DROPS Melody
DROPS Melody
71% alpaca, 25% wol, 4% polyamide
vanaf 4.37 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 26.22€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 215-20
DROPS Design: Patroon nr. ml-059
Garengroep D
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS MELODY van garnstudio (behoort tot garengroep D)
300-300-350-400-400-450 g kleur 15, beige

STEKENVERHOUDING:
13 steken in de breedte en 15 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 7 MM: 40 cm en 60 cm of 80 cm voor tricotsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 7 MM: voor tricotsteek.
DROPS RONDBREINAALD 6 MM: 40 cm en 80 cm voor de boordsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 6 MM: voor de boordsteek.
DROPS KABELNAALD: voor de kabels.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = Brei 2 naalden recht.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Melody
DROPS Melody
71% alpaca, 25% wol, 4% polyamide
vanaf 4.37 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 26.22€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1, A.2 en A.3.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------


TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De trui wordt heen en weer gebreid in delen en dan samen genaaid. Er worden steken opgenomen voor de mouwen, welke in de rondte worden gebreid met rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden. De hals wordt op het einde gebreid.

ACHTERPAND:
Zet 66-74-74-82-90-98 steken op met rondbreinaald 6 mm en Melody. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant en brei dan als volgt aan de goede kant: 1 kantsteek in RIBBELSTEEK – zie uitleg hierboven, 1 recht * 2 averecht, 2 recht *, herhaal van *-* tot er 4 steken over zijn op de naald, 2 averecht, 1 recht en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor 6 cm. Ga verder met rondbreinaald 7 mm. De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, tricotsteek over de volgende 11-15-15-19-23-27 steken. Minder tegelijkertijd 1-2-0-0-0-1 steken verdeeld over deze steken, A.1 over de volgende 6 steken. Meerder tegelijkertijd 4 steken over deze steken (A.1 = 10 steken), 10 steken in tricotsteek, A.2 over de volgende 10 steken. Meerder tegelijkertijd 8 steken verdeeld over deze steken (A.2 = 18 steken), tricotsteek over de volgende 10 steken, A.3 over de volgende 6 steken. Meerder tegelijkertijd 4 steken over deze steken (A.3 = 10 steken), tricotsteek over de volgende 11-15-15-19-23-27 steken. Minder tegelijkertijd 1-2-0-0-0-1 steken verdeeld over deze steken en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek = 80-86-90-98-106-112 steken op de naald. Ga verder met het patroon in de hoogte. LET OP! Voeg 1 markeerdraad in op beide kanten van elke kabel; het is dan makkelijker om de kabels goed te positioneren. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als het werk 40-41-42-43-44-45 cm meet, kant dan 2 steken af aan elke kant (geeft de armsgaten aan) = 76-82-86-94-102-108 steken. Brei verder tot het werk 56-58-60-62-64-66 cm meet. Minder 8 steken verdeeld over de steken in A.2. Kant dan de middelste 22-22-22-24-24-24 steken af voor de hals en elk schouder wordt apart verder gebreid. Ga verder met het afkanten van 1 steek op het begin van de volgende naald vanaf de hals = 22-25-27-30-34-37 steken op de schouder. Brei verder tot het werk 57-59-61-63-65-67 cm meet, minder 4 steken over A.1/A.3 = 18-21-23-26-30-33 steken op de schouder. Brei 1 naald en kant dan de overgebleven steken af. Het werk meet 58-60-62-64-66-68 cm. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

VOORPAND:
Zet op en brei op dezelfde manier als het achterpand tot het werk 52-54-56-58-60-62 cm meet, (denk om het afkanten voor de armsgaten) = 76-82-86-94-102-108 steken. Minder 8 steken verdeeld over de steken in A.2. Plaats dan de middelste 16-16-16-18-18-18 steken op 1 hulpdraad voor de hals en elk schouder wordt apart verder gebreid. Kant dan af op het begin van de volgende naald vanaf de hals als volgt: 1 keer 2 steken, 2 keer 1 steek = 22-25-27-30-34-37 steken over op de schouder. Brei verder tot het werk 57-59-61-63-65-67 cm meet, minder dan 4 steken over A.1/A.3 = 18-21-23-26-30-33 steken over. Brei 1 naald en kant dan de overgebleven steken af. Het werk meet 58-60-62-64-66-68 cm. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen en naai de zijnaden aan de binnenkant van de 1 kantsteek tot de armsgaten.

