DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 43.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Sweet November

Gebreide trui in DROPS Air en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan. Maten XS - XXL.

DROPS 243-13
DROPS Design: Patroon ai-456
Garengroep C + A
-------------------------------------------------------

MATEN:
XS - S - M - L - XL - XXL

GAREN:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
250-250-300-300-350-350 g kleur 01, naturel
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
100-100-100-125-125-125 g kleur 01, naturel

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 6 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 4.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 6 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4.5 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
14 steken in de breedte en 16 naalden in de hoogte met tricotsteek en 1 draad van elke kwaliteit = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 43.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RAGLAN:
Meerder 1 steek voor/na de markeerdraadsteek, in elke overgang tussen het lijf en de mouwen, door 1 omslag te maken.

Als u heen en weer breit, brei dan de omslagen als volgt aan de verkeerde kant:
VOOR DE MARKEERDRAAD:
Brei averecht in de achterste lus = geen gaatje.
NA DE MARKEERDRAAD:
Haal de omslag af en plaats hem omgekeerd terug op de linker naald (voeg de linker naald in aan de achterkant als u hem terug plaatst). Brei averecht in de voorste lus = geen gaatje.

Als u in de rondte breit, worden de omslagen als volgt gebreid op de volgende naald:
VOOR DE MARKEERDRAAD:
Haal de omslag af en plaats hem omgekeerd terug op de linker naald (voeg de linker naald in aan de achterkant als u hem terug plaatst). Brei de steek recht in de voorste lus (de steek draait naar rechts) = geen gaatje.
NA DE MARKEERDRAAD:
Brei recht in de achterste lus (de steek draait naar links) = geen gaatje.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Begin 3 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop gebreid.

DUBBELE HALSRAND:
Zet 68-72-76-80-80-84 steken op met 1 draad DROPS Air en 1 draad DROPS Kid-Silk met korte rondbreinaalden maat 4.5 en 6 mm samen gehouden. Verwijder naald 6 mm en houd de steken op naald 4.5 mm (dit zorgt voor een elastische opzetrand). Brei boordsteek in de rondte (1 recht, 1 averecht) voor 9 cm.
Vouw de hals dubbel naar de binnenkant en brei nog 1 naald in boordsteek, brei iedere 2e steek samen met zijn corresponderende steek op de opzetrand. U heeft nu een dubbele halsrand.

Voeg 4 markeerdraden in zonder de steken te breien en elke markeerdraad wordt in een rechte steek ingevoegd (dus niet tussen de steken). De markeerdraden worden gebruikt voor het meerderen voor de raglan. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald = ongeveer midden achter.
Tel 10-10-12-12-12-14 steken (ongeveer de helft van het achterpand), voeg markeerdraad-1 in de volgende steek, tel 15 steken (mouw), voeg markeerdraad-2 in de volgende steek, tel 17-19-21-23-23-25 steken (voorpand), voeg markeerdraad-3 in de volgende steek, tel 15 steken (mouw), voeg markeerdraad-4 in de volgende steek, tel 7-9-9-11-11-11 steken (ongeveer de helft van het achterpand).

HALSLIJN:
Ga verder met rondbreinaald 6 mm en brei verkorte toeren vanaf midden achter als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei recht en meerder voor de RAGLAN – lees beschrijving hierboven, aan elke kant van de eerste 2 markeerdraadsteken (4 steken gemeerderd), keer het werk als u 3 steken voorbij markeerdraadsteek 2 heeft gebreid.
NAALD 2 (verkeerde kant): Brei averecht en keer het werk als u 3 steken voorbij de laatste markeerdraadsteek heeft gebreid.
NAALD 3 (goede kant): Brei recht en meerder voor de raglan aan elke kant van alle markeerdraadsteken (8 steken gemeerderd), keer het werk als u 2 steken recht heeft gebreid voorbij de vorige keer bent toen u het werk keerde.
NAALD 4 (verkeerde kant): Brei averecht en keer het werk als u 2 steken averecht heeft gebreid voorbij de vorige keer dat u het werk keerde.
NAALD 5 (goede kant): Brei recht en meerder voor de raglan aan elke kant van de eerste 2 markeerdraadsteken (4 steken gemeerderd), brei recht tot midden achter.
De verkorte toeren zijn klaar en u heeft 2 keer gemeerderd voor de raglan bij elke markeerdraadsteek = 84-88-92-96-96-100 steken. Brei 1 naald recht.

