DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.99€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 88-19
Maat: S - M - L - XL - XXL
Afmetingen:
Bovenwijdte: 88-96-102-116-128 cm
Zoom: 76-84-90-104-116 cm
Materialen: DROPS Safran van Garnstudio,
350-400-400-450-500 gr nr. 03, licht mintgroen
DROPS zilveren knopen, nr. 534: 6 stuks

DROPS haaknld 3.5 mm, of de maat die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.99€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Steekverhouding: 3 herhalingen in de breedte (1 herhaling = 1 l-boogje + 1 stk-groepje) en 8 toeren = ca 10 x 10 cm.

Teltekeningen: Zie de teltekeningen. Er zijn twee Teltekeningen 1: een voor Maat S + M + L en een voor Maat XL + XXL. Teltekeningen 2 en 3 zijn hetzelfde voor alle maten. «Midt foran/fram» betekent «middenvoorpand».

Haak tips (voor de 3 stk - samen):
Haak 1 stk, maar hou de laatste lus op de haaknld, (= 2 lussen op de haaknld), 1 nieuw stk in dezelfde st/boogje, maar hou de laatste omsl op de haaknld (= 3 lussen op de haaknld), 1 nieuw stk in dezelfde st/boogje, en haal dan de omsl door alle 4 lussen op de haaknld.

Knoopbies Tips: Om te voorkomen dat de knoopbies te strak wordt vervangt u het 1e stk aan het begin van elke toer vanaf het middenvoor door 4 l .

Achterpand: Haak een ketting van 115-124-133-151-169 l. Zet het patroon op de eerste toer in als volgt - lees de Haak tips: begin in de 16e l vanaf de haaknld en haak 3 stk-samen, 4 l en 3 stk-samen in dezelfde l, * 4 l, sla 8 l over, in de volgende l: 3 stk-samen, 4 l en 3 stk-samen *, herhaal van * - * in totaal 10-11-12-14-16 keer, 4 l, sla 8 l over en eindig met 1 stk in de laatste l = 11-12-13-15-17 stk-groepjes, keer het werk.
Haak vervolgens elke toer als volgt: 7 l, haak 3 stk-samen in het l-boogje van het eerste stk-groepje, 4 l en 3 stk-samen, * 4 l, in het l-boogje, haak 3 stk-samen in het volgende stk-groepje, 4 l en 3 stk-samen *, herhaal van * - * en eindig met 4 l en 1 stk in de 5e l na het laatste stk-groepje.
Meerder bij een hoogte van 13 en 23 cm 1 l-boogje aan weerskanten door 1 extra l-boogje te haken in het laatste l-boogje aan weerskanten (1 l-boogje = 1 stk + 4 l – aan het begin van de toer vervangen door 1 stk met 3 l).
Kant bij een hoogte van 35-36-37-38-39 cm af voor de armsgaten aan weerskanten volgens Teltekening 1 (gebruik de juiste teltekening voor uw maat) = 9-10-11-11-13 stk-groepjes resteren. Ga verder volgens het patroon zoals eerst.
Kant bij een hoogte van 53-55-57-59-61 cm af voor de hals als volgt: 7 l, haak 3 stk-samen in het l-boogje van het eerste stk-groepje, 4 l en 3 stk-samen, 4 l, haak 3 stk-samen in het l-boogje van het volgende stk-groepje, 4 l en 3 stk-samen, eindig met 4 l en 1 stk in de bovenkant van de eerste 3 stk-samen van het volgende stk-groepje.
Hecht af, er resteren 2 stk-groepjes voor de schouder en het werk heeft een hoogte van ca 54-56-58-60-62 cm. Herhaal dit aan de andere kant van de hals.

Rechter voorpand: Haak 70-79-79-88-97 l (incl. 4 l om mee te keren). Zet het patroon op de 1e toer in als volgt (vanaf het middenvoor): 1 stk in de 5e l vanaf de haaknld, 1 stk in elk van de 2 volgende l, l 1, sla 2 l over, haak 3 stk-samen in de volgende l, 4 l en 3 stk-samen, 1 l, sla 2 l over, 1 stk in elk van de 4 volgende stk (= knoopbies), * 4 l, sla 8 l over, haak 3 stk-samen in de volgende l, 4 l en 3 stk-samen *, herhaal van * - * in totaal 5-6-6-7-8 keer, 4 l, sla 8 l over en eindig met 1 stk in laatste l = 5-6-6-7-8 stk-groepjes + knoopbies, keer het werk.
2e toer: 7 l, haak 3 stk-samen in het l-boogje van het eerste stk-groepje, 4 l en 3 stk-samen, * 4 l, haak 3 stk-samen in het l-boogje van het volgende stk-groepje, 4 l en 3 stk-samen *, herhaal van * - * in totaal 4-5-5-6-7 keer, en dan 4 l, *1 stk in elk van de 4 volgende stk, l 1, haak 3 stk-samen in het l-boogje van het stk-groepje, 4 l en 3 stk-samen, 1 l, 1 stk in elk van de 4 laatste stk * (* - * = knoopbies), keer het werk.
Herhaal vanaf de 2e toer – lees de Knoopbies Tips hierboven.
Meerder bij een hoogte van 8 en 18 cm 1 l-boogje aan de zijkant zoals beschreven voor het achterpand.
Kant bij een hoogte van 35-36-37-38-39 cm af voor de armsgaten aan de zijkant zoals voor het achterpand.
Kant bij een hoogte van 42-44-46-48-50 cm af voor de hals Volgens Teltekening 2. Haak Teltekening 2 tot er nog 2 stk-groepjes over zijn voor de schouder (voor alle maten), en haak dan door op de 2 bovenste toeren volgens de Teltekening.
Hecht af bij een hoogte van 54-56-58-60-62 cm.