LINKER MOUW:
Begin waar 2 steken afgekant zijn voor het armsgat op het linker voorpand en neem 46-50-52-54-58-60 steken op aan de goede kant met Melody en korte rondbreinaald 7 mm; neem eerst steken op langs het voorpand, dan naar beneden over het achterpand tot waar u begonnen bent. Brei in tricotsteek in de rondte. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald (midden onder de mouw). Als het werk 4 cm meet, minder dan 1 steek aan elke kant van de markeerdraad – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 6-5½-5½-5-4½-4 cm in totaal 6-7-7-7-8-8 keer = 34-36-38-40-42-44 steken. Als de mouw 44-43-42-40-38-37 cm meet, ga dan verder met breinaalden zonder knop maat 6 mm en meerder 2-4-2-4-2-4 steken verdeeld = 36-40-40-44-44-48 steken. Brei 6 cm boordsteek (2 recht, 2 averecht). Kant af. De mouw meet ongeveer 50-49-48-46-44-43 cm.

RECHTER MOUW:
Brei op dezelfde manier als de linker mouw maar als u steken opneemt vanaf de afkantrand, brei dan eerst naar boven langs het achterpand en dan naar beneden langs het voorpand.

HALS:
Neem ongeveer 52 tot 64 steken op rondom de hals (inclusief de steken op de hulpdraad) met rondbreinaald 6 mm. Zorg ervoor dat het aantal steken deelbaar is door 4. Brei 8 cm boordsteek (2 recht, 2 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht.

AFWERKING:
Vouw de hals dubbel naar de verkeerde kant en naai naar beneden. Om te voorkomen dat de hals te strak wordt en naar buiten rolt, is het belangrijk dat de naad elastisch is.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = plaats 5 steken op de kabelnaald achter het werk, 5 recht, 5 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 5 steken op de kabelnaald voor het werk, 5 recht, 5 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 6 steken op de kabelnaald achter het werk, 6 recht, 6 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 6 steken op de kabelnaald voor het werk, 6 recht, 6 recht van de kabelnaald
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 215-20

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (15)

country flag Irma Manelius wrote:

Miksi ohjeessa 215-20 kädentien korkeus on eri etu-ja takakappaleessa? Onko virhe vai kuinka tämä toimii?

14.03.2023 - 09:32

DROPS Design answered:

Kädentien korkeus on sama etu- ja takakappaleessa. Eli kädentien silmukat päätetään, kun työn pituus on 40-41-42-43-44-45 cm.

20.03.2023 - 16:53

country flag Nicola Warnants wrote:

I am confused by the instructions for the back piece from where it starts to decrease for the neck - "cast off middle 22 stitches for the neck 'and' each shoulder is finished separately"...onwards to end. Please can you write out again for me so it's clearer English, and explains how you get to 22 stitches. Thanks

26.05.2022 - 09:09

DROPS Design answered:

Dear Nicola, you can place a marker between the middle stitches in the back and, from there, count 11 stitches outwards. This way, you will cast off the middle 22 stitches. Then, you will have 23 stitches remaining on each side, for each shoulder. Now you start working each shoulder separately (only work on the 23 stitches on one side first, repeat later on the other side). In the next row from the neck, decrease 1 stitch, obtaining 22 stitches for the shoulder. Happy knitting!

26.05.2022 - 23:07

country flag Thea wrote:

Hei, strikker denne nydelige genseren, men stusser på at lengde opp til ermehull er forskjellig for forstykke og bakstykke. Eksempel str S: bakstykke 40cm og forstykke 52cm. Skal det være slik? Og eventuelt hvorfor?