PAS:
Begin midden achter en ga verder met tricotsteek in de rondte over alle steken.
Ga TEGELIJKERTIJD verder met meerderen voor de raglan iedere 2e naald in totaal 8-10-12-14-20-22 keer (inclusief de meerderingen op de verkorte toeren) = 132-152-172-192-240-260 steken. Ga dan verder met meerderen voor de raglan, maar iedere 2e meerdering is alleen op het lijf (4 gemeerderde steken) dus, meerder op het lijf iedere 2e naald en op de mouwen iedere 4e naald. Meerder zo 8-8-8-8-4-4 keer op het lijf (4-4-4-4-2-2 keer op de mouwen). U heeft in totaal 16-18-20-22-24-26 keer gemeerderd op het lijf en 12-14-16-18-22-24 keer op de mouwen.

Er zijn 180-200-220-240-264-284 steken en de pas meet ongeveer 20-23-25-28-30-33 cm vanaf midden achter (na de halsrand). Brei verder, indien nodig, tot de juiste lengte.

Op de volgende naald verdeelt u het werk voor het lijf en de mouwen als volgt:
brei 29-31-35-37-41-45 recht (ongeveer de helft van het achterpand), plaats de volgende 35-39-43-47-51-55 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 12-12-12-14-14-16 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei 55-61-67-73-81-87 recht (voorpand), plaats de volgende 35-39-43-47-51-55 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 12-12-12-14-14-16 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 26-30-32-36-40-42 steken recht (ongeveer de helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten!

LIJF:
= 134-146-158-174-190-206 steken. Ga verder met tricotsteek in de rondte voor nog een 23-22-22-21-21-20 cm. Brei 1 naald recht en meerder 30-30-32-36-42-46 steken verdeeld = 164-176-190-210-232-252 steken.
Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) voor 6 cm. Kant af. De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUWEN:
Plaats de 35-39-43-47-51-55 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 6 mm en neem 1 steek op in elk van de nieuw opgezette steken onder de mouw = 47-51-55-61-65-71 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 12-12-12-14-14-16 steken onder de mouw. Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte, het wordt gebruikt voor het minderen onder de mouw.
Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte.
Als de mouw 4 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 15-7-5½-3-2½-2 cm in totaal 3-5-6-9-10-12 keer = 41-41-43-43-45-47 steken. Brei verder tot de mouw 39-36-35-32-31-28 cm meet vanaf de scheiding. Brei 1 naald recht en meerder 7-7-7-9-9-9 steken verdeeld = 48-48-50-52-54-56 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4.5 mm en brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) voor 6 cm. Kant af. De mouw meet ongeveer 45-42-41-38-37-34 cm vanaf de scheiding.
Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 243-13

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (57)

country flag Valerie wrote:

When starting for sleeve at 15 st, increasing 22 times, that would mean 59 st. Pattern says 51 st. I’m confused, help!

16.04.2024 - 16:41

DROPS Design answered:

Dear Valerie, the division is not made at the markers but the stitch with the marker + the first/last 3 sts on each sleeve are for the body (back piece/front piece). So if your number of stitches is right at the end of raglan increases, just follow the division to get the correct width on body. Happy knitting!

17.04.2024 - 08:15

country flag Ania wrote:

Bardzo dziękuję! Pozdrawia!!!

25.03.2024 - 13:59

DROPS Design answered:

Trzymam kciuki i pozdrawiam!

25.03.2024 - 18:10

country flag Ania wrote:

Hej, co powinnam zrobić, aby w rozm. M pacha zaczynała się niżej tj. żeby rękaw był szerszy i ze ściągaczem na dole rękawa, aby tworzył bufiasty rękaw (przy mankiecie).

25.03.2024 - 12:32

DROPS Design answered:

Witaj Aniu, jak dodasz oczka na reglan, dalej przerabiaj karczek na długość, która ci odpowiada (wtedy podkrój rękawa będzie dłuższy). Co do samego rękawa: nie zamykaj oczek wzdłuż spodu rękawa jak w opisie, wtedy rękaw będzie szerszy. Wykonaj wąski ściągacz na dole rękawa, aby trzymał się nadgarstka. Powodzenia!

