DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 37.23€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Lines in the Sand

Gebreide trui voor heren in DROPS Alaska of DROPS Big Merino. Het werk wordt van onder naar boven gebreid met reliëfpatroon en dubbele halsrand. Maten S - XXXL.

DROPS 246-12
DROPS Design: Patroon x-488
Garengroep C of A + A
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

GAREN:
DROPS ALASKA van garnstudio (behoort tot garengroep C)
850-950-1050-1150-1250-1350 g kleur 69, parelwit

Of gebruik:
DROPS BIG MERINO van garnstudio (behoort tot garengroep C)
800-900-1000-1100-1200-1300 g kleur 19, beige

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD MAAT 5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD MAAT 3.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP 5 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte met reliëfpatroon = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 37.23€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:
-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.5. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MINDEREN-1 (voor de halslijn):
Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt!
OP HET BEGIN VAN DE NAALD AAN DE GOEDE KANT:
2 recht, haal 1 steek recht af, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (1 steek geminderd).
OP HET EINDE VAN DE NAALD AAN DE GOEDE KANT:
Brei tot er 4 steken over zijn, 2 recht samen, 2 recht (1 steek geminderd).

TIP VOOR HET MINDEREN-2 (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht/averecht samen afhankelijk van het patroon, 1 recht, markeerdraad, brei 2 steken gedraaid recht/averecht samen, afhankelijk van het patroon (2 steken geminderd).

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het lijf wordt in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van onder naar boven tot de armsgaten. Dan worden de voor- en achterpanden apart heen en weer gebreid met de rondbreinaald. Er worden steken opgenomen rondom de armsgaten, de mouwkop wordt heen en weer gebreid met de rondbreinaald voordat u de mouw samenvoegt en eindigt in de rondte met de rondbreinaald/de breinaalden zonder knop. De hals wordt op het einde gebreid.

LIJF:
Zet 196-212-224-248-272-296 steken op met rondbreinaald 3.5 mm en DROPS Alaska of DROPS Big Merino. Brei 1 naald recht. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) voor 5 cm. Brei 1 naald recht en minder 28-32-32-36-40-44 steken verdeeld = 168-180-192-212-232-252 steken.
Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Brei 1 naald recht, brei dan A.1 over alle steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als het werk 22-23-24-25-26-27 cm meet, brei dan A.2 over alle steken – pas TEGELIJKERTIJD op de eerste naald, het aantal steken aan naar 168-180-192-213-231-252 steken.
Meerder op de laatste naald in A.2 0-4-0-3-1-4 steken verdeeld = 168-184-192-216-232-256 steken.
Als A.2 klaar is, meet het werk ongeveer 31-32-33-34-35-36 cm vanaf de opzetrand. Als het werk korter is dan dit, ga dan verder met tricotsteek tot de juiste lengte. Brei A.3 over alle steken en twee keer in de hoogte. Als A.3 klaar is meet het werk ongeveer 36-37-38-39-40-41 cm vanaf de opzetrand. Als het werk korter is dan dit, ga dan verder met tricotsteek tot de juiste lengte. Brei 1 naald recht en minder 0-4-0-4-0-4 steken verdeeld = 168-180-192-212-232-252 steken.

Voeg nu een markeerdraad in midden voor en midden achter en ook een markeerdraad aan elke kant als volgt: Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald, tel 42-45-48-53-58-63 steken, voeg een markeerdraad in de volgende steek (midden voor), tel 42-45-48-53-58-63 steken, voeg een markeerdraad in voor de volgende steek, tel 42-45-48-53-58-63 steken, voeg een markeerdraad in de volgende steek (midden achter). Er zijn 42-45-48-53-58-63 steken over na de laatste markeerdraad.
Brei A.4 als volgt: Tel naar buiten vanaf het symbool dat het midden aangeeft van het telpatroon om vast te stellen waar u begint met het patroon aan de zijkant, brei A.4 zo ver mogelijk naar de andere kant (de markeerdraadsteek midden voor moet overeenkomen met het symbool voor het midden van A.4), begin dan opnieuw met A.4 op dezelfde manier op het achterpand, brei het patroon zo ver mogelijk richting de markeerdraad op het begin van de naald (de markeerdraadsteek midden achter moet overeenkomen met het symbool voor het midden van A.4). Ga verder met dit patroon en kant af voor de armsgaten zoals beschreven hieronder.

