Nu de hals en de pas klaar zijn, is het tijd om de pas te verdelen in de mouwen en het lijf en te beginnen met het breien van het lijf.
Heeft u hulp nodig? Scroll dan verder naar de onderkant van de pagina voor hulpbronnen of om een opmerking achter te laten.
Brei 25-27-29-30-32-33-34 steken recht (= helft van het achterpand), zet de volgende 36-38-40-40-42-44-48 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6 steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei 50-54-58-60-64-66-68 steken recht (= voorpand), zet de volgende 36-38-40-40-42-44-48 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6 steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 25-27-29-30-32-33-34 steken recht (= helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN!
Brei 34-38-40-44-49-53 steken recht (= helft van het achterpand), zet de volgende 48-52-56-64-64-66 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei 68-76-80-88-98-106 steken recht (= voorpand), zet de volgende 48-52-56-64-64-66 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 34-38-40-44-49-53 steken recht (= helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN!
Brei 38-40-44-49-53-58 steken recht (= helft van het achterpand), zet de volgende 52-56-64-64-66-68 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-8-10-12-12 steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei 76-80-88-98-106-116 steken recht (= voorpand), zet de volgende 52-56-64-64-66-68 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-8-10-12-12 steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 38-40-44-49-53-58 steken recht (= helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN!
LIJF:
UITLEG VOOR HET PATROON:
TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt, kunt u afkanten met een naald in een maat groter. Als het nog steeds te strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elke 4e steek terwijl u afkant; de omslagen worden als normale steken afgekant.
Er zijn 112-120-128-132-140-144-148 steken. Ga verder in de rondte met tricotsteek en de hoofdkleur, voor 16-20-23-25-26-27-28 cm (of de gewenste lengte). Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei 3-3-3-4-4-4-4 cm boordsteek (2 recht, 2 averecht). Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN. Knip en hecht het garen af. De trui meet ongeveer 36-40-44-48-50-52-54 cm vanaf de schouder naar beneden.
Er zijn 148-164-176-192-216-236 steken. Ga verder in de rondte met tricotsteek en de hoofdkleur, voor 27-27-27-27-27-27 cm (of de gewenste lengte). Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei 4 cm boordsteek (2 recht, 2 averecht). Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN. De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden.
Er zijn 164-176-192-216-236-256 steken. Ga verder in de rondte met tricotsteek en de hoofdkleur voor 32-32-33-33-33-33 cm (of tot de gewenste lengte; er is 6 cm over tot de gewenste lengte). Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei 6 cm boordsteek (2 recht, 2 averecht). Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN. De trui meet ongeveer 68-70-72-74-76-78 cm vanaf de schouder naar beneden.
We hebben nu de pas verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf af gemaakt! En dat betekent dat Clue #3 nu opgelost is.
Bent u er klaar voor om verder te gaan? Klik dan hieronder op Volgende > om naar de volgende stap van de trui te gaan.
Oh ja, vergeet u niet afbeeldingen van uw voortgang naar de gallery te sturen? Klik hier om een link in te sturen!
Hieronder vindt u een lijst met hulpbronnen die u kunnen helpen met het lijf van uw kersttrui.
Heeftu nog vragen? U kunt een opmerking achterlaten met het formulier onderaan de pagina zodat een van onze brei-experts u kan proberen te helpen!