In deze clue gaan we met de rand beginnen, welke zorgt voor een omlijsting van de deken. We beginnen door twee eenvoudige toeren om uw samengehaakte vierkanten te haken.
Bent u al een CAL pro? Sla dan eventueel de afbeeldingen over en ga gelijk naar het telpatroon (of de video) aan de onderkant van de clue!
TOER 1: 01 wit
TOER 2: 05 light wash
TOER 1:
Begin in een hoek (voor een van de lange kanten) met 1 halve vaste met wit, haak 3 lossen, lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN hieronder. Haak 1 stokje om de lossenlus (hoek), 3 lossen, 2 stokjes om dezelfde lossenlus.
INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Het eerste stokje op het begin van de toer wordt vervangen door 3 lossen. De toer eindigt met 1 halve vaste in de 3e losse.
Haak nu 3 lossen, sla 3 steken over, 1 vaste in de volgende steek, maar pas zo aan dat er 45 lossenlussen over blijven op de lange kant van de deken.
HOEK: Haak 2 stokjes, 3 lossen, 2 stokjes in dezelfde lossenlus.
Haak de eerste korte kant op dezelfde manier zoals de eerste lange kant, maar pas zo aan dat er 35 lossenlussen over blijven de korte kant. Haak dan de hoeken, de volgende lange kant en korte kant zoals beschreven hierboven.
Eindig de toer met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer, lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN hierboven, knip de draad niet af.
TOER 2:
Haak 1 halve vaste in het volgende stokje, 1 halve vaste om de volgende lossenlus (hoek), terwijl u tegelijkertijd verder gaat met light wash, lees TIP VOOR HET WISSELEN VAN KLEUR hieronder, knip de witte draad af. Haak 3 lossen, 2 stokjes om de lossenlus, 3 lossen (hoek), 3 stokjes om dezelfde lossenlus.
TIP VOOR HET WISSELEN VAN KLEUR:
Voor een mooie kleurovergang, haak de laatste steek voor de kleurverandering met de nieuwe kleur.
Haak 1 stokje in elk van de volgende 2 stokjes.
Haak 173 stokjes (als aanvulling op de 5 aan elke kant) verdeeld over de lange kant, door 4 stokjes in 38 van de lossenlussen en 3 stokjes in 7 van de lossenlussen te haken (ongeveer iedere 5e lossenlus).
Haak 1 stokje in elk van de volgende 2 stokjes.
HOEK: Haak 3 stokjes in de lossenlus, 3 lossen, 3 stokjes in dezelfde lossenlus.
Haak de eerste korte kant op dezelfde manier zoals de eerste lange kant als volgt: Haak 131 stokjes (als aanvulling op de 5 stokjes aan elke kant) verdeeld over de kort -kant door haak 4 stokjes in 26 van de lossenlussen en 3 stokjes in 9 van de lossenlussen te haken (ongeveer iedere 3e lossenlus).
Haak dan de hoeken, de volgende lange kant en de korte kant zoals beschreven hierboven.
Eindig de toer met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer, knip de draad niet af.
Als beide toeren klaar zijn, zijn er 183 stokjes langs de lange kanten en 141 stokjes langs de korte kanten tussen de lossenlussen in elk hoek (= 648 stokjes en 12 lossen op de hele toer). De deken meet nu ongeveer 110 x 85 cm en we hebben nog één clue te gaan!
![]() |
= | vaste (vanaf de smalle vierkanten, deze toer is reeds gehaakt) |
![]() |
= | begin |
![]() |
= | losse |
![]() |
= | stokje om de lossenlus |
![]() |
= | vaste in de steek |
![]() |
= | halve vaste in/om steek |
![]() |
= | stokje in de steek |
Hola! En la vuelta 1, en la parte larga, las esquinas se incluyen en los 45 arcos? Es que a mí me salen 43 arcos más las esquinas; es correcto? Gracias.
21.08.2017 - 09:36