ARMSGATEN:
Als het werk 37-38-39-40-41-42 cm meet, kant dan af als volgt: Begin 3-2-5-6-7-8 steken voor de markeerdraad op het begin van de naald, kant 6-4-10-12-14-16 steken af, brei tot er 3-2-5-6-7-8 steken over zijn voor de markeerdraad aan de andere kant, kant 6-4-10-12-14-16 steken af, brei tot het einde van de naald. De voor- en achterpanden worden apart verder gebreid.

ACHTERPAND:
= 78-86-86-94-102-110 steken. Begin aan de verkeerde kant en ga verder met A.4 met 1 RIBBELSTEEK aan elke kant – lees beschrijving hierboven. Meerder op de laatste naald aan de goede kant, 2 steken verdeeld = 80-88-88-96-104-112 steken.
Als A.4 klaar is, brei dan A.1 met 1 ribbelsteek aan elke kant. Herhaal A.1 in de hoogte tot de gewenste lengte.
Brei nu de diagonale schouders en halslijn. Dit wordt tegelijkertijd gedaan. Lees beide paragrafen door voordat u verder gaat.

DIAGONALE SCHOUDERS:
Tegelijkertijd, als het werk 58-60-62-64-66-68 cm meet, plaats dan de steken van de zijkant op een hulpdraad voor de diagonale schouders, brei ze eerst om te voorkomen dat u de draad af moet knippen, als volgt:
Plaats 4 keer 4-4-4-5-5-6 steken op de hulpdraad, dan de laatste 9-11-11-11-13-13 steken bij de hals.
Plaats alle steken terug op rondbreinaald 5 mm. Brei 1 naald tricotsteek (om gaatjes te voorkomen in de overgangen tussen de steken, neemt u de draad op tussen 2 steken en brei deze gedraaid samen met de volgende steek op de linker naald). Kant af.

HALSLIJN:
Tegelijkertijd als het werk 59-61-63-65-67-69 cm meet, kant dan de middelste 24-28-28-28-32-32 steken voor de halslijn af en eindig elk schouder apart.
Ga verder met A.1, plaats de steken op de hulpdraad voor de schouder en brei de buitenste 3 steken bij de hals in tricotsteek.
Minder TEGELIJKERTIJD op de volgende naald aan de goede kant, 1 steek bij de hals – lees TIP VOOR HET MINDEREN-1. Minder zo 1 keer op de volgende naald aan de goede kant.
Als alle steken afgekant zijn meet het werk 62-64-66-68-70-72 cm vanaf de bovenkant van de schouder. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

VOORPAND:
= 78-86-86-94-102-110 steken. Begin aan de verkeerde kant en brei patroon op dezelfde manier als op het achterpand. Brei daarnaast de halslijn en diagonale schouders zoals beschreven hieronder.

HALSLIJN:
Als het werk 56-57-59-60-62-63 cm meet, plaats dan de middelste 20-24-24-24-26-26 steken op een hulpdraad voor de halslijn en eindig elk schouder apart.
Ga verder met A.1, met de 3 buitenste steken bij de hals gebreid in tricotsteek.
Minder TEGELIJKERTIJD op de volgende naald aan de goede kant, 1 steek voor de halslijn – lees TIP VOOR HET MINDEREN-1. Minder zo op elke naald aan de goede kant in totaal 4-4-4-4-5-5 keer.

DIAGONALE SCHOUDERS:
Tegelijkertijd, als het werk 59-61-63-65-67-69 cm meet, plaats dan steken op een hulpdraad voor de diagonale schouder op dezelfde manier als op de achterkant, dus 4 keer 4-4-4-5-5-6 steken, zet dan de laatste 9-11-11-11-13-13 steken op een hulpdraad.
Als alle steken op de hulpdraad zijn gezet, brei dan 1 naald tricotsteek op dezelfde manier als op het achterpand. Kant af. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen.

