Sunny Isles#sunnyislessweater |
|||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||
Gehaakte lange trui in DROPS Belle. Het werk wordt van onder naar boven gehaakt met kantpatroon, boothals en ¾-lengte mouwen. Maten S - XXXL.
DROPS 258-36 |
|||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- LOSSE: Als u aan het uiteinde van de haaknaald haakt, is de losse vaak te strak. 1 losse zou even lang moeten zijn als 1 stokje breed is. INFORMATIE VOOR HET HAKEN: Op het begin van elke toer, vervangt u het eerste stokje met 3 lossen. Het laatste stokje wordt in de 3e losse van het begin van de vorige toer gehaakt. PATROON: Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen tonen alle toeren in het patroon, aan de goede kant gezien. Denk erom dat als u aan de verkeerde kant haakt, de telpatronen van links naar rechts gelezen worden TIP VOOR HET OPMETEN: Alle lengte-afmetingen worden genomen als het werk omhoog gehouden wordt, om te voorkomen dat het kledingstuk te lang wordt tijdens het dragen. TIP VOOR HET MINDEREN: Minder op het begin en einde van de toer: Haak de eerste 3 lossen (welke het 1e stokje vervangen), haak de volgende 2 stokjes samen als volgt: * Maak 1 omslag, voeg de haaknaald in bij de volgende steek, neem de draad op, maak 1 omslag en haal het door de eerste 2 lussen op de haaknaald *, haak van *-* 1 keer (3 lussen op de haaknaald), maak 1 omslag en haal het door alle 3 lussen (= 1 steek geminderd). Haak zoals hiervoor tot er 3 steken over zijn op de toer, minder 1 stokje op dezelfde manier en haak 1 stokje in de laatste steek (= 1 steek geminderd). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE OVERVEW VAN HET WERK: De voor- en achterpanden worden apart heen en weer gehaakt en van onder naar boven. De delen worden samen gehaakt. Er worden steken opgenomen rondom de armsgaten en de mouwen worden heen en weer gehaakt. Er wordt een rand gehaakt rondom de halslijn op het einde ACHTERPAND: Gebruik haaknaald 4.5 mm en DROPS Belle. Lees LOSSE en INFORMATIE VOOR HET HAKEN hierboven. Haak 96-103-110-124-131-145 lossen. Haak 1 stokje in de 4e losse vanaf de haaknaald (3 lossen vervangen het eerste stokje), haak 1 stokje in elk van de volgende 6 lossen, * sla 1 losse over, haak 1 stokje in elk van de volgende 6 lossen, *, haak van *-* tot er 2 lossen over zijn, haak 1 stokje in elk van de laatste 2 lossen = 82-88-94-106-112-124 stokjes. Lees PATROON en haak dan als volgt aan de goede kant: 3 lossen (vervangen het eerste stokje), 1 stokje in het volgende stokje, haak A.1a (= 6 steken) 13-14-15-17-18-20 keer in de breedte, 1 stokje in elk van de laatste 2 stokjes. Denk om de stekenverhouding. Ga verder heen en weer gehaakt als volgt: 3 lossen (vervangen het eerste stokje), 1 stokje in het volgende stokje, haak A.1b (= 6 steken) 13-14-15-17-18-20 keer, 1 stokje in elk van de laatste 2 stokjes. Ga zo verder tot het werk 42-43-44-45-46-47 cm meet – lees TIP VOOR HET OPMETEN. Ga nu verder met het patroon over de middelste 11-12-13-13-14-16 herhalingen van A.1b (1-1-1-2-2-2 herhaal het minderen aan elke kant = armsgat), als volgt: Knip en hecht de draad af. Haak 1 halve vaste in de 7e-7e-7e-13e-13e-13e steek, haak 3 lossen (= kantsteek, vervangt het eerste stokje), ga verder met A.1b over de volgende 66-72-78-78-84-96 steken, 1 stokje (= kantsteek) = 68-74-80-80-86-98 steken. Ga verder met A.1b heen en weer gehaakt met 1 kantsteek aan