25.03.2024 - 13:51

country flag Ania wrote:

Bardzo dziękuję za pomoc! Wszystko jasne :))) Pozdrawiam serdecznie!

20.03.2024 - 08:39

DROPS Design answered:

Powodzenia :))

20.03.2024 - 11:13

country flag Ania wrote:

Tak, dokładnie. Pierwszy rząd dekoltu nie wiem gdzie zaczynam - w połowie tyłu i przerabiam oczka w kierunku markera-1 i tu dodaje oczka przed i za i przerabiam do mark-2 i tez dodaje o. przed i za ? Czy jak na filmie, przerzucam oczka do mark-3 i 3 o. za nim zaczynam przerabiać oczka?

19.03.2024 - 14:22

DROPS Design answered:

Witaj Aniu, film pokazuje tylko technikę, ale w poszczególnych wzorach może być nieco inaczej, ważny jest opis. Tutaj zaczynasz w połowie tyłu i przerabiasz oczka w kierunku markera-1 i tu dodajesz oczka przed i za i dalej przerabiasz do mark-2 i tez dodajesz o. przed i za i przerabiasz jeszcze 3 oczka. Obracasz robótkę i teraz przerabiasz na lewo zgodnie z opisem i obracasz robótkę, gdy zostaną przerobione 3 oczka za ostatnim oczkiem z markerem (marker-3). Dalej kieruj się opisem. Pozdrawiamy!

20.03.2024 - 08:32

country flag Ania wrote:

Dzień dobry, nie mogę zrozumieć opisu dot dekoltu, I rząd. Obejrzałam filmik i mi to nie pasuje :(

18.03.2024 - 20:33

DROPS Design answered:

Witaj Aniu, czy chodzi Ci o pierwszy rząd /okrążenie ściągacza wykończenia dekoltu. Mogłabyś bardziej sprecyzować swoje pytanie?

19.03.2024 - 13:09

country flag Britt wrote:

Hej kan denne model strikkes med kun 1 tråd air- altså uden også at bruge en tråd kids silk?

10.03.2024 - 13:08

DROPS Design answered:

Hei Britt. Nei, da vil ikke strikkefastheten stemme. mvh DROPS Design

11.03.2024 - 14:28

country flag Ragna wrote:

Hei. Kan man bare bruke Drops Air, eller må man bruke Drops Air + Drops Kid-Silk?

03.03.2024 - 16:40

DROPS Design answered:

Hei Ragna, Du kan bruke kun Drops Air, men da må du øke pinnestørrelse for å få til riktige strikkefasthet. God fornøyelse!

04.03.2024 - 11:11

country flag Britt wrote:

I’m struggling with: Then continue increasing for raglan but every 2nd increase is only on the body (4 increased stitches) i.e., increase on the body every 2nd round and on the sleeves every 4th round. So do I do one full row with increases (8), and then one row with increase only on the body (4), one full row of increases (8) and then one row only on the sleeves (4), etc.? Also, is there no stocking stitch in between the increasing rounds?

17.02.2024 - 09:10

DROPS Design answered:

Dear Britt, it means that you work as follows: 1 row with no increases (stocking stitch), 1 row with increases on the body, 1 row with no increases (stocking stitch), 1 row with increases both in the body and sleeves. Repeat these 4 rows as many times as necessary. Happy knitting!

18.02.2024 - 22:42

country flag Laia wrote:

Hello, first time knitting a sweater. For the yoke (size M), following the instructions, I cannot get from 96 (neck line) to 172 stitches. What does it mean increase every 2nd round a total of 12 times? I interpreted 12 times all markers increased, which would mean 8 stitches 12 times. Also for the continuation, from the 20 cm, I interpreted: 2nd round I increase all markers (8 stitches) and the 4th round only markers 2 and 4. Is this right? Thanks a lot!

13.02.2024 - 15:28

DROPS Design answered:

Dear Laia, in size M there are 92 sts (not 96) at the end of neckline and you have increased 2 times for the raglan. Then you work in the round increasing 10 more times 8 sts for raglan (12 sts in total from the beginning), so that you will have: 92 sts + (8 sts x 10 ) = 172 sts. Increase on ever other round, ie work 1 round with increases, 1 round without, repeat these 2 rounds a total of 10 times. Happy knitting!

14.02.2024 - 07:57