MOUWEN:
Gebruik rondbreinaald 5 mm en DROPS Alaska of DROPS Big Merino. Neem aan de goede kant 36-37-39-41-43-44 steken op vanaf de onderkant van het armsgat naar boven tot de schouder en 36-37-39-41-43-44 steken vanaf de schouder naar beneden tot de onderkant van het armsgat op de andere kant = 72-74-78-82-86-88 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de naald – de mouw wordt gemeten vanaf hier en de markeerdraad wordt tevens gebruikt voor het positioneren van het patroon.
Begin aan de verkeerde kant en brei A.5 als volgt: Tel naar buiten vanaf het symbool welke het midden aangeeft van het telpatroon en de markeerdraad op de mouw om te bepalen waar u moet beginnen met het patroon en brei A.5 heen en weer gebreid met 1 ribbelsteek aan elke kant.
Als de mouw 1-1-2-3-4-4 cm meet vanaf de markeerdraad, voeg dan de mouw samen en brei verder in de rondte, met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 5 mm.
Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald (midden onder de mouw). Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte.
Begin op de markeerdraad en ga verder met A.5 in de rondte (het symbool in het telpatroon en de markeerdraad op de mouw moeten nog steeds met elkaar overeen komen – het patroon past niet onder de mouw).
Als de mouw 5-3-4-5-6-8 cm meet vanaf de markeerdraad, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN-2. Minder zo iedere 3-3-3-2½-2½-2½ cm in totaal 14-15-15-17-17-18 keer = 44-44-48-48-52-52 steken.
Als A.5 klaar is in de hoogte, brei dan A.1 over alle steken.
Brei tot de mouw 52-50-51-50-49-48 cm meet vanaf de markeerdraad (5 cm over, pas de trui en brei tot de gewenste lengte).
Brei 1 naald recht en meerder 8 steken verdeeld = 52-52-56-56-60-60 steken.
Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) voor 5 cm. Kant ietwat losjes af. De mouw meet ongeveer 57-55-56-55-54-53 cm vanaf de markeerdraad. Brei de andere mouw op dezelfde manier.
Naai de openingen onder elke mouw samen – zie tekening.

DUBBELE HALSRAND:
Begin op een schouder, met korte rondbreinaald 3.5 mm, en neem 80-96-96-104-112-112 steken op rondom de halslijn aan de binnenkant van 1 kantsteek (inclusief de steken op de hulpdraad).
Brei boordsteek in de rondte (4 recht, 4 averecht – pas aan zodat u midden voor 4 averecht of 4 recht heeft). Voeg een markeerdraad in als de hals 4 cm meet; deze wordt gebruikt om vanaf te meten.
Ga verder met 2 recht, 2 averecht voor nog een 9 cm. Ga verder met 5 mm korte rondbreinaald. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht.
Vouw de tweede boordsteek (2 recht, 2 averecht) naar de binnenkant en naai naar beneden vast. Om te voorkomen dat de hals te strak wordt en naar buiten rolt, is het belangrijk dat de naad elastisch is.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 14.12.2023
DIAGONALE SCHOUDERS:
Tegelijkertijd, als het werk 58-60-62-64-66-68 cm meet, plaats dan de steken van de zijkant...

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = markeerdraad
symbols = Naai de onderkant van armsgaten dicht: b tegen B
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 246-12

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (10)

country flag Iain wrote:

Hi Drops Team, Can you please share some clarification on how to knit the diagonal shoulders, not understanding the instructions, which stitches are to be placed on a thread? Thanks

31.03.2024 - 11:27

DROPS Design answered:

Dear Iain, HERE you can find some videos that can help you understand, how to knit diagonal shoulders. I hope this helps. Happy Knitting!

31.03.2024 - 19:43

country flag Martine Van Herck wrote:

Ik begrijp de uitleg voor de diagonale schouders niet. Ik heb al de drie filmpje i.v.m. diagonale schouders bezien, maar die helpen mij niet echt voort.

05.02.2024 - 10:54

DROPS Design answered:

Dag Martine,

Je plaatst steeds een aantal steken op de hulpdraad en dan brei je de naald verder uit. Op de volgende naald plaats je weer een aantal (afhankelijk van je maat) steken op de hulpdraad en je doet dit in totaal 4 keer. Tot slot zet je de laatste steken bij de hals ook op de hulpdraad. Door steeds een aantal steken op de hulpdraad te zetten en de rest van de naald te breien, krijg je een schuine schouder.

07.02.2024 - 19:35

country flag Christof wrote:

Für welche Nadelstärke gelten die Angaben zur Maschenprobe Nr. 3,5 oder Nr. 5?

13.01.2024 - 18:49

DROPS Design answered:

Lieber Christof, Maschenprobe wird mit Nadeln Nr 5 gestrickt. Viel Spaß beim stricken!

