten. Naai de mouwen in de jas. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer met kleine matrasst. Sla de eerste 5 cm van de mouw om en naai de omslag vast met een paar kleine steken. Ceintuur: Haak 13 l met haaknld 5 mm en Alaska. Haak de eerste tr als volgt: 1 stk in de 4e l van de haaknld, en haak vervolgens in stk in de overige 9 l = 11 stk. Haak door volgens het Structuurmotief zoals voor de jas, maar haak ipv dstk gewone st. Leg na 2 cm de uiteinde van de ceintuur om de gesp en haak de gesp vast aan de ceintuur als volgt: haak de v/stk op de volgende tr door beide lagen van de ceintuur. Haak nu door volgens het motief tot een totale lengte van ca 85-90-95-100-105 cm (of naar een gewenste lengte). Minder in de laatste tr 1 v/stk aan weerskanten = 9 v/stk (haak de eerste 2 v of 2 stk aan weerskanten samen). Knip de draad en hecht stevig af. Haak een aantal lusjes om de ceintuur vast te houden aan de jas. Haak als volgt: Haak 21 l met haaknld 5 mm en. Sluit deze tot een ring met 1 hv. Haak vervolgens 3 tr v (1 v in elke l/v). Hecht af. Maak 2-4 lusjes en naai ze vast met een gelijkmatige tussenruimte op de jas. Rijg de ceintuur door de lusjes. SJAAL: Zie het patroon onder DROPS model 91-4. |
|
![]() |
|
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 10 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 91-11
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.