09.04.2022 - 08:16

DROPS Design answered:

Hei Thea. Du skal strikke forstykket lik bakstykket (altså felle av til ermhull når arbeidet måler 40-41-42-43-44-45 cm), MEN for og bakstykket strikkes bare likt til arbeidet måler 52-54-56-58-60-62 cm. For da skal det felles 8 masker jevnt fordelt over maskene i A.2 (på forstykket). Deretter settes de midterste 16-16-16-18-18-18 maskene på en tråd til hals, og hver skulder strikkes ferdig for seg. mvh DROPS Design

19.04.2022 - 08:17

country flag Bärbel wrote:

Förstår inte när ökningen på första a1 ska göras. Över 6 maskor. Ska ju sätta 5 maskor bakom arbetet på flätsticka, sedan bara en kvar av 6…

09.11.2021 - 14:26

country flag Daniella wrote:

Hallo liebes DROPS-Team, können Sie mir kurz schreiben, welche Stärke die Zopfnadel haben sollte? Vielen Dank!

12.09.2021 - 12:23

DROPS Design answered:

Liebe Daniella, die Zopfnadel haben wir als 2 Größe, iher können Sie die größere benutzen. Viel Spaß beim stricken!

13.09.2021 - 08:58

country flag Elena wrote:

Buonasera nel fare i vari diagrammi A1-A2-A3, non ho capito, su quali maglie eseguire gli aumenti come descritto. Ad esempio A1 devo intrecciare 5 maglie (trasferendo 5 maglie dietro il lavoro ecc e c’è scritto di aumentare 4 maglie su queste maglie … La mia domanda è : gli aumenti ovvero le 4 maglie da aumentare in questo caso devono essere fatti ad esempio sulle maglie che metto dietro il lavoro (5 maglie e anche sulle altre 5 maglie) o come? Grazie

22.05.2021 - 21:16

DROPS Design answered:

Buonasera Elena, questi 4 aumenti vanno fatti sul primo ferro di A.1 e A.3 che sono lavorati tutti a diritto, per portare le maglie da 6 a 10. Buon lavoro!

22.05.2021 - 22:51

country flag Krista Buckley wrote:

Is there any reason why this pattern should not be knit in the round?

05.03.2021 - 19:31

DROPS Design answered:

Dear Krista, some simply prefer patterns that are knitted in the traditional way, in pieces. There are advantages, like seams ad stability to such a soft and fluffy sweater as this. However, if you want, you can try to knit it, on the round, until the armhole, then separate the stitches, cast off 12 stitches for the armhole, and from there you have to finish the piece back and forth anyway. Happy Knitting!

07.03.2021 - 21:37

country flag Anki wrote:

Har stickat denna tröja och blev hur fin som helst. Viktigt dock att läsa beskrivningen noga. Gärna rad för rad när det gäller ökningarna för fätorna. Ser krångligare ut än vad det är. Missade det själv och fick repa upp. Jag stickade bålen på rundsticka och det funkade finemang, räknade bort kantmaskan. Happy knitting

27.11.2020 - 22:44

country flag Inger Johanne wrote:

Er det noen som har strikket denne på rundpinne i stedet for fram og tilbake ?

09.11.2020 - 19:32

DROPS Design answered:

Hej Inger, Ja det kan der ikke ske noget ved... men vil du have svar fra vores strikkeentusiaster, så prøv at skrive dit spørgsmål i DROPS workshop på Facebook, så er jeg sikker på at du vil få svar :)

10.11.2020 - 09:17

country flag Katharina wrote:

Liebes Drops-Team, Ich bin beim Halsausschnitt des Vorderteils und verstehe nicht, wie ich für die Schultern abketten soll. In der Beschreibung steht: Jede Schulter einzeln weiterstricken, dabei am Anfang der nächsten Reihe, die am Halsrand beginnt, wie folgt abketten: 2 Maschen 1 x, 1 Masche 2x —> wie kette ich denn eine Masche zweimal ab? Sie ist doch schon beim ersten Mal abketten „fertig“? Vielen Dank und viele Grüße Katharina

02.10.2020 - 18:26

Katharina answered:

Sorry! Meine Mutter konnte mir den entsprechenden Hinweis geben, das abketten passiert in unterschiedlichen Reihen! Problem gelöst und danke für diesen wunderhübschen Pulli ❤️

02.10.2020 - 18:38