elke kant – de kantsteken worden gebruikt voor het haken van de mouwen. Als het werk 59-61-62-64-66-68 cm meet – denk om TIP VOOR HET OPMTEN – ga dan verder met een schouder als volgt: Haak 1 stokje in elk stokje en 2 stokjes om elke lossenlus, over de eerste 20-23-24-24-24-31 steken. Haak nog 1-1-2-2-2-2 toeren over deze 20-23-24-24-24-31 steken, met 1 stokje in elk stokje. Knip en hecht de draad af. Haak de andere schouder op dezelfde manier, beginnend met 1 halve vaste in de 20e-23e-24e-24e-24e-31e steek vanaf de schouder. Er zijn 28-28-32-32-38-36 steken voor de halslijn midden achter. Het werk meet ongeveer 62-64-66-68-70-72 cm. VOORPAND: Haak op dezelfde manier als het achterpand, maar haak A.2 in plaats van A.1, dus het kantpatroon leunt naar de andere kant. AFWERKING-1: Haak de schoudernaden als volgt aan de verkeerde kant, door beide lagen: 1 vaste in het eerste stokje, * 1 losse, sla 1 stokje over, 1 vaste in het volgende stokje *, haak van *-* over de naad. MOUWEN: Worden heen en weer gehaakt en van boven naar beneden. Begin in de hoek op de onderkant van het armsgat. Neem 64-70-70-76-76-82 stokjes op rondom het armsgat, haak om de kantsteken (het aantal steken moet deelbaar zijn door 6 + 4) – denk om INFORMATIE VOOR HET HAKEN. RECHTER MOUW: Haak 1 stokje in elk van de eerste 2 stokjes, A.1a tot er 2 stokjes over zijn, haak 1 stokje in elk van de laatste 2 stokjes – geeft de mouw symmetrie. Ga verder met A.1b heen en weer gehaakt met 2 stokjes aan elke kant. Als de mouw 5-6-6-9-9-9 cm meet, minder dan 1 steek aan elke kant – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo, aan de binnenkant van 1 kantsteek iedere 3-3-4-3-5-5 cm in totaal 6-7-5-6-4-4 keer = 52-56-60-64-68-74 steken – zorg ervoor dat het patroon verder loopt in de hoogte terwijl u mindert. Als de mouw 28-28-28-29-28-25 cm meet, haak dan de laatste toer als volgt: 1 stokje in elk stokje en 2 stokjes om elke lossenlus. LINKER MOUW: Haak 1 stokje in elk van de eerste 2 stokjes, A.2a tot er 2 stokjes over zijn, haak 1 stokje in elk van de laatste 2 stokjes. Ga verder met A.2b heen en weer gehaakt met 2 stokjes aan elke kant. Als de mouw 5-6-6-9-9-9 cm meet, minder dan 1 steek aan elke kant – denk om TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo, aan de binnenkant van 1 kantsteek iedere 3-3-4-3-5-5 cm in totaal 6-7-5-6-4-4 keer = 52-56-60-64-68-74 steken – zorg ervoor dat het patroon verder in de hoogte loopt terwijl u mindert. Als de mouw 28-28-28-29-28-25 cm meet, haak dan de laatste toer als volgt: 1 stokje in elk stokje en 2 stokjes om elke lossenlus. AFWERKING-2: Begin door a tegen A te naaien aan elke kant van de mouw onder het armsgat - zie tekening. Haak dan de mouwnaad op dezelfde manier als de schoudernaden. Haak de zijnaden op dezelfde manier als de schoudernaden, vanaf de armsgaten naar beneden, eindig 10-10-11-11-12-12 cm vanaf de onderrand tot om een split aan elke kant te maken. HALSLIJN: Begin door 1 halve vaste in een schoudernaad te haken. Haak dan als volgt: * 2 lossen, sla 1½ cm over, haak 1 vaste *, haak van *-* rondom de halslijn, haak 1 halve vaste in de eerste halve vaste. Knip en hecht de draad af. |
|||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #sunnyislessweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 10 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 258-36
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.