15.01.2024 - 09:18

country flag Alison Kent wrote:

Hi, this is a beautiful pattern and I think I mostly understand it. What I'm not sure about is why there are so many more stitches in the hem than in the body, and the massive increases/decreases in the chest? The schematic shows this all as a straight line -- are there some patterns that really pull in/flare out that much? (I'm doing a very large swatch with all the patterns and so far (bottom of A5) I'm not finding a lot of variation...)

13.01.2024 - 04:44

DROPS Design answered:

Dear Alison, the difference between the hem and the body is because you work a rib with a smaller needle. So you will have more stitches in the same amount of cm and allow the hem to be elastic but straight. Then, you change to a larger needle, so the gauge changes and you will need quite less stitches to have keep the correct width of the piece. That is why you decrease so many stitches at the beginning. Which massive increases/ decreases in the chest do you mean? You only increase a maximum of 8 stitches at a time, which may be to adjust for the pattern. Happy knitting!

14.01.2024 - 19:26

country flag Loredana wrote:

Buongiorno. Sto lavorando il modello Lines in the Sand, ma al punto delle spalle non capisco cosa significa mettere in sospeso per 4 volte 4 maglie (dal margine esterno del lavoro? Consecutivamente? Ovvero 16 maglie in sospeso tutte insieme?) e poi lavoro fino al punto vicino al collo (ma qual è? ) Devo contare tutte le 24 maglie, sottrarne 9 che metto in sospeso e poi continuare lavorando fino in fondo, ma come? Non ho capito… grazie mille

12.01.2024 - 19:00

DROPS Design answered:

Buonasera Loredana, deve mettere in sospeso 4 maglie dal lato per 4 volte, quindi su ferri diversi, non tutte e 16 insieme, e poi le 9 maglie vicine al collo: lavorerà poi sulle maglie rimaste. Buon lavoro!

17.03.2024 - 17:53

country flag Irena wrote:

Zamykanie oczek na rękawy: „przerabiać aż zostaje 2 oczka przed nitką markerem, przerobić 2 oczka razem na prawo lub 2 oczka razem na lewo, w zależności od miejsca w ściegu fantazyjnym, przerobić 1 oczko prawe, nitka marker”. Jeżeli zostają 2 oczka przed markerem i te oczka przerabiam razem, to nie mam już oczka przed markerem, które mam według opisu przerobić na prawo. Gdzie jest mój błąd w myśleniu?

03.01.2024 - 18:16

DROPS Design answered:

Witaj Ireno, wydaje mi się, że jest zbędne to 1 oczko prawe, zakładając, że nitka marker na środku pod spodem rękawa znajduje się między 2 oczkami (a nie w oczku jak to ma miejsce w przypadku markera na górze rękawa). Zadałam pytanie i czekam na odpowiedź. Jeśli błąd się potwierdzi, we wzorze zostanie dodana korekta. Pozdrawiamy!

04.01.2024 - 08:46

country flag Anke wrote:

Guten Tag, ist es richtig, dass die Schulterschrägung im Rückenteil einen Zentimeter früher beginnt als im Vorderteil? Für Größe L wird beim Rückenteil Start bei 62 cm genannt, beim Vorderteil bei 63 cm. Trotzdem soll aber aus beiden Seiten des Armausschnittes die gleiche Anzahl Maschen für den Ärmel aufgenommen werden?

12.12.2023 - 17:26

DROPS Design answered:

Liebe Anke, danke für den Hinweis, unser Designteam wird das sicher bald korrigieren; um die richtige Länge für den Armausschnitt zu haben, stricken Sie die Schulterschrägung beim Vorderteil wie beim Rückenteil. Viel Spaß beim stricken!

13.12.2023 - 07:41

country flag Kathryn Baine wrote:

I have been following a pattern that has now left your site. How do I find it again?

24.10.2023 - 22:07

DROPS Design answered:

Dear Mrs Baine, you might use its number / name / our search engine / tags to find it back. Happy knitting!

25.10.2023 - 07:43

country flag Susi wrote:

Warum gibt es diesen tollen Herrenpullover nicht auch als Topdown Modell?

24.10.2023 - 11:46

country flag Susanne Isaksen wrote:

Diagrammet er forsvundet. Kommer det igen??

19.10.2023 - 14:58

DROPS Design answered:

Hej Susanne, jo diagrammet er nederst i opskriften :)

20.10.2023 - 10:52