Linker voorpand: Haak zoals het rechter in spiegelbeeld.

Mouw: Haak 79-79-79-88-88 l. Zet het patroon op de eerste toer in als volgt: begin in de 16e l vanaf de haaknld en haak 3 stk-samen, 4 l en 3 stk-samen in die l, * 4 l, sla 8 l over, haak 3 stk-samen in de volgende l, 4 l en 3 stk-samen *, herhaal van * - * in totaal 6-6-6-7-7 keer, 4 l, sla 8 l over en eindig met 1 stk in de laatste l = 7-7-7-8-8 stk-groepjes, keer het werk. Ga verder met het patroon zoals beschreven voor de panden.
Haak bij een hoogte van 8 cm Teltekening 3 tweemaal, en ga dan verder met gewone patroon tot de vereiste afmetingen.
Meerder bij een hoogte van 14 cm aan een kant door 1 extra l-boogje te haken in het laatste l-boogje, en haak dan gewoon door. Herhaal deze meerdering aan de andere kant bij een hoogte van 19-18-18-17½-16½ cm. Herhaal de meerderingen afwisselend aan de ene en de andere kant nog 3-4-4-4-5 keer op elke 5-4-4-3½-2½ cm (10-8-8-7-5 cm tussen elke meerdering op dezelfde kant ). Er zijn 4-5-5-5-6 l-boogjes gemeerderd aan weerskanten.
Plaats bij een hoogte van 52-52-52-49-44 cm een merkdraad aan weerskanten (om te plek waar de mouwen in de panden worden gezet).
Hecht af bij een hoogte van 58-58-58-59-56 cm (de mouwen van de grotere maten zijn korter omdat de panden breder zijn).

Afwerking: Haak de schouders samen als volgt: 1 hv in het eerste l-boogje van het achterpand, 3 l, 1 v in het eerste l-boogje van het voorpand, 3 l, 1 v in het volgende l-boogje van het achterpand, etc. Haak de mouw- en zijnaden op dezelfde manier aan elkaar, en haak dan de mouwen in de panden (de merkdraad in de mouwen moet samenvallen met de zijnaad van de panden).
Gehaakte rand voor de hals: Haak 1 toer l-boogjes langs de hals als volgt (op de goede kant):
1 v in het 1e stk van de knoopbies, * 5 l, sla 1 toer over (of ca 1 cm), 1 v in het volgende stk *, herhaal van * - * en eindig met 1 hv in het laatste stk – let er op dat de rand niet te los en niet te strak wordt. Haak dan 2 toeren v – haak op de eerste toer ca 3 v in elk l-boogje, en haak in de volgende toer haak 1 v in elke v van de vorige toer.
Zet gelijkmatig verdeeld 6 knopen op het linker voorpand in midden van de 4 stk van de knoopbies. Plaats de bovenste knoop ca 1 cm vanaf de bovenkant en de onderste ca 2 cm vanaf de onderkant. Gebruik de l-boogjes van de rechter knoopbies als knoopsgaten.

Telpatroon

symbols = 1 l (losse)
symbols = 1 stk (stokje)
symbols = 3 stk samen
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 88-19

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (14)

country flag Remei wrote:

Cuando pone rematar para sisa se tiene que cerrar puntos o hacer 1pa 4cad1pa como diagrama 1?

15.03.2023 - 08:42

DROPS Design answered:

Hola Remei, cuando trabajas a punto normalmente se cierran puntos, pero a ganchillo normalmente se saltan puntos cuando se rematan o trabajas puntos enanos sobre ellos. En este caso, tienes que trabajar el diagrama 1, en donde tienes 4 o 3 arcos (dependiendo de la talla) de los que se saltan 2 o 1 (dependiendo de la talla).

19.03.2023 - 23:02

country flag Remei wrote:

No entiendo el diagrama 1, cuando poneis rematar la labor para sisa normalmente se cierran puntos y en este diagrama es como si se hiciera 1pa 4cad 1pa x dos filas y después se continúa con el dibujo, es así?

