Hoe werkt u draadjes weg in tricotsteek

Haaktip voor het afwerken van draden

In deze DROPS video laten we zien hoe u voorkomt dat u op het eind heel veel draden af moet werken na het wisselen van kleur.

Haak de eerste 2 steken aan het begin van elke toer met de nieuwe kleur met dubbel garen (zelfde kleur). Plaats dan het gareneinde langs de steken van de vorige toer en haak hier omheen zodat het gareneinde verborgen wordt in de steken.

Aanvullend zou ook het draadeinde dat over is aan het einde van de toer langs de steken gelegd moeten worden. Op dze manier worden de draden weggegewerkt zonder dat u een naald hoeft te gebruiken.

In deze video gebruiken we het garen DROPS Snow. Vergeet niet om ook het patroon zorgvuldig door te lezen en op de telpatronen te kijken voor het juiste resultaat. U vindt het patroon door op de foto hieronder te klikken.

How werkt u katoendraadjes weg

Op deze DROPS video laten wij zien hoe u draadjes kunt wegwerken in uw brei- of haakwerk. Als u met katoen werkt en zeker als u dikke katoen gebruikt, dan kan dat lastig zijn. De draadeindes blijven zichtbaar of raken weer los na het dragen of wassen. Een goede truc is om de draden te splitsen in meerdere dunne draadjes en deze dunnere draadjes weg te werken in verschillende richtingen. Meestal is dit onzichtbaar en de draden raken niet gemakkelijk meer los. Vergeet niet om ook het patroon zorgvuldig door te lezen voor het juiste resultaat. U vindt patronen met deze techniek door op de foto's hieronder te klikken.

Hoe werkt u draadjes weg in boordsteek

Op deze DROPS video laten wij zien hoe u draadjes kunt wegwerken in boordsteek. Ons voorbeeld op deze video is gebreid in boordsteek, 2 r, 2 av. Werk losse draadjes altijd weg aan de verkeerde kant van het breiwerk. Ga met de naald en de draad door de eerste kolom met rechte st, rijg diagonaal door elke steek tot u 5-7 st gehad heeft, keer en ga weer naar beneden door elke st aan de andere kant van de st. Zoals u kunt zien is bij deze methode de draad niet zichtbaar aan de goede kant van het werk. Vergeet niet om ook het patroon zorgvuldig door te lezen voor het juiste resultaat. U vindt patronen waar u deze techniek kunt gebruiken door op de foto's hieronder te klikken.

Draadjes wegwerken in ribbelsteek

Op deze DROPS video laten wij zien hoe u draadjes kunt wegwerken in ribbelsteek. Werk losse draadjes altijd weg aan de verkeerde kant van het breiwerk. Ga met de naald en de draad zijdelings door de st van twee ribbels. Halverwege de video gebruiken we een draad in een contrasterende kleur, zodat u de methode beter kunt zien. Zoals u kunt zien is bij deze methode de draad niet zichtbaar aan de goede kant van het werk. Vergeet niet om ook het patroon zorgvuldig door te lezen voor het juiste resultaat. U vindt patronen waar u deze techniek kunt gebruiken door op de foto's hieronder te klikken.

Hoe werkt u losse draadjes weg als u met een nieuwe kleur breit, in de rondte

In deze DROPS video laten wij zien hoe u losse draadjes kunt wegwerken door ze mee te weven. Als u met meerdere kleuren breit of wanneer u wisselt van een kleur dan kunt u het losse draadeinde meenemen terwijl u met de nieuwe kleur breit. Als u met de nieuwe kleur begint, dient u de uiteinden van de twee draden om elkaar heen te slaan om een gaatje te voorkomen. Hou dan de werkdraad achter het losse draadje en brei de steken door de draad die u breit afwisselend onder de losse draad door en over de losse draad heen op te pakken. Op deze manier “weeft” u het losse draadje mee, weef ongeveer 4-6 steken lang voor een stevig resultaat en knip dan het laatste losse stukje af. Zo hoeft u aan het einde niet meer alle losse draadjes weg te werken. Vergeet niet om ook het patroon zorgvuldig door te lezen voor het juiste resultaat. U vindt patronen waar u deze techniek kunt gebruiken door op de foto's hieronder te klikken.

Hoe u met 2 rondbreinaalden van verschillende maten breit.

In deze DROPS video laten we je zien hoe u boordsteek in een werkstuk met tricotsteek breit. Om de boordsteek strakker te laten worden, breit u de boordsteek met een kleinere naald dan de rest van het werkstuk. Gebruik beide uiteinden van de naald tijdens het breien.