15.03.2023 - 08:30

DROPS Design answered:

Hola Remei, cuando trabajas a punto normalmente se cierran puntos, pero a ganchillo normalmente se saltan puntos cuando se rematan o trabajas puntos enanos sobre ellos. En este caso, tienes que trabajar el diagrama 1, en donde tienes 4 o 3 arcos (dependiendo de la talla) de los que se saltan 2 o 1 (dependiendo de la talla).

19.03.2023 - 23:02

country flag Penny wrote:

The increases on the back are done at 13 and 23 cm, but on the from at 8 and 18. Is this correct?

15.02.2023 - 00:42

DROPS Design answered:

Dear Penny, yes that's correct, that way, the increases on the sides will be smoother when pieces are sewn together. Happy crocheting!

15.02.2023 - 10:04

country flag Anna wrote:

Snälla hjälp 😥 Okej baksida stl s Börjar med 11 grupper Ökar med två = 13 Och sedan minskar med tre på var sida, men ska vara 11 kvar? Jag vet inte var jag feltolkar 😢

14.04.2020 - 00:15

DROPS Design answered:

Hei Anna. Du har 11-12-13-15-17 st-grupper (avhengig av hvilken størrelse du hekler). Når arbeidet måler 13 cm økes det 1 lm-bue i hver side = 13-14-15-17-19 st-grupper, når arbeidet måler 23 cm økes det 1 lm-bue i hver side = 15-16-17-19-21 st-grupper. Du har nå økt 2 ganger i hver side. Når arbeidet måler 35-36-37-38-39 cm felles det til ermhull i hver side etter Diag.1 = 9-10-11-11-13 st-grupper tilbake. God Fornøyelse!

17.04.2020 - 14:26

country flag Clara J Shaw wrote:

Hello! I am in the early stage of this pattern. I completed the back rows up to this point When the piece measures 13 and 23 cm inc 1 ch-loop at each side by crocheting 1 extra ch-loop in the outermost ch-loop at each side (1 ch-loop = 1 dc + ch 4 – at start of row replace 1 dc with ch 3). I understand why, but not how clearly. It seems like a decrease over a group. Thanks

15.02.2020 - 16:52

DROPS Design answered:

Dear Mrs Shaw, to increase 1 ch-space on each side, you should just work as follows: turn and crochet 7 chains (= 1st dc + 1st ch-space), 1 dc in the last dc from previous row, 4 chains, and continue as before until the last dc at the end of row and work: 1 dc in last dc, 4 ch, 1 dc in same dc. Turn and work as before with 2 chain-spaces (1 dc, 4 ch, 1 dc, 4 ch) on each side. After 2nd inc you will have 3 ch-spaces on each side - Diag 1 might help you to vizualize how it should look at. Happy crocheting!

17.02.2020 - 08:40

country flag Maria Teresa Lopez wrote:

Hice una pregunta hace más de medio año! No me han contestado. Me siento ignorada!

25.01.2020 - 18:10

country flag Mickey wrote:

Klopt het dat de L.boog die je meerderd open blijven, dus niet in de volgende toeren 3 stokjes, 4l, 3 stokjes?

13.06.2018 - 13:38

country flag Mariette wrote:

Waarom meerderen bij het achterpand bij 13 en 23 cm en bij de voorpanden bij 8 en 18 cm.?

19.03.2018 - 16:20

DROPS Design answered:

Hallo Mariette, Dit is om te voorkomen dat er een grote verspringing in de zijnaad komt bij het in elkaar zetten van het werk. Daarom minder je a.h.w. om en om op het voor en achterpand, steeds om de 5 cm: 8-13-18-23

21.03.2018 - 21:06

Margarita Sanchez wrote:

Me encantan sus tejidos me gustaria q me enviara el patron talka M

20.02.2018 - 21:45

country flag Sabine wrote:

Bitte um Hilfe :-) ich versteh die Sache mit dem zusätzlichen Luftmaschenbogen bei 13 und 23 cm nicht. wie genau soll ich den luftmaschenbogen zufügen ? ich hab dann 2 stäbchen und 4 luftmaschen am Ende der Reihe ???und auf jeder Seite einmal bei 13 und einmal bei 23 cm ?

08.04.2017 - 21:12

DROPS Design answered:

Liebe Sabine, bei 13 und 23 cm sollen Sie 1 Lm-Bogen zunehmen, am Anfang der Reihe häkeln Sie: 3 Lm (= 1. Stb), 4 LM, 1 Stb in dem 1. Lm-Bogen, 4 Lm und wie zuvor weiterhäkeln und am Ende Der Reihe häkeln Sie: 1 Stb im letzten Lm-Bogen, 4 Lm, 1 Stb im gleichen Lm-Bogen, 1 Stb. Viel Spaß beim häkeln!

12.04.2017 - 11:26